Page 33 of 92

FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-17
2
34
5
6
7
8
9
DAU14500
Opbergcompartimenten
Opbergcompartiment voorzijde
Om het voorste opbergcompartiment te
openen schuift u de hendel omhoog en
trekt u hieraan.
Om het opbergcompartiment te sluiten
drukt u het paneel terug in de oorspron-
kelijke stand.
WAARSCHUWING
DWA11160
Berg in dit compartiment geen zware
spullen op.
Achterste opbergcompartiment
In het opbergcompartiment onder hetzadel kan een helm worden opgebor-
gen. (Zie pagina 3-15.)
LET OP:
DCA11270
Laat het zadel niet langdurig open
staan, anders kan door het branden
van de verlichting in het opbergcom-
partiment de accu ontladen raken.
WAARSCHUWING
DWA11240
Overschrijd het maximumlaad-
gewicht van 5 kg (11 lb) voor het
achterste opbergcompatrti-
ment niet.
Overschrijd het maximumlaad-
gewicht van 190 kg (419 lb) voor
de machine niet.
DAU15090
Schokdemper
WAARSCHUWING
DWA10220
Deze schokdemper is gevuld met
stikstofgas onder hoge druk. Lees
en begrijp de volgende informatie al-
vorens de schokdemper te gebrui-
ken. De fabrikant kan niet
aansprakelijk worden gesteld voor
schade aan eigendommen of voor
persoonlijk letsel als dit voortvloeit
uit verkeerd gebruik.
Probeer de gascilinder niet te
openen en blijf er verder vanaf.
Stel de schokdemper niet bloot
aan open vuur of aan andere hit-
tebronnen, anders kan deze
door de oplopende druk explo-
deren.
Vervorm of beschadig de gasci-
linder op geen enkele wijze, de
dempende werking zal dan ach-
teruitgaan.
Laat onderhoud aan de schok-
demper altijd uitvoeren door
1. Voorste opbergcompartiment
2. Deksel
3. Openen.
123
Page 34 of 92

FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-18
1
2
3
4
5
6
7
8
9
een Yamaha dealer.
DAU15300
Zijstandaard
De zijstandaard bevindt zich aan de lin-
kerzijde van het frame. Trek of druk de
zijstandaard met uw voet omhoog of
omlaag terwijl u de motorfiets verticaal
houdt.
OPMERKING:
De ingebouwde sperschakelaar voor
de zijstandaard maakt deel uit van het
startspersysteem, dat in bepaalde si-
tuaties de werking van het ontstekings-
systeem blokkeert. (Zie hierna voor
een nadere uitleg over het startsper-
systeem.)
WAARSCHUWING
DWA10240
Met de machine mag nooit worden
gereden terwijl de zijstandaard om-
laag staat of niet behoorlijk kan wor-
den opgetrokken (of niet omhoog
blijft), anders kan de zijstandaard de
grond raken en zo de bestuurder af-
leiden, waardoor de machine moge-
lijk onbestuurbaar wordt. Het
Yamaha startspersysteem is ont-worpen om de bestuurder te helpen
bij zijn verantwoordelijkheid de zij-
standaard op te trekken alvorens
weg te rijden. Controleer dit systeem
daarom regelmatig zoals hierna be-
schreven en laat het repareren door
een Yamaha dealer als de werking
niet naar behoren is.
Page 35 of 92
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-19
2
34
5
6
7
8
9
DAU15371
Startspersysteem
Het startspersysteem (waarvan de zij-
standaardschakelaar en de remlicht-
schakelaars deel uitmaken) heeft de
volgende functies:
Het verhindert starten wanneer de
zijstandaard is opgetrokken, terwijl
geen der remmen is bekrachtigd.
Het verhindert starten wanneer
een der remmen is bekrachtigd,
terwijl de zijstandaard nog omlaag
staat.
Het schakelt een draaiende motor
af zodra de zijstandaard omlaag
bewogen wordt.
Controleer de werking van het starts-
persysteem regelmatig, ga daarbij als
volgt te werk.
WAARSCHUWING
DWA10250
Als zich een storing voordoet,
vraag dan alvorens te gaan rijden
een Yamaha dealer het systeem te
controleren.
Page 36 of 92

FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-20
1
2
3
4
5
6
7
8
9
Met de motor uit:
1. Beweeg de zijstandaard omlaag.
2. Controleer of de noodstopschakelaar aanstaat.
3. Draai de sleutel naar aan.
4. Knijp de voor- of achterrem in en houd deze vast.
5. Druk op de startknop.
Start de motor?
Met de motor nog uit:
6. Beweeg de zijstandaard omhoog.
7. Knijp de voor- of achterrem in en houd deze vast.
8. Druk op de startknop.
Start de motor?
Met de motor nog aan:
9. Beweeg de zijstandaard omlaag.
Slaat de motor af?
Het systeem is in orde. De scooter mag worden gebruikt.
Deze controle is vooral betrouwbaar als hij
wordt uitgevoerd met een warme motor.De sperschakelaar van de zijstandaard is
mogelijk defect.
De scooter mag niet worden gebruikt voordat
deze is nagekeken door een Yamaha dealer.
De remschakelaar is mogelijk defect.
De scooter mag niet worden gebruikt
voordat deze is nagekeken door een Yamaha
dealer.
De sperschakelaar van de zijstandaard is
mogelijk defect.
De scooter mag niet worden gebruikt voordat
deze is nagekeken door een Yamaha dealer.
JA NEE JA NEE NEE JAOPMERKING:
Page 37 of 92
CONTROLES VOOR HET STARTEN
4-1
2
3
45
6
7
8
9
DAU15591
De eigenaar is verantwoordelijk voor de conditie van zijn voertuig. Vitale onderdelen kunnen bijvoorbeeld bij blootstelling aan
weer en wind vrij snel en onverwachts achteruitgaan, ook als de machine niet wordt gebruikt. Eventuele schade, vloeistof-
lekkage of het wegvallen van de bandspanning kan ernstige gevolgen hebben. Het is daarom van belang om voorafgaand
aan elke rit een visuele inspectie uit te voeren en bovendien de volgende punten te controleren.
OPMERKING:
Voordat de machine wordt gebruikt moet telkens een korte algemene controle worden uitgevoerd. Zo’n inspectie neemt maar
weinig tijd in beslag en de hiermee gegarandeerde veiligheid is die tijd alleszins waard.
WAARSCHUWING
DWA11150
Als een onderdeel uit de Controlelijst voor gebruik niet naar behoren werkt, laat het dan controleren en repareren
alvorens de machine te gebruiken.
Page 38 of 92

CONTROLES VOOR HET STARTEN
4-2
1
2
3
4
5
6
7
8
9
DAU15602
Controlelijst voor gebruik
ITEM CONTROLES PAGINA
Brandstof
Controleer het brandstofniveau in de brandstoftank.
Vul indien nodig brandstof bij.
Controleer de brandstofleiding op lekkage.3-13
Motorolie
Controleer het olieniveau in de motor.
Vul indien nodig het aanbevolen type olie bij tot aan het voorgeschreven
niveau.
Controleer de machine op olielekkage.6-11
Kettingkastolie
Controleer de machine op olielekkage. 6-14
Koelvloeistof
Controleer het koelvloeistofniveau in het reservoir.
Vul indien nodig de aanbevolen koelvloeistof bij tot aan het voorgeschreven
niveau.
Controleer het koelsysteem op lekkage.6-15
Voorrem
Controleer de werking.
Als de koppeling zacht of sponzig aanvoelt, vraag dan een Yamaha dealer het
hydraulisch systeem te ontluchten.
Controleer de remblokken op slijtage.
Vervang indien nodig.
Controleer het vloeistofniveau in het reservoir.
Vul indien nodig het aanbevolen type remvloeistof bij tot aan het voorge-
schreven niveau.
Controleer het hydraulisch systeem op lekkage.6-24, 6-25
Achterrem
Controleer de werking.
Als de koppeling zacht of sponzig aanvoelt, vraag dan een Yamaha dealer het
hydraulisch systeem te ontluchten.
Controleer de remblokken op slijtage.
Vervang indien nodig.
Controleer het vloeistofniveau in het reservoir.
Vul indien nodig het aanbevolen type remvloeistof bij tot aan het voorge-
schreven niveau.
Controleer het hydraulisch systeem op lekkage.6-24, 6-25
Page 39 of 92

