Page 9 of 183

14-04-2003
9UW 307 SW IN EEN OOGOPSLAG
AIRBAGS De airbags zijn speciaal ontworpen voor een betere veiligheid van deinzittenden bij ernstige aanrij-dingen: ze vormen een aanvullingop de werking van de veiligheids-gordels met gordelkrachtbegren-zers. Airbags voor Deze zijn voor de bestuurder in het midden van het stuurwiel en voorde passagier in het dashboardaangebracht. Ze worden tegelij-kertijd geactiveerd, behalve als deairbag aan passagierszijde isuitgeschakeld.
Voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de airbag aanpassagierszijde Schakel de airbag uit als u een kinderzitje met de rug in derijrichting op de voorstoelplaatst,
Schakel de airbag in als er eenpassagier op de voor-stoel zit. Uitschakelen airbag aanpassagierszijde*
Steek, als het contact is afgezet, de sleutel in de scha-kelaar 1en draai deze in de
stand "OFF" .
Zet, zodra u het kinderzitje verwij-dert, de schakelaar in de stand"ON" om de airbag weer in te
schakelen.
Controle van werking
Als de airbag aan passa- gierszijde is uitgescha-keld (schakelaar in destand "OFF" ), zal bij het
aanzetten van het contact (2estand van de sleutel) het verklik-kerlampje gaan branden in com-binatie met een geluidssignaal ende melding "Airbag aan passa-
gierszijde uitgeschakeld" .
Het verklikkerlampje blijft bran-den zolang de airbag aan passa-gierszijde is uitgeschakeld. Zijairbags* en window-airbags* De zijairbags zijn ge•ntegreerd in de rugleuning van de voorstoelenaan de zijde van de portieren. De window-airbags zijn ge•nte- greerd in de stijlen en in de hemel-bekleding. Zij worden aan de zijde waar de aanrijding plaatsvindt,opgeblazen.
* Volgens land van bestemming.
133134
Page 10 of 183

14-04-2003
Beveiliging tegen beknellen: Als de ruit sluit en tegen een obstakel stuit, stopt de ruit en
gaat deze weer open.
ELEKTRISCH BEDIENBARE BUITENSPIEGELS
10UW 307 SW IN EEN OOGOPSLAG
ELEKTRISCH BEDIENBARE RUITEN 1 - Schakelaar ruitbediening aan bestuurderszijde. 2 - Schakelaar ruitbediening aan passagierszijde.
3 - Schakelaar ruitbediening rechts achter.
4 - Schakelaar ruitbediening links achter.
5 - Blokkeerschakelaar elektrisch bedienbare ruiten achter.STUURWIEL IN HOOGTE EN DIEPTE VERSTELLEN Trek, als de auto stilstaat, aan
de hendel Aom het stuurwiel
te ontgrendelen.
Verstel het stuurwiel in hoogte en/of in diepte.
Vergrendel het stuurwiel doorde hendel Avolledig in te
drukken.
Handbediening: Duw of trek de schakelaar tot
aan het zware punt. De ruit stopt zodra de schake- laar wordt losgelaten. Automatische bediening:
Duw of trek de schakelaar
voorbij het zware punt. De ruit opent of sluit volledig.
11 7
Plaats de knop 6naar links of
rechts om de desbetreffende spiegel te selecteren.
Duw de knop 7in de 4 rich-
tingen om de spiegel af testellen.
Plaats de knop 6weer in de
middelste stand. Tijdens het parkeren kunnen de
buitenspiegels handmatig ingeklaptworden, maar ook elek-trisch met behulp van deknop 6of automatisch bij
het vergrendelen.
11 8120
Page 11 of 183

