
312
Handleiding CV_Europa_M52N20_nl
5-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
5-1.Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
*: Indien aanwezig
Deze afbeeldingen hebben betrekking op een auto met linkse besturing.
De positie en vorm van toetsen kunnen iets afwijken bij auto's met rechtse besturing.
De positie van het display en de toetsen kunnen per systeem verschillend zijn.
Draaiknop temperatuurregeling
Draaiknop recirculatiemodus/buitenluchtmodus
Draaiknop luchtcirculatieregeling
Toets achterruit- en buitenspiegelverwarming
Knop regeling aanjagersnelheid
Toets A/C
■Wijzigen van de ingestelde tempe-
ratuur
Draai de draaiknop voor de tempera-
tuurregeling rechtsom (warm) of
linksom (koel) om de temperatuurinstel-
ling aan te passen.
Als de toets A/C niet is ingedrukt, blaast het
systeem lucht met de omgevingstempera-
tuur of verwarmde lucht in het interieur.
■Instellen van de aanjagersnelheid
Draai de knop voor de aanjagersnel-
heid rechtsom (hoger) of linksom
(lager) om de aanjagersnelheid aan te
passen.
Door de knop naar te draaien
wordt de aanjager uitgeschakeld.
Handmatig bediende airconditioning*
Bedieningspaneel airconditioning
YARIS_CROSS_OM_Europe_OM52N20E.book Page 312 Monday, September 6, 2021 11:13 AM

356
Handleiding CV_Europa_M52N20_nl
6-3. Zelf uit te voeren onderhoud
■Motorolie bijvullen
Als het oliepeil onder het onderste
merkteken of er net boven ligt, moet u
olie bijvullen van het type zoals hierna
is vermeld, of van hetzelfde type als
waarmee de motor eerder werd gevuld.
1 Verwijder de olievuldop door deze
linksom te draaien.
2 Giet beetje voor beetje motorolie in
de vulopening en controleer onder-
tussen het oliepeil steeds door mid-
del van de peilstok.
3 Plaats de olievuldop door deze
rechtsom te draaien.
■Olieverbruik
Er wordt tijdens het rijden een bepaalde hoe-
veelheid motorolie verbruikt. In de volgende
situaties neemt het olieverbruik mogelijk toe
en moet er mogelijk tussen de onderhoudsin-
tervallen motorolie worden bijgevuld.
●Als de motor nog nieuw is, bijvoorbeeld
direct na aanschaf van de auto of nadat de
motor is vervangen
●Als een lagere kwaliteit motorolie of
motorolie met een verkeerde viscositeit
wordt gebruikt
●Bij het rijden met hoge motortoerentallen,
met een zwaar beladen auto, met een aan-
hangwagen (auto's met trekhaakpakket) of
bij veelvuldig optrekken en afremmen.
●Als de motor langdurig stationair draait, of
bij veelvuldig rijden in druk verkeer
■Na het verversen van de motorolie
Het indicatiesysteem motorolie verversen
moet worden gereset. Ga als volgt te werk: 1
Druk op / (7 inch display) of
/ (4,2 inch display) van de bedie-
ningstoets van het instrumentenpaneel
en selecteer .
2 Druk op / (7 inch display) of
/ (4,2 display) om “Vehicle Settings”
(voertuiginstellingen) te selecteren en
houd vervolgens ingedrukt.
3 Druk op / om “Oil Maintenance”
(verversen motorolie) te selecteren en
druk vervolgens op .
4 Druk op / om “Yes” (ja) te selec-
teren en druk vervolgens op .
Er wordt een melding weergegeven op het
multi-informatiedisplay wanneer de resetpro-
cedure is voltooid.
WAARSCHUWING
■Afgewerkte motorolie
●Afgewerkte motorolie bevat schadelijke
stoffen die huidaandoeningen zoals ont-
steking of huidkanker kunnen veroorza-
ken. Wees daarom voorzichtig en ver-
mijd langdurig en herhaaldelijk contact
met de huid. Verwijder afgewerkte
motorolie door goed met water en zeep
te wassen.
