195
3
3-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
Voordat u gaat rijden
• De elektronische sleutel of een afstands-
bediening van een andere auto die radio-
golven uitzendt
• Computers of pda's
• Digitale audioapparatuur
• Draagbare spelcomputers
●Als een metalen coating of metalen voor-
werpen aan de achterruit zijn bevestigd
●Wanneer de elektronische sleutel in de
buurt van een batterijlader of elektronische
apparaten wordt gehouden
●Wanneer u parkeert op een parkeerplaats
met een betaalautomaat (Radiogolven die
worden gebruikt om auto's te signaleren
beïnvloeden mogelijk het Smart entry-sys-
teem met startknop.)
■Aanwijzing voor de instapfunctie
(indien aanwezig)
●Zelfs als de elektronis che sleutel zich bin-
nen het detectiegebied bevindt, werkt het
systeem in de volgende gevallen mogelijk
niet juist:
• De elektronische sleut el bevindt zich te
dicht bij de ruit of buitenportiergreep, te
dicht bij de grond of te hoog als de portie-
ren worden vergrendeld of ontgrendeld.
• De elektronische sleut el ligt op het dash-
board, op de bagageafdekking, op de vloer
of in een portiervak of het dashboardkastje
wanneer het hybridesysteem wordt gestart
of de stand van het contact wordt gewij-
zigd.
●Laat de elektronische sleutel niet boven op
het dashboard of in de buurt van de por-
tiervakken liggen wanneer u de auto ver-
laat. Afhankelijk van de ontvangst van de
radiogolven wordt door de antenne moge-
lijk waargenomen dat de sleutel zich buiten
de auto bevindt en kunnen de portieren
worden vergrendeld vanaf de buitenzijde,
waardoor de elektronische sleutel moge-
lijk in de auto wordt opgesloten.
●Zolang de elektronisc he sleutel zich bin-
nen het detectiegebied bevindt, kunnen de
portieren door een willekeurige persoon
worden vergrendeld en ontgrendeld. De
auto kan echter alleen worden ontgrendeld
via de portieren die de elektronische sleu-
tel signaleren.
●Zelfs als de elektronis che sleutel zich bui-
ten de auto bevindt, kan het hybridesys-
teem mogelijk worden gestart als de
elektronische sleutel zi ch in de buurt van
de ruit bevindt.
●De portieren worden mogelijk ontgrendeld
als er een grote hoeveelheid water op de
portiergreep terechtkomt, bijvoorbeeld tij-
dens een zware regenbui of in een was-
straat, wanneer de elektronische sleutel
zich binnen het detectiegebied bevindt.
(Als de portieren niet worden geopend en
gesloten, worden deze na ongeveer 30
seconden automatisch weer vergrendeld.)
●Als de afstandsbediening wordt gebruikt
om de portieren te vergrendelen terwijl de
elektronische sleutel zich in de nabijheid
van de auto bevindt, bestaat de mogelijk-
heid dat de portieren niet ontgrendeld wor-
den door de instapfunctie. (Gebruik de
afstandsbediening om de portieren te ont-
grendelen.)
●Wanneer u de vergrendelsensor aanraakt
terwijl u handschoenen draagt, kan de
reactie van het systeem trager zijn of wor-
den de portieren mogelijk niet ontgrendeld.
Trek uw handschoenen uit en raak de ver-
grendelsensor opnieuw aan.
●Wanneer de vergrendelac tie is uitgevoerd
met de vergrendelsensor, worden maxi-
maal tweemaal achter elkaar identificatie-
signalen getoond. Vervolgens worden
geen identificatiesignalen gegeven.
●Als de portiergreep nat wordt terwijl de
elektronische sleutel zich binnen het werk-
zame gebied bevindt, kan het portier her-
haaldelijk worden vergrendeld en
ontgrendeld. Volg in dat geval de correctie-
procedure hieronder bij het wassen van de
auto:
• Plaats de elektronische sleutel op een afstand van ten minste 2 meter van de
auto. (Zorg ervoor dat de sleutel niet
gestolen wordt.)
