Page 73 of 104

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-28
6
3. Draai om de aandrijfriem strakker te
stellen de stelbout aan beide uiteinden
van de swingarm richting
a. Draai om
de aandrijfriem losser te stellen de
stelbout aan beide uiteinden van de
swingarm richting
b en druk vervol-
gens het achterwiel naar voren.OPMERKING:_ Verdraai beide stelbouten in gelijke mate
om de correcte wielasuitlijning te verkrijgen. _4. Zet de borgmoeren vast.
DCA00025
LET OP:_ Door verkeerde spanning van de aan-
drijfriem kan de motor worden overbe-
last. Handhaaf de spanning van de
aandrijfriem binnen het voorgeschreven
bereik. _
5. Zet de wielasmoer vast en zet dan de
remklauwsteunbout vast met het voor-
geschreven aanhaalmoment.
DAU03370
Controleren en smeren van rem-
en schakelpedalen De werking van het rem- en het schakelpe-
daal moet voorafgaand aan elke rit worden
gecontroleerd en de pedaalscharnierpun-
ten moeten zo nodig worden gesmeerd.
1. Stelbout doorbuiging aandrijfriem (´ 2)
2. Borgmoer aandrijfriemspanner (´ 2)
3. WielasAanhaalmomenten:
Wielasmoer:
150 Nm (15 m·kg)
Bout remklauwsteun:
48 Nm (4,8 m·kg)
Aanbevolen smeermiddel:
Lithiumvet (universeel vet)
D_5ja.book Page 28 Wednesday, September 13, 2000 6:11 PM
Page 74 of 104
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-29
6
DAU03164
Controleren en smeren van de
rem- en koppelingshendel De werking van de rem- en de koppe-
lingshendel moet voorafgaand aan elke rit
worden gecontroleerd en de hendelschar-
nierpunten moeten zo nodig worden ge-
smeerd.
Aanbevolen smeermiddel:
Lithiumvet (universeel vet)
D_5ja.book Page 29 Wednesday, September 13, 2000 6:11 PM
Page 75 of 104

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-30
6
DAU03165
Controleren en smeren van de
zijstandaard De werking van de zijstandaard moet voor-
afgaand aan elke rit worden gecontroleerd
en het scharnierpunt en de metaal-op-me-
taal contactvlakken moeten zo nodig wor-
den gesmeerd.
DW000113
WAARSCHUWING
_ Als de zijstandaard niet soepel omhoog
en omlaag beweegt, vraag dan een
Yamaha dealer deze te controleren of te
repareren. _
DAU02939
Controleren van de voorvork De conditie en de werking van de voorvork
moeten als volgt te worden gecontroleerd
op de aangegeven tijden in het periodieke
smeer- en onderhoudsschema.
Controleren van de conditie
DW000115
WAARSCHUWING
_ Ondersteun de motorfiets goed, zodat
deze niet kan omvallen. _Controleer de binnenste vorkbuizen op
krassen, beschadigingen en overmatige
olielekkage.Controleren van de werking
1. Plaats de motorfiets op een horizonta-
le ondergrond en houd hem verticaal.
2. Bekrachtig de voorrem en druk het
stuur een paar keer stevig naar bene-
den om te controleren of de voorvork
soepel in- en uitveert.
DC000098
LET OP:_ Als u beschadigingen aantreft of wan-
neer de voorvork niet soepel functio-
neert, laat deze dan door een Yamaha
dealer nakijken of repareren. _
Aanbevolen smeermiddel:
Lithiumvet (universeel vet)
D_5ja.book Page 30 Wednesday, September 13, 2000 6:11 PM
Page 76 of 104

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-31
6
DAU00794
Controle van stuursysteem Losse of versleten balhoofdlagers kunnen
gevaarlijk zijn. De werking van het stuur
moet als volgt worden gecontroleerd vol-
gens de intervalperioden voorgeschreven
in het periodieke smeer- en onder-
houdsschema.
1. Plaats een standaard onder de motor
zodat het voorwiel los is van de grond.
DW000115
WAARSCHUWING
_ Ondersteun de motorfiets goed, zodat
deze niet kan omvallen. _
2. Houd de voorvorkpoten beet bij het
ondereinde en probeer ze naar voren
en achteren te bewegen. Als speling
kan worden gevoeld, vraag dan een
Yamaha dealer het stuursysteem te
testen.
DAU01144
Controleren van wiellagers De voor- en achterwiellagers moeten wor-
den gecontroleerd volgens de intervalperio-
den voorgeschreven in het periodieke
smeer- en onderhoudsschema. Als de wiel-
naaf speling vertoont of het wiel niet soepel
draait, vraag dan een Yamaha dealer de
wiellagers te controleren.
D_5ja.book Page 31 Wednesday, September 13, 2000 6:11 PM
Page 77 of 104

