141
3
3-1. BEDIENING
BEDIENING
*: Zet de stoel altijd in de laagste stand.
ISOfix-baby- of kinderzitjes worden onderverdeeld in verschillende “bevestigingen”.
Het baby- of kinderzitje kan worden gebruikt voor de zitposities voor de in de boven-
staande tabel genoemde “bevestigingen”.
Raadpleeg de onderstaande tabel voor
het soort “bevestiging”.
Als uw baby- of kinderzitje geen soort “bevestiging” heeft (of wanneer u de informa-
tie niet in de onderstaande tabel kunt vinden), raadpleeg dan de “voertuiglijst” van
het baby- of kinderzitje voor informatie over de geschiktheid of informeer bij de ver-
koper van uw kinderzitje.
Geschikte bevestiging voor in de rijrichting geplaatst zitje (F2X/F2/F3/Nee)F2X, F2, F3F2X, F2, F3
Geschikte bevestiging v oor zitkussen (B2/B3/
Nee)B2, B3B2, B3
BevestigingBeschrijving
F3In de rijrichting geplaatst baby- of kinderzitje, volledige hoogte
F2In de rijrichting geplaatst baby- of kinderzitje, verlaagd
F2XIn de rijrichting geplaatst baby- of kinderzitje, verlaagd
R3Tegen de rijrichting in geplaatst b aby- of kinderzitje, volledig formaat
R2Tegen de rijrichting in geplaatst baby- of kinderzitje, kleiner formaat
R2XTegen de rijrichting in geplaatst baby- of kinderzitje, kleiner formaat
R1Tegen de rijrichting in geplaatst babyzitje
L1Naar links gericht babyzitje (reiswieg)
L2Naar rechts gericht babyzitje (reiswieg)
B2Zitkussen
B3Zitkussen
Zitpositie
StoelpositienummerAan/uit-schakelaar airbag
AANUIT
Supra_OM_General_OM9A066E_1_2111.book Page 141 Friday, September 24, 2021 10:31 AM
1423-1. BEDIENING
De in de tabel genoemde baby- en kinderzitjes zijn mogelijk niet verkrijgbaar buiten
de EU.
Indien bij het plaatsen van een kin-
derzitje met steunvoet de rugleu-
ning in de weg zit wanneer u het zitje
op de steunvoet wilt bevestigen, zet
dan de rugleuning naar achteren tot
er voldoende ruimte is.
Als het schouderbevestigingspunt
van de veiligheidsgordel zich vóór
de gordelgeleider van het kinderzitje
bevindt, verplaatst u de zitting naar
voren.
Indien bij het plaatsen van een zit-
kussen het kind in het baby- of kin-
derzitje erg rechtop zit, zet u de rug- leuning in een comfortabelere stand.
En als het schouderbevestigings-
punt van de veiligheidsgordel zich
vóór de gordelgeleider van het kin-
derzitje bevindt, verplaatst u de zit-
ting naar voren.
Als het baby- of kinderzitje een
steunpoot heeft, verwijder dan altijd
eerst de vloermat voordat u het zitje
plaatst.
Overeenkomstig ADR 34/03 zijn er
voorzieningen getroffen om de installa-
tie van een baby- of kinderzitje op elke
zitplaats achterin mogelijk te maken.
Tabel m.b.t. geschiktheid en aanbevolen
baby- en kinderzitjes (behalve ASEAN-
landen, Mexico, Taiwan, Zuid-Afrika, Australië en Nieuw-Zeeland)
GewichtsgroepenAanbevolen baby- of
kinderzitje
Zitpositie
Aan/uit-schakelaar airbag
AANUIT
0, 0+
Minder dan 13 kg
G0+, BABY SAFE
PLUS met VEILIG-
HEIDSGORDELBE-
VESTIGING, BASE
PLATFORM (Ja/Nee)
NeeJa
I
9 - 18 kgTOYOTA DUO PLUS
(Ja/Nee)JaJa
Australië/Nieuw-Zeeland:
baby- en kinderzitjes
Algemeen
Supra_OM_General_OM9A066E_1_2111.book Page 142 Friday, September 24, 2021 10:31 AM
1643-1. BEDIENING
De controle- en waarschuwingslamp-
jes in het instrumentenpaneel tonen de
status van bepaalde functies in de auto
en geven aan wanneer er een storing is
in de bewaakte systemen.
