Page 181 of 319
ECO-FUNCTIE INSCHAKELEN/
UITSCHAKELEN (0.9 TwinAir 85 pk versies)
De inschakeling/uitschakeling van de ECO functie
door het indrukken van de betreffende knop (zie
de paragraaf "Bedieningselementen" in het
hoofdstuk "Kennismaking met de auto")
is aangegeven met een melding op de display.SERVICE (GEPROGRAMMEERD
ONDERHOUDSSCHEMA) VERVALLEN
Wanneer het onderhoudsinterval bijna is vervallen
en de sleutel in de stand MAR wordt gedraaid,
verschijnt de melding "Service" op het
herconfigureerbaar multifunctioneel display,
gevolgd door het aantal resterende kilometers of
mijlen. Neem contact op met het Lancia
Servicenetwerk om de werkzaamheden van het
"Geprogrammeerd onderhoudsschema" te laten
verrichten en de melding te resetten.
177
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 182 of 319

NOODGEVALLEN
Wij adviseren om in een noodsituatie het gratis telefoonnummer te bellen dat in het
garantieboekje is vermeld. Het is ook mogelijk om op de website www.lancia.com de
dichtstbijzijnde Lancia dealer te zoeken.
DE MOTOR STARTEN
Ga onmiddellijk naar het Lancia Servicenetwerk
als het waarschuwingslampje
op het
instrumentenpaneel vast blijft branden.
STARTEN MET HULPACCU
Als de accu leeg is, kan de motor gestart worden
met een hulpaccu met dezelfde of een iets hogere
capaciteit dan de lege accu.
Ga als volgt te werk om te starten:❒verbind de plusklemmen (+teken bij de klem)
van beide accu’s met een startkabel fig. 114;
❒sluit met een tweede startkabel de minklem–
van de hulpaccu aan op een massapuntop
de motor of de versnellingsbak van de auto die
gestart moet worden;
❒start de motor;
❒maak als de motor gestart is, de kabels in de
omgekeerde volgorde los.
Lees voor versies met het Start&Stop systeem, in
geval van starten met een hulpaccu, de paragraaf
“Start&Stop systeem” in het hoofdstuk
“Kennismaking met de auto”.
Als de motor na enkele pogingen niet start, blijf
dan niet proberen maar neem contact op met het
Lancia Servicenetwerk.
BELANGRIJK Verbind de minklemmen van de
twee accu’s niet rechtstreeks met elkaar: eventuele
vonken kunnen het explosieve gas ontsteken dat
uit de accu kan ontsnappen. Als de hulpaccu
in een andere auto is geïnstalleerd, moet
accidenteel contact tussen de metalen delen van
beide auto's vermeden worden.
fig. 114L0F0084
178
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 194 of 319

❒draai de ventieldop F los en sluit de vulslang B
aan door de betreffende ringmoer op het ventiel
van de band vast te draaien;
❒Controleer of de schakelaar G fig. 126 in de
stand0(uit) staat en start de motor;
❒steek de elektrische stekker H fig. 127 in de
aanstekeraansluiting van de auto (12 V);
❒start de compressor door de schakelaar G in
stand1(aan) te plaatsen;
❒pomp de band op tot de juiste bandenspanning
(zie de paragraaf "Bandenspanning in koude
toestand" in het hoofdstuk "Technische
gegevens");
BELANGRIJK Voor een preciezere uitlezing, wordt
geadviseerd de waarde bij uitgeschakelde
compressor te controleren.❒Als de druk na 5 minuten niet minstens 1,5 bar
heeft bereikt, schakel dan de compressor uit en
maak de vulslang B van het bandventiel los
en verwijder de stekker H;
❒verplaats de auto ongeveer 10 meter zodat de
afdichtvloeistof zich gelijkmatig in de band
kan verdelen en pomp vervolgens weer op;
BELANGRIJK Als ook in dit geval binnen 5
minuten na inschakeling van de compressor geen
druk van minstens 1,5 bar wordt bereikt, rijd
dan niet verder omdat de band te ernstig
beschadigd is en de Fix&Go kit niet de vereiste
afdichting kan garanderen. Neem in dat geval
contact op met het Lancia Servicenetwerk.
❒als de band de opgegeven spanning bereikt, rijdt
dan onmiddellijk weg;
❒stop na ongeveer 10 minuten rijden, trek de
handrem aan en controleer opnieuw de
bandenspanning.
fig. 126L0F0304fig. 127L0F0305
190
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 195 of 319

