Page 4 of 378

.
.
Inhoud
Indeling interieur 124Armleuning vóór 126Multimedia achter 128Panoramadak 131Indeling van de bagageruimte 132
Indelingen
Kinderzitjes 137Uitschakelen van de passagiersairbag vóór 139ISOFIX-bevestigingen 146Kinderbeveiliging 150
Veiligheidsvoorzieningen voor kinderenInstrumentenpanelen 48Verklikkerlampjes 50Meters 60Regelknoppen 64
Controle tijdens het rijdenIn één oogopslag
Display C (Peugeot Connect Sound) 65Wegklapbaar kleurendisplay 16x9 (Peugeot Connect Nav of Peugeot Connect 3D Nav) 68
M
ultifunctionele displays
Verwarming en ventilatie 74Achterruitverwarming 75Automatische airconditioning met gescheiden regeling 76Voor stoelen 8 0Achterbank 85Stuurwielverstelling 87Spiegels 88
Comfort
Sleutel met afstandsbediening 90Alarm 96Elektrisch bedienbare ruiten 98Portieren 100Achterklep 103Onderste deel achterklep 104Brandstoftank 105Vulpistoolrestrictie (diesel) 107
Toegang tot de auto
Lichtschakelaar 108Verlichting overdag 112Automatische verlichting 114Koplampen verstellen 115Ruitenwisserschakelaar 116Automatische ruitenwissers 119Plafonniers 121Sfeerverlichting 122Verlichting bagageruimte 123
Zicht
Presentatie 24Verklikkerlampje Ready 28Keuzeschakelaar HYbrid4 29Energiemeter 32Weergave van de energiestromen van het hybridesysteem 33Eco off 36Veelgestelde vragen HYbrid4 37Eco-rijden 40Ver br uik 42Tractiebatterij 43Autowasstraat 46Slepen 47
Hybridesysteem
Page 5 of 378

.
.
Inhoud
Richtingaanwijzers 151Alarmknipperlichten 151C l a xo n 151Controlesysteem bandenspanning 152ESP-systeem 154Veiligheidsgordels 157Airbags 160
Veiligheid
Elektrische parkeerrem 164Hill Holder 168Head-up display 171Snelheidsbegrenzer 173Snelheidsregelaar 1762Tronic versnellingsbak 179Parkeerhulp 183Achteruitrijcamera 185Intelligente parkeerhulp 186
Rijden
Urgence-oproep of Assistance-oproep 241Peugeot Connect 3D Nav 245Peugeot Connect Nav 289Peugeot Connect Sound 343
Audio en telematica
Index
Visuele index
Motorkap 189Brandstoftank leeg (Diesel) 190Dieselmotor 191Niveaus controleren 192Controles 195
Onderhoud
Bandenreparatieset 197Wiel verwisselen 203Sneeuwkettingen 208Een lamp vervangen 209Zekeringen vervangen 21412V- ac c u 2 21Eco-mode 225Wisserbladen vervangen 226Slepen van uw auto 227Slepen 228Trekken van een aanhanger 229Allesdragers monteren 231Sneeuwscherm 232Accessoires 233
Praktische informatie
Elektromotor 235Dieselmotoren 236Gewichten (diesel) 237Afmetingen 238Identifi catie 239
Technische gegevens
Page 13 of 378
.In één oogopslag11
Cockpit
1. Schakelaar snelheidsregelaar/-begrenzer.
2. Hendel stuurwielverstelling.
3. Schakelaar verlichting en richtingaanwijzers.
4. Instrumentenpaneel.
5. Airbag bestuurder. Claxon.
6. Selectiehendel.
7. Elektrische parkeerrem.
8. Middenarmsteun vóór - Peugeot Connect USB.
9. Hendel motorkapontgrendeling.
10. Opbergvak bestuurderszijde (Instructieboekje).
11. Schakelaar alarm, Schakelaar dynamische stabiliteitscontrole (CDS), Schakelaar intelligente parkeerhulp.
12 . Handmatig verstellen van de koplampen Navigatietoets van het instrumentenpaneel.
13. Schakelaars buitenspiegels. Schakelaars ruitbediening. Kinderbeveiliging.
14 . Zijruitontwaseming.
15. Voorruitontwaseming.
Page 14 of 378
In één oogopslag
12
Cockpit
1. Contact-/stuurslot.
2. Stuurkolomschakelaar van het audio- en telematicasysteem.
3. Schakelaar ruitenwissers/ruitensproeiers/boordcomputer.
4. Verstelbare en afsluitbare middelste ventilatieroosters.
5. Head-up display.
6. Multifunctioneel display.
7. Airbag aan passagierszijde.
8. Verstelbaar en afsluitbaar zijventilatierooster.
9. Dashboardkastje - Aansluitingen audio/video - Uitschakelen passagiersairbag.
10. Opbergvak met net.
11. Keuzeschakelaar HYbrid4-systeem.
12 . 12V-aansluiting.
13. Handgreep.
14 . Bedieningspaneel verwarming/airconditioning.
15. Audio- en telematicasysteem.
16. Schakelaars: - head-up display, - alarmknipperlichten, - ECO OFF, - parkeerhulp, - centrale vergrendeling.
Page 20 of 378
139, 161
157, 161
150
In één oogopslag
18
Veiligheid voor de inzittenden
Airbag voorpassagier
1. Steek de sleutel in de schakelaar. 2. Selecteer de stand: "OFF" (uitschakelen) wanneer een kinderzitje "met de rug in de rijrichting" is bevestigd, "ON" (inschakelen) wanneer een passagier op de voorstoel zit of een kinderzitje "met het gezicht in de rijrichting" is bevestigd. 3. Ver wijder de sleutel zonder de stand van de schakelaar te veranderen.
Veiligheidsgordels en airbag
vóór aan passagierszijde
A. Veiligheidsgordels voor en/of achter niet vastgemaakt of weer losgemaakt. B. Veiligheidsgordel links voor. C. Veiligheidsgordel rechts voor. D. Veiligheidsgordel rechts achter. E. Veiligheidsgordel midden achter. F. Veiligheidsgordel links achter. G. Airbag vóór aan passagierszijde uitgeschakeld. H. Airbag vóór aan passagierszijde actief.
Kinderbeveiliging
(vergrendelen achterportieren)
Het branden van een lampje geeft de status van de desbetreffende functie aan.
Page 56 of 378
Controle tijdens het rijden
54
Verklikkerlampjes uitgeschakelde functies
De volgende verklikkerlampjes geven aan dat de desbetreffende functie handmatig is uitgeschakeld. Soms klinkt er ook een geluidssignaal en verschijnt er een bericht op het multifunctionele display.
ControlelampjebrandtOorzaakActies / Opmerkingen
Passagiersairbag permanent. De schakelaar in het dashboardkastje staat in de stand " OFF ". De frontairbag aan passagierszijde is uitgeschakeld. U kunt een kinderzitje met de "rug in de rijrichting" plaatsen, behalve in het geval van een storing in het airbagsysteem (verklikkerlampje airbags brandt).
Zet de schakelaar in de stand " ON " om de frontairbag aan passagierszijde in te schakelen. Bevestig in dit geval op deze zitplaats geen kinderzitje met de "rug in de rijrichting".
Page 60 of 378

