BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI 1-23
YT10355A
WAARSCHUWING:
o Als wijzigingen worden uitgevoerd aan de diverse componenten en de bedrading van het airbagsystem, inclusief hetaanbrengen van voorwerpen op hetstootvlak van het stuurwiel of wijzigingenworden uitgevoerd aan het stuurwiel, kande werking van het airbagsysteem wordenbeïnvloed en persoonlijk letsel tot gevolghebben.
o Het stootvlak kan worden gereinigd met een zachte, droge doek of een doek dievochtig is gemaakt met water zonderenige toevoeging. Oplosmiddelen of
Alle werkzaamheden aan het airbagsysteem,zoals het verwijderen, aanbrengen, reparerenof werkzaamheden aan het stuurwiel moetenworden uitgevoerd door een gekwalificeerdeHyundai monteur. Onvakkundig uitgevoerdewerkzaamheden aan het airbagsysteem kunnenernstig persoonlijk letsel tot gevolg hebben.
SB110C1-FX Onderhoud van het airbagsysteem
YR10353A
o Plaats geen objecten (paraplu, tas enz.)
tussen het voorportier en de voorstoel. Dergelijke objecten kunnen gevaarlijkeprojectielen worden of extraverwondingen veroorzaken als de zij-airbag in werking treedt.
o Om ongewild in werking treden van de zij-airbag en daardoor verwondingen tevoorkomen, moeten schokken tegen debotsingssensor voor de zij-airbag bijaangezet contact worden voorkomen.
B990B03Y
WAARSCHUWING:
o Voor de beste bescherming van het zij- airbagsysteem en om verwondingen bij het in werking treden van de zij-airbag tevoorkomen, moeten de beide inzittendenvan de voorstoelen rechtop zitten met deveiligheidsgordel correct vastgegespt. Dehanden van de bestuurder moeten in destanden 9:00 en 3:00 uur op het stuurwielworden gehouden. De armen en handenvan de voorpassagiers moeten in deschoot worden gehouden.
o Breng geen extra stoelhoezen aan.
o Door het gebruik van stoelhoezen wordt het effect van het systeem beperkt.
o Monteer geen accessoires aan de zijkant of bij de zij-airbag.
o Gebruik geen grote krachten aan de zijkant van de stoel.
o Breng geen objecten aan over de airbag of tussen de airbag en uzelf.
Zij-airbag- sensor
Het airbagsysteem is praktisch onderhoudsvrij;
het is niet toegestaan zelf werkzaamheden eraan uit te voeren. Het gehele airbagsysteem moet10 jaar na de produktiedatum van de auto dooreen officiële Hyundai dealer wordengecontroleerd.
efholl-1.p65 6/20/2008, 10:34 AM
23
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
1-24 moeten bepaalde veiligheidsvoor- schriften worden opgevolgd. Uw Hyun-dai dealer is met dezeveiligheidsvoorschriften bekend en kanu de noodzakelijke informatieverstrekken. Als deze voorschriften enprocedures niet worden opgevolgd, kandit persoonlijk letsel tot gevolg hebben.
o Bij verkoop van de wagen moet de nieuwe eigenaar van deze belangrijke informatieop de hoogte worden gebracht en moetdeze handleiding in de wagenachterblijven als deze aan de nieuweeigenaar wordt overhandigd.
reinigingsmiddelen kunnen een negatiefeffect hebben op het stootvlak van hetstuurwiel alsmede op de goede werkingvan systeem.
o Er mogen geen voorwerpen over of bij de airbageenheden op het stuurwiel, hetinstrumentenpaneel of de afdekkingboven het dashboardkastje aanpassagierszijde worden geplaatst, omdateen dergelijk voorwerp letsel kanverooraken bij een aanrijding die ernatiggenoeg is om de airbags in werking telaten treden.
o Als de airbag in werking is getreden, moet deze worden vervangen door eenofficiële Hyundai dealer.
o Aan de diverse componenten en aan de bedrading van het airbagsysteem mogengeen werkzaamheden worden uitgevoerd,terwijl deze ook niet mogen wordenlosgemaakt. Als dit wel gebeurt, kan ditpersoonlijk letsel tot gevolg hebbenomdat de airbag abusievelijk in werkingkan treden of niet in werking kan treden.