●Voer afgewerkte motorolie en gebruikte
oliefilters op een veilige en acceptabele
manier af. Gooi afgewerkte motorolie en
gebruikte oliefilters nooit weg in de vuil-
nisbak, in het riool of zomaar ergens.
Neem contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur,
een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige, tank-
station of een automaterialenzaak voor
meer informatie over recycling of afvoe-
ren.
●Houd motorolie buiten het bereik van
kinderen.
YARIS_CROSS_OM_Europe_OM52N20E.book Page 356 Monday, September 6, 2021 11:13 AM

365
6
Handleiding CV_Europa_M52N20_nl
6-3. Zelf uit te voeren onderhoud
Onderhoud en verzorging
Wissel de banden zoals aangegeven in
de afbeelding.Vo o r
Toyota beveelt aan om de banden ongeveer
elke 10.000 km van plaats te wisselen om
een gelijkmatig slijtagepatroon en een lan-
gere levensduur van de banden te verkrijgen.
Vergeet bij het wisselen van voor- en achter-
banden met een verschillende bandenspan-
ning niet om na het wisselen het bandenspan-
ningswaarschuwingssyst eem te initialiseren.
Uw auto is uitgerust met een banden-
spanningswaarschuwingssysteem dat
gebruikmaakt van bandenspannings-
sensoren en -zenders om een lage
bandenspanning te signaleren voordat
deze tot problemen leidt.
Het bandenspanningswaarschuwings-
systeem van deze auto kent 2 verschil-
lende soorten waarschuwingen.
Wanneer “Adjust Pressure” (breng
banden op spanning) wordt weerge-
geven (normale waarschuwing)
Er wordt een waarschuwing gegeven mid-
dels het waarschuwingslampje lage banden-
spanning en een waarschuwingszoemer wanneer de bandenspanning mogelijk te
laag is als gevolg van het
natuurlijk weglek-
ken van lucht alsmede bij wijzigingen in de
bandenspanning overeenkomstig de buiten-
temperatuur. (Oplossingen: Blz. 411, 454)
Wanneer “Immediately Check tire
when Safe” (controleer de band
onmiddellijk wanneer dit veilig kan)
wordt weergegeven (noodwaarschu-
wing)
Er wordt een waarschuwing gegeven mid-
dels het waarschuwingslampje lage banden-
spanning en een waarschuwingszoemer
wanneer de bandenspanning plotseling te
laag is. (Oplossingen: Blz. 415, 426)
Het systeem kan echter mogelijk geen plot-
selinge klapband e.d. signaleren.
De door het bandenspanningswaar-
schuwingssysteem gesignaleerde ban-
denspanning kan op het 9 inch display
van het multimediasysteem of op het
multi-informatiedisplay worden weerge-
geven.
Multimediasysteem met 9 inch dis-
play
1 Druk op de toets HOME.
2 Selecteer “Vehicle” (voertuig) op het
beginscherm.
3 Als er een ander scherm dan “Tyre
pressure” (bandenspanning) wordt
weergegeven, selecteer dan “Tyre
pressure” (bandenspanning).
Wisselen van banden
Bandenspannings-
waarschuwingssysteem
YARIS_CROSS_OM_Europe_OM52N20E.book Page 365 Monday, September 6, 2021 11:13 AM

366
Handleiding CV_Europa_M52N20_nl
6-3. Zelf uit te voeren onderhoud
Multi-informatiedisplay
De eenheid kan worden gewijzigd.
■Wijzigen van de eenheid
1 Parkeer de auto op een veilige
plaats en zet de motor uit.
De eenheid kan niet worden gewijzigd wan-
neer de auto rijdt.
2Zet het contact AAN.
3 Druk op / (7 inch display) of
/ (4,2 inch display) van de
bedieningstoets van het instrumen-
tenpaneel en selecteer .
4 Druk op / (7 inch display) of
/ (4,2 display) om “Vehicle
Settings” (voertuiginstellingen) te
selecteren en houd vervolgens
ingedrukt.
