Page 65 of 168

26-05-2003
UW 206 IN DETAIL
64
Instellingen display
Vanuit het hoofdmenu kan het menu
"Beeldschermconfiguratie"
worden gekozen met de volgende instellingen:
Ð regelen van de lichtsterkte van de tekst en de achter- grond op het scherm.
Ð instellen van de datum en de tijd.
Ð keuze van de taal voor de weergave op het display en de gesproken informatie (Duits, Spaans, Frans, Engels, Italiaans, Nederlands).
Ð instellen van formaten en eenheden. Er kan gekozen wor- den tussen de weergave in km/h of mph en in gradenCelsius of Fahrenheit en tussen 12- of 24-uurs weergavevan de tijd.
Opties
Vanuit het menu navigatie/begeleiding kan het menu "Navigatie-opties" worden gekozen dat de volgende
mogelijkheden biedt:
Ð beheer van de geheugens. Met deze functie kan de omschrijving van een opgeslagen adres gewijzigd worden en kan een adres gewist worden. Kies daar-voor het geheugen en dan de omschrijving van het
desbetreffende adres.
Ð het regelen van de geluidssterkte van de gesproken berichten.
Ð het wissen van alle gegevens in beide geheugens.
Ð het stopzetten of het hervatten van de navigatie. Afhankelijk van de uitgangssituatie verschijnt de melding "Navigatie hervatten" of "Navigatie stopzetten" .
Page 66 of 168
26-05-2003
UW 206 IN DETAIL65
Navigatiehulp Druk tijdens het navigeren op de toets
"VAL"om in het
menu "Navigatiehulp" te komen.
Dit menu biedt de volgende mogelijkheden:
Ð Criterium van huidige navigatie-opdracht wijzigen.
Ð Weergave of wijzigen van een opgegeven bestemming.
Ð Regelen van de geluidssterkte van de gesproken berichten.
Ð Huidige navigatie-opdracht stoppen.
Page 67 of 168
26-05-2003
UW 206 IN DETAIL
66
Page 68 of 168

26-05-2003
VENTILATIE 1.Uitstroomopeningen voorruitontwaseming.
2. Uitstroomopeningen zijruitontwaseming.
3. Zijventilatieroosters.
4. Middelste ventilatieroosters.
5. Uitstroomopening voor beenruimte voor.
6. Uitstroomopening voor beenruimte achter.
Gebruiksadviezen
Ð Zet de luchttoevoer ver genoeg open voor een optimale verversing van de lucht in het interieur. In de stand "OFF"komt
er geen buitenlucht meer in het interieur. Opmerking: Gebruik de stand "OFF"alleen indien nodig (kans op beslaan van de ruiten).
Ð Stel de luchtverdeling naar wens en afhankelijk van de weersomstandigheden in.
Ð Wijzig de temperatuurinstelling geleidelijk om het gewenste comfort te bereiken.
Ð Schuif de knop van de luchttoevoerregeling naar links in de stand "Toevoer van buitenlucht".
Ð Let er voor een gelijkmatige verdeling van de lucht naar het interieur op dat het luchtinlaatrooster in de motorkap, de uitstroomopeningen in de auto en de luchtkanalen onder de voorstoelen vrij blijven. Zorg ervoor dat het interieurfilter in een goede staat verkeert.
UW 206 IN DETAIL 67
Page 69 of 168
26-05-2003
UW 206 IN DETAIL
68
1. Temperatuurregeling Naar behoefte in te stellen.
Van blauw (buitentemperatuur) tot rood (warm). 2. Luchtverdeling
Luchtstroom naar voorruit en zijruiten (ontwasemen-ontdooien).
Ga voor het snel ontwasemen vande voorruit en de zijruiten als volgt tewerk: Ð Schuif de knop van de luchttoe-
voerregeling naar links in de stand
"Toevoer van buitenlucht".
Ð Stel de temperatuur en de lucht- opbrengst in op maximaal.
Ð Sluit de middelste ventilatieroosters
VERWARMING/VENTILATIE
Page 70 of 168

