8
Veiligheid161
Storing
Als dit verklikkerlampje gaat branden in combinatie met een geluidssignaal en een melding, laat het systeem dan controleren door het PEUGEOT-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats. De kans bestaat dat de airbags bij een ernstige aanrijding niet worden geactiveerd.
Opnieuw inschakelen
Als u het kinderzitje hebt verwijderd en het contact is afgezet , zet dan de schakelaar weer op "ON" om de airbag opnieuw in te schakelen en zo de veiligheid van uw passagier te garanderen.
Als het contact wordt aangezet, gaat dit verklikkerlampje op het
display van de verklikkerlampjes van de veiligheidsgordels en de airbag aan passagierszijde gedurende ongeveer 1 minuut branden om aan te geven dat de airbag weer is ingeschakeld.
Als het contact wordt aangezet, gaat dit verklikkerlampje branden op het instrumentenpaneel en/of op het display voor de verklikkerlampjes van de veiligheidsgordels en de airbag aan passagierszijde. Het verklikkerlampje blijft branden zolang de airbag is uitgeschakeld.
Uitschakelen
Alleen de airbag aan passagierszijde kan worden uitgeschakeld: Zet het contact af , steek de sleutel in de Zet het contact af , steek de sleutel in de Zet het contact afschakelaar voor uitschakelen van de airbag aan passagierszijde. Draai deze in de stand "OFF" . Ver wijder de sleutel zonder de stand van de schakelaar te veranderen.
Schakel voor de veiligheid van uw kind de airbag aan passagierszijde altijd uit als u een kinderzitje met de rug in de rijrichting op de voorstoel plaatst. Anders kan een kind bij het afgaan van de airbag levensgevaarlijk gewond raken.
Veiligheid
162
Zij-airbags
De zij-airbags beschermen de bestuurder en de passagier vóór bij een ernstige zijdelingse aanrijding, om de kans op borstletsel te verkleinen. De zij-airbags zijn, aan de zijde van de portieren, in de rugleuningen van de voorstoelen aangebracht.
Activering
De zij-airbags worden aan de desbetreffende zijde opgeblazen bij een ernstige zijdelingse aanrijding binnen (een gedeelte van) de impactzone opzij ( B ), loodrecht op de lengteas van de auto en vanaf de buitenzijde richting de binnenzijde van de auto. De zij-airbag wordt opgeblazen tussen de inzittende vóór en het desbetreffende portierpaneel.
Windowairbags
De windowairbags beschermen de bestuurder en passagiers (uitgezonderd de middelste passagier achter) bij een ernstige zijdelingse aanrijding, om de kans op letsel aan de zijkant van het hoofd te verkleinen. De windowairbags zijn aangebracht in de stijlen en in de hemelbekleding.
Activering
De windowairbag wordt gelijktijdig met de zijairbag aan de desbetreffende zijde opgeblazen bij een ernstige zijdelingse aanrijding binnen (een gedeelte van) de impactzone opzij ( B ), waarbij de krachten loodrecht op de lengterichting van de auto en vanaf de buitenzijde richting de binnenzijde van de auto worden uitgeoefend. De windowairbag wordt opgeblazen tussen de inzittenden vóór en achter en de ruiten.
Registratiezones voor een aanrijding
A. Impactzone vóór. B. Impactzone opzij.
Als dit waarschuwingslampje gaat branden in combinatie met een geluidssignaal en een melding op het multifunctionele display, raadpleeg dan het PEUGEOT-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats om het systeem te laten controleren. De kans bestaat dat de airbags bij een ernstige aanrijding niet worden geactiveerd.
Storing
Bij een lichte zijdelingse aanrijding of bij over de kop slaan, kan het zijn dat de airbag niet wordt geactiveerd. Bij een aanrijding van achteren of een frontale aanrijding wordt de airbag niet geactiveerd.
8
Veiligheid163
Houd u aan de volgende veiligheidsvoorschriften voor een maximale effectiviteit van de airbags:
Maak er een gewoonte van om normaal rechtop in de voorstoelen te zitten. Draag altijd een correct afgestelde autogordel. Zorg dat er zich niets bevindt tussen de airbag en de inzittenden (kinderen, huisdieren, objecten...). Dit kan de goede werking van de airbag belemmeren en/of de inzittende bij het opblazen van de airbag verwonden. Laat na een aanrijding of diefstal van uw auto de airbagsystemen controleren. Werkzaamheden aan airbagsystemen mogen uitsluitend door het PEUGEOT-netwerk of door een gekwalificeerde werkplaats worden uitgevoerd. Zelfs als alle bovenstaande voorschriften worden nageleefd, blijft de kans bestaan op letsel of lichte brandwonden aan het hoofd, de borst of de armen als de airbag wordt geactiveerd. De airbag wordt namelijk zeer snel opgeblazen (binnen enkele milliseconden) en loopt vervolgens even snel leeg, waarbij de warme gassen via de daarvoor bestemde openingen naar buiten stromen.
Zijairbags
Bedek de stoelen uitsluitend met daarvoor goedgekeurde stoelhoezen, die in combinatie met actieve zijairbags gebruikt kunnen worden. Voor informatie over de stoelhoezen die geschikt zijn voor uw auto kunt u zich wenden tot het PEUGEOT-netwerk. Raadpleeg de rubriek "Accessoires". Bevestig nooit iets aan de rugleuning van de stoelen (kleding...): dit zou bij het afgaan van de airbags kunnen leiden tot verwondingen aan armen of borstkas. Ga niet onnodig dicht tegen het portierpaneel zitten.
Airbags vóór
Houd het stuur wiel niet aan de spaken vast en laat uw handen niet op het stuurwielkussen rusten. De voorpassagier mag zijn voeten niet op het dashboard laten rusten. Het is raadzaam niet te roken in de auto. Als de airbag wordt opgeblazen, kunnen brandende sigaretten of een pijp brandwonden of ander letsel veroorzaken. Ver wijder het stuur wiel nooit, maak geen gaten in de stuur wielbekleding en sla er niet op.
Window-airbags
Bevestig nooit iets op de hemelbekleding; dit zou bij het afgaan van de window-airbags kunnen leiden tot hoofdletsel. Demonteer nooit de handgrepen van het dak (indien aanwezig); deze maken deel uit van de bevestiging van de window-airbags.
11
Praktische informatie215
Zekeringen dashboard Overzicht zekeringen
De zekeringkast bevindt zich aan de onderzijde van het dashboard.
Zekering N r.Ampère (A)Functies
F115 Ruitenwisser achter.
F2- Niet gebruikt.
F35 Elektronische eenheid airbags.
F410 Automatisch dimmende binnenspiegel, airconditioning, eenheid veiligheidsschakeling, multimediasysteem achter, elektronische eenheid tractiebatterij.
F530 Eentraps elektrische ruitbediening vóór.
F630 Eentraps elektrische ruitbediening achter.
F75
Plafonniers voor en achter, kaartleeslampjes, leeslampjes achter, verlichting zonneklep, verlichting dashboardkastje, verlichting middenarmsteun, bediening relais 12 V bagageruimte.
Praktische informatie
216
Toegang tot de zekeringen
Zie de rubriek "Toegang tot het gereedschap".
Zekering N r. Ampère (A)Functies
F820 Autoradio, autoradio/telefoon, CD-wisselaar, multifunctioneel display, controlesysteem bandenspanning, sirene alarm, elektronische eenheid alarm, telematica-eenheid.
F930 12V-aansluiting vóór, aansteker, 12V-aansluiting achter.
F1015 Stuurkolomschakelaars.
F1115 Contactslot met circuit lage stroomsterkte.
F1215 Aanwezigheid aanhanger, regen-/lichtsensor, voeding zekeringen F32, F34, F35.
F135 Servicecentrale motor, elektronische eenheid airbags.
F1415 Instrumentenpaneel, display van het instrumentenpaneel, voeding zekering F33.
F1530 Vergrendeling en supervergrendeling.
F1740 Achterruitverwarming, voeding zekering F30.
242
URGENCE-OPROEP OF ASSISTANCE-OPROEP
Druk in geval van nood langer dan 2 seconden op deze toets. Het knipperen van het groene ledlampje en een geluidssignaal bevestigen dat de oproep naar de alarmcentrale "Peugeot Connect SOS" is verstuurd * .
Het groene ledlampje blijft branden (zonder te knipperen) wanneer de verbinding tot stand is gebracht. Aan het einde van het gesprek gaat het lampje uit.
Bij het aanzetten van het contact, gaat het groene lampje 3 seconden branden. Dit duidt op een goede werking van het systeem.
Door deze toets meteen opnieuw in te drukken, wordt de aanvraag geannule\
erd.
Dit wordt bevestigd door een gesproken bericht.
Druk langer dan 2 seconden op deze toets voor het aanvragen van hulp bij het stranden van de auto.
Een gesproken bericht bevestigt dat de oproep is verstuurd ** .