5 Druk op / om “TPWS set-
ting” (instelling TPWS) te selecteren
en druk vervolgens op .
6 Druk op / om “Setting Unit”
(eenheid instellen) te selecteren. 7
Druk op / om de gewenste
eenheid te selecteren en druk ver-
volgens op .
■Periodieke controle van de banden-
spanning
Het bandenspanningswaarschuwingssys-
teem vervangt de periodieke controle van de
bandenspanning niet. Controleer daarom ook
zelf regelmatig de bandenspanning.
■Bandenspanning
●Nadat met de startknop stand AAN gese-
lecteerd is, kan het enkele minuten duren
voordat de bandenspanning wordt weerge-
geven. Het kan ook enkele minuten duren
voordat de bandenspanning wordt weerge-
geven nadat de banden op spanning zijn
gebracht.
●De bandenspanning verandert met de tem-
peratuur. De weergegeven waarden kun-
nen verschillen van de waarden die met
andere bandenspanningmeters worden
gemeten.
■Situaties waarin het bandenspannings-
waarschuwingssysteem mogelijk niet
goed werkt
●Onder de volgende omstandigheden werkt
het bandenspanningsw aarschuwingssys-
teem mogelijk niet goed.
• Als er niet-originele Toyota-velgen zijn gemonteerd.
• Er is een band vervangen door een exem- plaar dat niet overeenkomt met de OE-
specificaties (Original Equipment).
• Er is een band vervangen door een exem- plaar dat niet de voorgeschreven maat heeft.
• Er zijn sneeuwkettingen gemonteerd.
• Er is een run-flat band met ondersteu-nende ring gemonteerd.
• Als de ruiten zijn voorzien van een coating die de ontvangst van de radiografische sig-
nalen nadelig beïnvloedt.
• Als de auto bedekt is met sneeuw of ijs, vooral bij de wielen of de wielkasten.
• Als de bandenspanning aanzienlijk hoger is dan de voorgeschreven waarde.
• Als er banden zonder bandenspannings- sensoren en -zenders worden gebruikt.
• Als de identificatiecode op de banden- spanningssensoren en -zenders niet is
geregistreerd in de bandenspanningswaar-
schuwingssysteem-ECU.
YARIS_CROSS_OM_Europe_OM52N20E.book Page 366 Monday, September 6, 2021 11:13 AM

368
Handleiding CV_Europa_M52N20_nl
6-3. Zelf uit te voeren onderhoud
■Het bandenspanningswaarschu-
wingssysteem moet worden geïni-
tialiseerd onder de volgende
omstandigheden:
Verwisselen van voor- en achterwie-
len met een verschillende banden-
spanning.
Als de bandenmaat wordt aange-
past.
Als de bandenspanning wordt gewij-
zigd (bijvoorbeeld wanneer de rijs-
nelheid of de belading verandert).
Wisselen tussen twee sets geregis-
treerde wielen.
Als het bandenspanningswaarschu-
wingssysteem wordt geïnitialiseerd,
wordt de actuele bandenspanning als
referentiespanning beschouwd.
■Initialiseren van het bandenspan-
ningswaarschuwingssysteem
1 Parkeer de auto op een veilige
plaats, zet de motor uit, wacht
gedurende ten minste ongeveer 15
minuten en voer de procedure uit.
2 Breng de banden op de voorge-
schreven spanning bij koude ban-
den. ( Blz. 454)
Breng de banden op de voorgeschreven
spanning voor de banden in koude toestand.
Deze spanning vormt de referentiespanning
voor het bandenspanningswaarschuwings-
systeem.
3Zet het contact AAN.
Er kan niet worden geïnitialiseerd wanneer
de auto rijdt.
4Druk op / (7 inch display) of
/ (4,2 inch display) van de
bedieningstoets van het instrumen-
tenpaneel en selecteer .
5 Druk op / (7 inch display) of
/ (4,2 display) om “Vehicle
Settings” (voertuiginstellingen) te
selecteren en houd vervolgens
ingedrukt.
