441-2. Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
■Als er een baby- of kinderzitje
wordt geplaatst op de voorpassa-
giersstoel
Plaats voor de veiligheid van het kind
een baby- of kinderzitje op een achter-
stoel. Als het plaatsen van een zitje op
de voorpassagiersstoel onvermijdelijk
is, stel dan de stoel als volgt af en
plaats het baby- of kinderzitje:
Zet de rugleuning zo veel mogelijk
rechtop.
Auto's zonder aan/uit-schakelaar airbag: Als
er een opening aanwezig is tussen het kin-
derzitje en de rugleuning, stel de hoek van
de rugleuning dan af totdat het zitje en de
rugleuning goed contact maken.
Auto's met aan/uit-schakelaar airbag: Indien
er bij het plaatsen van een in de rijrichting
geplaatst kinderzitj e een opening aanwezig
is tussen het kinderzitje en de rugleuning,
stel de rugleuning dan af totdat het zitje en
de rugleuning goed contact maken.
Schuif de voorstoel helemaal naar
achteren.
Verwijder indien mogelijk de hoofd-
steun indien deze de plaatsing van
het baby- of kinderzitje hindert. Zet
anders de hoofdsteun in de hoogste
stand.
WAARSCHUWING
●Als het zitje moet worden losgemaakt,
verwijder het dan uit de auto of berg het
veilig op in de bagageruimte.
Bij gebruik van een baby- of
kinderzitje
WAARSCHUWING
■Bij gebruik van een baby- of kinder-
zitje
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen
in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgs-
maatregelen kan ernsti g letsel tot gevolg
hebben.
●Auto's zonder aan/uit-schakelaar air-
bag: Gebruik nooit een tegen de rijrich-
ting in geplaatst zitje op de
voorpassagiersstoel.
Bij een ongeval kan het kind ernstig let-
sel oplopen door de kracht waarmee de
voorpassagiersairbag wordt geacti-
veerd.
pM_RAV4_OM_OM42D20E_(EE).book Page 44 Friday, August 7, 2020 1:15 PM
45
1
1-2. Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
Veiligheid en beveiliging
WAARSCHUWING
●Auto's met aan/uit-schakelaar airbag:
Gebruik nooit een tegen de rijrichting in
geplaatst baby- of kinderzitje op de
voorpassagiersstoel als de aan/uit-
schakelaar voor de airbag in stand ON
staat. (
→Blz. 40)
Bij een ongeval kan het kind ernstig let-
sel oplopen door de kracht waarmee de
voorpassagiersairbag wordt geacti-
veerd.
●Een waarschuwingslabel op de zonne-
klep aan passagierszijde geeft aan dat
het niet is toegestaan om een tegen de
rijrichting in geplaatst baby- of kinder-
zitje op de voorpassagiersstoel te plaat-
sen.
In onderstaande afbeelding is het label
in detail te zien.
pM_RAV4_OM_OM42D20E_(EE).book Page 45 Friday, August 7, 2020 1:15 PM
461-2. Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
●Plaats een in de rijrichting geplaatst
baby- of kinderzitje alleen op de voor-
stoel als het niet anders kan. Als er een
zitje waarin het kind met het gezicht in
de rijrichting zit op de voorpassagiers-
stoel wordt geplaatst, moet de stoel zo
ver mogelijk naar achteren worden
geschoven. Als dat niet gedaan wordt,
kan er ernstig letsel ontstaan als de air-
bags geactiveerd worden.
●Laat een kind niet met het hoofd of een
ander lichaamsdeel tegen het portier
leunen of tegen dat deel van de stoel,
de voor- of achterstijlen of de dakzijrails
leunen waarin de side airbags of de cur-
tain airbags zijn ondergebracht, ook niet
als het kind in een baby- of kinderzitje
zit. Anders kan het kind ernstig letsel
oplopen als bij een aanrijding de side
airbags of de curtain airbags worden
geactiveerd.
●Controleer als er een zitkussen
geplaatst is altijd of de schoudergordel
over het midden van de schouder van
het kind loopt. De gordel mag niet langs
de nek van het kind lopen, maar mag
ook niet van de schouder van het kind
vallen.
pM_RAV4_OM_OM42D20E_(EE).book Page 46 Friday, August 7, 2020 1:15 PM
49
1
1-2. Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
Veiligheid en beveiliging
*1: Schuif de voorstoel helemaal naar achte-
ren. Als de hoogte van de passagiers-
stoel kan worden versteld, dan moet
deze in de hoogste positie staan.
*2: Zet de rugleuning zo veel mogelijk
rechtop. Indien er bij het plaatsen van
een in de rijrichti ng geplaatst kinderzitje
een opening aanwezig is tussen het kin-
derzitje en de rugleuning, stel de rugleu-
ning dan af totdat het zitje en de
rugleuning goed contact maken.
*3: Verwijder indien mogelijk de hoofdsteun indien deze de werking van het baby- of
kinderzitje hindert.
Zet anders de hoofdsteun in de hoogste
stand.
*4: Auto's zonder aan/uit-schakelaar airbag:
Gebruik alleen een in de rijrichting
geplaatst baby- of kinderzitje.
