Page 73 of 100

6-31
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
1
2
3
4
56
7
8
9
Controleren van de werking
1. Plaats de motorfiets op een horizon-
tale ondergrond en houd hem verti-
caal.
2. Bekrachtig de voorrem en druk het
stuur een paar keer stevig naar
beneden om te controleren of de
voorvork soepel in- en uitveert.
DC000098
<>Als u beschadigingen aantreft of wan-
neer de voorvork niet soepel functio-
neert, laat deze dan door een Yamaha
dealer nakijken of repareren.
DAU00794
Controle van stuursysteemLosse of versleten balhoofdlagers kunnen
gevaarlijk zijn. De werking van het stuur
moet als volgt worden gecontroleerd vol-
gens de intervalperioden voorgeschreven
in het periodieke smeer- en onderhouds-
schema.
1. Plaats een standaard onder de
motor zodat het voorwiel los is van
de grond.
DW000115
X@Ondersteun de motorfiets goed, zodat
deze niet kan omvallen.
2. Houd de voorvorkpoten beet bij het
ondereinde en probeer ze naar
voren en achteren te bewegen. Als
speling kan worden gevoeld, vraag
dan een Yamaha dealer het stuur-
systeem te testen.
5GJ-9-DV 5/26/01 10:57 AM Page 72
Page 74 of 100

6-32
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
1
2
3
4
56
7
8
9
DAU01144
Controleren van wiellagersDe voor- en achterwiellagers moeten wor-
den gecontroleerd volgens de intervalpe-
rioden voorgeschreven in het periodieke
smeer- en onderhoudsschema. Als de
wielnaaf speling vertoont of het wiel niet
soepel draait, vraag dan een Yamaha
dealer de wiellagers te controleren.
1
1. Schroef (×3)
DAU03876
AccuDeze scooter is uitgerust met een perma-
nent-dichte accu (onderhoudsvrij type)
waarvoor geen onderhoud vereist is. De
elektrolyt hoeft niet te worden gecontro-
leerd en er hoeft geen gedistilleerd water
te worden bijgevuld.
Om bij de accu te komen
1. Open het zadel. (Zie pagina 3-9 voor
openen en sluiten van het zadel.)
2. Verwijder de accukap door de
schroeven te verwijderen.
1
1. AccuOm de accu op te laden
Vraag zo snel mogelijk een Yamaha
dealer de accu te laden als deze ontladen
lijkt te zijn. Vergeet niet dat de accu snel-
ler ontladen raakt als de machine is uitge-
rust met optionele elektrische accessoi-
res.
5GJ-9-DV 5/26/01 10:57 AM Page 73
Page 75 of 100

6-33
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
1
2
3
4
56
7
8
9
DW000116
X@8
Elektrolyt is giftig en gevaarlijk
doordat dit zwavelzuur bevat, een
stof die ernstige brandwonden
veroorzaakt. Vermijd contact met
de huid, ogen of kleding en
bescherm uw ogen altijd bij
werkzaamheden nabij accu’s.
Voer als volgt EERSTE HULP uit
als er lichamelijk contact is
geweest met elektrolyt.9
UITWENDIG: Spoel met rijke-
lijk veel water.
9
NWENDIG: Drink grote
hoeveelheden water of melk en
roep direct de hulp in van een
arts.
9
OGEN: Spoel gedurende 15
minuten met water en roep
direct medische hulp in.
8
Accu’s produceren het explosieve
waterstofgas. Houd daarom
vonken, open vuur, sigaretten e.d.
uit de buurt van de accu en zorg
voor voldoende ventilatie bij
acculaden in een afgesloten
ruimte.
8
HOUD DEZE EN ALLE ACCU’S
BUITEN BEREIK VAN KINDEREN.
Om de accu op te bergen
1. Verwijder de accu als de scooter
een maand lang niet wordt gebruikt,
laad volledig bij en zet hem dan weg
op een koele en droge plek.
2. Als de accu langer dan twee maan-
den wordt weggeborgen, moet deze
minstens eenmaal per maand wor-
den gecontroleerd; laad de accu dan
steeds volledig bij als dat nodig is.
3. Laad de accu volledig bij alvorens te
installeren.
DC000102
<>8
Zorg dat de accu altijd geladen
blijft. Door een accu in ontladen
toestand weg te bergen kan per-
manente accuschade ontstaan.
8
Om een permanent-dichte accu
(onderhoudsvrij type) te laden, is
een speciale acculader (met con-
stante laadspanning) vereist. Bij
gebruik van een conventionele
acculader raakt de accu
beschadigd. Wanneer u niet
beschikt over een speciale accu-
lader voor permanent-dichte
accu’s (onderhoudsvrij type),
vraag dan een Yamaha dealer uw
accu op te laden.
5GJ-9-DV 5/26/01 10:57 AM Page 74
Page 76 of 100