Controle- en waarschuwingslampjes
kunnen in verschillende combinaties en
kleuren branden.
Wanneer de Drive Ready-modus wordt
ingeschakeld, wordt de werking van
sommige lampjes gecontroleerd en
lichten ze kort op.
Controle- en
waarschuwingslampjes
Principe
Algemeen
Rode lampjes
Waarschuwing veiligheidsgordels
De veiligheidsgordel van de
bestuurder is niet vastge-
maakt. Sommige landspecifi-
caties: de voorpassagiersgor-
del is niet vastgemaakt of er
wordt gesignaleerd dat er
voorwerpen op de voorpassa-
giersstoel liggen.
Controleer of de veiligheids-
gordel op de juiste manier is
vastgemaakt.
Airbagsysteem
Het airbagsysteem en de gor-
delspanner zijn mogelijk
defect.
Laat de auto onmiddellijk
nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige.
Parkeerrem
De parkeerrem is geacti-
veerd.
Deactiveer de parkeerrem,
zie Blz. 149.
Remsysteem
Storing in remsysteem. Blijf
rijden met een gematigde
snelheid.
Laat de auto onmiddellijk
nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige.
Supra_OM_General_OM9A066E_1_2111.book Page 164 Friday, September 24, 2021 10:31 AM
1923-1. BEDIENING
Dit hoofdstuk beschrijft alle standaard, landspecifieke en speciale uitrusting die
beschikbaar is voor de modelserie. Daardoor worden mogelijk uitrusting en functies
beschreven die niet in uw auto aanwezig zijn, bijvoorbeeld als gevolg van de gese-
lecteerde optionele uitrusting of de landenspe cificatie. Dit geldt ook voor functies en
systemen met betrekking tot ve iligheid. Houd u bij het gebruik van de bijbehorende
functies en systemen aan de desbetreffende wet- en regelgeving.
Behalve Korea
1 Knie-airbag
2 Airbag voor, bestuurder
3 Airbag voor, voorpassagier
4 Curtain airbag
5 Side airbag
Veiligheid
Uitrusting
Airbags
Supra_OM_General_OM9A066E_1_2111.book Page 192 Friday, September 24, 2021 10:31 AM
193
3
3-1. BEDIENING
BEDIENING
Korea
1 Knie-airbag
2 Airbag voor, bestuurder
3 Airbag voor, voorpassagier
4 Curtain airbag
5 Side airbag
De airbags voor beschermen de
bestuurder en de voorpassagier bij een
frontale aanrijding waarbij de bescher-
ming van de veiligheidsgordels alleen
niet langer voldoende zou zijn.
Bij een zijdelingse aanrijding beschermt
de side airbag het lichaam vanaf de zij-
kant bij de borst, het bekken en het
hoofd. De knie-airbag beschermt de benen bij
een frontale aanrijding.
De curtain airbag ondersteunt het hoofd
bij een zijdelingse aanrijding.
Airbags worden niet bij elke aanrijding
geactiveerd, zoals bij kleine ongeval-
len.
Airbags voor
Side airbagKnie-airbag
Curtain airbag
Beschermend effect
Algemeen
Supra_OM_General_OM9A066E_1_2111.book Page 193 Friday, September 24, 2021 10:31 AM
1943-1. BEDIENING
Bewaar afstand tot de airbags.
Pak het stuurwiel altijd aan de rand
vast. Plaats uw handen in de 3-uur-
stand en 9-uurstand om het risico op
letsel aan handen of armen bij het
activeren van de airbag te minimali-
seren.
Stel de stoel en het stuurwiel zo af
dat de bestuurder diagonaal over het
stuurwiel kan reiken. Selecteer de
instellingen zo dat bij het reiken de
schouders contact blijven houden
met de rugleuning en het bovenli-
chaam zo ver mogelijk van het stuur-
wiel verwijderd blijft.