26-05-2003
4. Regeling luchttoevoerToevoer van buitenlucht.
Dit is de normale stand.
Recirculatie van de lucht in
het interieur.
Deze stand dient om de toevoer vanbuitenlucht bij stank en stofoverlastaf te sluiten en om het verwarmenvan het interieur te versnellen. Zet de knop, zodra de omstandig-heden dit toelaten, weer in de stand
toevoer buitenlucht om het beslaanvan de ruiten te voorkomen.
UW 206 IN DETAIL 69
Luchtstroom naar voorruit, portierruiten en beenruimte. Luchtstroom naar de been- ruimte.
Deze instelling wordt aanbevolen bijeen koud klimaat.
Luchtstroom naar interieur
(linker, rechter en middelsteventilatieroosters).
Deze instelling wordt aanbevolen bijeen warm klimaat.
3. Regeling luchtopbrengst
Draai de knop in ŽŽnvan
de vier standen om de
gewenste luchtopbrengst te verkrijgen.
5. Achterruitverwarming en verwarming buitenspiegels
Druk de schakelaar bij draaiende motor in om deachterruitverwarming en deverwarming van de buiten-spiegels in te schakelen.
De achterruitverwarming gaat naongeveer 12 minuten automatischuit.
Druk nogmaals op de schakelaar omde achterruitverwarming opnieuwgedurende 12 minuten in te schakelen.
Druk de schakelaar nogmaals in omde achterruitverwarming eerder uitte schakelen.
Page 71 of 168
26-05-2003
UW 206 IN DETAIL
70
AIRCONDITIONING
1. Airconditioning
De airconditioning kan tijdens alle seizoe- nen gebruikt worden. Het systeem stelt uin staat de temperatuur in het interieur `szomers te verlagen en zorgt in de winterbij temperaturen boven 0 ¡C voor eensnelle ontwaseming van beslagen ruiten.
Druk de schakelaar in om deairconditioning in te schake-len. Het verklikkerlampjegaat branden. De airconditioning werkt niet alsde knop voor de regeling van delucht-opbrengst op "OFF" staat. Opmerking Condensvorming in de airconditioning kan ertoe leiden dat er zich een kleinplasje water onder de auto vormt, ditis een normaal verschijnsel.
2. Temperatuurregeling Naar behoefte in te stellen.
Van blauw (koud als de airco is inge- schakeld) tot rood (warm).
Page 72 of 168

26-05-2003
UW 206 IN DETAIL71
3. Luchtverdeling
Luchtstroom naar voorruit en zijruiten (ontwasemen-ontdooien).
Ga voor het snel ontwasemen vande voorruit en de zijruiten als volgtte werk:
Ð Stel de temperatuur en de lucht- opbrengst in op maximaal.
Ð Sluit de middelste ventilatie- roosters.
Ð Schuif de knop van de luchttoe- voerregeling naar links in de
stand "Toevoer van buitenlucht".
Ð Schakel de airconditioning in.
Luchtstroom naar voorruit,portierruiten en beenruimte. Luchtstroom naar de been- ruimte.
Deze instelling wordt aanbevolen bijeen koud klimaat.
Luchtstroom naar interieur
(linker, rechter en middelsteventilatieroosters).
Deze instelling wordt aanbevolen bijeen warm klimaat. 5. Toevoer van buitenlucht
Toevoer van buitenlucht.
Dit is de normale stand.
Luchtrecirculatie
Deze stand dient om de toevoer vanbuitenlucht bij stank en stofoverlastaf te sluiten. Als deze stand gebruikt wordt terwijl de airco is ingeschakeld, wordt decapaciteit van de airco en de ver-warming vergroot. Als deze stand wordt gebruikt zonder de airconditioning, bestaat het risicodat de ruiten beslaan. Zet de knop, zodra de omstandighe- den dit toelaten, weer in de standtoevoer buitenlucht. Belangrijkevoorzorgsmaatregelen Zet de airconditioning 1 tot 2 keer per maand 5 tot 10 minuten aan omhet systeem in perfecte staat tehouden. Gebruik de airconditioning niet als deze niet koelt en laat het systeem
dan door uw PEUGEOT-servicepuntcontroleren.
4. Regeling luchtopbrengst
Draai de knop in ŽŽn van
de vier standen om de
gewenste luchtopbrengstte verkrijgen. 6. Achterruitverwarming en
verwarming buitenspiegels
Druk de schakelaar bijdraaiende motor in om deachterruitverwarming en deverwarming van de buiten-spiegels in te schakelen.
De achterruitverwarming gaat na ca.12 minuten automatisch uit.
Druk nogmaals op de schakelaar omde achterruitverwarming opnieuwgedurende 12 minuten in te schakelen.
Druk de schakelaar nogmaals in omde achterruitverwarming eerder uitte schakelen.