Auto's met aan/uit-schakelaar airbag:
Gebruik alleen een in de rijrichting
geplaatst baby- of kinderzitje als de
aan/uit-schakelaar voor de airbag in
stand ON staat.
Geschikt voor een “universeel”
baby- of kinderzitje vastgezet met
een veiligheidsgordel.
Geschikt voor een baby- of kinder-
zitje dat is vermeld in de tabel m.b.t.
geschiktheid en aanbevolen baby-
en kinderzitjes (
→Blz. 51).
Geschikt voor i-Size- en ISOfix-
baby- of kinderzitjes.
Met een bevestigingspunt voor de
bovenste gordel.
Auto's zonder aan/uit-schakelaar
airbag: Gebruik nooit een tegen de
rijrichting in geplaatst zitje op de
voorpassagiersstoel.
Auto's met aan/uit-schakelaar air-
bag: Gebruik nooit een tegen de rij-
richting in geplaatst baby- of
kinderzitje op de voorpassagiers-
stoel als de aan/uit-schakelaar voor
de airbag in stand ON staat.
pM_RAV4_OM_OM42D20E_(EE).book Page 49 Friday, August 7, 2020 1:15 PM
501-2. Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
■Meer informatie over het plaatsen van baby- en kinderzitjes
ISOfix-baby- of kinderzitjes worden onderverdeeld in verschillende “bevestigingen”.
Het baby- of kinderzitje kan worden gebruikt voor de zitposities voor de in de boven-
staande tabel genoemde “bevestigingen”. Raadpleeg de onderstaande tabel voor
het soort “bevestiging”.
Als uw baby- of kinderzitje geen soort “bevestiging” heeft (of wanneer u de informa-
tie niet in de onderstaande tabel kunt vinden), raadpleeg dan de “voertuiglijst” van
het baby- of kinderzitje voor informatie over de geschiktheid of informeer bij de ver-
koper van uw kinderzitje.
Zitpositie
Stoelpositienummer
Auto's
zonder
aan/uit-
schake- laar air-
bagAuto's met aan/uit-schakelaar airbag
Aan/uit-schakelaar airbag
ONOFF
Zitpositie geschikt voor
universeel zitje vastge-
zet met gordel (Ja/Nee)Ja
Alleen in
de rijrich- tingJa
Alleen in
de rijrich- ting
JaJaJaJa
Zitpositie i-Size
(Ja/Nee)NeeNeeNeeJaNeeJa
Zitpositie geschikt voor
zijwaarts geplaatst zitje
(L1/L2/Nee)
NeeNeeNeeNeeNeeNee
Geschikte bevestiging
voor tegen de rijrich-
ting in geplaatst zitje
(R1/R2X/R2/R3/Nee)
NeeNeeNeeR1, R2X, R2, R3NeeR1, R2X, R2, R3
Geschikte bevestiging
voor in de rijrichting
geplaatst zitje
(F2X/F2/F3/Nee)
NeeNeeNeeF2X, F2,
F3NeeF2X, F2, F3
Geschikte bevestiging
voor zitkussen
(B2/B3/Nee)
NeeNeeNeeB2, B3NeeB2, B3
pM_RAV4_OM_OM42D20E_(EE).book Page 50 Friday, August 7, 2020 1:15 PM
51
1
1-2. Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
Veiligheid en beveiliging
■Tabel m.b.t. geschiktheid en aanbevolen baby- en kinderzitjes
BevestigingBeschrijving
F3In de rijrichting geplaatst baby-
of kinderzitje, volledige hoogte
F2In de rijrichting geplaatst baby- of kinderzitje, verlaagd
F2XIn de rijrichting geplaatst baby- of kinderzitje, verlaagd
R3Tegen de rijrichting in geplaatst baby - of kinderzitje, volledig formaat
R2Tegen de rijrichting in geplaatst baby- of kinderzitje, kleiner formaat
R2XTegen de rijrichting in geplaatst baby- of kinderzitje, kleiner formaat
R1Tegen de rijrichting in geplaatst babyzitje
L1Naar links gericht babyzitje (reiswieg)
L2Naar rechts gericht babyzitje (reiswieg)
B2Zitkussen
B3Zitkussen
Gewichts-
groepenAanbevolen baby- of kinderzitje
Zitpositie
Auto's
zonder
aan/uit-
schake- laar air- bagAuto's met aan/uit-schakelaar airbag
Aan/uit-schakelaar airbag
ONOFF
0, 0+
Minder dan 13
kg
G0+, BABY SAFE
PLUS (Ja/Nee)NeeNeeJaJaJaJa
G0+ BABY SAFE
PLUS met VEILIG-
HEIDSGORDEL-
BEVESTIGING,
BASE PLAT-
FORM (Ja/Nee)
NeeNeeJaJaJaJa
I
9 - 18 kg
TOYOTA DUO
PLUS (Ja/Nee)
Ja
Uitslui- tend
vastzet- ten met
gordelJa
Uitslui- tend
vastzet- ten met
gordelJa
Uitslui- tend
vastzet- ten met
gordel
Ja
Ja
Uitslui- tend
vast-
zetten met
gordel
Ja
pM_RAV4_OM_OM42D20E_(EE).book Page 51 Friday, August 7, 2020 1:15 PM
521-2. Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
De in de tabel genoemde baby- en kinderzitjes zijn mogelijk niet verkrijgbaar buiten
de EU.
