Page 254 of 841

qMazda Radar Cruise Control
(MRCC) systeem
waarschuwingslampje (Oranje)/
indikatielampje (Groen) (Type A)
í
Mazda Radar Cruise Control (MRCC)
systeem waarschuwingslampje (Oranje)
Brandt
Wanneer het contact op ON wordt gezet,
gaat het waarschuwingslampje branden en
vervolgens na enkele seconden uit.
Het waarschuwingslampje gaat branden
als er een defect is in het systeem terwijl
het Mazda Radar Cruise Control (MRCC)
systeem is ingeschakeld. Laat uw auto bij
een deskundige reparateur, bij voorkeur
een officiële Mazda reparateur
controleren.
Mazda Radar Cruise Control (MRCC)
systeem indikatielampje (Groen)
Brandt
Gaat branden wanneer de snelheid voor
het Mazda Radar Cruise Control (MRCC)
systeem wordt ingesteld.
qHoofdindikatielampje van
kruissnelheidsregelaar (Oranje)/
Indikatielampje voor ingestelde
kruissnelheid (Groen)
í
Dit indikatielampje heeft twee kleuren.
Hoofdindikatielampje van
kruissnelheidsregelaar (Oranje)
Dit indikatielampje blijft gedurende
enkele seconden branden wanneer het
contact op ON gezet wordt.
Het indikatielampje gaat oranje branden
wanneer de kruissnelheidsregelaar
geactiveerd is.
Indikatielampje voor ingestelde
kruissnelheid (Groen)
Het indikatielampje licht groen op
wanneer een kruissnelheid is ingesteld.
4-76
Tijdens het rijden
íBepaalde modellen.
Instrumentengroep en display
Page 255 of 841

qDodehoekmonitor (BSM) OFF
indikatie/indikatielampjeí
Type A
De dodehoekmonitor (BSM) OFF
indikatie gaat branden wanneer de
dodehoekmonitor (BSM) schakelaar
wordt ingedrukt om de systemen van
dodehoekmonitor (BSM) en
achteruitrijwaarschuwing (RCTA) uit te
schakelen.
Als de indikatie na bediening van de
dodehoekmonitor (BSM) schakelaar blijft
verschijnen, duidt dit op een probleem in
het systeem. Laat uw auto bij een
deskundige reparateur, bij voorkeur een
officiële Mazda reparateur controleren.
Type B
Wanneer het contact op ON wordt gezet,
gaat dit indikatielampje gedurende enkele
seconden branden.
Het dodehoekmonitor (BSM) OFF
indikatielampje gaat branden wanneer de
dodehoekmonitor (BSM) schakelaar
wordt ingedrukt om de systemen van
dodehoekmonitor (BSM) en
achteruitrijwaarschuwing (RCTA) uit te
schakelen.
De volgende gevallen kunnen duiden op
een storing in het systeem. Laat uw auto
bij een deskundige reparateur, bij
voorkeur een officiële Mazda reparateur
controleren.
lHet lampje gaat niet branden wanneer
het contact op ON wordt gezet.
lWanneer het lampje blijft branden, ook
al is de dodehoekmonitor (BSM)
schakelaar uitgezet.
lWanneer dit tijdens het rijden gaat
branden.
OPMERKING
Als er op wegen wordt gereden met
minder verkeer en de radarsensoren
weinig voertuigen kunnen detecteren,
bestaat de kans dat het systeem pauzeert
(de dodehoekmonitor (BSM) OFF
indikatie/indikatielampje in de
instrumentengroep gaat branden). Dit
duidt echter niet op een defect.
qVerlichting-aan indikatielampje
Dit indikatielampje gaat branden wanneer
de buitenverlichting en de
instrumentenpaneelverlichting
ingeschakeld zijn.
Het lampje blijft knipperen als er een
defect in het verlichtingssysteem is.
Raadpleeg een deskundige reparateur, bij
voorkeur een officiële Mazda reparateur.
Tijdens het rijden
Instrumentengroep en display
4-77íBepaalde modellen.
Page 256 of 841
qLED
koplampwaarschuwingslampjeí
Wanneer het contact op ON wordt gezet,
gaat dit waarschuwingslampje gedurende
enkele seconden branden.
Dit lampje gaat branden als er een defect
is in de LED koplamp. Laat uw auto door
een deskundige reparateur, bij voorkeur
een officiële Mazda reparateur
controleren.
qIndikatielampje voor mistvoorlichtí
Dit lampje gaat branden wanneer de
voormistlichten ingeschakeld worden.
qIndikatielampje voor
mistachterlichtí
Dit lampje gaat branden wanneer het
achtermistlicht ingeschakeld wordt.
4-78
Tijdens het rijden
íBepaalde modellen.
Instrumentengroep en display
Page 261 of 841

