Page 17 of 129

Basisbediening17MeldingenBij een systeemgebeurtenis, vóór het
uitvoeren van een systeemfunctie of
na een signaal van buitenaf, bv. een
ontvangen telefoongesprek, kan er
een melding verschijnen.
Seleerteer een van de beschikbare opties.
De meeste boodschappen die wor‐
den genegeerd, verdwijnen na enige
tijd vanzelf. Waarschuwingen die niet automatisch verdwijnen, blijven op
het scherm staan tot ze worden be‐
vestigd of er geen aanleiding meer
voor is.
Toetsenborden
Toetsenbord
Alfabetisch toetsenbord:
Toetsenbord symbolen:
De weergave van het toetsenbord‐
menu is afhankelijk van de actieve toepassing of functie.
Selecteer Sym om naar het toet‐
senbord met symbolen te gaan.
Selecteer ABC om naar het alfabeti‐
sche toetsenbord te gaan.
Invoeren van lettertekens
Druk op de betreffende schermtoets
om een letterteken in te voeren. Als u
de toets loslaat, wordt het teken inge‐
voerd.
Houd de lettertekentoets ingedrukt
om gerelateerde letters in een pop-
upmenu te bekijken. Laat deze los en
selecteer dan de gewenste letter.
Selecteer de betreffende scherm‐
toets om uw invoer te bevestigen.
Page 18 of 129

18BasisbedieningAutoinvoerfunctie
Is een reeks letters eenmaal inge‐
voerd, dan wordt deze door het sys‐
teem opgeslagen en kan deze door
met autoinvoerfunctie opnieuw wor‐
den opgeroepen.
Zodra het eerste letterteken (letter of cijfer) is ingevoerd, wordt de autoin‐
voerfunctie geactiveerd. Elk volgende
letterteken wordt tijdens het vergelij‐
kingsproces overwogen, zodat de lijst
met autoinvoermatches zo kort mo‐
gelijk blijft.
Selecteer o naast de ingevoerde
lettertekens om een lijst met alle au‐ toinvoermatches weer te geven.
Let op
Boven de schermtoets o verschijnt
het aantal beschikbare opties. Dit
wordt aangepast aan het aantal ge‐
vonden treffers.
Kies het betreffende item uit de lijst.
Het toetsenbord verschijnt opnieuw
met de betreffende lijstoptie in het in‐
voerveld.Tekst bewerken
Plaats de cursor door op de betref‐
fende positie in de tekst te drukken.
Voer uw wijzigingen door.
Selecteer afhankelijk van de toepas‐
sing ╳ om een ingevoerd letterteken
te wissen. Houd ╳ ingedrukt om alle
lettertekens te wissen.
Selecteer de bevestigingstoets om de invoer te bevestigen.
Hoofd- en kleine letters
In de meeste gevallen is het slechts
mogelijk om hoofdletters in te voeren.
Als herkenning van hoofdletters en
kleine letters aanwezig is, verschijnt
er een extra Shift-schermtoets.
Selecteer Shift om de shift-functie te
activeren en één hoofdletter in te voe‐ ren.
Deze functie wordt automatisch ge‐
deactiveerd nadat er een letter is in‐
gevoerd.
Toetsenblok Moet er alleen een cijfer of een pin‐
code worden ingevoerd, dan ver‐
schijnt er een toetsenblok. De weer‐gave van het toetsenblokmenu is af‐
hankelijk van de actieve toepassing
of functie.
Zie de bovenstaande tekst voor een
gedetailleerde beschrijving over het invoeren van lettertekens en het wij‐
zigen van ingevoerde tekst.
Favorieten U kunt uiteenlopende informatie als
favorieten opslaan, bv.:
● radiozenders
● muzieknummers
● albums of artiesten
● telefoonnummers
Page 19 of 129

