Page 81 of 210

80
VEILIGHEID
STARTEN ENRIJDEN
LAMPJES ENBERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD EN ZORG
TECHNISCHEGEGEVENS
ALFABETISCH REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
Storingsmeldingen
Bij een storing in het systeem brandt op
het instrumentenpaneel het waarschu-
wingslampje *bij een digitaal display en
het lampje
ábij een instelbaar multifunc-
tioneel display (zie het hoofdstuk “Lamp-
jes en berichten”).
BELANGRIJK Het Hill Holder-systeem is
geen handrem; verlaat dus nooit de auto
zonder de handrem aan te trekken, de
motor uit te zetten en de eerste versnel-
ling in te schakelen.
Voor de juiste werking van
het ESP- en ASR-systeem is
het noodzakelijk dat de banden van
alle wielen van hetzelfde merk en
type zijn. De banden moeten in
perfecte conditie zijn en de voorge-
schreven afmetingen hebben.
ATTENTIETijdens het wegrijden zorgt de regeleen-
heid van het ESP ervoor dat de wielen ge-
remd blijven, totdat het noodzakelijke mo-
torkoppel is bereikt om weg te rijden (of
maximaal 2 seconden), zodat u meer tijd
heeft om uw rechter voet van het rem-
pedaal naar het gaspedaal te verplaatsen.
Als u na 2 seconden niet bent weggere-
den, schakelt het systeem automatisch uit
en wordt de remdruk geleidelijk verlaagd.
Tijdens deze fase kunt u een typisch geluid
horen. Dit geluid betekent dat de auto ie-
der moment in beweging kan komen.
Page 140 of 210

139
LAMPJES ENBERICHTEN
ONDERHOUD EN ZORG
TECHNISCHEGEGEVENS
ALFABETISCH REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
NOOD-
GEVALLEN
GLOEILAMP
VERVANGEN
ALGEMENE AANWIJZINGEN
❒Als een lamp niet brandt, controleer
dan eerst of de zekering niet doorge-
brand is, voordat u de lamp vervangt:
zie voor de plaats van de zekeringen de
paragraaf “Zekeringen vervangen” in dit
hoofdstuk;
❒controleer voordat u een lamp vervangt
of de contacten niet zijn geoxideerd;
❒vervang een defecte lamp door een
exemplaar van hetzelfde type en ver-
mogen;
❒als u een gloeilamp in de koplamp hebt
vervangen, controleer dan om veilig-
heidsredenen altijd of de afstelling nog
goed is. BELANGRIJK Aan de binnenzijde kan de
koplamp een beetje beslagen zijn: dit duidt
niet op een defect, maar is een natuurlijk ver-
schijnsel dat veroorzaakt wordt door een la-
ge temperatuur en de luchtvochtigheids-
graad, en verdwijnt snel als de koplampen
worden ingeschakeld. De aanwezigheid van
druppels aan de binnenzijde van de koplamp
duidt daarentegen op het binnendringen van
water: wendt u tot de Abarth-dealer.
TYPEN GLOEILAMPEN
Op de auto zijn verschillende typen gloei-
lampen gemonteerd:
A
Glasfittinglampen: deze zijn voorzien
van een klemfitting. Verwijder de lamp
door de lamp uit de houder te trekken. B
Gloeilampen met bajonetfitting: ver-
wijder de lamp uit de houder door
hem iets in te drukken en linksom te
draaien.
C Buislampen: verwijder de lamp door
hem uit de veercontacten los te ma-
ken.
D-E Halogeenlampen: verwijder de lamp
door de borgveer los te haken uit de
zitting.
Halogeenlampen mag u uit-
sluitend aanraken op het me-
talen gedeelte. Als u de bol met
uw vingers aanraakt, zal de
lichtopbrengst van de lamp teruglopen
en kan ook de levensduur beperkt wor-
den. Als u de bol per ongeluk toch hebt
aangeraakt, moet u de bol schoonwrij-
ven met een doekje met alcohol en daar-
na laten drogen.
Modificaties of reparaties
aan de elektrische installatie
die niet correct worden uitgevoerd en
waarbij geen rekening wordt gehou-
den met de technische specificaties
van het systeem, kunnen storingen in
de werking en zelfs brand veroorzaken.
ATTENTIE
Halogeenlampen bevatten
gas onder druk. Bij breuk
kunnen er glassplinters wegschieten.
ATTENTIE
fig. 10F0M0207m
Page 165 of 210