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-32
6
DAU00800
Accu Deze motorfiets is uitgerust met een per-
manent-dichte accu (onderhoudsvrij type)
waarvoor geen onderhoud vereist is. De
elektrolyt hoeft niet te worden gecontro-
leerd en er hoeft geen gedistilleerd water te
worden bijgevuld.
DC000101
LET OP:_ Probeer nooit om celafdichtingen op de
accu te verwijderen, hierdoor kan per-
manente schade aan de accu worden
toegebracht. _
DW000116
WAARSCHUWING
_ l
Elektrolyt is giftig en gevaarlijk
doordat dit zwavelzuur bevat, een
stof die ernstige brandwonden ver-
oorzaakt. Vermijd contact met de
huid, ogen of kleding en bescherm
uw ogen altijd bij werkzaamheden
nabij accu’s. Voer als volgt EER-
STE HULP uit als er lichamelijk con-
tact is geweest met elektrolyt.
• UITWENDIG: Spoel met rijkelijk
veel water.
• INWENDIG: Drink grote hoeveel-
heden water of melk en roep di-
rect de hulp in van een arts.
• OGEN: Spoel gedurende 15 mi-
nuten met water en roep direct
medische hulp in.
l
Accu’s produceren het explosieve
waterstofgas. Houd daarom von-
ken, open vuur, sigaretten e.d. uit
de buurt van de accu en zorg voor
voldoende ventilatie bij acculaden
in een afgesloten ruimte.
l
HOUD DEZE EN ALLE ACCU’S BUI-
TEN BEREIK VAN KINDEREN.
_Om de accu op te laden
Vraag zo snel mogelijk een Yamaha dealer
de accu te laden als deze ontladen lijkt te
zijn. Vergeet niet dat de accu sneller ontla-
den raakt als de machine is uitgerust met
optionele elektrische accessoires.
1. Accu
D_5ja.book Page 32 Wednesday, September 13, 2000 6:11 PM
Page 78 of 104

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-33
6
Om de accu op te bergen
1. Verwijder de accu als de motorfiets
een maand lang niet wordt gebruikt,
laad volledig bij en zet hem dan weg
op een koele en droge plek.
2. Als de accu langer dan twee maanden
wordt weggeborgen, moet deze min-
stens eenmaal per maand worden ge-
controleerd; laad de accu dan steeds
volledig bij als dat nodig is.
3. Laad de accu volledig bij alvorens te
installeren.
4. Controleer na installatie of de accuka-
bels correct zijn aangesloten op de ac-
cupolen.
DC000102
LET OP:_ l
Zorg dat de accu altijd geladen
blijft. Door een accu in ontladen
toestand weg te bergen kan perma-
nente accuschade ontstaan.
l
Om een permanent-dichte accu
(onderhoudsvrij type) te laden, is
een speciale acculader (met con-
stante laadspanning) vereist. Bij
gebruik van een conventionele ac-
culader raakt de accu beschadigd.
Wanneer u niet beschikt over een
speciale acculader voor perma-
nent-dichte accu’s (onderhoudsvrij
type), vraag dan een Yamaha dealer
uw accu op te laden.
_
DAU01749
Zekeringen vervangen De zekeringenkastjes bevinden zich achter
paneel A. (Zie pagina 6-6 voor het verwijde-
ren en aanbrengen van het paneel.1. Bout
D_5ja.book Page 33 Wednesday, September 13, 2000 6:11 PM
Page 79 of 104

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-34
6
Vervang een zekering als volgt als deze is
doorgebrand.
1. Draai de contactsleutel naar “OFF” en
schakel het betreffende elektrische
circuit uit.
2. Verwijder de doorgebrande zekering
en breng een nieuwe zekering aan
met de voorgeschreven ampèrewaar-
de.
DC000103
LET OP:_ Gebruik geen zekering met een hoger
ampèrage dan is voorgeschreven, om
ernstige schade aan het elektrisch sys-
teem en mogelijk brandgevaar te vermij-
den. _
3. Draai de contactsleutel in “ON” en
schakel het betreffende elektrische
circuit in om te zien of de apparatuur
werkt.
4. Als de zekering direct opnieuw door-
brandt, vraag dan een Yamaha dealer
het elektrisch systeem te testen.
1. Zekering signaleringssysteem
2. Zekering ontstekingssysteem
3. Koplampzekering
4. Zekering carburateurverwarming
5. Zekering kilometerteller
6. Reservezekering (´ 3)
1. Hoofdzekering
2. ReservehoofdzekeringVoorgeschreven zekeringen:
Hoofdzekering: 30 A
Zekering ontstekingssysteem: 15 A
Zekering signaleringssysteem: 10 A
Koplampzekering: 15 A
Zekering
carburateurverwarming: 10 A
Zekering kilometerteller: 5 A
D_5ja.book Page 34 Wednesday, September 13, 2000 6:11 PM
Page 80 of 104
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-35
6
DAU03188
Koplampgloeilamp vervangen De koplamp op deze motorfiets heeft een
halogeen gloeilamp. Vervang de koplamp-
gloeilamp als volgt als deze is doorgebrand.
1. Verwijder de koplampunit door de
schroeven los te halen.2. Maak de koplampstekker los en ver-
wijder dan de koplampunit en de gloei-
lampkap.3. Haak de gloeilamphouder los en ver-
wijder dan de defecte gloeilamp.1. Schroef (´ 2)
1. Stekker koplampbedrading
2. Kap van koplampgloeilamp
1. Houder van koplampgloeilamp
D_5ja.book Page 35 Wednesday, September 13, 2000 6:11 PM