Page 105 of 202

KINDEREN VEILIG
VERVOERENDe Alfa Romeo 4C is een sportieve
auto waarmee elke dag in de stad
gereden kan worden, onder
voorwaarde dat de bestuurder en de
passagiers hun veiligheidsgordels
omleggen. Een kind mag ook vervoerd
worden op de passagiersstoel, onder
voorwaarde dat het kind zwaarder
weegt dan 9 kg en er een geschikt
kinderzitje wordt gebruikt.
Kinderen moeten, afhankelijk van hun
gewicht, in geschikte kinderzitjes
vervoerd worden. Er zijn verschillende
soorten kinderzitjes leverbaar; kies altijd
het zitje dat het meest geschikt is
voor het kind:
70)
Kinderen langer dan 1,50 m worden
wat de beveiligingssystemen betreft
gelijkgesteld aan volwassenen en
moeten de standaard veiligheidsgordels
dragen.
Alle kinderzitjes moeten voorzien zijn
van de certificatiegegevens, evenals
een goed vastgehecht plaatje met het
controleteken dat nooit verwijderd mag
worden.Kinderzitjes zijn verkrijgbaar bij
Lineaccessori Alfa Romeo. Deze
producten zijn speciaal voor Alfa
Romeo voertuigen ontworpen en
getest.
BELANGRIJK
70) De passagiersstoel van de auto
is niet geschikt voor het gebruik
van tegen de rijrichting in
geplaatste kinderzitjes (Groep 0
en 0+). In deze auto mogen baby's
(met een gewicht tot 9 kg) dus
NIET vervoerd worden.
"UNIVERSEEL"
KINDERZITJE
MONTEREN (met de
veiligheidsgordels)Alleen kinderzitjes voor Groep 1, 2 en 3,
namelijk in de rijrichting gemonteerde
kinderzitjes, kunnen op de 4C
geïnstalleerd worden.
Deze auto is NIET geschikt voor het
monteren van tegen de rijrichting in op
de passagiersstoel gemonteerde
kinderzitjes.
GROEP 1
Kinderen met een gewicht van 9 tot 18
kg mogen in een in de rijrichting
gemonteerd kinderzitje vervoerd
worden fig. 69.
71)
69
A0L0059
102
VEILIGHEID
3-10-2013 16:37 Pagina 102
Page 106 of 202
GROEP2-3
Kinderen met een gewicht tussen 15 en
36 kg mogen rechtstreeks de
veiligheidsgordels van de auto
gebruiken.fig. 70.
Het kinderzitje is in dit geval alleen
nodig om het kind correct ten opzichte
van de gordels te plaatsen, zodat het
diagonale gordelgedeelte schuin over
de borst en nooit langs de nek ligt; het
horizontale gordelgedeelte moet over
het bekken en niet over de buik liggen.
71)
BELANGRIJK
71) De afbeeldingen dienen slechtster illustratie van de montage.
Monteer het kinderzitje
overeenkomstig de aanwijzingen,
die bijgesloten moeten zijn.
70
A0L0064
103
3-10-2013 16:37 Pagina 103
Page 107 of 202
GESCHIKTHEID VAN DE PASSAGIERSZITPLAATS VOOR GEBRUIK VAN HET ISOFIX
UNIVERSEEL KINDERZITJE
De auto voldoet aan de nieuwe Europese 2000/3/EG-richtlijn inzake de montage van kinderzitjes op de verschillende plaatsen
in de auto overeenkomstig de volgende tabel:GroepGewichtsgroepPassagier
Groep 1 9-18 kgL
Groep 2 15-25 kgL
Groep 3 22-36 kgL
L = geschikt voor speciale kinderzitjes voor dit type auto.
104
VEILIGHEID
3-10-2013 16:37 Pagina 104
Page 108 of 202

DOOR ALFA ROMEO AANBEVOLEN KINDERZITJES VOOR DE 4C
In de Lineaccessori Alfa Romeo zijn er twee speciale in de rijrichting te monteren kinderzitjes voor de 4C leverbaar, die alleen
bevestigd mogen worden met de driepuntsgordel.GewichtsgroepKinderzitjesType kinderzitje Installatie kinderzitjes
Groep 1 – van 9 tot
18 kg
Britax Roemer Duo Plus
Goedkeuringsnummer: E1
04301133
Fiat bestelcode: 71803161 Kinderzitjes die in de rijrichting gemonteerd
moeten worden maken UITSLUITEND
gebruik van de veiligheidsgordels van de
auto.
Het wordt geadviseerd geen gebruik te
maken van de ISOFIX-verankeringen en de
top tether van het kinderzitje aangezien de
auto niet is uitgerust met ISOFIX
-verankeringen en top tether.
Groep 2 – 3 van 15
kg tot 36 kgFair Junior Fix
Goedkeuringsnummer: E4
04443721
Fiat bestelcode: 71805370 Dit moet geïnstalleerd worden in de
rijrichting met behulp van UITSLUITEND de
veiligheidsgordel van de auto.
Het wordt geadviseerd geen gebruik te
maken van de ISOFIX-verankeringen
aangezien de auto niet is uitgerust met
ISOFIX -verankeringen.
105
3-10-2013 16:37 Pagina 105
Page 109 of 202