Zorg ervoor dat de voorpassagier
correct zit, dat wil zeggen, met de
voeten en benen in de voetenruimte
en niet op het dashboard rustend.
Zorg ervoor dat de inzittenden hun
hoofd uit de buurt van de side airbag
houden.
Plaats geen andere personen, huis-
dieren of objecten tussen de airbags
en inzittenden.
Houd het dashboard en de voorruit
aan passagierszijde vrij. Breng bij-
voorbeeld geen plakfolie of afdekkin-
gen aan en monteer geen beugels
voor navigatiesystemen of mobiele
telefoons.
Bevestig niets met lijm op de
afdekkappen van de airbags, dek de
kappen nooit af en breng op geen
enkele manier wijzigingen aan de
kappen aan.
Gebruik de afdekkap van de airbag
voor aan voorpassagierszijde niet
als plateau.
Stoelhoezen, kussens of andere
objecten die niet specifiek geschikt
zijn voor stoelen met geïntegreerde
side airbags mogen niet op de voor-
stoelen worden gemonteerd.
Hang geen kledingstukken zoals jas-
sen of jacks over de rugleuningen.
Breng op geen enkele manier wijzi-
gingen aan aan de afzonderlijke
onderdelen van het systeem of de
bedrading ervan. Dit geldt ook voor
de afdekkappen van het stuurwiel,
het dashboard en de stoelen.
Neem het airbagsysteem niet uit
elkaar.
Zelfs als al deze informatie in acht
wordt genomen, kan afhankelijk van de
omstandigheden waarin een ongeval
plaatsvindt bepaald letsel als gevolg
van contact met de airbag niet volledig
worden uitgesloten.
Het geluid dat wordt veroorzaakt door
het activeren van een airbag kan bij
inzittenden die gevoelig zijn voor lawaai
leiden tot tijdelijk gehoorverlies.
Opmerkingen m.b.t. het bereiken van
een optimale effectiviteit van de airbag
WAARSCHUWING
Als de stoel verkeerd staat of als het acti-
veringsgebied van de airbag beperkt is,
kan het airbagsysteem niet de beoogde
bescherming bieden of kan het bij de acti-
vering extra letsel veroorzaken. Er bestaat
een kans op (dodelijk) letsel. Neem de vol-
gende voorzorgsmaatregelen in acht voor
een optimaal beschermend effect.
Supra_OM_General_OM9A066E_1_2111.book Page
194 Friday, September 24, 2021 10:31 AM
195
3
3-1. BEDIENING
BEDIENING
Laat het systeem nakijken. De kracht waarmee de bestuurders- en
voorpassagiersairbags wordt geacti-
veerd, is afhankelijk van de positie van
de bestuurders- en voorpassagiers-
stoel.
Kalibreer de voorstoelen zodra een
overeenkomstig bericht op het regeldis-
play wordt weergegeven voor een per-
manente nauwkeurigheid van deze
functie.
Er wordt een overeenkomstig bericht
weergegeven op het regeldisplay.
1
Druk op de schakelaar en schuif de
stoel naar voren tot hij stopt.
2 Druk de schakelaar nogmaals naar
voren. De stoel beweegt nog iets
verder naar voren.
3 Stel de stoelpositie opnieuw af.
De kalibratie is voltooid wanneer de
melding op het regeldisplay verdwijnt.
Als de melding niet verdwijnt, herhaal
dan de kalibratie.
Als de melding ook na herhaaldelijke
kalibratie niet verdwijnt, laat het sys-
teem dan zo spoedig mogelijk controle-
ren.
Operationele gereedheid van het
airbagsysteem
Veiligheidsaanwijzingen
WAARSCHUWING
Afzonderlijke onderdelen van het air-
bagsysteem kunnen heet zijn nadat de air-
bags zijn geactiveerd. Er bestaat een kans
op letsel. Raak de afzonderlijke onderde-
len niet aan.