BELANGRIJK
Breng de sticker op een voor de
bestuurder goed zichtbare plaats aan,
om eraan te herinneren dat de band
behandeld is met de Fix&Go kit. Rijd
voorzichtig, met name in bochten. Rijd niet
harder dan 80 km/h. Vermijd bruusk
accelereren en remmen.
BELANGRIJK
Rijd niet verder als de
bandenspanning onder 1,5 bar is
gedaald: de Fix&Go kit kan de vereiste
afdichting niet garanderen omdat de band te
ernstig beschadigd is. Neem contact op met
het Lancia Servicenetwerk. Als daarentegen
een spanning van minstens 1,5 bar wordt
gemeten, herstel dan de correcte
bandenspanning (bij draaiende motor en
aangetrokken handrem), ga weer rijden en
rijd zeer voorzichtig naar de dichtstbijzijnde
garage van een Lancia dealer.ALLEEN VOOR CONTROLEREN EN
HERSTELLEN SPANNING
De compressor kan ook worden gebruikt voor het
controleren en mogelijk herstellen van de
bandenspanning.
Ga als volgt te werk:
❒Als de spuitbus A fig. 128 op de compressor is
aangesloten, dient u op de vrijgaveknop L te
drukken om hem te verwijderen;
❒sluit de slang aan op het ventiel van de band;
❒controleer de spanning op de drukmeter;
❒als de spanningswaarde te laag is, breng dan de
elektrische stekker in de aanstekeraansluiting
aan en start de compressor.
BELANGRIJK Druk op de luchtafvoerknop M om
de eventuele overspanning van de band te regelen.
fig. 128L0F0306
191
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 197 of 319

Wij adviseren om defecte lampen,
indien mogelijk, door het Lancia
Servicenetwerk te laten vervangen. De
correcte werking en regeling van de
buitenverlichting zijn van fundamenteel
belang voor de rijveiligheid en is bovendien
een wettelijke vereiste.
Omwille van de hoge voedingsspanning
mogen defecte Xenon
gasontladingslampen (voor bepaalde
versies/markten) uitsluitend door een
vakspecialist worden vervangen: levensgevaar!
Raadpleeg het Lancia-servicenetwerk.BELANGRIJK Bij een lage temperatuur en of bij
een hoge luchtvochtigheidsgraad kan de
binnenzijde van de koplamp een beetje beslagen
zijn. Dit is geen defect maar een natuurlijk
verschijnsel dat veroorzaakt wordt door
de temperatuur- en vochtverschillen tussen de
binnen- en buitenzijde van het glas, en dat geen
enkele nevenwerking heeft op de normale werking
van de lichten. Deze aanslag verdwijnt geleidelijk
aan zodra de koplampen worden ingeschakeld.
193
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 198 of 319
TYPEN LAMPEN
De auto is uitgerust met verschillende typen gloeilampen:
Volglas lampen:(type A) klemmontage. Trek om te
verwijderen.
Lamp met bajonet-sluiting:(type B) druk de lamp
ietwat in en draai linksom om hem uit de houder te
verwijderen.
Buislampen:(type C) trek de lamp uit de veercontacten
om hem te verwijderen.
Halogeenlampen:(type D) haak de borgveer los om de
lamp uit de zitting te verwijder.
Halogeenlampen:(type E) haak de borgveer los om de
lamp uit de zitting te verwijder.
Xenon gasontladingslampen:(type F) raadpleeg het
Lancia Servicenetwerk om dit type lamp te vervangen.
194
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 204 of 319
ACHTERLICHTUNITS
De achterlichtunits omvatten de gloeilampen voor
de parkeerverlichting, het remlicht en de
richtingaanwijzers. De achteruitrijlichten en de
mistachterlichten zijn in de achterbumper
opgenomen.
De plaatsing van de lampen is als volgt fig. 139:
ARichtingaanwijzers
BRemlichten
RICHTINGAANWIJZERS/REMLICHTEN
Draai de lamphouder in de richtingO(open) om
de lampen te vervangen. Draai na de lamp te
hebben vervangen de lamphouder in de richtingC
(gesloten).
STADSLICHT
Dit zijn led lampjes. Raadpleeg het Lancia-
servicenetwerk voor het vervangen.3
eREMLICHT
Het derde remlicht zit in de achterklep verwerkt
en bestaat uit led lampjes. Raadpleeg het
Lancia-servicenetwerk voor het vervangen.
fig. 139L0F0034
200
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 210 of 319

ZEKERINGEN VERVANGEN
ALGEMENE INFORMATIE
Het elektrische systeem wordt beveiligd door
zekeringen: bij een storing of bij oneigenlijk
gebruik van het systeem brandt de zekering door.
Controleer eerst of de zekering is doorgebrand
wanneer een elektrisch onderdeel niet meer werkt:
de geleidende band A fig. 151 mag niet
onderbroken zijn. Als dit wel het geval is, dan
moet de zekering worden vervangen door een
nieuw exemplaar met dezelfde stroomsterkte
(zelfde kleur).
B = zekering intact;
C = zekering met doorgebrande geleidende band.
Neem het tangetje D uit de zekeringenkast op
de linkerzijde van het dashboard om de
zekeringen te vervangen.Voor een overzicht van de zekeringen wordt
verwezen naar de zekeringentabel in de volgende
pagina’s.
BELANGRIJK
Als de zekering opnieuw doorbrandt,
neem contact op met het Lancia
Servicenetwerk.
BELANGRIJK
Vervang een doorgrande zekering
nooit door metalen draden of ander
materiaal.
BELANGRIJK
Vervang een zekering nooit door een
exemplaar met een hogere
stroomsterkte (ampère); BRANDGEVAAR
BELANGRIJK
Als een hoofdzekering (MEGA-FUSE,
MIDIFUSE, MAXI-FUSE) doorbrandt,
neem dan contact op met het Lancia
Servicenetwerk.
fig. 151L0F0005
206
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER