5568-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
3Trap het rempedaal (Multidrive
CVT) of koppelingspedaal (handge-
schakelde transmissie) stevig in en
controleer of op het multi-informa-
tiedisplay verschijnt.
4Druk kort en krachtig op de start-
knop.
Neem contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige als de
motor nog steeds niet kan worden
gestart.
■Uitzetten van de motor
Zet de selectiehendel in stand P (Multidrive
CVT) of N (handgeschakelde transmissie) en
druk op de startknop, zoals u normaliter doet
bij het afzetten van de motor.
■Batterij elektronische sleutel
Omdat deze procedure een noodmaatregel
is, wordt geadviseerd de batterij van de elek-
tronische sleutel zo snel mogelijk te laten ver-
vangen als deze ontladen is. (Blz. 490)
■Alarm (indien aanwezig)
Het alarmsysteem wordt niet ingeschakeld
als de mechanische sleutel wordt gebruikt
om de portieren te vergrendelen.
Het alarm kan worden geactiveerd als een
portier met de mechanische sleutel wordt
ontgrendeld terwijl het alarmsysteem is inge-
schakeld. (Blz. 81)
■Wijzigen van de stand van het contact
Laat het rempedaal (Multidrive CVT) of het
koppelingspedaal (handgeschakelde trans-
missie) los en druk tijdens stap 3 hierboven
op de startknop.
De motor wordt niet gestart en de stand ver-
andert iedere keer dat de knop wordt inge-
drukt. (Blz. 181)
Als de accu ontladen is
U kunt de volgende procedures
gebruiken om de motor te starten
als de accu leeg is.
U kunt ook contact opnemen met
een erkende Toyota-dealer of her-
steller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige.
COROLLA (TMUK)_OM_Europe_OM12Q83E_1_2201.book Page 556 Wednesday, October 20, 2021 10:58 AM
5608-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
1Breng de auto op een veilige plaats
tot stilstand, schakel de airconditio-
ning uit en zet vervolgens de motor
af.
2Als er stoom te zien is: Open, nadat
de stoom is verdwenen, voorzichtig
de motorkap.
Als er geen stoom te zien is: Open
voorzichtig de motorkap.
WAARSCHUWING
●Was altijd uw handen nadat u de accu-
drager, de accupolen en andere accu-
gerelateerde onderdelen hebt aange-
raakt.
●Houd kinderen uit de buurt van de accu.
■Bij het vervangen van de batterij
●Wanneer de vuldop en indicator zich in
de buurt van de klembeugel bevinden,
kan er accuvloeistof (accuzuur) lekken.
●Neem voor meer informatie over het
vervangen van de accu contact op met
een erkende Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskun-
dige.
OPMERKING
■Omgaan met startkabels
Zorg er bij het aansluiten van de startka-
bels voor dat deze niet verstrikt raken in
de koelventilatoren of in de aandrijfriem
van de motor.
Als uw auto over verhit
raakt
Het volgende kan erop duiden dat
de auto oververhit raakt.
De koelvloeistoftemperatuurme-
ter (Blz. 89, 93) komt in het rode
gebied of u merkt dat de motor
minder vermogen levert. (De auto
accelereert bijvoorbeeld niet als
het gaspedaal wordt ingetrapt.)
“Engine Coolant Temp High Stop
in a Safe Place See Owner’s
Manual” (Temperatuur koelvloei-
stof te hoog. Breng auto op veilige
plaats tot stilstand. Raadpleeg
handleiding) wordt weergegeven
op het multi-informatiedisplay.
Er komt stoom onder de motorkap
uit.
Correctieprocedures
COROLLA (TMUK)_OM_Europe_OM12Q83E_1_2201.book Page 560 Wednesday, October 20, 2021 10:58 AM
577
9 9-2. Persoonlijke voorkeursinstellingen
Voertuigspecificaties
9-2.Persoonlijke voorkeursinstellingen
■Wijzigen met behulp van het
scherm van het navigatie-/multi-
mediasysteem (auto's met naviga-
tie-/multimediasysteem)
1Druk op de toets MENU.
2Selecteer “Setup” (instellingen) op
het scherm “Menu”.
3Selecteer “Vehicle” (voertuig) op het
scherm “Setup” (instellingen).
Er kunnen verschillende instellingen worden
gewijzigd. Raadpleeg het overzicht met
instellingen die kunnen worden gewijzigd
voor meer informatie.
■Wijzigen met de bedieningstoet-
sen van het instrumentenpaneel
1Druk op of van de bedie-
ningstoetsen van het instrumenten-
paneel om te selecteren.
2Druk op of van de bedie-
ningstoetsen van het instrumenten-
paneel om het item te selecteren
dat u aan uw persoonlijke voorkeur
wilt aanpassen.
3Houd ingedrukt of druk erop.
De beschikbare instellingen verschillen
afhankelijk van of wordt ingedrukt of
ingedrukt wordt gehouden. Volg de instruc-
ties op het display.
Systemen met
mogelijkheden voor
persoonlijke
voorkeursinstellingen
Uw auto is voorzien van verschil-
lende elektronische functies die
naargelang uw persoonlijke voor-
keur kunnen worden ingesteld. De
instellingen van deze functies kun-
nen worden gewijzigd met behulp
van het multi-informatiedisplay,
het scherm van het navigatie-/mul-
timediasysteem of bij een erkende
Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige.
Functies van de auto
aanpassen aan de persoonlijke
voorkeur
WAARSCHUWING
■Tijdens het aanpassen van de per-
soonlijke voorkeursinstellingen
Aangezien de motor tijdens het aanpassen
moet draaien, dient de auto te worden
geparkeerd op een plaats met voldoende
ventilatie. In een afgesloten ruimte, zoals
een garage, kunnen uitlaatgassen die het
schadelijke koolmonoxide (CO) bevatten,
zich ophopen en in de auto terechtkomen.
Dit kan leiden tot de dood of zeer schade-
lijk zijn voor de gezondheid.
OPMERKING
■Tijdens het aanpassen van de per-
soonlijke voorkeursinstellingen
Om te voorkomen dat de accu leegraakt,
dient de motor te draaien terwijl de per-
soonlijke voorkeursinstellingen worden
aangepast.
COROLLA (TMUK)_OM_Europe_OM12Q83E_1_2201.book Page 577 Wednesday, October 20, 2021 10:58 AM
5789-2. Persoonlijke voorkeursinstellingen
Sommige voorkeursinstellingen zijn van invloed op de instellingen van andere func-
ties. Neem voor meer informatie contact op met een erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Instellingen die u met behulp van het scherm van het navigatie-/multimediasys-
teem kunt wijzigen (auto's met navigatie-/multimediasysteem)
Instellingen die u met de bedieningstoetsen van het instrumentenpaneel kunt
wijzigen
Instellingen die door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige kunnen worden
gewijzigd
Definitie van symbolen: O = beschikbaar, — = niet beschikbaar
■Meters, tellers en multi-informatiedisplay (Blz. 84, 89, 93, 99)
Systemen met mogelijkheden voor persoonlijke
voorkeursinstellingen
Functie*1Standaard-
instellingPersoonlijke
voorkeursinstelling
Ta a l*2Engels*3—O—
Eenheden*2l/100 kmkm/l—O—mijlen (MPG)*4
Weergave snelheidsmeter*5AnaloogDigitaal—O—Digitaal+*4
ECO-controlelampje*4AanUit—O—
Weergave brandstofverbruik
Totaal gemiddelde
(gemiddeld brand-
stofverbruik
[sinds resetten])
Ritgemiddelde (gemid-
deld brandstofverbruik
[sinds starten])
—O—Gemiddelde per
tankbeurt (gemiddeld
brandstofverbruik
[sinds tanken])
Audiosysteemgekoppeld
display*4AanUit—O—
Type rij-informatieSinds startenSinds resetten—O—
Rij-informatie-items
(eerste item)AfstandGemiddelde rijsnelheid—O—Verstreken tijd
COROLLA (TMUK)_OM_Europe_OM12Q83E_1_2201.book Page 578 Wednesday, October 20, 2021 10:58 AM
579
9 9-2. Persoonlijke voorkeursinstellingen
Voertuigspecificaties
*1: Voor meer informatie over elke functie: Blz. 99
*2: De standaardinstelling verschilt per land.
*3: Arabisch, Spaans, Russisch, Frans, Duits, Italiaans, Nederlands, Turks, Pools, Hebreeuws,
Noors, Zweeds, Deens, Oekraïens, Fins, Grieks, Tsjechisch, Portugees, Roemeens, Slo-
waaks, Hongaars, Vlaams
*4: Indien aanwezig
*5:7 inch display
■Head-up display* (Blz. 106)
*: Indien aanwezig
■Portierslot (Blz. 119, 124, 555)
Rij-informatie-items
(tweede item)Verstreken tijdGemiddelde rijsnelheid—O—Afstand
Pop-updisplayAanUit—O—
FunctieStandaard-
instellingPersoonlijke
voorkeursinstelling
Head-up displayAanUit—O—
Informatie van instrumenten-
paneelToerentellerECO-indicator*
—O—Geen inhoud
Routebegeleiding naar
bestemming/straatnaam*AanUit—O—
Weergave ondersteunend
systeemAanUit—O—
Kompas*AanUit—O—
Status bediening
audiosysteem*AanUit—O—
FunctieStandaard-
instellingPersoonlijke
voorkeursinstelling
Ontgrendelen met de sleutel
Alle portieren in
één keer ontgren-
delenBestuurdersportier
ontgrendelen in één
keer, overige portieren
in twee keer
——O
Functie*1Standaard-
instellingPersoonlijke
voorkeursinstelling
COROLLA (TMUK)_OM_Europe_OM12Q83E_1_2201.book Page 579 Wednesday, October 20, 2021 10:58 AM
587
9 9-2. Persoonlijke voorkeursinstellingen
Voertuigspecificaties
■Ve r li c h t in g (Blz. 436)
*: Indien aanwezig
■Persoonlijke voorkeursinstellingen auto
Als het Smart entry-systeem met startknop is
uitgeschakeld, kan het ontgrendelen van de
portieren met het Smart entry-systeem en
startknop niet worden ingesteld.
■In de volgende situaties wordt het
instelscherm waarop de instellingen via
het multi-informatiedisplay kunnen wor-
den gewijzigd, automatisch uitgescha-
keld.
●Er verschijnt een waarschuwingsmelding
nadat het instelscherm wordt weergegeven.
●Het contact wordt UIT gezet.
●De auto begint te rijden terwijl het instel-
scherm wordt weergegeven.
FunctieStandaard-
instellingPersoonlijke
voorkeursinstelling
Tijd die verstrijkt voordat de
interieurverlichting uitgaat15 seconden
Uit
O—O7,5 seconden
30 seconden
Werking als het contact UIT
wordt gezetAanUit——O
Werking als de portieren wor-
den ontgrendeldAanUit——O
Werking wanneer u de auto
nadert en de elektronische
sleutel bij u draagt
*AanUit——O
Verlichting bekerhouders* en
verlichting opbergvak midden*AanUit——O
Verlichting portierbekleding*AanUit——O
COROLLA (TMUK)_OM_Europe_OM12Q83E_1_2201.book Page 587 Wednesday, October 20, 2021 10:58 AM
592
Het controlelampje van de veilig-
heidsgordel knippert
Dragen de bestuurder en de passagiers hun
veiligheidsgordel? (Blz. 514)
Het waarschuwingslampje van de
parkeerrem brandt
Is de parkeerrem gedeactiveerd?
(Blz. 190)
Afhankelijk van de situatie klinken er
mogelijk ook andere soorten waarschu-
wingszoemers. (Blz. 511, 520)
Heeft iemand een portier geopend
tijdens het instellen van het alarm?
De sensor signaleert dit en laat het alarm
klinken. (Blz. 81)
Voer een van de onderstaande hande-
lingen uit om het alarm te deactiveren
of uit te schakelen:
Ontgrendel de portieren met de
instapfunctie (indien aanwezig) of de
afstandsbediening.
Start de motor. (Het alarm wordt na
enkele seconden gedeactiveerd of
uitgeschakeld.)
Bevindt de elektronische sleutel zich
in de auto?
Controleer de melding op het multi-informa-
tiedisplay. (Blz. 520)
Wanneer een waarschuwingslampje
gaat branden of een waarschu-
wingsmelding wordt weergegeven,
raadpleeg dan Blz. 511, 520.
