001001002002003003004004 COMFORT TOEGANG TOT
DE AUTO CONTROLE TIJDENS
HET RIJDENRIJDEN
28 Instrumentenpaneel
29 Verklikkerlampjes
38 Meters
42 Regelknoppen
43 Klokje
44Boordcomputer
48Elektronische sleutel -afstandsbediening
56 Bagageruimte
57 Alarm
59 Elektrisch bedienbare ruiten
61 Cockpit roof
63 Brandstoftank
64 Vulpistoolrestrictie (diesel)
68 Voorstoelen
73 Achterbank
76Spiegels
77 Stuurwielverstelling
78 Indeling interieur
82Voor zieningen van debagageruimte
83Gevarendriehoek (opbergen)
84Verwarming en ventilatie
86 Automatische airconditioningmet gescheiden regeling
90 Achterruitverwarming
94Star ten - afzetten van de motor
97Elektrische parkeerrem
10
5 Hill holder
106 Handgeschakelde
versnellingsbak
107 Opschakelindicator
108Automatische
versnellingsbak
112 EGS 6 -versnellingsbak
116 Stop & Start
119Lane Departure Warning System (LDWS)
120 Head-up display
123 Snelheidsbegrenzer
125 Snelheidsregelaar
127 Parkeerhulp
129Achteruitrijcamera
Elektronische sleutel : keyless
entry and start
Met dit systeem kunt u de auto openen en
sluiten en de motor starten zonder dat u desleutel uit uw zak hoeft te halen. De sleutel moet zich wel in het detectiegebied bevinden.
48, 94
Buitenzijde
Stop & Start
Dit systeem zet de motor tijdelijk af als u stopt (bij rood licht,
opstoppingen enz.). De motor wordt automatisch weer gestar t als u weer weg wilt rijden. Het Stop & Start-systeem zorgt voor een lager brandstofverbruik, minder uitstoot van schadelijke stoffen en een
aangename rust in het interieur tijdens het wachten.
116
Meedraaiende koplampen
Deze voorziening geeft u automatisch meer
zicht in bochten.
14
1
Dagrijverlichting
Deze verlichting, die automatisch gaat branden bij hetstarten van de motor, zorgt er voor dat de auto beter gezien kan worden door de overige weggebruikers.
135
Het branden van een verklikkerlampje geeft aan of de bijbehorende functie is in- of uitgeschakeld.
Schakelaars
Openen van de brandstofvulklep.
Openen van de koffer. 63 57 In
braakalarm uitschakelen.
48, 56
Elektrische parkeerrem geactiveerd.
9
7
Keyless starten en afzetten van de
motor.
94
Uitschakelen van het
Stop & Start-systeem.
117
Uitschakelen parkeerhulp.
128
Elektrische kinderbeveiliging.
161
Uitschakelen van hetCDS/ASR-systeem.
169
Inschakelen van Automatischeschakeling grootlicht/dimlicht.
137
119
Inschakelen van Lane Departure
Warning.
5
5
Vergrendelen/ontgrendelen van het
interieur.
14 . Schakelaars ruiten / elektrisch bediendekindersloten / centrale vergrendeling.
15. Bedieningspaneel van eMyWay.
16.Ver snellingspook.
17. Bedieningspaneel ver warming/
airconditionin
g.
18. Autoradio.
19.Alarmknipperlichten.
20.Display.21. Middelste verstelbare en afsluitbareventilatieroosters.
22.Klokje.
23.Starten met START/STOP-knop.
24.Lezer van de elektronische sleutel.
25. Schakelaar ruitenwissers/ruitensproeiers/
boordcomputer.
26
. Bediening van de autoradio vanaf het stuurwiel
Cockpit
1.
Hendel motorkapontgrendeling.2.
Koplampverstelling. 3.
Verstelbare en afsluitbarezijventilatieroosters. 4.
Ontwaseming van de voorportierruiten.
5.
Ontwaseming voorste zijruiten.
6.Head-up display.7. Voorruitontwaseming.8.Airbag passagier.9.
Dashboardkastje / Uitschakeling passagiersairbag. 10.12V-aansluiting.11.
Bediening ruiten achter.12.Middenarmsteun met opbergvakken
USB/Jack-aansluiting. 13.Elektrische parkeerrem.
27. Airbag bestuurder.
Claxon. 28. Schakelaars snelheidsregelaar/-begrenzer. 29.
Schakelaarpaneel (zie vorige pagina). 30.
Afstellen buitenspiegels.
31.Schakelaar verlichting enrichtingaanwijzers. 32.
Instrumentenpaneel.33.
Verklikkerlampjes veiligheidsgordels en airbags.34.Plafonnier.35.Bediening head-up display.36.Bediening zonnescherm cockpit roof. 37.
Oproep naar Citroën Urgence met
lokalisering - Oproep naar Citroën
Assistance met lokalisering.
23Eerste kennismaking
Onder het rijden
Stop & Start
Overgang naar de STOP-standvan de motor
116
Het verklikkerlampje "ECO"op hetinstrumentenpaneel gaat branden en
de motor komt in de standby-stand.