Belangrijkste
veiligheidsvoorschriften
die voor het vervoeren
van kinderen opgevolgd
moeten worden
❒Neem de aanwijzingen die de
producent verplicht bij het kinderzitje
moet leveren zorgvuldig in acht.
Bewaar deze aanwijzingen samen
met de overige documenten en
dit instructieboekje in de auto.
Gebruik geen gebruikte kinderzitjes
waarvan de gebruiksaanwijzingen
ontbreken;
❒ controleer of de gordel goed is
vastgemaakt door eraan te trekken;
❒ elk kinderzitje is bedoeld voor slechts
één kind: vervoer nooit twee kinderen
in één zitje;
❒ controleer altijd of de
veiligheidsgordel niet langs de nek
van het kind loopt;
❒ controleer tijdens het rijden dat het
kind geen verkeerde houding
aanneemt of de gordels losmaakt;
❒ vervoer kinderen nooit op schoot,
ook geen pasgeborenen. Niemand
is in staat om een kind vast te
houden bij een ongeval;
❒ na een ongeval moet het kinderzitje
door een nieuw exemplaar worden
vervangen.
FRONTAIRBAGSFRONTAIRBAGS
BESTUURDER EN
PASSAGIER
De auto is uitgerust met meertraps
frontairbags (“Smart bagssysteem”)
voor de bestuurder en de passagier.
De frontairbags voor bestuurder/
passagier zijn ontworpen om de
inzittenden te beschermen bij
middelzware frontale botsingen, door
de airbag tussen de inzittende en
het stuurwiel of het dashboard op te
blazen.
Als de airbags niet worden opgeblazen
bij andere soorten botsingen (botsingen
opzij, achterop, over de kop slaan
enz.), betekent dit dus niet dat
het systeem slecht functioneert.
Airbags zijn geen vervanging voor de
veiligheidsgordels maar een aanvulling
daarop, de gordels moeten altijd
omgelegd worden. Bij een botsing
worden degenen die geen
veiligheidsgordel dragen naar voren
geworpen en kunnen zo in contact
komen met een airbag die nog niet
volledig opgeblazen is. Onder deze
omstandigheden wordt de inzittende
minder door de airbag beschermd.
72)
In de volgende omstandigheden kan
het voorkomen dat de frontairbags niet
worden opgeblazen:
❒frontale botsingen tegen makkelijk
vervormbare onderdelen, die niet
de voorkant van de auto zijn (bijv.
spatbord tegen de vangrail);
❒ het voertuig schuift onder andere
auto’s of veiligheidsbarrières
(bijvoorbeeld onder vrachtwagens of
vangrails); in deze situaties bieden
ze geen aanvullende bescherming
ten opzichte van de
veiligheidsgordels, zodat hun
activering geen zin heeft. In deze
gevallen wijst de uitgebleven
activering dus niet op een storing van
het systeem.
Frontairbag
bestuurderszijde
Deze airbag bevindt zich in een
speciale ruimte in het midden van het
stuurwiel fig. 71.
73)
Frontairbag
passagierszijde
Deze airbag bevindt zich in een
speciale ruimte in het dashboard fig.
72.
74)
106
VEILIGHEID
3-10-2013 16:37 Pagina 106
Page 110 of 202

