922-1. Instrumentenpaneel
5Selecteer “Time Setting” (tijdinstel-
ling).
6Selecteer “Sync With Phone” (syn-
chroniseren met telefoon).
De klok wordt automatisch ingesteld als
een telefoon via Bluetooth
® is verbon-
den om telefoonboekgegevens over te
brengen. Raadpleeg de handleiding
voor het multimediasysteem voor meer
informatie.
■Handmatig instellen van de klok
1Druk op .
2Selecteer .
3Selecteer “General” (algemeen).
4Selecteer “Clock” (Klok).
5Selecteer “Time Setting” (tijdinstel-
ling).
6Selecteer “Manual” (handmatig) en
stel vervolgens de klok in.
7Selecteer OK.
■Wijzigen van de klok tussen
12-uurs/24-uursweergave
1Druk op .
2Selecteer .
3Selecteer “General” (algemeen).
4Selecteer “Clock” (Klok).
5Selecteer “12H” of “24H”.
■Scherm klokinstellingen
Het scherm voor de klokinstellingen kan ook
worden weergegeven door de klok op de sta-
tusbalk aan te raken.
■Weergave
Normale weergave
Door menu-iconen te selecteren op het
multi-informatiedisplay kunnen verschil-
lende soorten rijgerelateerde informa-
tie worden weergegeven. Het
multi-informatiedisplay kan ook worden
gebruikt voor het wijzigen van de dis-
play-instellingen en andere voertuigin-
stellingen.
Daarnaast worden in bepaalde situaties
pop-updisplays met waarschuwingen of
tips weergegeven.
Display TRACK-modus
Auto's zonder EyeSight:
In de TRACK-modus wordt het display
voor de TRACK-modus continu weer-
gegeven.
Auto's met EyeSight:
In de TRACK-modus wordt het
Pre-Crash Brake-systeem uitgescha-
keld en wordt het display voor de
Multi-infor matiedisplay
Het multi-informatiedisplay ver-
schaft de bestuurder uiteenlo-
pende gegevens met betrekking
tot de auto.
Displays en menu-iconen
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 92 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM
3INHOUDSOPGAVE
1
7 6
5
4
3
2
8
9
6-3. Bediening media
USB-geheugen ...........................72
iPod/iPhone.................................74
Bluetooth
®-audio.........................76
AUX.............................................79
Android Auto ...............................80
6-4. Afstandsbediening
audiosysteem
Stuurwieltoetsen .........................82
6-5. Tips voor bediening van het
audio-/informatiesysteem
Bedieningsinformatie ..................83
7-1. Bediening
spraakcommandosysteem
Spraakherkenningssysteem........90
Lijst met spraakcommando's ......91
8-1. Wat moet u doen als...
Problemen oplossen ...................96
9-1. Overzicht
Verklaring .................................104
Hoe u de broncode krijgt van
de opensourcesoftware .........113
Alfabetische index ....................116
7Spraakcommandosysteem
8Wat moet u doen als...
9Overzicht
Index
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 3 Wednesday, February 2, 2022 12:52 PM
19
2 2-2. Connectiviteitsinstellingen
Basisfuncties
2-2.Connectiviteitsinstellingen
1Sluit een apparaat aan.
Als het apparaat niet is ingescha-
keld, schakel het dan alsnog in.
●Compatibel USB-geheugen:Blz. 84
●Compatibele iPod/iPhone:Blz. 84
●Dit systeem ondersteunt niet de op de
markt beschikbare USB-hubs.
●Afhankelijk van het apparaat, bijvoorbeeld
een mobiele telefoon, wordt dit apparaat
na het aansluiten opgeladen.
1Schakel de Bluetooth®-verbinding
van uw Bluetooth
®-telefoon/-appa-
raat in.
Deze functie is niet beschikbaar
wanneer de Bluetooth
®-verbinding
van uw Bluetooth
®-telefoon/-appa-
raat is uitgeschakeld.
2Druk op de toets .
Aansluiten/loskoppelen van
een USB-geheugen/
draagbaar apparaat
Aansluiten van een apparaat
Registreren/aansluiten van
een Bluetooth®-apparaat
Om het handsfree-systeem of het
Bluetooth
®-audiosysteem te kun-
nen gebruiken, moet u een
Bluetooth
®-telefoon/-apparaat in
het systeem registreren.
Zodra de telefoon/het apparaat
die/dat met Bluetooth
® is verbon-
den, is geregistreerd, kunt u het
handsfree-systeem en het
Bluetooth
®-audiosysteem gebrui-
ken.
Vo o r d e e e r s t e keer registreren
van een Bluetooth®-telefoon/
-apparaat
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 19 Wednesday, February 2, 2022 12:52 PM
202-2. Connectiviteitsinstellingen
3Selecteer “Yes” (ja) om een
Bluetooth
®-telefoon/-apparaat te
registreren.4Volg de STAPPEN 4 T/M 7 onder
“Registreren van een Bluetooth®-
telefoon/-apparaat”. (Blz. 24)
Dit systeem ondersteunt de volgende diensten.
Profielen
Bluetooth®-
apparaatSpecificatieFunctieVe re i s t e nAanbevelin-
gen
Bluetooth®-
telefoon/-apparaatBluetooth®-
specificatieRegistreren van
een Bluetooth®-
telefoon/-apparaatVe r s i e 2 . 1Ve r s i e 4 . 2
Bluetooth®-
apparaatProfielFunctieVe re i s t e nAanbevelin-
gen
Bluetooth®-telefoon
HFP (Handsfree-
profiel)Handsfree-systeemVe r s i e 1 . 0Ve r s i e 1 . 7
PBAP (Phone Book
Access-profiel)Contacten
overbrengenVe r s i e 1 . 0Ve r s i e 1 . 2
MAP (Message
Access-profiel)Berichtfunctie
Bluetooth®-telefoon-Ve r s i e 1 . 3
SPP (Serial Port-
profiel)Apps-functie-Ve r s i e 1 . 2
Bluetooth®-
apparaat
A2DP (Advanced
Audio Distribution-
profiel)
Bluetooth®-
audiosysteem
Ve r s i e 1 . 0Ve r s i e 1 . 3
AV R C P ( A u d i o /
Video Remote
Control-profiel)
Ve r s i e 1 . 0Ve r s i e 1 . 6
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 20 Wednesday, February 2, 2022 12:52 PM
243-1. Bluetooth®-instellingen
3-1.Bluetooth®-instellingen
1Druk op de toets .
2Selecteer “Settings” (instellingen).
3Selecteer “Phone” (telefoon).
4Selecteer de onderwerpen die u wilt
instellen.
Beheren van Bluetooth
®-telefoons/
-apparaten
Registreren van een Bluetooth®-telefoon/
-apparaat: Blz. 24
Verbinden van Bluetooth
®-telefoons/-appara-
ten of de verbinding ervan verbreken:
Blz. 26
Wissen van Bluetooth
®-telefoons/-appara-
ten: Blz. 27
Beheren van de lijst met contacten
Instellen van het downloaden van het tele-
foonboek/de recente oproepen: Blz. 27
Sorteren van de lijst met recente oproepen
en de lijst met contacten: Blz. 46Wissen van de lijst met alle favorieten:
Blz. 47
Instellen van berichten: Blz. 50
Wijzigen van de naam van het
apparaat
Instellen van Apple CarPlay:
Blz. 59
Instellen van Android Auto:
Blz. 61
●Het scherm “Manage Devices” (apparaten
beheren) kan ook worden weergegeven
door “Manage Devices” (apparaten behe-
ren) of “Add Device” (apparaat toevoegen)
te selecteren op het telefoonscherm
(Blz. 42) of het Bluetooth
® audiobedie-
ningsscherm (Blz. 76).
Er kunnen maximaal 5 Bluetooth®-tele-
foons/-apparaten worden geregistreerd.
Bluetooth
® compatibele telefoons
(HFP) en apparaten (AVP) kunnen
gelijktijdig worden geregistreerd.
1Ga naar het telefooninstellings-
scherm. (Blz. 24)
2Selecteer “Manage devices” (appa-
raten beheren).
3Selecteer “Add” (toevoegen).