o Op de rechter voorstoel mag geen veiligheidssysteem voor kinderenworden gemonteerd. Op de voorstoelmag nooit een kinderstoeltje wordengeplaatst.Het kind kan letsel oplopen als de airbagbij een aanrijding wordt geactiveerd.
o Als componenten van het airbagsysteem tot schroot worden verwerkt, of als dewagen tot schroot wordt verwerkt,
efholl-1.p65 6/20/2008, 10:34 AM
24
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI 1-25
B250A04Y-GXT INSTRUMENTEN EN BEDIENINGSORGANEN
HEF-042B
12
3
4 5
67 89
10 11
12
13 14 15 161718 19 20 21 22 23 24
LET OP: Een flacon luchtverfrisser mag in de auto niet dichtbij het instrumentenpaneel of op het
dashboard worden geplaatst. Door eventuele lekkage van de luchtverfrisser op deze delen (instrumentenpaneel, dashboard of aanjager) kunnen ze worden beschadigd. Als de vloeistofvan de luchtverfrisser op deze delen komt moeten ze direct met water worden gereinigd. 1. Hefboom motorkapontgrendeling
2. Elektrobox instrumentenpaneel
3. Multischakelaar verlichting
4. Ontgrendelingshefboom stuurkolom
5. Claxon en bestuurdersairbag
(Indien gemonteerd)
6. Schakelaar ruitewissers/-sproeiers
7. Schakelaar waarschuwingsknipperlichten
8. Digitale klok
9. Bedieningsorganen verwarming/airconditioning
10. Airbag voor passagierszijde (Indien gemonteerd)
11. Dash board kastje
12. TCS-schakelaar (Indien gemonteerd)
13. Regelknop instrumentenverlichting
14. Schakelaar mistachterlicht (Indien gemonteerd)
15. Schakelaar koplampafstelling
(Indien gemonteerd)
16. Schakelaar koplampsproeiers (Indien gemonteerd)
17. Schakelaar automatische snelheidsregeling (Indien gemonteerd)
18. Aansluitcontact
19. Asbak
20. Stoelverwarming (Indien gemonteerd)
21. Aansteker
22. Keuzehandel/versnellingshandel
23. Handremhefboom
24. Bekerhouder N.B.: De schakelaarplaatsing van nr. 12 tot nr. 17
kan overeenkomstig de opties zijn aangepast.
efholl-1.p65 6/20/2008, 10:34 AM
25
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
1-26 B260A05Y-GXT INSTRUMENTENPANEEL EN CONTROLELAMPEN
1. Storingslamp (MIL) (Indien gemonteerd)
2. Toerenteller
3. Controlelamp richtingaanwijzers
4. Koelvloeistoftemperatuurmeter
5. Brandstofmeter
6. Snelheidsmeter
7. Controlelamp ABS (Indien gemonteerd)
8. Controlelamp airbag (Indien gemonteerd)
9. Comtroelamp veiligheidsgordel 10. Waarschuwingslamp geopend koffer-deksel
11. Controlelamp niet goed gesloten portier
12. Terugsteltoets van dagteller of
boordcomputer (Indien gemonteerd)
13. Controlelamp grootlicht
14. Mistlampen (Indien gemonteerd)
15. Verlichting schakelkwadrant van automat- ische transmissie (Indien gemonteerd)
16. Kilometerteller/Dageller/Boordcomputer 17. Controlelamp brandstofreserve
18. Modusschakelaar dagteller of
boordcomputer (Indien gemonteerd)
19. Controlelamp handrem/remvloeistofpeil
20. Controlelamp laadstroom
21. Controlelamp oliedruk
22. Controlelamp automatische snelheidsregelling (Indien gemonteerd)
23. Traction control controlelampen
(Indien gemonteerd) B260A04Y-1
1
234 5 6
7
8 9 10 11 1213 14 15 16 1718 19 20 21
3
2223
efholl-1.p65 6/20/2008, 10:34 AM
26
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
1-28 Werking van de controlelamp Deze lamp moet gaan branden als het contact
wordt aangezet, de motor wordt gestart en als de handrem wordt aangetrokken. Na het startenvan de motor moet de lamp doven zodra dehandrem wordt vrijgezet. Als de handrem niet isaangetrokken moet de lamp gaan branden bijhet aanzetten van het contact of bij het startenvan de motor.