6 Druk op / om “TPWS set-
ting” (instelling TPWS) te selecteren
en druk vervolgens op .
7 Druk op / om “Setting Pres-
sure” (druk instellen) te selecteren.
Houd vervolgens ingedrukt tot
het waarschuwingslampje lage ban-
denspanning 3 keer knippert.
Vervolgens wordt er een melding weergege-
ven op het multi-informatiedisplay. “--” wordt
op het multi-informatiedisplay weergegeven
voor de bandenspanning van elke band ter-
wijl de initialisatie wordt uitgevoerd.
Initialiseren van het
bandenspannings-
waarschuwingssysteem
YARIS_CROSS_OM_Europe_OM52N20E.book Page 368 Monday, September 6, 2021 11:13 AM

369
6
Handleiding CV_Europa_M52N20_nl
6-3. Zelf uit te voeren onderhoud
Onderhoud en verzorging
8Rijd rechtuit (met zo min mogelijk
bochten naar links en rechts) met
een snelheid van ten minste onge-
veer 40 km/h gedurende ongeveer
10 tot 30 minuten.
Zelfs als er niet wordt gereden met een snel-
heid van ongeveer 40 km/h of hoger, kan de
initialisatie worden voltooid als er gedurende
langere tijde met de auto wordt gereden.
Parkeer de auto op een veilige plaats gedu-
rende ongeveer 15 minuten als de initialisa-
tie na 1 uur of langer rijden niet is voltooid en
rijd vervolgens nogmaals met de auto met
het contact AAN. ( Blz. 371)
■Initialisatieprocedure
●Voer de initialisatie uit na het op spanning
brengen van de banden.
Zorg er daarnaast voor dat de banden
koud zijn bij de initialisatie en bij het aan-
passen van de bandenspanning.
●Als u het contact tijdens de initialisatie per
ongeluk UIT hebt gezet, dan is het niet
noodzakelijk de resettoets in te drukken,
omdat de initialisatie automatisch herstart
wordt wanneer het contact de volgende
keer AAN wordt gezet.
●Als u per ongeluk de resettoets indrukt
wanneer initialiseren niet nodig is, breng
de banden dan op de juiste spanning wan-
neer ze koud zijn en voer opnieuw de initi-
alisatie uit.
●Als tijdens het bepalen van de positie van
elke band, waarbij de bandenspanningen
niet worden weergegeven op het multi-
informatiedisplay, de spanning in een band
daalt, gaat het waarschuwingslampje lage
bandenspanning branden.
■Als het bandenspanningswaarschu-
wingssysteem niet goed is geïnitiali-
seerd
●In de onderstaande situaties duurt het vol-
tooien van de initialisatie mogelijk langer
dan gebruikelijk of is initialisatie niet moge-
lijk. (Normaal gesproken moet er gedu-
rende ongeveer 10 tot 30 minuten met de
auto worden gereden om de initialisatie te
voltooien.) Rijd nog een poosje door als de
initialisatie na ongeveer 30 minuten nog
niet is voltooid.
• Het voltooien van de initialisatie duurt mogelijk langer als er met de auto over een
onverharde weg wordt gereden. • Als er tijdens de initialisatie achteruit wordt
gereden, worden de tijdens de initialisatie
verzamelde gegevens gewist en duurt het
langer dan gebruikelijk voordat de initiali-
satie is voltooid.
• Als er met de auto in druk verkeer wordt gereden of in een andere situatie waarbij
andere auto's vlakbij u rijden, duurt het
mogelijk een poosje voordat het systeem
de bandenspanningssensoren en -zenders
van uw auto herkent.
Parkeer de auto op een veilige plaats gedu-
rende ten minste 15 minuten als de initialisa-
tie na ongeveer 1 uur rijden niet is voltooid en
rijd vervolgens nogmaals met de auto.
●In de volgende situaties wordt de initialisatie
niet gestart of is de initialisatie niet goed
voltooid en werkt he t systeem niet goed.
Voer de initialisatieprocedure nogmaals uit.