(❍ ) Om de juiste werking te garanderen en om ernstige schade aan de motor te\
voorkomen, is het volgende van
fundamenteel belang:
- gebruik uitsluitend het merk en type bougies dat specifiek voor de T-J\
ET motor is voorgeschreven (zie hetgeen beschreven
staat in de paragraaf “Motor”);
- houdt u strikt aan het vervangingsinterval van de bougies dat in het G\
eprogrammeerd Onderhoudsschema staat aangegeven;
- het is raadzaam u hiervoor tot de Abarth-dealer te wenden.
164
LAMPJES EN BERICHTEN
TECHNISCHE GEGEVENS
ALFABETISCH REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD EN ZORG
30 60 90 120 150 180
●●●●● ●
●●
●● ●
●●●●● ●
●●●●● ● ●●
●●●●● ● ●
●●●●● ● ●● ●
●●●●● ●
x 1000 km
Uitlaatgasemissie controleren
Benzinedamp-opvangsysteem controleren
Luchtfilterelement vervangen
Vloeistofniveaus bijvullen (motorkoelsysteem, remsysteem,
accu, ruitensproeiers enz.)
Bougies vervangen (❍ )
Conditie van distributieriem controleren
Inspuiting/ontsteking controleren
(m.b.v. diagnosestekker)
Getande distributieriem vervangen (*)
Motorolie en oliefilter vervangen (of om de 24 maanden)
Remvloeistof vervangen (of om de 24 maanden)
Pollenfilter vervangen (of om de 24 maanden)
(*) Ongeacht de kilometerstand moet de distributieriem bij zware bedrijfsoms\
tandigheden
(koude klimaten, gebruik in stadsverkeer, langdurig stationair draaien,\
stoffige omgeving) om de 4 jaar of in ieder geval om de 5 jaar worden vervangen.
Als de auto overwegend in stadsverkeer gebruikt wordt en in elk geval al\
s de auto jaarlijks minder dan 10.000 km
rijdt, dan moet de motorolie en het oliefilter iedere 12 maanden worden \
vervangen.
Page 183 of 210

TYPEPLAATJE MET
IDENTIFICATIEGEGEVENS fig. 1
Het typeplaatje is links op de bodemplaat
in de bagageruimte aangebracht en bevat
de volgende informatie:
BNummer typegoedkeuring.
C Identificatiecode van het autotype.
D Chassisnummer.
E Max. toelaatbaar totaalgewicht van de
auto.
F Max. toelaatbaar totaalgewicht van de
auto met aanhanger.
G Max. toelaatbare voorasbelasting. H
Max. toelaatbare achterasbelasting.
I Motortype.
L Code van de carrosserie-uitvoering.
M Nummer voor de onderdelen.
N Correctiewaarde voor de uitlaat-
rookgasmeting (alleen bij diesel-
motoren).
IDENTIFICATIEGEGEVENS
Wij raden u aan om nota te nemen van de
identificatiegegevens. De identificatiege-
gevens zijn op de volgende typeplaatjes in-
geslagen:
❒Typeplaatje met identificatiegegevens.
❒Chassisnummer.
❒Plaatje met informatie over de carros-
serielak.
❒Motorcode.
fig. 1F0M047Ab
182
LAMPJES EN
BERICHTEN
ALFABETISCH REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD EN ZORG
TECHNISCHEGEGEVENS