2001 YAMAHA XV1600A Instructieboekje (in Dutch)

Page 57 of 104

YAMAHA XV1600A 2001  Instructieboekje (in Dutch) PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-12
6
DAU03395
Olie in huis van primaire 
aandrijfketting Controleer het olieniveau in het huis van de
primaire aandrijfketting voordat u gaat rij-
den. Ook

Page 58 of 104

YAMAHA XV1600A 2001  Instructieboekje (in Dutch) PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-13
6
4. Verwijder de olievuldop, vul de voor-
geschreven hoeveelheid van de ge-
specificeerde olie voor het huis van de
primaire aandrijfketting bij en bre

Page 59 of 104

YAMAHA XV1600A 2001  Instructieboekje (in Dutch) PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-14
6
2. Draai de schroef los in de slangklem
van de luchtinlaatbuis en trek dan het
luchtfilterhuis naar buiten.3. Verwijder het luchtfilterdeksel door de

Page 60 of 104

YAMAHA XV1600A 2001  Instructieboekje (in Dutch) PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-15
6
6. Geef een paar tikjes tegen het luchtfil-
terelement om het meeste stof en vuil
te verwijderen en blaas dan het nog
achtergebleven vuil weg met pers

Page 61 of 104

YAMAHA XV1600A 2001  Instructieboekje (in Dutch) PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-16
6
DAU00629
Afstellen van de carburateur De carburateur vormt een belangrijk onder-
deel van de motor en moet zeer precies
worden afgesteld. Laat daarom

Page 62 of 104

YAMAHA XV1600A 2001  Instructieboekje (in Dutch) PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-17
6
DAU00635
Afstellen van de vrije slag van de 
gaskabel De vrije slag van de gaskabel dient 4–6 mm
te bedragen bij de gasgreep. Controleer de
vrije sl

Page 63 of 104

YAMAHA XV1600A 2001  Instructieboekje (in Dutch) PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-18
6
DW000082
WAARSCHUWING
_ l
De bandspanning moet worden ge-
controleerd en afgesteld terwijl de
banden koud zijn (wanneer de tem-
peratuur van de banden

Page 64 of 104

YAMAHA XV1600A 2001  Instructieboekje (in Dutch) PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-19
6
Inspectie van banden
Voor elk rit moeten de banden worden ge-
controleerd. Als de bandprofieldiepte op het
midden van de band de vermelde limiet
heeft