WAARSCHUWING
Onjuist uitgevoerde werkzaamheden kun-
nen leiden tot een defect of een storing in
of onbedoelde activering van het air-
bagsysteem. Bij een storing wordt het air-
bagsysteem bij een ongev al mogelijk niet
zoals bedoeld geactiveerd, ondanks het
feit dat het ongeval ernstig genoeg is. Er
bestaat een kans op (dodelijk) letsel. Laat
het airbagsysteem door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige testen, repare-
ren of verwijderen en afvoeren.
Weergave op het instrumentenpaneel
Wanneer de Drive Ready-modus
is ingeschakeld, gaat het waar-
schuwingslampje in het instru-
mentenpaneel kort branden ter
indicatie van de operationele
gereedheid van het volledige air-
bagsysteem en de gordelspan-
ners.
Storing
• Het waarschuwingslampje
gaat niet branden nadat de
Drive Ready-modus is inge-
schakeld.
• Het waarschuwingslampje
brandt permanent.
Kracht van bestuurders- en
voorpassagiersairbags
Kalibreren van de voorstoelen
WAARSCHUWING
Er bestaat een kans op beknelling als de
stoelen worden verschoven. Er bestaat
een kans op letsel of schade. Zorg er vóór
het verstellen voor dat er geen obstakels
aanwezig zijn in het gebied waarin de stoel
beweegt.
Supra_OM_General_OM9A066E_1_2111.book Page 195 Friday, September 24, 2021 10:31 AM
1963-1. BEDIENING
De airbags zijn niet bedoeld ter vervan-
ging van de veiligheidsgordels.
De SRS-airbags voor en de SRS-knie-
airbags zijn bedoeld als aanvulling op
de veiligheidsgordels om hun doeltref-
fendheid als beschermingsvoorziening
voor inzittenden te vergroten. Ze
mogen dus niet ter vervanging van de
veiligheidsgordels worden gebruikt.
SRS is een afkorting voor Supplemental
Restraint System (aanvullend veiligheids-
systeem).
Bij een aanrijding houden de veilig-
heidsgordels de inzittenden op hun
plaats, maar als de impact van de aan-
rijding bijzonder zwaar is, bestaat het
gevaar dat het hoofd en de borst van
een inzittende het stuurwiel, het dash-
board of de voorruit raakt. In dat geval
worden de SRS-airbags voor en de
SRS-knie-airbags geactiveerd en creë-
ren ze onmiddellijk een luchtkussen om
de impact op de inzittenden te helpen
verminderen en te voorkomen dat ze
het stuurwiel, enz. met hun hoofd, borst
of knieën raken.
De SRS-airbags voor en de SRS-knie-
airbags worden alleen geactiveerd
wanneer er een impact wordt gesigna-
leerd die groter is dan een bepaalde
drempelwaarde. Bij een aanrijding die
zwaar genoeg is om de carrosserie te
vervormen worden de SRS-airbags
mogelijk niet geactiveerd als de bot-
singsenergie voldoende wordt geabsor-
beerd door de kreukelzones van de
carrosserie. Als de airbags niet door de
kracht van de aanrijding worden geacti-
veerd, worden de inzittenden beschermd door de veiligheidsgordels.
Een airbag wordt vrijwel direct geacti-
veerd. Hierdoor kan deze een inzit-
tende raken en letsel veroorzaken, of
kan het harde geluid van de activering
tijdelijk gedeeltelijk gehoorverlies ver-
oorzaken. Tevens kunt u door het aan-
raken van een airbag brandwonden
oplopen doordat de airbag en de onder-
delen in de buurt ervan na activering
van de airbag erg heet worden.
Daarom is de activering van airbags
niet geheel zonder risico's. Om dit risico
te beperken, zijn de airbags zo ontwor-
pen dat ze alleen worden geactiveerd
wanneer een extra vermindering van de
impact op de inzittenden bij een aanrij-
ding noodzakelijk is.
SRS-airbag
voor/SRS-knie-airbag
WAARSCHUWING
Zorg ervoor dat u de veiligheidsgordel op
de juiste wijze draagt en u een juiste zit-
houding hebt.
Supra_OM_General_OM9A066E_1_2111.book Page
196 Friday, September 24, 2021 10:31 AM