Basisbediening19● bestemmingen en routes
● Nuttige plaatsen
● contactgegevens
● tooninstellingen
● Startschermtoepassingen
Er zijn 60 posities voor favorieten be‐ schikbaar. Deze worden weergege‐
ven in rijen van vijf.
U kunt ze weergeven in één rij of met
drie rijen naast elkaar.
Is een favoriete positie gevuld, dan
kunt u met de schermtoets Favorieten de labeltekst van de betreffende fa‐
voriet weergeven. Is een positie leeg,
dan wordt het positienummer van de
favoriete locatie (1 tot 60) aangege‐ ven.
Favorieten weergeven
De favorietenlijst is vanuit alle menu's toegankelijk.
Om één rij favorieten weer te geven
als er onderaan het scherm geen in‐
teractieve selectiebalk staat:
Selecteer n.
Om één rij favorieten weer te geven
als er een interactieve selectiebalk op
het scherm staat:
Raak de interactieve selectiebalk aan en beweeg met uw vinger naar boven
tot er één rij favorieten wordt getoond.
Let op
Oefen een gelijkmatige druk uit en
beweeg uw vinger met een con‐
stante snelheid.
Sleep de favorietenlijst verder om‐
hoog om drie rijen favorieten weer te geven.
Page 20 of 129

20BasisbedieningDoor de favorietenpagina's
bladeren
De favorietenpagina kan als enkele rij
of als drie rijen worden weergegeven. Raak het aanraakscherm op een wil‐
lekeurige plek aan en sleep naar links of naar rechts om door de favorieten‐
pagina's te bladeren.
De vorige of volgende favorietenpa‐
gina wordt nu weergegeven.
Let op
Oefen een gelijkmatige druk uit en
beweeg uw vinger met een con‐
stante snelheid.
Komt u bij het begin of het eind van
de favorietenpagina, dan klapt de
hele lijst in.
Let op
Onderin het scherm ziet u hoeveel favorietenpagina's er toegankelijkzijn en welke pagina er momenteel
wordt weergegeven. Het aantal mar‐ keringen wordt aangepast aan de
gekozen weergave (meer pagina's
bij weergave in 1 rij, minder pagina's bij 3 rijen).Favorieten opslaan
U kunt favorieten opslaan vanuit het
Startscherm, de audiomodus, de na‐
vigatiemodus of de telefoonmodus.
Geef de favorietenlijst weer en blader
naar de gewenste favorietenpagina.
Houd de betreffende favorieten-
schermtoets ingedrukt.
Als er maar één item op het scherm is dat kan worden opgeslagen, dan
hoort u een pieptoon. Het item wordt
dan onder de betreffende scherm‐
toets opgeslagen.
Staan er meerdere items op het
scherm die kunnen worden opgesla‐
gen, dan wordt de favorietenpagina
geminimaliseerd en verschijnt het vo‐
rige menu opnieuw. Selecteer de in‐
formatie die u als favoriet wilt op‐ slaan. Er klinkt een pieptoon en het
item wordt onder de betreffende
schermtoets opgeslagen.
Hieronder volgen een aantal voor‐
beelden voor het opslaan van favor‐
ieten.Voorbeeld: Radiozender
Druk herhaaldelijk op RADIO om de
radiofunctie en het gewenste golfbe‐
reik te activeren.
Ga naar de zender die u als favoriet
wilt opslaan 3 32.
Geef de favorietenlijst weer en blader naar de betreffende favorietenpagina
om deze zender als favoriet op te
slaan.
Houd de betreffende favorieten-
schermtoets ingedrukt totdat er een pieptoon klinkt. De zender wordt als
favoriet opgeslagen.
Voorbeeld: Album
Druk herhaaldelijk op MEDIA en se‐
lecteer de gewenste audiobron.
Selecteer BLADEREN om het zoek‐
menu te activeren en selecteer ver‐
volgens ALBUMS 3 42.
Geef de favorietenlijst weer en blader
naar de betreffende favorietenpagina
om een van de albums als favoriet op te slaan.
Page 21 of 129