6-34
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
1
2
3
4
56
7
8
9
1
DAU03875*
Zekeringen vervangenDe hoofdzekeringhouder bevindt zich
naast de accu en is als volgt toegankelijk:
1. Open het zadel. (Zie pagina 3-9 voor
openen en sluiten van het zadel.)
2. Verwijder de accukap. (Zie pagina
6-32 voor de werkwijze bij verwijde-
ren van de accukap.)1. Accu
12
3
3. Maak de negatieve accukabel los en
licht dan de accu op zoals getoond.
Het zekeringenkastje met de zekeringen
voor afzonderlijke circuits bevindt zich
onder de accukap en is als volgt toegan-
kelijk:
1. Open het zadel. (Zie pagina 3-9 voor
openen en sluiten van het zadel.)
2. Verwijder de accukap door de
schroeven te verwijderen.1. Negatieve accukabel
2. Hoofdzekeringhouder
3. Zekeringenkastje
Vervang een zekering als volgt als deze
is doorgebrand.
1. Draai de contactsleutel naar “OFF”
en schakel het betreffende elektri-
sche circuit uit.
2. Verwijder de doorgebrande zekering
en breng een nieuwe zekering aan
met de voorgeschreven ampère-
waarde.
6
12345
1. Zekering signaleringssysteem
2. Koplampzekering
3. Zekering ontstekingssysteem
4. Zekering radiatorkoelventilator
5. Zekering klokcircuit
6. Reservezekering (×2)
5GJ-9-DV 5/26/01 10:57 AM Page 75
Page 77 of 100

6-35
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
1
2
3
4
56
7
8
9
DC000103
<>Gebruik geen zekering met een hoger
ampèrage dan is voorgeschreven, om
ernstige schade aan het elektrisch
systeem en mogelijk brandgevaar te
vermijden.3. Draai de contactsleutel in “ON” en
schakel het betreffende elektrische
circuit in om te zien of de apparatuur
werkt.
4. Als de zekering direct opnieuw door-
brandt, vraag dan een Yamaha
dealer het elektrisch systeem te tes-
ten. Voorgeschreven zekeringen:
Hoofdzekering: 30 A
Zekering
signaleringssysteem: 15 A
Koplampzekering: 15 A
Zekering
ontstekingssysteem: 10 A
Zekering radiatorkoelvin: 15 A
Zekering klokcircuit: 10 A
1
2
DAU03874
Koplampgloeilamp vervangenDe koplampen op deze motorfiets hebben
halogeen gloeilampen. Vervang een kop-
lampgloeilamp als volgt als deze is door-
gebrand.
1. Maak de koplampstekker los en ver-
wijder dan de kap over de koplamp-
gloeilamp.1. Stekker koplampbedrading
2. Gloeilampkap
2. Haak de gloeilamphouder los zoals
getoond en verwijder dan de defecte
gloeilamp.
a
1
1. Gloeilamphouder
a. Haak.
5GJ-9-DV 5/26/01 10:57 AM Page 76
Page 78 of 100