Tr a p b ij auto's met een EGS-versnellingsbakbij een snelheid lager dan 68
km/h het rempedaal in of zet de selectiehendelin de stand N. Onder bepaalde omstandigheden is de STOP-stand niet beschikbaar; het verklikkerlampje"ECO"
knipper t enkele seconden en gaat dan uit.
Overgang naar de START-stand van de motor
Uit-/inschakelen
117
11
7
Het systeem wordt automatischopnieuw ingeschakeld zodra u opnieuwstart met de START/STOP-knop.
Zet tijdens het tanken en als uhandelingen onder de motorkap wiltuitvoeren, altijd het contact af met de STA R T/ S TOP-knop. Het verklikkerlamp
je "ECO"
gaat uiten de motor wordt gestart. Bij auto's
met een EGS-versnellingsbak :
- laat het rempedaal los als de
selectiehendel in de stand Aof Mstaat,
- of zet de selectiehendel in de stand Aof Mals deze in de stand Nstaat en het rempedaal niet ingetrapt is,
- of schakel de achteruitversnelling in.Onder bepaalde omstandigheden wordt deSTART-stand automatisch geactiveerd; het
verklikkerlampje "ECO"knippert enkele
seconden en gaat dan uit. U kunt deze
functie op elk willekeurig moment uitschakelen door de schakelaar "ECO OFF"
in te drukken; het verklikkerlampje in de schakelaar gaat branden.
Schakelindicator
107
Dit systeem kan u, afhankelijk van de
omstandigheden, voorstellen in een hogere
versnelling te schakelen.
31Controle tijdens het rijden
Mistachterlichten
permanent. De mistachterlichten zijn
ingeschakeld. Draai de ring naar achteren om de mistachterlichten uit te schakelen.
ControlelampjeStatusOorzaakActies / Opmerkingen
Voorgloeien dieselmotor
permanent.De star tknop "STA R T/STOP"
is
ingedrukt (Contact). Wacht met star ten tot het verklikkerlampje uitgaat *
.
De wachttijd is afhankelijk van de
weersomstandigheden (in extreme gevallen30 seconden).
Als de motor niet wil aanslaan, zet dan het contact af. Zet het contact vervolgens weer aan en wacht opnieuw
tot het lampje uitgaat voordat u de motor start.
Elektrische parkeerrem
permanent.De elektrische parkeerrem is
aangetrokken. Zet de elektrische parkeerrem vrij zodat het
verklikkerlampje uitgaat: trap het rempedaal in en trek
aan de hendel van de elektrische parkeerrem.
Houd u aan de veiligheidsvoorschriften.
Raadpleeg het hoofdstuk "Rijden" voor meer
informatie over de elektrische parkeerrem.
Uitschakelingvan de automatische werking van de elektrischeparkeerrem
permanent. D
e functies "automatisch aantrekken" (bij het afzetten van de motor)en "automatisch vrijzetten" zijn
uitgeschakeld of werken niet.
Activeer de functie (volgens land van bestemming)
via het configuratiemenu van de auto of raadpleeg hetCITROËN-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats
als de parkeerrem niet meer automatisch wordt
aangetrokken of vrijgezet.
De parkeerrem kan met behulp van de procedure voor
de noodontgrendeling handmatig worden vrijgezet.
Raadpleeg voor meer informatie over de elektrischeparkeerrem het hoofdstuk "Rijden".
*
Wanneer uw auto is uitgerust met Keyless entry and star t, gaat dit verklikkerlampje onmiddellijk uit. Zo niet, houd dan het rempedaal ingetrapt tot het
lampje uitgaat.
ControlelampjeStatusOorzaakActies / Opmerkingen
Automatische
ruitenwisserspermanen
t.De ruitenwisserschakelaar is naar
beneden bewo
gen.D
e automatische stand van de ruitenwissers vóór is
geactiveerd.Beweeg om de automatische stand van de
ruitenwissers te deactiveren de hendel omlaag of zet de hendel in een andere stand.
Airbag aanpassagierszijdepermanent op hetdisplay van de
verklikkerlampjes voor
de veiligheidsgordels
en de airbag vóór aan passagierszijde.
De schakelaar in het dashboardkastjestaat in de stand "ON".De passagiersairbag vóór is geactiveerd.Plaats in dit geval geen kinderzitje met de rug in de rijrichting op de stoel
van de voorpassagier.
Zet de schakelaar in de stand "OFF"
om depassagiersairbag vóór uit te schakelen.In dit geval kunt u een kinderzitje met de rug in de
rijrichting plaatsen.
Stop & Startpermanent. Het Stop & Start-systeem heeft
de motor in de STOP-standgezet(verkeerslicht, stopbord,
opstopping, enz.).Het lamp
je gaat uit en de motor wordt automatisch gestart als u wilt wegrijden.
knippert enkele
seconden en gaat dan uit.De
STOP-stand is nu nietbeschikbaar.of De motor wordt automatisch gestart. Raadplee
g het hoofdstuk "Rijden - § Stop & Start-systeem" voor bijzonderheden van de Stop- en Start-stand.