PARKEERHULP Dit systeem, dat in de achterbumper is gemonteerd,waarschuwt de bestuurder voorelk obstakel achter de auto(persoon, auto, boom, hek...). Inschakelen Bij draaiende motor wordt het systeem ingeschakeld zodra deachteruit wordt ingeschakeld;een geluidssignaal geeft aan dathet systeem is ingeschakeld.Geluidssignalen geven deafstand tot het obstakel aan. Hoedichter de auto bij het obstakelkomt, hoe korter de tijd tussen degeluidssignalen is. Als de auto minder dan 25 cm van het obstakel is verwijderd, ishet geluidssignaal continu
hoorbaar. Het systeem wordt uitgeschakeld als deachteruit wordt uitge-schakeld.
11
MOTORKAP OPENEN Binnenzijde: Druk op de knop
links onder het dashboard. Buitenzijde: Druk de veilig-
heidshaak omhoog, til de motorkap op en zet demotorkapsteun vast om demotorkap open te houden.
BRANDSTOF TANKEN
Het tanken dient met
afgezette
motor te gebeuren.
Aan de binnenzijde van de vulklep staat de voorgeschreven brandstofaangegeven. De inhoud van de brandstoftank
bedraagt circa 60 liter. Laat het vulpistool bij het aftanken van de auto nooit meer dan 3 keerautomatisch uitspringen. Indien ditwel gebeurt, kunnen er storingenoptreden. BrandstofreserveOp het moment dat het lampje gaat branden, kunt u nog ongeveer
50 km met de resterende
hoeveelheid brandstof rijden.
UW 307 SW IN EEN OOGOPSLAG
109109132
14-04-2003
Page 12 of 183

12UW 307 SW IN EEN OOGOPSLAG
AUTOMATISCHE TRANSMISSIE "TIPTRONIC-SYSTEEM PORSCHE" Bij de automatische transmissie met vier ver-
snellingen kunt u kiezen uit volautomatische
bediening , aangevuld met de programma's
sport en sneeuw , of handmatig schakelen.
Schakelpatroon Kies de gewenste stand door de selectie-
hendel in het schakelpatroon te verplaatsen. De gekozen stand wordt met een pictogram in het instrumentenpaneel aangegeven.
S : programma Sport.
: programma Sneeuw.
P ark (parkeerstand): om de auto stil te zettenen te starten , met of zon-
der gebruik van de handrem.
R everse (achteruitversnelling): om achteruitte rijden (schakel deze stand
alleen in als de auto stilstaat en de motor stationair draait). N eutral (neutraalstand): om de motor te startenen de auto te parkeren ,
met gebruik van de handrem.Opmerking: laat, als onder het rijden per ongeluk de selectiehendel in de stand
N wordt gezet, het motortoerental terugvallen tot stationair voordat de stand D
wordt geselecteerd om vervolgens weer gas te geven.
D rive (rijstand): om automatisch te schakelen tijdens het rijden.
M anual (sequenti‘le stand): om zelf te schakelen tijdens het rijden.
Handmatig schakelen in de vier versnellingen:
Duw de selectiehendel naar het symbool +om op te schakelen en trek
de selectiehendel naar het symbool - om terug te schakelen.
Opmerking: De programma's S(sport) en
(sneeuw) kunnen niet worden
ingeschakeld in de handbediende stand. Starten van de auto Om, na het starten, weg te rijden vanuit stand
P:
Trap altijd het rempedaal in
om uit de stand P te kunnenschakelen,
Selecteer de stand R, D of M
en laat langzaam het rempe-daal los; de auto begint terijden.
Om weg te rijden vanuit stand N:
Trap het rempedaal in en zetde handrem los,
Selecteer de stand R, D of M
en laat langzaam het rempe-daal los; de auto begint terijden.
Als de motor stationairdraait, het rempedaal islosgelaten en de standR, D of Mis geselec-
teerd, zet de auto zich al inbeweging, zelfs als het gaspe-daal niet wordt ingetrapt. Laat daarom geen kinderen
alleen in de auto achter als de motor draait.
127
14-04-2003
Page 13 of 183
14-04-2003
13
Nr. Symbool Functie
UW 307 SW IN EEN OOGOPSLAG
AIRCONDITIONING
84
Regeling luchtverdeling.
1
Bediening
luchttoevoer.
2
Temperatuurregeling.
3
Achterruitverwarmingen verwarming buitenspiegels.
4
Regeling luchtopbrengst.
5
Bediening airconditioning.
6
Page 14 of 183
14-04-2003
14
Nr. Symbool Functie
UW 307 SW IN EEN OOGOPSLAG
AUTOMATISCHE AIRCONDITIONING
86
Regeling luchtopbrengst. Regeling luchtverdeling.
1 23 4 56 7 8 9 Bediening
luchttoevoer. Bediening airconditioning. Systeem uit.
Achterruitverwarming en verwarming buitenspiegels.
Temperatuurregeling. Automatisch programma "comfort". Automatisch programma "zicht".
Page 15 of 183