6-36
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
1
2
3
4
56
7
8
9
DC000105
<>Raak het glas van de koplampgloei-
lamp niet aan zodat dit vetvrij blijft,
anders kan de doorzichtigheid van het
glas, de lichtintensiteit en de levens-
duur nadelig worden beEvloed. Wrijf
eventuele verontreinigingen en vinger-
afdrukken op het gloeilampglas weg
met een doekje gedrenkt in alcohol of
thinner.4. Breng de gloeilampkap aan en sluit
dan de stekker aan.
5. Vraag zo nodig een Yamaha dealer
de koplamplichtbundel af te stellen.
DW000119
X@Koplampgloeilampen worden zeer
heet. Houd daarom brandbare produc-
ten uit de buurt van een koplampgloei-
lamp en raak het lampglas niet aan
zolang dit niet is afgekoeld.3. Breng een nieuwe gloeilamp aan en
zet deze dan vast met de gloeilamp-
houder.
a
a. Niet aanraken.
DAU03087
StoringzoekenYamaha scooter ondergaan een grondige
inspectie voordat ze vanaf de fabriek op
transport gaan, maar tijdens gebruik kun-
nen toch storingen optreden. Problemen
in de brandstof-, compressie- of ontste-
kingssystemen kunnen bijvoorbeeld de
oorzaak zijn van slecht starten of een
afname in motorvermogen.
In de volgende storingzoekschema’s is
een snelle en gemakkelijke werkwijze
weergegeven om deze vitale systemen
zelf te kunnen controleren. Ga met uw
scooter echter wel naar een Yamaha
dealer als reparaties nodig zijn, hier zijn
vakkundige monteurs aanwezig die
beschikken over het benodigde gereed-
schap en de ervaring en vakkennis om
het nodige onderhoud aan de scooter
correct te verrichten.
Gebruik uitsluitend originele Yamaha ver-
vangingsonderdelen. Niet-originele
onderdelen lijken misschien op Yamaha
onderdelen maar zijn toch vaak van min-
dere kwaliteit en hebben een kortere
levensduur, zodat dan later mogelijk toch
dure reparaties nodig zijn.
5GJ-9-DV 5/26/01 10:57 AM Page 77
Page 79 of 100

6-37
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
1
2
3
4
56
7
8
9
DAU02990
Storingzoekschema’sStartproblemen of slechte werking van de motor
DW000125
X@Houd open vuur uit de buurt en rook niet terwijl het brandstofsysteem wordt getest of hieraan wordt gewerkt.2. Compressie
3. Ontsteking
4. Accu1. BrandstofControleer het
brandstofniveau
in de brandstoftank.Er is voldoende
brandstof aanwezig.
Er is geen brandstof
aanwezig.Controleer de compressie.
Vul brandstof bij. De motor start niet. Controleer de compressie.
Bedien de elektrische
startknop.Er is compressie.
Er is geen compressie.Controleer de ontsteking.
Vraag een Yamaha dealer de machine te controleren.
Verwijder de bougies en
controleer de elektroden.Nat
DroogSchoonvegen met een droge doek. Stel de
elektrodenafstand van de bougie af of vervang de bougie.
Vraag een Yamaha dealer de machine te controleren.Draai de gasgreep tot
halverwege open en bedien
de elektrische startknop.
De motor start niet.
Controleer de accu.
Bedien de elektrische
startknop.De motor draait snel rond.
De motor draait
langzaam rond.De accu is in orde.
Controleer de aansluitingen
van de accukabels en laad
de accu als dat nodig is.
De motor start niet.
Vraag een Yamaha dealer
de machine te controleren.
5GJ-9-DV 5/26/01 10:57 AM Page 78
Page 80 of 100

6-38
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
1
2
3
4
56
7
8
9
Oververhitte motor
DW000070
X@8
Verwijder de koelvloeistofradiatorvuldop niet terwijl de motor en de koelvloeistofradiator nog heet zijn. Hete vloeistof
en stoom kan naar buiten spuiten en zo ernstige brandwonden veroorzaken. Wacht tot de motor is afgekoeld.
8
Breng na verwijderen van de borgbout voor de koelvloeistofradiatorvuldop een dikke doek, bijvoorbeeld een handdoek,
aan over de koelvloeistofradiatorvuldop en draai deze dan langzaam linksom tegen de aanslag zodat de nog aanwezige
druk kan ontsnappen. Druk de dop omlaag zodra het sisgeluid stopt en draai deze linksom en verwijder de dop.
Wacht tot de
motor is afgekoeld.
Controleer het koelvloeistofniveau
in het reservoir en in de radiator.
Het koelvloeistofniveau
is in orde.Het koelvloeistofniveau
is laag. Controleer het
koelsysteem op lekkage.
Vraag een Yamaha dealer het koelsysteem
te controleren en te repareren.Vul koelvloeistof bij.
(Zie OPMERKING.)
Start de motor. Vraag een Yamaha dealer het koelsysteem te
controleren en te repareren als de motor opnieuw oververhit raakt.
Er is lekkage.Er is geen
lekkage.
OPMERKING:Als geen koelvloeistof beschikbaar is, kan tijdelijk leidingwater worden gebruikt, maar dit moet wel zo snel mogelijk door de voorge-
schreven koelvloeistof worden vervangen.
5GJ-9-DV 5/26/01 10:57 AM Page 79