Basisbediening21Houd de betreffende favorieten-
schermtoets ingedrukt. De favorie‐
tenpagina wordt geminimaliseerd en
de albumlijst wordt opnieuw weerge‐
geven.
Selecteer het album dat u als favoriet
wilt opslaan. Het geselecteerde al‐
bum wordt als favoriet opgeslagen.
Voorbeeld: Bestemming
Druk op ; om het Startscherm weer
te geven en selecteer vervolgens
NAV .
Selecteer BESTEMM. , selecteer
RECENT op de interactieve selectie‐
balk en druk vervolgens op de ge‐
wenste bestemming in de lijst 3 53.
Geef de favorietenlijst weer en blader
naar de betreffende favorietenpagina
om dit adres als favoriet op te slaan.
Houd de betreffende favorieten-
schermtoets ingedrukt. Het adres
wordt als favoriet opgeslagen.
Voorbeeld: Telefoonnummer
Druk op ; om het Startscherm weer
te geven en selecteer vervolgens
TELEFOON .Selecteer TOETSENBORD en voer
het gewenste nummer in 3 75.
Geef de favorietenlijst weer en blader
naar de betreffende favorietenpagina om het nummer als favoriet op te
slaan.
Houd de betreffende favorieten-
schermtoets ingedrukt. Het nummer wordt als favoriet opgeslagen.
Favorieten opvragen
Geef een favorietenpagina weer (zie
hierboven) en blader naar de gewen‐ ste favorietenpagina (indien nodig).
Let op
Niet-beschikbare favorieten zijn uit‐
gegrijsd.
Selecteer de betreffende favorieten-
schermtoets. Afhankelijk van het ge‐
selecteerde type favoriet, wordt er
een radiozender aangezet, een num‐ mer afgespeeld, een telefoonnummer
gebeld, een route berekend of een
toepassing gestart.
Let op
De huidige favoriet wordt gemar‐
keerd.Gebruik de afstandsbediening rechts
op het stuur
Druk herhaaldelijk op k of l om de
gewenste audiofavorieten te selecte‐
ren.
Of druk op i om het groepsmenu voor
toepassingsselectie weer te geven. Selecteer Audio en vervolgens
Favorieten . Kies de gewenste favo‐
riet.
Favorieten bewerken Selecteer achtereenvolgens
INSTELLINGEN op het Startscherm,
Radio en Favorieten beheren . Er ver‐
schijnt een favorietenlijst (drie rijen)
met de bewerkingsopties in de inter‐
actieve selectiebalk.
Page 22 of 129

22Basisbediening
Naam van favorieten wijzigen
Blader naar de betreffende favorie‐ tenpagina.
Selecteer de favoriet die u wilt bewer‐ ken.
Selecteer HERNOEMEN .
Er verschijnt een toetsenbord met de huidige labeltekst van de favoriet in
het invoerveld en in het label-preview vlak.
Voer de nieuwe labeltekst in en se‐
lecteer Opslaan . U gaat nu terug naar
de favorietenpagina.
Selecteer H onderin het scherm om
de interactieve selectiebalk weer te
geven en selecteer vervolgens
GEREED om naar het instellingen‐
menu terug te keren.
Favorieten wissen
Blader naar de betreffende favorie‐
tenpagina.
Selecteer de favoriet die u wilt wis‐
sen.
Selecteer WISSEN. De favoriet en
alle hiermee verbonden data wordt
gewist.
Selecteer GEREED om terug te keren
naar het instellingenmenu.
Favorieten verplaatsen
Blader naar de betreffende favorie‐
tenpagina.
Sleep de te verplaatsen favoriet naar
de nieuwe positie.
Om een favoriet te verplaatsen naar
een positie die momenteel niet zicht‐ baar is, sleept u deze naar de p- of
q -symbolen bovenaan de favorieten‐
pagina. U kunt nu in de lijst bladeren.Om het bladeren te stoppen, navi‐
geert u terug naar de favorietenpa‐
gina.
Selecteer GEREED om de actie te
bevestigen en terug te keren naar het
instellingenmenu.
Bepalen hoeveel favorieten er
worden getoond
Druk op ; en selecteer dan
INSTELLINGEN . Selecteer Radio en
vervolgens Aantal weergegeven
favorieten .
Activeer het aantal favorieten dat u
wilt weergeven.
Page 23 of 129