Controle tijdens het rijden
58
ControlelampjebrandtOorzaakActies / Opmerkingen
Een of meer portieren geopend
permanent, bij een snelheid lager dan 10 km/h. permanent, bij een snelheid lager dan 10 km/h. permanent, bij een snelheid Een portier, de achterklep, het onderste deel van de achterklep of de motorkap (uitsluitend met alarm) is niet goed gesloten.
Sluit het desbetreffende carrosseriedeel.
permanent in combinatie met een geluidssignaal, bij een snelheid hoger dan 10 km/h.
Veiligheidsgordel niet vastgemaakt of losgemaakt losgemaakt losgemaakt
permanent, en knippert vervolgens in combinatie met een in volume toenemend geluidssignaal.
De bestuurder en/of de voorpassagier heeft zijn veiligheidsgordel niet vastgemaakt of losgemaakt.
Trek aan de gordel en klik de gesp vast in de gesphouder.
Airbags tijdelijk. Het lampje brandt gedurende enkele seconden en dooft als het contact wordt aangezet.
Het lampje moet doven zodra de motor wordt gestart. Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats als dit niet het geval is.
permanent. Er is een storing in een van de airbags of de pyrotechnische gordelspanners.
Laat dit controleren door het PEUGEOT-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Aanwezigheid water in brandstof
permanent. Er bevindt zich water in het brandstoffilter. Risico van beschadiging van het inspuitsysteem bij dieselmotoren. Raadpleeg zo snel mogelijk het PEUGEOT-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Motoroliedruk Motoroliedruk Motoroliedruk permanent. Er is een storing in de motorsmering. Zet de auto zo snel mogelijk stil op een veilige plaats. Parkeer de auto, zet het contact af en raadpleeg het PEUGEOT-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Laadstroom accu * permanent. Er is een storing in het laadstroomcircuit van de accu (vervuilde of losgeraakte accuklemmen, aandrijfriem dynamo niet
correct gespannen of gebroken...).
Het lampje moet bij het starten van de motor uitgaan. Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats als dit niet het geval is.
* Volgens land van bestemming.
Page 140 of 378

Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
138
Kinderzitje op de passagiersstoel voor
Zet als een kinderzitje "met de rug in de rijrichting" op de voorpassagiersstoel is geplaatst, de stoel in de achterste stand van de verstelling in lengterichting en in de hoogste stand van de hoogteverstelling en zet de rugleuning rechtop. De passagiersairbag moet hierbij altijd worden uitgeschakeld. Als u dit niet doet, kan het kind levensgevaarlijk letsel oplopen als de airbag wordt geactiveerd .
"Rug in de rijrichting"
Zet als een kinderzitje "met het gezicht in de rijrichting" op de voorpassagiersstoelis geplaatst, de stoel in de achterste stand van de verstelling in lengterichting en in de hoogste stand van de hoogteverstelling en zet de rugleuning rechtop. Schakel de passagiersairbag niet uit.
"Gezicht in de rijrichting"
Controleer of de veiligheidsgordel goed strak staat. Controleer bij kinderzitjes met een standaard of deze goed op de vloer steunt. Verstel indien nodig de passagiersstoel.
Passagiersstoel in de hoogste stand en zo ver mogelijk naar achteren.