Bij het vastzetten van sommige typen
baby- of kinderzitjes op de achterstoel
kunnen de veiligheidsgordels op de
plaatsen naast het zitje mogelijk niet
goed worden gebruikt en komen ze
mogelijk in aanraking met het zitje. Ook
kan de werking van de veiligheidsgor-
del negatief worden beïnvloed. Draag
uw veiligheidsgordel goed aansluitend
over uw schouder en laag over uw heu-
pen. Wanneer dit niet het geval is of
wanneer hij in aanraking komt met het
zitje, ga dan ergens anders zitten. Het
niet in acht nemen van de voorzorgs-
maatregelen kan ernstig letsel tot
gevolg hebben.
Verstel bij het plaatsen van een
baby- of kinderzitje op de achter-
stoelen de voorstoel zodanig dat
deze niet in aanraking komt met het
kind of het baby- of kinderzitje.
Indien bij het plaatsen van een kin-
derzitje met steunvoet de rugleu-
ning in de weg zit wanneer u het zitje
op de steunvoet wilt bevestigen, zet
dan de rugleuning naar achteren tot
er voldoende ruimte is.
Als het schouderbevestigingspunt
van de veiligheidsgordel zich vóór
de gordelgeleider van het kinderzitje
bevindt, verplaatst u de zitting naar
voren.
II, III
15 - 36 kg
KIDFIX XP SICT
(Ja/Nee)
Ja
Uitslui- tend
vastzet- ten met
gordelJa
Uitslui- tend
vastzet- ten met
gordelJa
Uitslui- tend
vastzet- ten met
gordel
JaNeeJa
MAXI PLUS
(Ja/Nee)
Ja
Uitslui- tend
vastzet-
ten met gordelJa
Uitslui- tend
vastzet-
ten met gordelJa
Uitslui- tend
vastzet-
ten met gordel
JaNeeJa
Gewichts- groepenAanbevolen baby- of kinderzitje
Zitpositie
Auto's
zonder
aan/uit-
schake- laar air- bagAuto's met aan/uit-schakelaar airbag
Aan/uit-schakelaar airbag
ONOFF
pM_RAV4_OM_OM42D20E_(EE).book Page 52 Friday, August 7, 2020 1:15 PM
61
1
1-3. Noodoproep
Veiligheid en beveiliging
■Automatische noodoproepen
Als een airbag wordt geactiveerd, belt
het systeem automati sch het eCall-con-
trolecentrum.
* De medewerker van het
controlecentrum ontvangt de locatie
van de auto, het tijdstip waarop het
ongeval plaatsvond en het VIN van de
auto, en probeert de inzittenden van de
auto te spreken om de ernst van de
situatie te beoordelen. Als de inzitten-
den niet in staat zijn om te communice-
ren, behandelt de medewerker de
oproep als een noodgeval, neemt hij of
zij contact op met de dichtstbijzijnde
hulpdiensten (112, enz.) en verzoekt hij
of zij om assistentie ter plaatse.
*: In sommige gevallen kan er geen oproep worden verzonden. ( →Blz. 62)
■Handmatige noodoproepen
Druk in een noodsituatie op de toets
SOS om het eCall-controlecentrum te
bellen.
* De medewerker van het contro-
lecentrum zal de locatie van uw auto
bepalen, de situatie beoordelen en de
benodigde hulpdiensten sturen.
Open de afdekking voordat u op de
toets SOS drukt.
Als u per ongeluk op de toets SOS hebt
gedrukt, zeg dan tegen de medewerker dat
er geen sprake is van een noodgeval.
*: In sommige gevallen kan er geen oproep worden verzonden. ( →Blz. 62)
Wanneer het contact AAN wordt gezet,
gaat het rode controlelampje gedu-
rende 10 seconden branden. Vervol-
gens gaat het groene controlelampje
gedurende 2 seconden branden, om
vervolgens te blijven branden om aan
te geven dat het systeem naar behoren
werkt.
De controlelampjes geven het volgende
aan:
Als het groene controlelampje gaat
branden en blijft branden, is het sys-
teem ingeschakeld.
Als het groene controlelampje twee-
maal per seconde knippert, wordt er
een automatische of handmatige
noodoproep gedaan.
Als het rode controlelampje brandt
op een ander moment dan direct na
het AAN zetten van het contact, is er
mogelijk een storing in het systeem
aanwezig of is de back-upbatterij
mogelijk leeg.
Als het rode controlelampje gedu-
rende ongeveer 30 seconden knip-
pert tijdens een noodoproep, is de
verbinding verbroken of is het sig-
naal van het mobiele netwerk te
zwak.
De levensduur van de back-upbatterij is
hooguit 3 jaar.
Noodoproepdiensten
Controlelampjes
pM_RAV4_OM_OM42D20E_(EE).book Page 61 Friday, August 7, 2020 1:15 PM