Basisbediening23Let op
Overschrijdt het aantal opgeslagen
favorieten het aantal favorieten dat
in het instellingenmenu is ingesteld,
dan worden extra opgeslagen favor‐
ieten niet gewist, maar worden deze niet weergegeven. U kunt ze herac‐
tiveren door het aantal weer te ge‐
ven favorieten te verhogen.
Contacten Vanuit het Infotainmentsysteem kun‐
nen er twee verschillende typen con‐ tactlijsten worden geopend:
● contactlijsten die vanaf Blue‐ tooth-apparaten of externe bron‐
nen zijn gedownload
● contactenlijst voertuig
Let op
Er kunnen maximaal 1000 contacten
in de voertuigcontactenlijst worden
opgeslagen. Er is geen limiet aan
het aantal gedownloade contactlijs‐
ten.
De contactenlijst die de eerste keer
wordt getoond, is afhankelijk van de
actieve toepassing en de aangeslo‐
ten apparaten.De bron wijzigen
Druk op ;, activeer de telefoon- of
navigatietoepassing en selecteer ver‐
volgens CONTACTEN op de interac‐
tieve selectiebalk om een contacten‐
lijst weer te geven.
Selecteer Contactlijst wijzigen aan de
rechterzijde van het scherm. Er ver‐
schijnt een lijst met alle beschikbare bronnen voor contactpersonen. De
actieve contactenlijst wordt gemar‐
keerd met 9.
Selecteer de gewenste contactenlijst.
De gewenste lijst wordt getoond.
Let op
Het systeem onthoudt welke lijst er
binnen een toepassing is gekozen.
Als de contactenlijst vanuit deze toe‐
passing opnieuw wordt geopend,
dan wordt de eerder geselecteerde
lijst opnieuw weergegeven.
De contactenlijst gebruiken
Druk op ;, activeer de telefoon- of
navigatietoepassing en selecteer ver‐
volgens CONTACTEN op de interac‐
tieve selectiebalk om een contacten‐
lijst weer te geven.
Navigatietoepassing:
Telefoontoepassing:
Page 24 of 129

24Basisbediening
Selecteer een van de items in de lijst
om de contactgegevens weer te ge‐
ven.
De contactgegevens kunnen bestaan
uit:
● voor- en achternaam
● diverse telefoonnummers
● diverse e-mailadressen
● diverse adressen (bijv. werk en thuis)
● in de voertuigcontactenlijst: cate‐
gorie-invoer
● in de voertuigcontactenlijst: veld
notities
● voor POI-vermeldingen: informa‐
tie over openingstijden, menu
(bijv. restaurant), prijzen enz.
Let op
De rankschikking van de gegevens
is afhankelijk van de actieve toepas‐
sing. In de telefoontoepassing wor‐
den bijvoorbeeld de telefoonnum‐
mers als eerste weergegeven.
Selecteer de gewenste vermelding.
Contactpersonen toevoegen
Open de betreffende toepassing om
informatie uit de toepassingsmenu's
aan de voertuigcontactenlijst toe te
voegen.
Navigatietoepassing: Selecteer of
voer een bestemming in 3 53. Het
scherm met de bestemmingsdetails wordt weergegeven. Selecteer
Opslaan . Er verschijnt een menu.
Telefoontoepassing: Selecteer
RECENT . Selecteer w naast het te‐
lefoonnummer dat u aan de contac‐ tenlijst wilt toevoegen. Er verschijnt
een menu.
Seleerteer een van de opties.
Nieuw contact aanmaken
Er wordt een datacategorie-selectie‐
menu weergegeven.
Selecteer de betreffende datacatego‐ rie voor de informatie die u wilt op‐
slaan, bv. werkadres of mobiele tele‐
foon. Het scherm met de contactde‐
tails wordt weergegeven.
Let op
De gegevenscategorieën in het
nieuwe menu corresponderen met
de informatie die u wilt opslaan, bv.