Wanneer een melding wordt weerge-
geven, volg dan de aanwijzingen op
het scherm.
Bluetooth®-instellingen
Telefooninstellingsscherm
A
B
Registreren van een
Bluetooth
®-telefoon/-apparaat
C
D
E
F
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 24 Wednesday, February 2, 2022 12:52 PM
27
3 3-1. Bluetooth
®-instellingen
Instellingen
Wanneer de automatische verbinding is
mislukt, dient u handmatig de
Bluetooth
®-verbinding met de telefoon/
het apparaat tot stand te brengen.
Volg de stappen onder “Verbinden van
een Bluetooth
®-telefoon/-apparaat of
de verbinding ervan verbreken”.
(Blz. 26)
Als de verbinding met de/het
Bluetooth
®-telefoon/-apparaat door een
slechte ontvangst van het Bluetooth
®-
netwerk wegvalt terwijl het contact in
stand ACC of AAN staat, maakt het
systeem automatisch opnieuw verbin-
ding met de/het Bluetooth
®-telefoon/
-apparaat.
Als de verbinding met de/het
Bluetooth
®-telefoon/-apparaat met
opzet wordt verbroken (bijvoorbeeld
wanneer u de telefoon/het apparaat
uitzet), gebeurt dit niet. Breng dan
de verbinding met de/het
Bluetooth
®-telefoon/-apparaat hand-
matig tot stand.
1Ga naar het telefooninstellings-
scherm. (Blz. 24)
2Selecteer “Manage devices”
(apparaten beheren).
3Selecteer “Delete” (wissen).4Selecteer voor de/het te wissen
Bluetooth
®-telefoon/-apparaat.
5Selecteer OK wanneer de bevesti-
gingsmelding wordt weergegeven.
●De/het Bluetooth®-telefoon/-apparaat
bevat nog altijd informatie over dit sys-
teem, zelfs nadat de/het Bluetooth
®-tele-
foon/-apparaat is gewist. Bedien de/het
Bluetooth
®-telefoon/-apparaat om de in de/
het Bluetooth®-telefoon/-apparaat opge-
slagen systeeminformatie te wissen.
Als deze functie is geactiveerd, worden
de telefoonboekgegevens van de ver-
bonden telefoon automatisch gedown-
load.
1Ga naar het telefooninstellings-
scherm. (Blz. 24)
2Selecteer “Phonebook/Recent
Calls” (telefoonboek/recente oproe-
pen).
3Zet “Automatically Download Pho-
nebook/Recent Calls” (automatisch
downloaden telefoonboek/recente
oproepen) aan of uit. Handmatig verbinding maken
Opnieuw verbinding maken met
de/het Bluetooth
®-telefoon/
-apparaat
Wissen van Bluetooth®-
telefoons/-apparaten
Instellen van het downloaden
van het telefoonboek/de
recente oproepen
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 27 Wednesday, February 2, 2022 12:52 PM
303-2. Overige instellingen
Zet om het resetproces te voltooien
het contact UIT nadat het audio-/
informatiesysteem opnieuw is opge-
start en zet het contact vervolgens
na ongeveer 3 minuten in stand
ACC of AAN.
“System Information” (systeeminfor-
matie): hiermee kunt u de systeem-
informatie weergeven.
“Free/Open Source Software Infor-
mation” (informatie gratis/open
source software): hiermee kunt u de
informatie over de gratis/open
source software weergeven.
*: Zie de HANDLEIDING.
Er kunnen een naam en een weergave-
taal worden gekoppeld aan een gere-
gistreerde Bluetooth
®-telefoon.
1Geef het scherm voor algemene
instellingen weer. (Blz. 29)
2Selecteer “Driver Profiles” (bestuur-
dersprofielen).
3Selecteer de gewenste bestuurder.
1Geef het scherm voor algemene
instellingen weer. (Blz. 29)
2Selecteer “Driver Profiles” (bestuur-
dersprofielen).
3Selecteer “Add” (toevoegen).4Selecteren de gewenste taal.
5Selecteer “NEXT” (volgende).
6Selecteer “Driver’s Name” (naam
bestuurder).
7Voer een naam in.
8Selecteer “NEXT” (volgende).