• Schakel de energiebespaarmodus van de elektronische sleutel in om het Smart
entry-systeem met startknop uit te schake-
len. ( Blz. 194)
●Als de elektronische sl eutel zich in de auto
bevindt en een portiergreep wordt nat tij-
dens het wassen van de auto, wordt er
mogelijk een melding weergegeven op het
multi-informatiedisplay en klinkt er een
zoemer buiten de auto. Vergrendel alle
portieren om het alarm uit te schakelen.
●Als de vergrendelsensor in aanraking komt
met ijs, sneeuw, modder, enz., werkt deze
mogelijk niet goed. Reinig de vergrendel-
sensor en raak hem opnieuw aan of
gebruik de vergrendelsensor aan de
onderzijde van de portiergreep.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 195 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
2764-1. Voordat u gaat rijden
●Laat geen aanstekers achter in de auto.
Als een aansteker in het dashboard-
kastje of op de vloer ligt, kan deze per
ongeluk gaan branden als er bagage
wordt geplaatst of een stoel wordt afge-
steld en brand veroorzaken.
●Plak geen parkeerschijven op de voor-
ruit of andere ruiten. Plaats geen reser-
voirs zoals luchtverfrissers op het
instrumentenpaneel of dashboard. Deze
parkeerschijven of reservoirs kunnen
als een lens werken en brand veroorza-
ken in de auto.
●Laat geen portier of ruit open als het
gebogen glas van naastliggende gebou-
wen voorzien is van een gemetalli-
seerde film, bijvoorbeeld een
zilverkleurige folie. Weerkaatst zonlicht
kan van het glas een lens maken en
brand veroorzaken.
●Activeer altijd de parkeerrem, zet de
selectiehendel in stand P, schakel het
hybridesysteem uit en vergrendel de
auto.
Laat de auto niet onbeheerd achter als
het controlelampje READY brandt.
Als de auto is geparkeerd met de selec-
tiehendel in stand P, terwijl de parkeer-
rem niet is geactiveerd, zou de auto in
beweging kunnen komen, wat kan lei-
den tot een ongeval.
●Raak de uitlaatpijp niet aan als het con-
trolelampje READY brandt of direct na
het uitschakelen van het hybridesys-
teem.
Anders kunt u brandwonden oplopen.
■Als u even gaat slapen in de auto
Schakel altijd het hybridesysteem uit.
Anders zou u per ongeluk de selectiehen-
del kunnen verplaatsen of het gaspedaal
in kunnen trappen, waardoor een ongeval
zou kunnen ontstaan of het hybridesys-
teem oververhit zou kunnen raken en
brand kan ontstaan. Verder kunnen uitlaat-
gassen in een slecht geventileerde omge-
ving in de auto terechtkomen, hetgeen
zeer schadelijk is voor de gezondheid.
WAARSCHUWING
■Bij het remmen
●Rijd voorzichtiger wanneer de remmen
nat zijn.
De remweg neemt toe als de remmen
nat zijn en bovendien kan vocht ertoe
leiden dat de ene kant van de auto ster-
ker afgeremd wordt dan de andere kant.
Ook de werking van de parkeerrem kan
door vocht in negatieve zin beïnvloed
worden.
●Rijd niet te dicht achter een andere auto
als het elektronisch geregelde remsys-
teem niet werkt en vermijd afdalingen
en scherpe bochten die afremmen
noodzakelijk maken.
In dit geval kan de auto nog wel worden
afgeremd, maar moet er een grotere
kracht op het rempedaal worden uitge-
oefend dan normaal. De remweg zal
ook langer zijn. Laat uw remmen onmid-
dellijk repareren.
●Het remsysteem bestaat uit 2 of meer
afzonderlijke hydraulische systemen:
als een van de systemen uitvalt, werkt
het andere systeem/werken de andere
systemen nog wel. In dat geval moet het
rempedaal krachtiger worden ingetrapt
dan gewoonlijk en neemt ook de rem-
weg toe. Laat uw remmen onmiddellijk
repareren.
■Als de auto vast komt te zitten (uit-
voeringen met vierwielaandrijving)
Laat de wielen niet overmatig doorslippen
als een van de wielen los van de grond
komt of als de auto vastzit in bijvoorbeeld
zand of modder. Anders kunnen de onder-
delen van het aandrijfsysteem beschadigd
raken en kan de auto plotseling naar voren
of achteren schieten en een ongeval ver-
oorzaken.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 276 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
2784-1. Voordat u gaat rijden
Lading en bagage
Lees onderstaande informatie
over voorzorgsmaatregelen, laad-
vermogen en belading zorgvuldig
door.
WAARSCHUWING
■Zaken die niet in de bagageruimte
vervoerd mogen worden
De volgende zaken kunnen brand veroor-
zaken als ze in de bagageruimte vervoerd
worden:
●Jerrycans met benzine
●Spuitbussen
■Voorzorgsmaatregelen bij opbergen
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen
in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgs-
maatregelen kan ertoe leiden dat de peda-
len niet goed kunnen worden ingetrapt, dat
het zicht van de bestuurder wordt gehin-
derd of dat de bestuurder of passagiers
door voorwerpen geraakt worden, wat een
ongeval kan veroorzaken.
●Vervoer lading en bagage indien moge-
lijk altijd in de bagageruimte.
●Stapel bagage in de bagageruimte nooit
hoger dan de rugleuningen.
●Plaats als u de acht erstoelen neerklapt
geen lange voorwerpen direct achter de
voorstoelen.
●Sta nooit toe dat er personen in de
bagageruimte meerijden. De bagage-
ruimte is niet ontworpen om personen te
vervoeren. Personen dienen plaats te
nemen op een zitplaats en een gordel
op de juiste manier om te doen. Anders
neemt de kans op ernsti g letsel bij plot-
seling remmen of uitwijken en bij een
ongeval sterk toe.
●Leg geen lading of bagage op de vol-
gende plaatsen:
• In de voetenruimte bij de bestuurder
• Op de voorpassagiersstoel of de achter- stoelen (als er goederen op elkaar
gestapeld worden)
• Op de bagageafdekking (indien aanwe- zig)
• Op het instrumentenpaneel
• Op het dashboard
●Zorg dat alle voorwerpen die zich in het
passagierscompartiment bevinden, zijn
opgeborgen of vastgezet.
■Lading en gewichtsverdeling
●Overlaad uw auto niet.
●Verdeel het gewicht gelijkmatig.
Een onjuiste belading kan de besturing en
de remwerking in negatieve zin beïnvloe-
den, waardoor een ongeval met ernstig
letsel zou kunnen ontstaan.
■Beladen van het imperiaal (indien
aanwezig)
Houd u aan de volgende voorzorgsmaat-
regelen:
●Plaats de lading zodanig dat het gewicht
gelijkmatig over de voor- en achteras is
verdeeld.
●Wanneer lange of brede lading wordt
meegenomen, mag nooit de lengte of
breedte van de auto overschreden wor-
den. ( Blz. 582)
●Controleer vóór het rijden of de lading
stevig vastzit op het imperiaal.
●Door het laden van voorwerpen op het
imperiaal zal het zwaartepunt van de
auto hoger komen te liggen. Vermijd
hoge snelheden, snel optrekken, het
maken van scherpe bochten, plotseling
remmen en abrupte manoeuvres, om te
voorkomen dat u de controle over de
auto verliest of dat de auto over de kop
slaat door een bedieningsfout, waardoor
ernstig letsel kan ontstaan.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 278 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
4345-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
Achter
1 Richt de luchtstroom naar links of
rechts, boven of beneden
2 De uitstroomopening openen
3 De uitstroomopening sluiten
*: Indien aanwezig
WAARSCHUWING
■Voorkomen dat de werking van de
voorruitontwaseming wordt gehin-
derd
Plaats geen voorwerpen op het dashboard
die de uitstroomopeningen kunnen bedek-
ken. Anders raakt de luchtstroom mogelijk
geblokkeerd, waardoor de voorruitverwar-
ming de voorruit niet kan ontwasemen.
Stuurwielverwarming*/
stoelverwarming*/
stoelventilatoren*
Stuurwielverwarming
Verwarmt het stuurwiel
Stoelverwarming
Verwarmt de stoelbekleding
Stoelventilatoren
Zorgen voor een goede ventilatie
door lucht door de stoelbekleding te
blazen
WAARSCHUWING
■Voorkomen van lichte brandwonden
Wees voorzichtig wanneer iemand uit
onderstaande categorieën in contact komt
met het stuurwiel of de stoelen wanneer
de stuurwiel- of stoelverwarming is inge-
schakeld:
●Baby's, kleine kinderen, oudere perso-
nen, zieken en gehandicapten
●Personen met een gevoelige huid
●Personen die oververmoeid zijn
●Personen die alcohol hebben gedron-
ken of personen die rustgevende medi-
cijnen (slaapmiddel, middel tegen
verkoudheid, enz.) hebben gebruikt
OPMERKING
■Voorkomen van schade aan de stoel-
verwarming en -ventilatoren
Plaats geen zware voorwerpen met een
ongelijkmatig oppervlak op de stoel en leg
geen scherpe voorwerpen (naalden,
punaises, enz.) op de stoel.
■Voorkomen van ontlading van de
12V-accu
Gebruik de functies niet wanneer het
hybridesysteem niet is ingeschakeld.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 434 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
4405-3. Gebruik van de opbergmogelijkheden
5-3.Gebruik van de opbergmogelijkheden
Open opbergvak (Blz. 443)
Extra opbergvak (indien aanwezig) ( Blz. 443)
Pasjeshouder (indien aanwezig) ( Blz. 443)
Fleshouders ( Blz. 442)
Consolevak ( Blz. 441)
Bekerhouders ( Blz. 442)
Dashboardkastje ( Blz. 441)
Overzicht van opbergmogelijkheden
Plaats van de opbergmogelijkheden
A
B
C
D
E
F
G
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 440 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
441
5
5-3. Gebruik van de opbergmogelijkheden
Voorzieningen in het interieur
Ontgrendelen met de mechanische
sleutel
Vergrendelen met de mechanische
sleutel
Openen (trek de hendel omhoog) Til het deksel omhoog terwijl u de knop
ingedrukt houdt om de vergrendeling te
ontgrendelen.
■Inzetbak consolevak (indien aanwezig)
De inzetbak kan worden verwijderd en onder
in het consolevak worden opgeborgen.
WAARSCHUWING
■Zaken die niet in de auto moeten wor-
den achtergelaten
Laat geen brillen, aanstekers of spuitbus-
sen in de opbergvakken liggen. Als u dat
wel doet, kan dat bij hoge temperaturen
leiden tot het volgende:
●Brillen kunnen vervormen als de tempe-
ratuur in de auto te hoog oploopt of bar-
sten als ze in contact komen met
andere voorwerpen.
●Aanstekers en spuitbussen kunnen
exploderen. Als ze in contact komen
met andere voorwerpen, kunnen aan-
stekers vlam vatten en kunnen spuit-
bussen gas gaan lekken, waardoor
brand kan ontstaan.
Dashboardkastje
WAARSCHUWING
■Wees voorzichtig tijdens het rijden
Houd het dashboardkastje gesloten. Bij
plotseling remmen of uitwijken kan letsel
ontstaan doordat een inzittende wordt
geraakt door het open dashboardkastje of
door items in het dashboardkastje.
A
B
C
Consolevak
WAARSCHUWING
■Wees voorzichtig tijdens het rijden
Houd het consolevak gesloten.
Anders kunt u in geval van een ongeval of
plotseling remmen letsel oplopen.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 441 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
463
6
6-1. Onderhoud en verzorging
Onderhoud en verzorging
Verwijder vuil en stof met een stof-
zuiger. Veeg vuile oppervlakken
schoon met een in lauw water
gedompelde doek.
Als het vuil niet kan worden verwij-
derd, verwijder het dan met een
zachte doek met water met onge-
veer 1% reinigingsmiddel.
Verwijder alle sporen van het reini-
gingsmiddel en water grondig met
een schone, vochtige doek.