Door deze toets meteen opnieuw in te drukken, wordt de oproep geannuleerd. Het groene ledlampje dooft. De annulering wordt bevestigd met een gesproken bericht.
Om een oproep te annuleren kunt u ook de alarmcentrale "Peugeot Connect SOS" melden dat de oproep per vergissing werd verstuurd.
De alarmcentrale "Peugeot Connect SOS" lokaliseert onmiddellijk uw auto, neemt in uw landstaal contact met u op ** en roept indien nodig de hulp in van de bevoegde hulpdiensten ** . In landen waar de alarmcentrale niet operationeel is of wanneer de lokalisatie uitdrukkelijk is geweiger\
d, wordt de oproep meteen doorgestuurd naar de hulpdiensten (112), zonder lokalisatie.
Wanneer de elektronische eenheid airbags een botsing heeft waargenomen, wordt onafhankelijk van het eventueel afgaan van de airbags, automatisch een noodoproep gedaan.
* Afhankelijk van de algemene gebruiksvoorwaarden, die u bij uw verkooppun\
t kunt opvragen, en de technische beperkingen van het systeem.
Het oranje lampje knippert: er is een storing in het systeem.
Het oranje lampje blijft branden: de noodbatterij moet vervangen worden.
Raadpleeg in beide gevallen het PEUGEOT-netwerk.
Wanneer u uw auto buiten het PEUGEOT-netwerk hebt gekocht, raden wij u aan de aanwezigheid van deze diensten bij het netwerk te laten controleren en eventueel confi gureren. In een meertalig land kunt u het systeem laten confi gureren in de offi ciële landstaal van uw voorkeur.
Om technische redenenen, zoals het verbeteren van de diensten PEUGEOT CONNECT, behoudt de constructeur zich het recht voor om op elk willekeurig moment het telematicasysteem in de auto te wijzigen.
Peugeot Connect SOS Peugeot Connect Assistance
Werking van het systeem
** Afhankelijk van de geografi sche dekking van "Peugeot Connect SOS" en "Peugeot ** Afhankelijk van de geografi sche dekking van "Peugeot Connect SOS" en "Peugeot ** Connect Assistance" en van de offi ciële landstaal die door de eigenaar van de auto is gekozen.
De lijst van de landen waar het systeem werkzaam is en de lijst van besc\
hikbare diensten PEUGEOT CONNECT kunt u bij uw verkooppunt opvragen of op www.peugeot.nl bekijken.
243
2ABC3DEF5JKL4GHI6MNO8TUV7PQR S9WXYZ0*#
1RADIO MEDIA NA
V TRAFFIC
SETUPADDR
BOOK
2ABC3DEF5JKL4GHI6MNO8TUV7PQR S9WXYZ0*#
1RADIO MEDIA NA
V TRAFFIC
SETUPADDR
BOOK
NOODOPROEP OF HULPOPROEP MET
PEUGEOT CONNECT 3D NAV
Druk in een noodgeval op de toets SOS tot een geluidssignaal klinkt en het scherm "Bevestigen / Annuleren" wordt weergegeven (als een geldige simkaart is geplaatst).
Er wordt verbinding gemaakt met de helpdesk Peugeot Urgence die de auto lokaliseert en zo snel mogelijk de benodigde hulpdiensten waarschuwt.
In landen waar geen helpdesk beschikbaar is, of waar lokalisering van de auto niet is toegestaan, wordt de oproep doorgeschakeld naar het alarmnummer (112).
Let op: de noodoproep en de diensten worden alleen geactiveerd als de geïntegreerde telefoon wordt gebruikt met een geldige simkaart. Deze functies werken niet als een Bluetooth-telefoon wordt gebruikt en er geen simkaart is geplaatst.
Druk op deze toets om toegang te krijgen tot de diensten van PEUGEOT.
Customer Contact Centre
Voor meer informatie over het merk PEUGEOT, selecteer "Customer Contact Centre".
Selecteer "Peugeot Assistance" om een pechhulpdienst op te roepen.
Peugeot Assistance
Deze diensten zijn afhankelijk van bepaalde voorwaarden en de beschikbaarheid. Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk. Wanneer u uw auto buiten het PEUGEOT-netwerk hebt gekocht, raden wij u aan de aanwezigheid van deze diensten bij het netwerk te laten controleren en eventueel confi gureren.
Als de elektronische eenheid airbags een aanrijding detecteert, wordt er automatisch een noodoproep verzonden, ongeacht of de airbags wel of niet zijn geactiveerd.
Als de melding "Noodprogramma noodoproep" wordt weergegeven in combinatie met het knipperen van het oranje verklikkerlampje, is er een storing opgetreden. Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk.