CONTROLES VOOR HET STARTEN
4-3
2
3
45
6
7
8
9
Gasgreep
Controleer of de werking soepel is.
Controleer de vrije slag van de kabel.
Vraag indien nodig de Yamaha dealer om de vrije slag van de kabel af te stel-
len, en de kabel en het kabelhuis te smeren.6-19, 6-26
Wielen en banden
Controleer op schade.
Controleer de conditie van de band en de profieldiepte.
Controleer de bandspanning.
Corrigeer indien nodig.6-20, 6-22
Remhendels
Controleer of de werking soepel is.
Smeer indien nodig de hendelscharnierpunten.6-27
Middenbok, zijstandaard
Controleer of de werking soepel is.
Smeer indien nodig de scharnierpunten.6-27
Framebevestigingen
Controleer of alle moeren, bouten en schroeven stevig zijn vastgezet.
Zet indien nodig vast.—
Instrumenten, verlichting,
signaleringssysteem en
schakelaars
Controleer de werking.
Corrigeer indien nodig.—
Sperschakelaar voor de zij-
standaard
Controleer de werking van het startspersysteem.
Als het systeem defect is, vraag dan een Yamaha dealer de machine na te kij-
ken.3-18
ITEM CONTROLES PAGINA
Page 40 of 92

5-1
1
2
3
4
5
6
7
8
9
GEBRUIK EN BELANGRIJKE RIJ-INFORMATIE
DAU15970
WAARSCHUWING
DWA11250
Zorg dat u volkomen vertrouwd
bent met alle bedieningsfunc-
ties en hun werking voordat u
gaat rijden. Informeer bij een
Yamaha dealer als u de werking
van een schakelaar of functie
niet volkomen begrijpt.
Start de motor nooit in een afge-
sloten ruimte en laat deze hierin
ook niet lange tijd aaneen
draaien. Uitlaatgassen zijn giftig
en het inademen ervan kan al
binnen korte tijd leiden tot be-
wusteloosheid en dodelijk let-
sel. Controleer altijd of er
voldoende ventilatie is.
Start de motor om veiligheidsre-
denen te allen tijde met de mid-
denbok naar beneden.
Kom nooit met uw handen of
voeten in de buurt van het ach-
terwiel wanneer de middenbok
uitgeklapt is terwijl de motor
stationair draait.
DAU27060
Starten van de motor
LET OP:
DCA10250
Zie pagina 5-4 voor instructies over
het inrijden van de motor alvorens
de machine in gebruik wordt geno-
men.
Het startspersysteem staat starten al-
leen toe als de zijstandaard is opge-
trokken.
WAARSCHUWING
DWA10290
Controleer voor het starten van
de motor de werking van het
startspersysteem en volg daar-
bij de werkwijze beschreven op
pagina 3-19.
Ga nooit rijden terwijl de zijstan-
daard omlaag staat.
1. Draai de contactsleutel naar “ON”
en controleer of de noodstopscha-
kelaar op “ ” is gezet.
2. Sluit de gasklep volledig.
3. Start de motor door de startknop in
te drukken terwijl de voor- of ach-terrem wordt bekrachtigd.
OPMERKING:
Als de motor niet wil starten, laat dan
de startknop los, wacht een paar se-
conden en probeer het dan opnieuw.
Iedere startpoging moet zo kort moge-
lijk duren om de accu te sparen. Laat
de startmotor nooit langer dan 10 se-
conden aaaneen draaien. Als de motor
niet wil starten draai dan de gasgreep
1/8 slag open en probeer het nog eens.
LET OP:
DCA11040
Trek nooit snel op terwijl de motor
nog koud is, dit verkort de levens-
duur van de motor!