Als deze lamp tijdens het rijden gaat branden
mag niet meer met de wagen worden gereden.Het remvloeistofpeil in het reservoir is danbeneden het minimum niveau gedaald. Vulremvloeistof bij die voldoet aan de DOT 3 ofDOT 4 specificatie. Na het bijvullen kanvoorzichtig naar een dealer worden geredenvoor nadere controle. Bij een ernstig defectmoet de wagen door een sleepbedrijf naar eendealer worden gesleept.
Uw Hyundai is voorzien van een diagonaal
gescheiden remsysteem. Als één van beidecircuits defect is, wordt de wagen nog op deandere wielen afgeremd. Is dit het geval dan ismeer kracht voor het remmen vereist en is deremweg langer dan normaal. Bij een defect aanhet remsysteem moet worden teruggeschakeldzodat gebruik wordt gemaakt van hetremvermogen van de motor.
ZB110M1-AX CONTROLELAMP LAAD- STROOM
Deze lamp moet gaan branden als het contact wordt aangezet, maar moet doven zodra demotor draait. Als de lamp bij draaiende motorgaat branden, bevindt zich een storing in hetelektrisch systeem. Als de lamp tijdens hetrijden gaat branden, moet worden gecontroleerdof de V-riem in orde is. Open de motorkap encontroleer de spanning van de V-riem. De riemis goed afgesteld als hij in het midden van hetlangste gedeelte 9 tot 10.4 mm kan wordeningedrukt; oefen hierbij een druk uit van circa10 kg of raadpleeg een Hyundai dealer.
ZB110P1-AX CONTROLELAMP BENZINE- RESERVE
Deze lamp gaat branden zodra de reserve- inhoud van de tank wordt bereikt. Tank in ditgeval zo spoedig mogelijk. Als de naald van debenzinemeter op "E" of lager staat, kan dit hetoverslaan van de motor en daarmee een sto-ring aan de katalysator tot gevolg hebben.
ZB110O1-AX
CONTROLELAMP VOOR NIET GOED GESLOTEN PORTIEREN
Als een portier niet geheel gesloten is gaat
deze controlelamp branden.
ZB110N1-AX CONTROLELAMP NIET GOED GESLOTEN ACHTERKLEP
Deze lamp gaat branden in het geval de achterklep niet goed is gesloten. B260Q02Y-DXT CRUISE CONTROL CONTROLELAMP (Indien aanwezig)
De controlelamp van de Cruise Control (snelheidsregeling) in het instrumentenpaneel
brandt alleen als de rijsnelheid met de behulpvan de schakelaar voor de Cruise Control isingesteld. De controlelamp brandt niet wanneer
alleen de hoofdschakelaar voor de Cruise Con-
YB110C2-AX ONDERHOUDSINDICATIE (SRI) VAN AIRBAGSYSTEEM
De SRS onderhoudsindicatie (SRI) in het instrumentenpaneel knippert ca. 6 secondennadat de contactsleutel in de stand "ON" isgedraaid of nadat de motor is gestart en dooftvervolgens. Deze onderhoudsindicatie gaat eveneens branden als het airbagsysteem niet correctwerkt. Als bij het aanzetten van het contact ofhet starten van de motor de onderhoudsindicatieniet gaat branden of continu blijft branden nadatze gedurende 6 seconden heeft geknipperd, ofwanneer ze gaat branden tijdens het rijden,moet het airbagsysteem worden gecontroleerddoor een officiële Hyundai dealer.