• Als het waarschuwingslampje lage ban- denspanning niet 3 keer knippert wanneer
wordt geprobeerd om de initialisatie te
starten.
• Als het waarschuwingslampje lage ban- denspanning gedurende ongeveer 1
minuut knippert en vervolgens blijft bran-
den wanneer er na de initialisatie gedu-
rende ongeveer 20 minuten met de auto is
gereden.
●Neem contact op met een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige als de initialisatie
niet kan worden voltooid na het uitvoeren
van de bovenstaande procedure.
WAARSCHUWING
■Bij het initialiseren van het banden-
spanningswaarschuwingssysteem
Initialiseer het bandenspanningswaar-
schuwingssysteem niet zonder eerst de
banden op de voorgeschreven spanning te
brengen. Anders kan het voorkomen dat
het waarschuwingslampje voor de lage
bandenspanning niet gaat branden terwijl
de bandenspanning te laag is, of wel gaat
branden terwijl de bandenspanning in
orde is.
YARIS_CROSS_OM_Europe_OM52N20E.book Page 369 Monday, September 6, 2021 11:13 AM

370
Handleiding CV_Europa_M52N20_nl
6-3. Zelf uit te voeren onderhoud
De bandenspanningssensoren en -zen-
ders zijn voorzien van een unieke iden-
tificatiecode. Bij het vervangen van een
bandenspanningssensor en -zender is
het noodzakelijk om de identificatie-
code te registreren.
De identificatiecodes kunnen worden
geregistreerd via van het multi-
informatiedisplay.
1Breng de auto op een veilige plaats
tot stilstand, wacht gedurende ten
minste ongeveer 15 minuten en
voer de procedure uit.
2 Zet het contact AAN.
Het registreren van de identificatiecodes kan
niet worden uitgevoerd wanneer de auto rijdt.
3Druk op / (7 inch display) of
/ (4,2 inch display) van de
bedieningstoets van het instrumen-
tenpaneel en selecteer .
4 Druk op / (7 inch display) of
/ (4,2 display) om “Vehicle
Settings” (voertuiginstellingen) te
selecteren en druk op .
5 Druk op / om “TPWS set-
ting” (instelling TPWS) te selecteren
en druk vervolgens op . 6
Druk op / om “Identifying
Each Wheel & Position” (elk wiel en
elke positie vastst ellen) te selecte-
ren. Houd vervolgens inge-
drukt tot het waarschuwingslampje
lage bandenspanning 3 keer lang-
zaam knippert.
Vervolgens wordt er een melding weergege-
ven op het multi-informatiedisplay.
Als de registratie wordt uitgevoerd, gaat het
waarschuwingslampje lage bandenspan-
ning gedurende ongeveer 1 minuut knippe-
ren en blijft het vervolgens branden. -- wordt
op het multi-informatiedisplay weergegeven
voor de bandenspanning van elke band.
7 Rijd rechtuit (met zo min mogelijk
bochten naar links en rechts) met
een snelheid van ten minste onge-
veer 40 km/h gedurende ongeveer
10 tot 30 minuten.
De registratie is voltooid wanneer het waar-
schuwingslampje lage bandenspanning
dooft en de bandenspanning van elke band
wordt weergegeven op het multi-informatie-
display.
De registratie duurt in bepaalde gevallen
mogelijk langer dan ongeveer 1 uur, bijvoor-
beeld wanneer de auto gedurende langere
tijd heeft stilgestaan voor verkeerslichten,
enz. ( Blz. 371)
8 Initialiseren van het bandenspan-
ningswaarschuwingssysteem.
(Blz. 368)
Registreren van
identificatiecodes
YARIS_CROSS_OM_Europe_OM52N20E.book Page 370 Monday, September 6, 2021 11:13 AM

371
6
Handleiding CV_Europa_M52N20_nl
6-3. Zelf uit te voeren onderhoud
Onderhoud en verzorging
■Bij het registreren van identificatiecodes
●Controleer voordat u de identificatiecode-
registratie uitvoert of er zich geen velgen
met bandenspanningssensoren en -zen-
ders in de buurt van de auto bevinden.
