2009 YAMAHA XCITY 250 Instructieboekje (in Dutch)

Page 25 of 82

YAMAHA XCITY 250 2009  Instructieboekje (in Dutch) FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-8
3
DAUM2161
Tankdop Openen van de tankdop
1. Open het tankdopdeksel door het
voorste gedeelte omlaag te drukken.
2. Steek de sleutel in het slot en draai
he

Page 26 of 82

YAMAHA XCITY 250 2009  Instructieboekje (in Dutch) FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-9
3
3. Veeg uitgestroomde brandstof onmid-
dellijk af. LET OP: Veeg gemorste
brandstof onmiddellijk af met een
schone, droge, zachte doek, aange-
zien de bra

Page 27 of 82

YAMAHA XCITY 250 2009  Instructieboekje (in Dutch) FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-10
3
DAU13445
Uitlaatkatalysatoren Dit voertuig is uitgerust met uitlaatkatalysa-
toren in het uitlaatsysteem.
WAARSCHUWING
DWA10862
Het uitlaatsysteem is he

Page 28 of 82

YAMAHA XCITY 250 2009  Instructieboekje (in Dutch) FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-11
3
OPMERKINGControleer of het zadel stevig is vergrendeldalvorens te gaan rijden.
DAUM2510
Opbergcompartimenten Opbergcompartiment voorzijde
Om het opbergc

Page 29 of 82

YAMAHA XCITY 250 2009  Instructieboekje (in Dutch) FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-12
3
WAARSCHUWING
DWAT1051

Overschrijd het maximumlaadge-
wicht van 5 kg (11 lb) voor het ach-
terste opbergcompartiment niet.

Overschrijd het maximumgew

Page 30 of 82

YAMAHA XCITY 250 2009  Instructieboekje (in Dutch) FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-13
3
WAARSCHUWING
DWA10920
Na aanpassing van de kuipruit:
Bevestig de kuipruitbouten stevig.

Draai het stuur naar linke en rechts
om te controleren of het

Page 31 of 82

YAMAHA XCITY 250 2009  Instructieboekje (in Dutch) FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-14
3
DAU15112
Bagagedrager (indien van toe-
passing)
WAARSCHUWING
DWA10171

Overschrijd het maximumlaadge-
wicht van 5 kg (11 lb) voor de baga-
gedrager nie

Page 32 of 82

YAMAHA XCITY 250 2009  Instructieboekje (in Dutch) FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-15
3
ken (of niet omhoog blijft), anders kan de
zijstandaard de grond raken en zo de be-
stuurder afleiden, waardoor de machine
mogelijk onbestuurbaar wordt.