efholl-1.p65 6/20/2008, 10:34 AM
28
EENVOUDIG ONDERHOUD 6-23
G200D01Y-GXT Elektrobox instrumentenpaneel
G200C01Y
BENAMING
RR HTD IND HAZARD
RR FOG A/CON
ETACS
DR LOCK
P/SEAT
T/LID OPEN
STOP LP H/LP
A/BAG IND T/SIG
A/CON SW
ACC SOCKET
S/HTR
A/BAG
B/UP
CLUSTER
STARTSP1 SP2 SP3 SP4
D/CLOCK
TAIL(LH) AUDIO
WIPER
ROOM LP
TAIL(RH)
C/LIGHTER
EPS WAARDE
10A 10A 15A 10A 10A 15A 30A 15A 15A 10A 10A 10A 10A 15A 15A 15A 10A 10A 10A 15A 15A 15A 15A 10A 10A 10A 20A 10A 10A 15A 10A BEVEILIGDE CIRCUITSAchterruitverwarming, spiegelverwarming Waarschuwingsknipperlichten, richtingaanwijzers Mistachterlicht Airconditioningssysteem ETACS, afstandsbediening, portiervergrendelingssysteem Portiervergrendeling Elektrische stoelverstelling Afstandsbediening kofferdeksel Remlichten Koplampen Airbag Richtingaanwijzers Airconditioningssysteem Stopcontact Stoelverwarming Airbag Achteruitrijverlichting Instrumentenpaneel Motorschakelaar Reservezekering Reservezekering Reservezekering Reservezekering Digitale klok Parkeerlicht, kentekenplaatverlichting, achterlicht Audio Ruitenwissers Interieurverlichting, veiligheidsverlichting voorportier Parkeerlicht, kentekenplaatverlichting, achterlicht Aansteker
efholl-6.p65
6/20/2008, 10:44 AM
23
INHOUD10-1
A
AANSLUITCONTACT ....... ........................................................... 1-46
ACCU CONTROLEREN .............................................................. 6-16
ACHTERRUITVERWARMING .................................................... 1-34
AIRBAGSYSTEEM ...................................................................... 1-24
ALS DE MOTOR NIET AANSLA AT ............................................. 3-1
ALS DE MOTOR TE HEET WORDT ........................................... 3-2
ANTENNE .................................................................................... 1-66
ANTI-BLOKKEERSYSTEEM ......................................................... 2-8
ANTIVERBLINDINGSSTAND VAN DE
ACHTERUITKIJKSPIEGEL ..................... ..................................1-41
ASBAK ......................................................................................... 1-35
AUTOMATISCHE SNELHEIDSREGELING ................................1-47
AUTOMATISCHE TRANSMISSIE ................................................. 2-5
AUTOMATISCHE VERWARMINGS EN KOELINGS SYSTEEM 1-56
B BANDEN VERVANGEN ................................................................ 8-2
BEDIENING VERWARMING EN KOELING ................... 1-50 ~ 1-55
BEDIENING VERWARMING EN KOELING (AUTOMATISCHE) ...................................................................................... 1-56 ~ 1-61
BEHANDELING VAN DE CD'S .................................................. 1-64
BEKERHOUDER ......................................................................... 1-36
BOUGIES ...................................................................................... 6-7 BRANDSTOFVOORSCHRIFTEN ................................................. 1-1
BRIL OPBERG KASTJE ............................................................. 1-39BUITENSPIEGEL VERWARMING
..............................................1-41
BUITENSPIEGELS OMKLAPPEN ..............................................1-41
C CENTRALE DEURVERGRENDELING ............. ............................ 1-4
CLAXON ...................................................................................... 1-45
CORROSIE VOORKOMEN .......................................................... 4-1
D DAGELIJKSE CONTROLES ......................................................... 6-3
DASHBOARDKASTJE ................................................................ 1-39
DIEFSTALBEVEILIGINGSINSTALLATIE (Indien gemonteerd) ..... 1-5 DIGITALE KLOK .......................................................................... 1-35
E ECONOMISCH RIJDEN .............................................................. 2-10
ELEKTRISCH BEDIENDE BESTUURDERSSTOEL .................... 1-9
H HANDGESCHAKELDE VERSNELLINGSBAK ............................. 2-4
HANDREM ................................................................................... 1-42
HET STARTEN VAN DE MOTOR ................................................ 2-3
HOOGGEPLAATST ACHTERREMLICHT ..................................1-43
I INHOUD ....................................................................................... 10-1
INRIJDEN ...................................................................................... 1-1
INSTRUMENTEN EN BEDIENINGSORGANEN ........................1-25
INSTRUMENTENPANEEL EN CONTROLELAMPEN ................1-26
INSTRUMENTENVERLICHTING ................................................1-35
K KATALYSATOR ............................................................................. 7-1
KILOMETERTELLER ................................................................... 1-30
K000A1-AX 10. INHOUD
10
efholl-10.p65
6/20/2008, 10:35 AM
1