ALGEMENE
WAARSCHUWINGEN
De frontairbags kunnen in werking
treden bij heftige botsingen tegen de
onderkant van de auto (bijv. botsing
met treden, trottoirbanden, kuilen
of verkeersdrempels, enz.).Als de airbag geactiveerd wordt,
ontsnapt er een kleine hoeveelheid
poeder: dit poeder is niet schadelijk en
duidt niet op het begin van een brand.
Dit poeder kan echter de huid en ogen
irriteren: was ze in dit geval met
neutrale zeep en water.
De controle, reparatie en vervanging
van de airbags moeten door een
speciaal Alfa Romeo Servicepunt
worden uitgevoerd.
Als de auto wordt gesloopt, moet het
airbagsysteem buiten werking gesteld
worden door een speciaal Alfa Romeo
Servicepunt.
Gordelspanners en airbags worden op
verschillende manieren geactiveerd,
afhankelijk van het type botsing. Als
een of meerdere van deze
voorzieningen niet in werking treden,
dan duidt dat niet op een storing in het
systeem.
77) 78) 79) 80) 81) 82) 83)
BELANGRIJK
72) Breng geen stickers of andere
voorwerpen op het stuurwiel of
op het deksel van de
passagiersairbag aan. Plaats nooit
voorwerpen op het dashboard
aan passagierszijde, omdat deze
het correct openen van de
passagiersairbag kunnen
hinderen en de inzittenden
kunnen verwonden.
73) Rijd altijd met de handen op de stuurwielrand zodat de airbag
indien nodig ongehinderd
opgeblazen kan worden. Rijd niet
met voorover gebogen lichaam.
Houd de rug goed rechtop tegen
de rugleuning gedrukt.
74) Aanwijzingen voor het uitschakelen van de frontairbag
aan passagierszijde staan in de
paragraaf "Menuopties" in het
hoofdstuk "Kennismaking met het
instrumentenpaneel". Denk eraan
dat de airbag in deze
omstandigheden NIET in werking
zal treden wanneer dat nodig is
(ongeval).
71
A0L0055
72
A0L0056
107
3-10-2013 16:37 Pagina 107
Page 111 of 202

75) Leun niet met uw hoofd, armenof ellebogen tegen het portier om
letsel te voorkomen wanneer de
airbag in werking treedt.
76) Steek nooit uw hoofd, armen of ellebogen uit het raam.
77) Als de contactsleutel naar MAR wordt gedraaid en het lampje
gaat niet branden of blijft
branden tijdens het rijden (bij
sommige versies samen met een
bericht op het display), dan is
er mogelijk een storing in de
veiligheidssystemen. In dat geval
kunnen de airbags of
gordelspanners niet geactiveerd
worden bij een ongeval of, in
een zeer beperkt aantal gevallen,
op verkeerde wijze geactiveerd
worden. Laat het systeem
onmiddellijk controleren door een
speciaal Alfa Romeo Servicepunt
alvorens verder te rijden.
78) Reis niet met voorwerpen op schoot of voor de borst en houd
niets in de mond (pijp, pen, enz.):
deze kunnen ernstig letsel
veroorzaken als de airbag in
werking treedt. 79) Laat bij diefstal of poging tot
diefstal, vandalisme of
overstromingen het
airbagsysteem door een speciaal
Alfa Romeo Servicepunt
controleren.
80) Als de contactsleutel in stand MAR staat of wanneer de motor
is uitgezet, kunnen de airbags ook
geactiveerd worden als de auto
door een andere auto wordt
aangereden. Vergeet ook niet dat
als de sleutel in de stand STOP
staat, er bij een ongeval geen
enkel veiligheidssysteem (airbag
of gordelspanners) wordt
geactiveerd. In deze gevallen wijst
de uitgebleven activering dus
niet op een storing van het
systeem.
81) Wanneer de contactsleutel naar MAR wordt gedraaid, gaat het
lampje gedurende de eerste 4
seconden constant branden.
Als het lampje blijft branden, dan
betekent dit dat de bescherming
voor de passagier is
uitgeschakeld; als het lampje
uitgaat dan is de bescherming van
de passagier daarentegen
ingeschakeld. 82) De activeringsdrempel van de
frontairbag is hoger dan die van
de gordelspanners. Bij
aanrijdingen die tussen deze twee
drempelwaarden liggen, treden
alleen de gordelspanners in
werking.
83) De airbag vervangt de veiligheidsgordels niet maar
verhoogt hun doeltreffendheid.
Omdat de frontairbags niet
worden geactiveerd bij frontale
botsingen bij lage snelheden,
zijdelingse botsingen, botsingen
achterop en over de kop slaan,
worden in deze gevallen de
inzittenden uitsluitend door de
veiligheidsgordels beschermd, die
dus altijd gedragen moeten
worden.
108
VEILIGHEID
3-10-2013 16:37 Pagina 108
Page 112 of 202
STARTEN EN RIJDEN
Laten we eens kijken naar het "hart"
van de auto: dan kunt u zien hoe u het
potentieel van de auto optimaal kunt
benutten.
We zullen u laten zien hoe u de auto in
elke situatie kunt besturen, zodat de
auto een echte "maatje" voor u kan zijn,
waarbij het comfort en de portefeuille
niet vergeten worden.MOTOR STARTEN ..........................110
PARKEREN .....................................111
GEBRUIK VAN DE
VERSNELLINGSBAK ......................112
BRANDSTOFBESPARING ...............118
WINTERBANDEN ............................119
LANGDURIGE STILSTAND VAN DE
AUTO ..............................................120
109
3-10-2013 16:37 Pagina 109