Auto's met een bandenreparatieset:
breng de auto op een veilige plaats
tot stilstand en repareer de lekke
band tijdelijk met de bandenrepara-
tieset. (Blz. 522)
Auto's met een reservewiel: breng
de auto op een veilige plaats tot stil-
stand en vervang de lekke band
door het reservewiel. (Blz. 540)
Voer de procedure uit voor als de
auto vastzit in modder, vuil of
sneeuw. (Blz. 564)
Tijdens het rijden klinkt een
waarschuwingszoemer
Er wordt een alarm geactiveerd
en de claxon klinkt (auto's met
alarmsysteem)
Bij het verlaten van de auto klinkt
een waarschuwingszoemer
(auto's met Smart entry-systeem
en startknop)
Er gaat een waarschuwings-
lampje branden of er wordt een
waarschuwingsmelding weerge-
geven
Wanneer zich een probleem
heeft voorgedaan
Als uw auto een lekke band
heeft
De auto zit vast
COROLLA (TMUK)_OM_Europe_OM12Q83E_1_2201.book Page 592 Wednesday, October 20, 2021 10:58 AM
595Alfabetische index
Brandstof
Brandstofmeter.............................. 89, 93
Informatie .......................................... 576
Inhoud ............................................... 569
Tanken ............................................... 210
Type .................................................. 569
Uitschakelsysteem brandstofpomp ... 510
Waarschuwingslampje ...................... 514
Brandstofmeter................................. 89, 93
Brandstofverbruik ................................ 101
Actueel brandstofverbruik ................. 101
Gemiddeld brandstofverbruik ............ 101
BSM (Blind Spot Monitor) .................... 286
Buitenspiegels
Afstellen ............................................ 150
BSM (Blind Spot Monitor) .................. 286
Buitenspiegelverwarming .......... 424, 430
Inklappen ........................................... 151
RCTA ................................................. 310
Buitentemperatuur ........................... 89, 93
C
CD-speler .............................................. 374
Claxon ................................................... 147
Condensor ............................................ 476
Consolevak ........................................... 441
Contact (startknop) ...................... 176, 178
Als uw auto in geval van nood tot
stilstand moet worden gebracht ...... 502
Auto power off-functie ....................... 181
Wijzigen van de standen van
het contact ...................................... 181
Contact .......................................... 176, 178
Als uw auto in geval van nood tot
stilstand moet worden gebracht ...... 502
Auto power off-functie ....................... 181
Wijzigen van de standen van
het contact ...................................... 181
Controlelampje veiligheidsgordel....... 514
Controlelampjes ..................................... 87
Cruise control
Dynamic Radar Cruise Control.......... 258
Dynamic Radar Cruise Control
met volledig snelheidsbereik........... 247
Waarschuwingsmelding .................... 269
Curtain airbags ....................................... 36
D
Dagrijverlichting
Lampen vervangen ........................... 497
Dagrijverlichting................................... 195
Dagtellers.......................................... 90, 96
Dashboardkastje .................................. 440
Derde remlicht
Lampen vervangen ........................... 497
Display
Cruise control.................................... 267
Dynamic Radar Cruise Control ......... 258
Dynamic Radar Cruise Control
met volledig snelheidsbereik .......... 247
Head-up display ................................ 106
LDA (Lane Departure Alert
met stuurregeling) .......................... 244
LTA (Lane Tracing Assist) ................. 236
Multi-informatiedisplay ........................ 99
RCTA................................................. 310
Snelheidsbegrenzer .......................... 270
Toyota Parking Assist-sensor............ 302
Waarschuwingsmelding .................... 520
Draadloze lader .................................... 453
Draaiknop koplampverstelling............ 197
Dynamic Radar Cruise Control ........... 258
Waarschuwingsmelding .................... 266
Dynamic Radar Cruise Control
met volledig snelheidsbereik ........... 247
Waarschuwingsmelding .................... 256
Dynamic Radar Cruise
Control-systeem (Dynamic
Radar Cruise Control met
volledig snelheidsbereik) ................. 247
E
eCall ........................................................ 69
Toets SOS........................................... 69
ECO-controlelampje ............................ 102
ECO-indicator ............................... 102, 110
Elektrisch bedienbaar
dakzonnescherm
Bediening .......................................... 155
Klembeveiliging................................. 156
COROLLA (TMUK)_OM_Europe_OM12Q83E_1_2201.book Page 595 Wednesday, October 20, 2021 10:58 AM