Page 20 of 155
17-06-2002
Op 0 zetten van de onderhoudsintervalindicator
Uw PEUGEOT-servicepunt zet de onderhoudsintervalindicator na elkeonderhoudscontrole weer op 0. Als u zelf de onderhoudscontrole heeft uitgevoerd, kan de onderhouds-intervalindicator op de volgende wijzeop 0 gezet worden:
Ð zet het contact af.
Ð druk op knop1 en houdt deze inge-
drukt.
Ð zet het contact aan. De kilometer- teller begint 10 seconden terug te tellen.
Ð houd knop 1gedurende 10 secon-
den ingedrukt.
De teller geeft [= 0]aan en het
lampje gaat uit.
PEUGEOT ONDERHOUDSCONTROLES 21
Page 32 of 155

17-06-2002
CONTROLES TIJDENS HET RIJDEN
32
Display op het instrumentenpaneel Dit heeft na het aanzetten van het contact, 3 verschillende functies:
- onderhoudsintervalindicator (zie het desbetreffende hoofdstuk),
- motorolieniveaumeter,
- kilometerteller (totale kilometerstand en dagteller).Opmerking:de totale kilometerstand en de dagteller worden gedurende dertig
seconden na het uitzetten van het contact, bij het openen van het bestuurders- portier en bij het vergrendelen en ontgrendelen van de auto weergegeven. Motorolieniveaumeter Bij het aanzetten van het contact, wordt de onderhoudsintervalindicator enkele seconden weergegeven en vervolgens gedurende ongeveer 10 seconden hetmotorolieniveau.
Maximum Controleer het olieniveau met de peilstok.
Te veel olie kan leiden tot motorschade. Als inderdaad blijkt dat het oliepeil te hoog is, neemdan zo spoedig mogelijk contact op met een
PEUGEOT-servicepunt. Minimum Controleer het olieniveau met de peilstok en vul zonodig olie bij. De aanwijzing is alleenbetrouwbaar als de auto op een vlakke, hori-zontale ondergrond staat en de motor minstens10 minuten niet heeft gedraaid. Defecte motorolieniveaumeter Als de 6 blokjes knipperen, geeft dit een defect aan de motorolieniveaumeter aan. Er bestaat grote kans op ernstige motorschade.
Raadpleeg een PEUGEOT-servicepunt.
Temperatuurmeter motorolie Bij draaiende motor geeft de meter de temperatuur van de motorolieaan:
Ð wijzer in zone
C, de olietempera-
tuur is in orde,
Ð wijzer in zone D, de olietempera-
tuur is te hoog. Verminder uw snel- heid om de olietemperatuur telaten dalen.
Page 33 of 155

17-06-2002
CONTROLES TIJDENS HET RIJDEN
32
Display op het instrumentenpaneel Dit heeft na het aanzetten van het contact, 3 verschillende functies:
- onderhoudsintervalindicator (zie het desbetreffende hoofdstuk),
- motorolieniveaumeter,
- kilometerteller (totale kilometerstand en dagteller).Opmerking:de totale kilometerstand en de dagteller worden gedurende dertig
seconden na het uitzetten van het contact, bij het openen van het bestuurders- portier en bij het vergrendelen en ontgrendelen van de auto weergegeven. Motorolieniveaumeter Bij het aanzetten van het contact, wordt de onderhoudsintervalindicator enkele seconden weergegeven en vervolgens gedurende ongeveer 10 seconden hetmotorolieniveau.
Maximum Controleer het olieniveau met de peilstok.
Te veel olie kan leiden tot motorschade. Als inderdaad blijkt dat het oliepeil te hoog is, neemdan zo spoedig mogelijk contact op met een
PEUGEOT-servicepunt. Minimum Controleer het olieniveau met de peilstok en vul zonodig olie bij. De aanwijzing is alleenbetrouwbaar als de auto op een vlakke, hori-zontale ondergrond staat en de motor minstens10 minuten niet heeft gedraaid. Defecte motorolieniveaumeter Als de 6 blokjes knipperen, geeft dit een defect aan de motorolieniveaumeter aan. Er bestaat grote kans op ernstige motorschade.
Raadpleeg een PEUGEOT-servicepunt.
Temperatuurmeter motorolie Bij draaiende motor geeft de meter de temperatuur van de motorolieaan:
Ð wijzer in zone
C, de olietempera-
tuur is in orde,
Ð wijzer in zone D, de olietempera-
tuur is te hoog. Verminder uw snel- heid om de olietemperatuur telaten dalen.