9Selecteer de gewenste Bluetooth
®-
telefoon.
Selecteer bij het registreren van een
nieuwe Bluetooth
®-telefoon “Add
Phone” (telefoon toevoegen) en volg
de STAPPEN 4 T/M 7 onder “Regis-
treren van een Bluetooth
®-telefoon/
-apparaat”. (Blz. 24)
10Selecteer “Finish” (einde).
1Geef het scherm voor algemene
instellingen weer. (Blz. 29)
2Selecteer “Driver Profiles” (bestuur-
dersprofielen).
3Selecteer “Edit” (bewerken).
4Selecteer de naam van het
gewenste bestuurdersprofiel om dit
profiel te bewerken.
1Geef het scherm voor algemene
instellingen weer. (Blz. 29)
2Selecteer “Driver Profiles” (bestuur-
dersprofielen).
3Selecteer “Edit” (bewerken).
4Selecteer voor het te wissen
bestuurdersprofiel.
Instellen van
bestuurdersprofielen
Selecteren van een bestuurders-
profiel
Toevoegen van een bestuurders-
profiel
N
O
Bewerken van een bestuurders-
profiel
Wissen van een bestuurderspro-
fiel
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 30 Wednesday, February 2, 2022 12:52 PM
343-2. Overige instellingen
Dit systeem kan verbinding maken met
een Wi-Fi®-netwerk dat de volgende
standaarden ondersteunt.
Communicatiestandaarden:
• 802.11b
• 802.11g
• 802.11n (2,4 GHz)
Beveiliging:
•WPATM
•WPA2TM
●WPA en WPA2 zijn gedeponeerde han-
delsmerken van de Wi-Fi Alliance®.
Vraag uw dealer om de software van
het systeem te updaten
*1.
U kunt ook de software van het sys-
teem updaten via Wi-Fi
®. Tijdens het
updaten wordt een software-update
gedownload en geïnstalleerd
*2. Let op:
tijdens de installatie wordt de werking
van het systeem beperkt.
*1: Uw dealer kan u meer informatie geven
over de inhoud van de update.
*2: Afhankelijk van de inhoud van de soft-
ware-update worden uw voorkeuzezen-
ders en geluidsinstellingen mogelijk gere-
set tijdens het updateproces.
●Updaten via Wi-Fi® is in sommige landen
mogelijk niet beschikbaar.
1Druk op de toets .
2Selecteer “Settings” (instellingen).
3Selecteer “General” (algemeen).
4Selecteer “Clock” (Klok).
5Selecteer “Time Setting”
(tijdinstelling).
6Selecteer “Sync With Phone”
(synchroniseren met telefoon).
7Maak verbinding met een Wi-Fi
®-
netwerk. (Blz. 32)
8Geef het scherm voor algemene
instellingen weer. (Blz. 29)
9Selecteer “Software Update”
(software-update).
10Selecteer “Update”.
11Selecteer “Check for Updates”
(controleren op updates).
WAARSCHUWING
●Gebruik Wi-Fi®-apparaten alleen wan-
neer dit veilig en wettelijk toegestaan is.
●Dit systeem is uitgerust met Wi-Fi®-
antennes. Mensen met geïmplanteerde
pacemakers, CRT-pacemakers of geïm-
planteerde hartdefibrillatoren moeten
voldoende afstand bewaren tot de
Wi-Fi
®-antennes. Radiogolven kunnen
de werking van dergelijke apparatuur
beïnvloeden.
●Alvorens Wi-Fi®-apparaten te gebrui-
ken, moeten gebruikers van medische
apparatuur anders dan geïmplanteerde
pacemakers, CRT-pacemakers en
geïmplanteerde hartdefibrillatoren con-
tact opnemen met de fabrikant of leve-
rancier van deze producten om te infor-
meren of radiosignalen invloed uitoefe-
nen op de werking van deze apparatuur.
Radiogolven kunnen onverwachte effec-
ten hebben op de werking van derge-
lijke medische apparatuur.
Specificaties ondersteunde
Wi-Fi®-netwerken
Updaten van het systeem
Downloaden van de update
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 34 Wednesday, February 2, 2022 12:52 PM