qDisplayaanduiding
Bij auto's met een type A
instrumentengroep, de toestand van de
auto controleren of de auto door een
deskundige reparateur laten inspecteren,
bij voorkeur een officiële Mazda
reparateur, overeenkomstig de indikatie.
qWaarschuwingslampje
Systeemdefecten of bedrijfstoestanden
worden aangeduid door een
waarschuwing.
Zie Waarschuwings/indikatielampjes op
pagina 4-40.
qSchakelstanden
lHet schakelstandindikatielampje in de
instrumentengroep gaat branden.
Zie Waarschuwings/indikatielampjes
op pagina 4-40.
lOm de startmotor in te schakelen dient
de keuzehendel in de stand P of N te
staan.
P (parkeren)
In stand P is de transmissie geblokkeerd
waardoor wordt voorkomen dat de
voorwielen kunnen draaien.
WAARSCHUWING
Zet de keuzehendel altijd in stand P en
trek de handrem aan:
Het is gevaarlijk wanneer u enkel de
keuzehendel in stand P zet om de auto
geparkeerd te houden zonder de
handrem te gebruiken. Als stand P
ontgrendeld raakt, kan de auto gaan
rollen hetgeen tot ongelukken kan
leiden.
OPGELET
lDe transmissie kan beschadigd raken
wanneer u de stand P (parkeren), N
(neutraal) of R (achteruit) inschakelt
terwijl de auto in beweging is.
lOverschakelen in een van de vooruit
versnellingen of in de achteruit
wanneer de motor sneller draait dan
stationair, kan beschadiging van de
transmissie tot gevolg hebben.
R (achteruit)
In stand R kan er met de auto uitsluitend
achteruit gereden worden. Breng de auto
altijd eerst volledig tot stilstand, alvorens
naar of vanuit stand R (achteruit) over te
schakelen, behalve onder buitengewone
omstandigheden zoals beschreven onder
“Op eigen kracht lostrekken van de auto”
(pagina 3-70).
N (neutraal)
De wielen en de transmissie zijn in deze
stand niet geblokkeerd. Als de handrem of
de voetrem niet wordt gebruikt, kan de
auto zelfs op een geringe helling
gemakkelijk gaan rollen.
Tijdens het rijden
Transmissie
4-83
Page 297 of 841

