Page 157 of 340

IX
!
155
RIJDEN
Gebruik de snelheidsregelaar
alleen als de verkeersomstan-
digheden het rijden met een
constante snelheid toelaten.
Gebruik het systeem niet als het
druk is, op slechte wegen of wegen
met weinig grip, of onder andere
omstandigheden die het rijden be-
moeilijken.
Blijf attent en houd de auto altijd
onder controle .
Het is raadzaam om uw voeten in
de buurt van de pedalen te hou-
den.
Ingestelde snelheid
overschrijden
Tijdens het gebruik van de snel-
heidsregelaar kunt u door het
gaspedaal in te trappen op elk wil-
lekeurig moment de ingestelde snel-
heid overschrijden (bijvoorbeeld om
in te halen).
De bij A
weergegeven snelheid
knippert.
Als u vervolgens het gaspedaal los-
laat, vertraagt de auto weer tot de
ingestelde snelheid is bereikt.
Onderbreken/hervatten
)
Door het intrappen van rem- of
koppelingspedaal.
)
Of door het indrukken van toets 3
.
)
Of door het ingrijpen van het
ESP of de ASR.
Bij auto's met een handgeschakelde
versnellingsbak wordt de snelheids-
regelaar uitgeschakeld als de ver-
snellingspook in de neutraalstand
staat.
Opnieuw inschakelen
- Door het oproepen van de op-
geslagen snelheid
Druk na het uitschakelen op
toets 3
. Het systeem vertraagt of
versnelt de auto automatisch tot
de opgeslagen kruissnelheid is
bereikt. De opgeslagen snelheid
en de informatie " ON
" worden bij
A
weergegeven.
Als de opgeslagen kruissnelheid
aanzienlijk hoger is dan de ac-
tuele snelheid, versnelt de auto
vlot tot de ingestelde snelheid is
bereikt.
- Door de huidige rijsnelheid te
kiezen
Druk op toets 1
of 2
zodra de ge-
wenste snelheid is bereikt.
De nieuwe gewenste snelheid
en de informatie " ON
" worden bij
A
weergegeven.
Snelheidsregelaar
uitschakelen
)
Door op de toets 5
te drukken.
)
Door selectie van de functie
snelheidsregelaar.
)
Door de motor af te zetten.
De ingestelde snelheid wordt uit het
geheugen gewist. Bij deze handelingen wordt de infor-
matie “ PAUSE
” bij A
weergegeven
op het instrumentenpaneel.
Bij deze handelingen wordt de kruis-
snelheid niet gewist; deze blijft zicht-
baar op het instrumentenpaneel.
Storing
Als er een storing in het systeem
optreedt
, verschijnt er een bericht
op het display, klinkt er een geluids-
signaal en gaat het controlelampje
SERVICE
branden.
Laat dit controleren door het
CITROËN-netwerk of een gekwalifi -
ceerde werkplaats.
Page 176 of 340