Peugeot Connect SOS Peugeot Connect Assistance
.
Index363
Aanhangergewichten ....................................237Aansluiting 12V .............................124, 127, 13 3Aansluitingen audio/video ............................272Accessoires...................................................233Accu ..................4, 24, 43, 44, 87, 195, 221-224Accu laden ............................................221, 223Achterklep .....................................................104Achterklep sluiten .................................103, 104Achterruitverwarming ...............................79, 88Achteruitrijcamera .........................................185Achteruitrijlicht ..............................................212Afmetingen ....................................................238Afstandsbediening ..............................90, 91, 95Afzetten van de motor ...............................Afzetten van de motor ...............................Afzetten van de motor2 7, 2 8Airbags ............................................................58Airbags vóór ..........................................Airbags vóór ..........................................Airbags vóór160, 163Airconditioning ................................................40Airconditioning (handbediend) .......................75Alarmknipperlichten ......................................151Alarmsysteem .................................................96Algemeen menu ............................................346Allesdragers ..................................................231Antispinregeling (ASR) ...........................5 7, 1 5 6Armleuning ....................................................124Armleuning achter .........................................Armleuning achter .........................................Armleuning achter13 0Armleuning vóór ............................................Armleuning vóór ............................................Armleuning vóór126Audio-aansluitingen ..............125, 126, 350, 352Automatische airconditioning ...................75, 76Automatische ruitenwissers ..................11 6 , 11 9Automatisch inschakelen alarmknipperlichten ....................................151Automatisch inschakelen verlichting ....1 0 9 , 114Autoradio's ......................................................70AUX-aansluiting ....................................329, 352Aux-aansluitingen .................................272, 350
Bagageafdekking ..........................................13 4Banden ............................................................40Bandenreparatieset ......................................197Bandenspanning .....................................40, 239Bandenspanningscontrole (met set) .............197Bandenspanning te laag (detectie) ...............152Batterij afstandsbediening ........................94, 95Batterij afstandsbediening vervangen ............94Bediening autoradio aan stuurkolom .........250, 345Bediening zonnescherm panoramadak........131Bekerhouder .................................................Bekerhouder .................................................Bekerhouder124Beladen ...................................................40, 231Beveiliging tegen beknellen ....................9 8, 131Binnenspiegel .................................................89Bluetooth (handsfree set) .....273 -275, 312, 353Bluetooth (telefoon) ........................273-275, 312Boordcomputer .........................................Boordcomputer .........................................Boordcomputer71, 73Brandstof .........................................Brandstof .........................................Brandstof40, 105, 10 6Brandstofniveaumeter ...................................Brandstofniveaumeter ...................................Brandstofniveaumeter105Brandstoftank ........................................105, 107Brandstof tanken ....................................105 -107Brandstoftank leeg (diesel) ...........................19 0Brandstofverbruik .....................................40, 42Brandstofvuldop ............................................105Brandstofvulklep ...................................105, 107Buitenspiegels.................................................88
A
C
CD MP3 .........................................................349CD-/MP3 -speler ...........................................CD-/MP3 -speler ...........................................CD-/MP3 -speler349Centrale vergrendeling ...........................91, 101Claxon ...........................................................151Configuratie van de auto ....................49, 65, 68Controle motorolieniveau................................63Controles .......................................191, 195, 19 6
B
Dagrijverlichting ............................112, 209, 210Dagteller ..........................................................Dagteller ..........................................................Dagteller64Dashboardkastje ...........................................125Dashboardverlichting ......................................64Datum (instellen) .............................................65Derde remlicht ...............................................213Detectie te lage bandenspanning .........152, 203Diensten PEUGEOT .....................................243Diesel ........................................................35, 36Dieselmotor ...................Dieselmotor ...................Dieselmotor106, 190, 191, 236, 237Dimlicht .........................................108, 209, 210Dimmer dashboardverlichting .........................64Display instrumentenpaneel ...........................48Dynamische noodrem ...................................167
D
Eco-mode ......................................................225Eco off .............................................................Eco off .............................................................Eco off36Electronic Stability Program (ESC) ........5 7, 1 5 5Electronic Stability Program (ESP) ..............15 4Elektrisch bediende handrem ...............16 4, 167Elektrisch verstelbare stoelen ........................81Elektronische startblokkering ...................93, 95Elektronisch gestuurde versnellingsbak.......19 6Energiestromen hybridesysteem ..........4, 24, 33ESP/ASR .......................................................15 4Extra ingang .........................272, 329, 350, 352
E