●Initialiseer het bandenspanningswaarschu-
wingssysteem nadat u de identificatieco-
des hebt geregistreerd. Als het systeem is
geïnitialiseerd voordat de identificatieco-
des zijn geregistreerd, zijn de geïnitiali-
seerde waarden ongeldig.
●De banden zijn na het voltooien van de
registratie warm. Laat daarom de banden
afkoelen voordat u de initialisatie uitvoert.
■Annuleren van de identificatiecodere-
gistratie
●Bedien het multi-informatiedisplay nog-
maals en selecteer “Identifying Each
Wheel & Position” (elk wiel en elke positie
vaststellen) om de identificatiecoderegis-
tratie na het starten te annuleren.
( Blz. 370)
●Als de identificatiecoderegistratie is gean-
nuleerd, knippert het waarschuwingslampje
lage bandenspanning gedurende ongeveer
1 minuut wanneer het contact AAN wordt
gezet en blijft vervolgens branden. Het ban-
denspanningswaarschuwingssysteem
werkt wanneer het waarschuwingslampje
lage bandenspanning dooft.
●Als het waarschuwingslampje zelfs na
enkele minuten niet uitgaat, is de identifi-
catiecoderegistratie mogelijk niet goed
geannuleerd. Start de identificatiecodere-
gistratieprocedure nogmaals om de regis-
tratie te annuleren en zet het contact vóór
het rijden UIT.
■Als identificatiecodes niet goed zijn
geregistreerd
●In de onderstaande situaties duurt de iden-
tificatiecoderegistrati e mogelijk langer dan
gebruikelijk of is registratie niet mogelijk.
(Normaal gesproken moet er gedurende
ongeveer 10 tot 30 minuten met de auto
worden gereden om de identificatiecodere-
gistratie te voltooien.)
Rijd nog een poosje door als de identifica-
tiecoderegistratie na ongeveer 30 minuten
rijden nog niet is voltooid.
• Het voltooien van de registratie duurt mogelijk langer dan gebruikelijk als er met
de auto over een onverharde weg wordt
gereden. • Als er tijdens de regi
stratie achteruit wordt
gereden, worden de tijdens de registratie
verzamelde gegevens gewist en duurt het
langer dan gebruikelijk voordat de registra-
tie is voltooid.
• Als er met de auto in druk verkeer wordt gereden of in een andere situatie waarbij
andere auto's vlakbij u rijden, duurt het
mogelijk een poosje voordat het systeem
de bandenspanningssensoren en -zenders
van uw auto herkent.
• Als er zich in of vlakbij de auto een velg met een gemonteerde bandenspannings-
sensor en -zender bevindt, is de registratie
van de identificatiecodes voor de gemon-
teerde velgen wellicht niet mogelijk.
Parkeer de auto op een veilige plaats gedu-
rende ongeveer 20 minuten als de identifica-
tiecoderegistratie na ongeveer 1 uur rijden
niet is voltooid en voer vervolgens de identifi-
catiecoderegistratieprocedure nogmaals uit.
●In de volgende situaties wordt de identifi-
catiecoderegistratie niet gestart of is de
registratie niet goed voltooid en werkt het
systeem niet goed. Voer de identificatieco-
deregistratieprocedure nogmaals uit.
• Als het waarschuwingslampje lage ban- denspanning niet 3 keer langzaam knip-
pert wanneer wordt geprobeerd om de
identificatiecoderegistratie te starten.
• Als het waarschuwingslampje lage ban- denspanning gedurende ongeveer 1
minuut knippert en vervolgens blijft bran-
den wanneer er na de identificatiecodere-
gistratie gedurende ongeveer 10 minuten
met de auto is gereden.
●Neem contact op met een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige als de identificatie-
coderegistratie niet kan worden voltooid na
het uitvoeren van de bovenstaande proce-
dure.
YARIS_CROSS_OM_Europe_OM52N20E.book Page 371 Monday, September 6, 2021 11:13 AM