OPMERKING
Als het gaspedaal door iets zoals de
voet van de bestuurder wordt
aangeraakt terwijl de motor draait en de
elektrische handrem is aangetrokken, is
het mogelijk dat de handrem
automatisch wordt vrijgezet. Als u niet
van plan bent meteen weg te rijden, zet
dan de versnellingshendel
(handgeschakelde versnellingsbak) in
de neutraalstand of zet de keuzehendel
(automatische transmissie) in de stand P
of N.
qDisplayaanduiding
Bij auto's met een type A
instrumentengroep, de toestand van de
auto controleren of de auto door een
deskundige reparateur laten inspecteren,
bij voorkeur een officiële Mazda
reparateur, overeenkomstig de indikatie.
qWaarschuwingslampje
Systeemdefecten of bedrijfstoestanden
worden aangeduid door een
waarschuwing.
Zie Waarschuwings/indikatielampjes op
pagina 4-40.
qRemblokslijtage-indikator
Wanneer de schijfremblokken versleten
raken, komen de ingebouwde
slijtageindikators in aanraking met de
remschijven. Dit veroorzaakt een piepend
geluid dat als waarschuwing dient dat de
remblokken vernieuwd moeten worden.
Indien u tijdens het rijden dit geluid hoort,
dient u de remblokken zo spoedig
mogelijk door een deskundige reparateur,
bij voorkeur een officiële Mazda
reparateur te laten controleren en zonodig
te laten vernieuwen.
WAARSCHUWING
Rijd niet met versleten
schijfremblokken:
Rijden met versleten remblokken is
gevaarlijk. De remmen kunnen
weigeren, waardoor u het risico van
een ernstig ongeluk loopt. Raadpleeg
een deskundige reparateur, bij
voorkeur een officiële Mazda
reparateur zodra u een piepend geluid
hoort.
Tijdens het rijden
Remmen
4-119
Page 307 of 841
qi-ELOOP laaddisplay
Als de motor gestart wordt nadat er
gedurende langere tijd niet met de auto is
gereden, is het mogelijk dat een“i-
ELOOP laadt op”bericht op de display
wordt aangegeven.
Laat de motor stationair draaien en wacht
totdat het bericht verdwenen is.
OPMERKING
Als er met de auto wordt gereden
terwijl het bericht wordt getoond, klinkt
er een pieptoon.
Als u het stuurwiel draait terwijl het
bericht wordt getoond, voelt dit
zwaarder dan normaal. Dit duidt echter
niet op een afwijking. Parkeer de auto
met draaiende motor op een veilige
plaats en probeer het stuurwiel niet te
draaien. Wanneer het bericht niet langer
wordt getoond, zal het gebruik van het
stuur weer normaal worden.
Tijdens het rijden
i-ELOOP
4-129
Page 308 of 841

Brandstofverbruikmonitor
Bij voertuigen met type C/type D audio, kan de bedrijfstoestand, het brandstofverbruik en
de energiebesparing beurtelings worden getoond door bediening van de pictogrammen in
de display.
Bovendien kan wanneer de einddisplay is ingeschakeld na het voltooien van een rit de
totale energiebesparing tot op dat moment in de einddisplay worden getoond.
1. Selecteer het
pictogram op het thuisscherm en toon het toepassingen scherm.
2. Selecteer de“Brandstofverbruikmonitor”.
3. Bedien de commanderschakelaar of raak het scherm aan voor het tonen van het menu.
OPMERKING
Wanneer het menu wordt getoond door aanraking van het scherm, wordt de display
automatisch na 6 seconden verborgen.
4. Selecteer het pictogram in het menu en voer de bediening uit. Het gebruik van de
pictogrammen is als volgt:
Indikatie op display Bedrijfstoestand
Verbergt de menudisplay.
Keert terug naar het toepassingenscherm.
Schakelt de brandstofverbruikmonitor over in de
volgorde van bedrijfstoestand, brandstofverbruik en
energiezuinigheid
Stelt de brandstofverbruikgegevens terug.
Toont het volgende instelscherm.
lEinddisplay in-/uitschakelen
lIn-/uitschakelen van de functie die het terugstellen van
de brandstofverbruikgegevens koppelt aan de dagteller
(Dagteller A)
OPMERKING
Nadat het contact vanuit ON op OFF is gezet, verandert het
brandstofverbruikmonitorscherm naar het oorspronkelijke
brandstofverbruikmonitorscherm wanneer het contact de volgende keer op ON gezet
wordt.
4-130
Tijdens het rijden
Brandstofverbruikmonitor
Page 309 of 841
qBedrijfstoestanddisplay
De bedrijfstoestand van de i-stop functie en de i-ELOOP regeneratiestatus worden getoond.
Indikatie op display Bedrijfstoestand
Met i-ELOOP systeem
Toont het niveau van de elektriciteit die opgewekt wordt
door regeneratief remmen.
Toont de hoeveelheid elektriciteit die opgeslagen is in
de condensator.
Met i-ELOOP systeem
Toont de status van de elektriciteit die wordt opgeslagen
in de condensator en geleverd wordt aan de elektrische
apparatuur
(op de display wordt tegelijkertijd de gehele auto verlicht
weergegeven).
Toont het totale brandstofverbruik.
Tijdens het rijden
Brandstofverbruikmonitor
4-131