X
174
ONDERHOUD
CONTROLES Raadpleeg, tenzij anders aangegeven, de bladzij-
den in het onderhoudsboekje die betrekking heb-
ben op de motoruitvoering van uw auto voor het
laten controleren van bepaalde onderdelen volgens
het onderhoudsschema van de constructeur.
Laat de controles eventueel uitvoeren door
het CITROËN-netwerk of een gekwalifi ceer-
de werkplaats.
Accu
De accu is onderhoudsvrij.
Niettemin is het raadzaam
om regelmatig te controle-
ren of de accupolen en -
klemmen schoon zijn,
vooral bij warm weer en in
de winter.
Raadpleeg voordat u de accukabels
losneemt het hoofdstuk "Praktische
informatie" voor meer informatie
over de te nemen voorzorgsmaatre-
gelen.
Luchtfilter en interieurfilter
Laat de fi lters periodiek
vervangen volgens de in
het onderhoudsboekje
aangegeven intervallen.
Als de omgeving (veel
stof...) en het gebruik (veel stads-
verkeer...) daartoe aanleiding ge-
ven, moeten de fi lters twee keer
zo vaak worden vervangen
(zie
paragraaf "Motoren").
Een verstopt interieurfi lter kan de
prestaties van de airconditioning
verstoren en onaangename geuren
veroorzaken.
Oliefilter
Laat bij het olie verversen
tevens het oliefi lter vervan-
gen.
Roetfilter (diesel)
Als aanvulling op de katalysator le-
vert dit fi lter een actieve bijdrage
aan het verbeteren van de luchtkwa-
liteit door het tegenhouden van niet-
verbrande vuildeeltjes. Ook wordt
zwarte uitlaatrook voorkomen.
Nadat u langdurig met lage snelhe-
den hebt gereden of nadat de motor
langdurig stationair heeft gedraaid,
kan het in uitzonderlijke gevallen
voorkomen dat waterdamp bij de
uitlaat zichtbaar is bij het gas geven.
Dit is niet van invloed op de werking
van de auto of het milieu.
Bij het gevaar van verstopping van
het roetfi lter verschijnt een melding
op het display van het instrumen-
tenpaneel, vergezeld van een ge-
luidssignaal en het branden van het
waarschuwingslampje SERVICE.
Deze waarschuwing wijst op een
beginnende verzadiging van het
roetfi lter (veelvuldige stadsritten:
lage snelheden, verkeersopstop-
pingen…).
Om het fi lter te regenereren wordt
aangeraden zo spoedig mogelijk,
als de verkeerssituatie dit toelaat,
gedurende ten minste 5 minuten
met een snelheid van meer dan
60 km/h te gaan rijden (tot de waar-
schuwing verdwijnt).
Raadpleeg als de waarschuwing
aanwezig blijft het CITROËN-net-
werk of een gekwalifi ceerde werk-
plaats. Raadpleeg het onderhoudsboekje
voor het vervangingsinterval.
Deze sticker, die hoort bij het Stop &
Start-systeem, geeft aan dat er
een speciale 12 V loodaccu is ge-
bruikt die alleen losgekoppeld en/of
vervangen mag worden door het
CITROËN-netwerk of door een ge-
kwalifi ceerde werkplaats.
Het negeren van deze aanwijzing
kan ertoe leiden dat de accu vroeg-
tijdig aan vervanging toe is.
Page 248 of 340

246
04
1
2
3
1
2
3
CITROËN SEND-TO-CAR via Google Maps
REGISTREREN EN ACTIVEREN
GEBRUIK
Plaats de
SIM-kaart in de SIM-kaarthouder in het handschoenenkastje. Het systeem werkt niet in combinatie meteen Bluetooth-aansluiting. U kunt uitsluitend gebruik maken van deze dienst met behulp van
een SIM-kaart van een Franse, Duitse of Italiaanse provider.
SIM-kaartnummers die te maken hebben gehad met wisseling van providers zijn niet compatible met deze dienst.
Om u te registreren surft u naar www.citroen.fr; vervolgens maakt
u een account aan, waarna u per e-mail een bevestiging van uw
registratie ontvangt.
Registreer uw auto en kies een inlogcode; deze zal worden gebruikt voor het verzenden van POI's via Google Maps.
Activeer de dienst op uw NaviDrive 3D volgens de gebruiksaanwijzing die u kunt downloaden van de site.
Het menu Goo
gle Maps verschijnt pas na enkele minuten.
De te
gebruiken SIM-kaart kan alleen geactiveerd worden als dezegelijk is aan de kaart die u hebt opgegeven op de site tijdens de
registratie.
Nadat de kaart is
geactiveerd, is het mogelijk van SIM-kaart of provider te wisselen.
Zoek een P
OI op http://maps.google.fr. Selecteer deze en druk op
"envoyer".
Kies "véhicule" en "CITROËN" en toets uw inlo
gcode in. Druk op
"envoyer".
Zoek uw bestemming op Google Maps en voer deze in uw CITROËN navigatiesysteem in. gp g
Alleen de zoekresultaten uit Google Maps weergegeven via eenrode icoon kunnen worden verzonden naar uw NaviDrive 3D.
Het veld "Notes" wordt niet verzonden.
Druk op deze toets, kies Goo
gle Maps en bevestig
door op OK te drukken.
Vervolgens gaat er een automatische oproep uit naar een antwoordapparaat voor de ontvangst van de POI.
Druk op "ADDR B
OOK" en kies "Mijn adressen" om de lijst van
ontvangen POI's weer te geven.
U kunt vervol
gens een navigatieopdracht ingeven, de POI
oproepen, of deze weergeven op de kaart.
Deze service is
gratis en er worden geen gesprekskosten inrekening gebracht - 2 SMS'en en 1 gesprek voor de activering,
1 gesprek voor het binnenhalen van een POI (circa 30 seconden).
NAVIGATIE