14-04-2003
DE PEUGEOT ONDERHOUDSCONTROLES Uw auto heeft lange onderhoudsintervallen.
¥ Voor modellen met benzinemotor: elke 30.000 km of elke twee jaar.
¥ Voor modellen met direct ingespoten dieselmotor: elke 20.000 km of elke twee jaar. Door de lange intervallen tussen de onderhoudscontroles is het noodzakelijk het motoroliepeil regelmatig te contro- leren: het is normaal dat er tussen twee verversingen motorolie bijgevuld moet worden. Daarom nodigt PEUGEOT u uit voor een tussentijdse controle tussen twee onderhoudscontroles.
Deze tussentijdse controle wordt niet aangegeven door de onderhoudsintervalindicator. De controle moet elke
15 000 km plaatsvinden voor benzinemotoren en elke 10 000 km voor dieselmotoren met directe inspuiting.
Een PEUGEOT-monteur voert een kortdurende controle uit en vult, indien nodig, vloeistoffen bij (olie, koelvloeistof, ruitensproeiervloeistof tot 2 liter). Een te laag oliepeil kan ernstige schade aan de motor veroorzaken: controleer daarom het motoroliepeil tenminste elke 3000 of 5000 km, afhankelijk van de gebruiksomstandigheden. Deze lange onderhoudsintervallen zijn mogelijk geworden door de ontwikkeling van onze auto's en van de smeermiddelen:
DAAROM IS HET VERPLICHT UITSLUITEND DOOR DE FABRIKANT AANBEVOLEN SMEERMIDDELEN TE GEBRUIKEN.
DE PEUGEOT-ONDERHOUDSCONTROLES
18
Page 16 of 183

14-04-2003
DE PEUGEOT-ONDERHOUDSCONTROLES
20
ONDERHOUDSINTERVALINDI-
CATOR De onderhoudsintervalindicator geeft de afstand tot de volgendeonderhoudsbeurt aan overeenkom-stig het onderhoudsschema van defabrikant.
Werking Als het contact wordt aangezet, gaat gedurende 5 seconden de onder-houdssleutel branden. De kilometer-teller geeft de resterende kilometers(afgerond) tot de eerstvolgendeonderhoudscontrole aan.
Voorbeeld:
De afstand tot de eerst-
volgende onderhoudscontrole
bedraagt 4.800 km. Als het contactwordt aangezet, geeft het displaygedurende 5 seconden het volgendeaan: 5 seconden na het aanzetten van hetcontact geeft de teller weer de kilo-meterstand en de stand van de dag-teller aan. De afstand tot de eerstvolgende beurt is minder dan 1.000 km.
Voorbeeld:
De afstand tot de eerst-
volgende onderhoudscontrole bedraagt 900 km. Als het contact wordt aangezet, geeft het display gedurende 5seconden het volgende aan: 5 seconden na het aanzetten van het contact treedt de kilometerteller weerin werking en blijft de onderhouds-sleutel branden. Dit om aan te geven dat er binnenkort onderhoudswerkzaamheden uitge-voerd moeten worden. De teller geeftde kilometerstand en de stand van dedagteller aan. De afstand tot de eerstvolgende beurt is overschreden. Als het contact wordt aangezet, gaat gedurende 5 seconden de onder-houdssleutel knipperen.
Voorbeeld:
U heeft de afstand tot de
eerstvolgende onderhoudsbeurt met 300 km overschreden. Er moeten zosnel mogelijk onderhoudswerkzaam-heden worden uitgevoerd. Als het contact wordt aangezet, geeft het display gedurende 5seconden het volgende aan: 5 seconden na het aanzetten van het contact treedt de kilometerteller weerin werking en blijft de onderhouds-sleutel branden. De teller geeft dekilometerstand en de stand van dedagteller aan.