■Schoonmaken van de vloerbedekking
Er zijn verschillende reinigingsmiddelen op
schuimbasis in de handel verkrijgbaar.
Gebruik een spons of een borstel om het
schuim aan te brengen. Wrijf met elkaar
overlappende cirkels. Gebruik geen water.
Veeg vuile oppervlakken schoon en laat ze
drogen. Het beste resultaat wordt verkregen
als de vloerbedekking zo droog mogelijk
wordt gehouden.
■Omgaan met de veiligheidsgordels
Maak de veiligheidsgordels schoon met een
mild sop, lauw water en een doek of spons.
Controleer ook de gordels regelmatig op
overmatige slijtage, rafels en scheuren.
Reinigen en beschermen
van het interieur van uw
auto
Reinig de onderdelen en materia-
len op de daarvoor juiste wijze.
Beschermen van het interieur
WAARSCHUWING
■Water in de auto
●Mors geen vloeistof in de auto, zoals op
de vloer, op de achterstoelen, in de ven-
tilatieopening van de hybridebatterij
(tractiebatterij) of in de bagageruimte.
( Blz. 85)
Anders kunnen het batterijpakket, elek-
trische onderdelen en dergelijke defect
raken of vlam vatten.
●Voorkom dat onderdelen of de bedra-
ding van het airbagsysteem in het interi-
eur nat worden. ( Blz. 39)
Een elektrische storing kan ervoor zor-
gen dat de airbags worden geactiveerd
of niet op de juiste wijze werken, waar-
door ernstig letsel kan ontstaan.
●Auto's met draadloze lader:
Laat de draadloze lader ( Blz. 453)
niet nat worden. Als dat wel gebeurt,
kan de lader oververhit raken, wat kan
leiden tot brandwonden of een elektri-
sche schok, waarbij ernstig letsel kan
ontstaan.
■Reinigen van het interieur (met name
het dashboard)
Gebruik geen autowas of lakcleaner. Het
dashboard kan in de voorruit worden
weerkaatst; hierdoor kan het gezichtsveld
van de bestuurder worden belemmerd wat
een ernstig ongeval tot gevolg kan heb-
ben.
OPMERKING
■Reinigingsmiddelen
●Gebruik de volgende reinigingsmidde-
len niet, omdat ze verkleuring van het
interieur of strepen en beschadigingen
van gelakte oppervlakken kunnen ver-
oorzaken:
• Behalve de stoelen: Organische reini- gingsmiddelen zoals wasbenzine en ter-
pentine, alkalische of zuurhoudende
middelen, textielverf en bleekmiddel
• Stoelen: Alkalische en zuurhoudende middelen, zoals thinner, wasbenzine en
alcohol
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 463 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM
4646-1. Onderhoud en verzorging
Verwijder vuil en stof met een stof-
zuiger.
Veeg overtollig vuil en stof weg met
een zachte doek die is bevochtigd
met een verdund reinigingsmiddel.
Gebruik sop met ongeveer 5% wolreini-
gingsmiddel.
Verwijder alle sporen van het reini-
gingsmiddel grondig met een
schone, vochtige doek.
Veeg daarna het resterende vocht
van het leder af met een droge,
schone doek. Laat de lederen bekle-
ding drogen in een geventileerde
ruimte in de schaduw.
■Onderhoud van lederen bekleding
Om het interieur in een goede conditie te
houden, raadt Toyota u aan het ten minste
twee keer per jaar schoon te maken.
Verwijder vuil en stof met een stof-
zuiger.
Verwijder het met een zachte voch-
tige doek met ongeveer 1% reini-
gingsmiddel.
Verwijder alle sporen van het reini-
gingsmiddel en water grondig met
een schone, vochtige doek.
OPMERKING
●Gebruik geen autowas of lakcleaner.
Het dashboard of andere gelakte delen
van het interieur kunnen beschadigd
raken.
■Voorkomen van beschadiging van
lederen bekleding
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen
in acht om beschadiging en vroegtijdige
slijtage van lederen bek leding te voorko-
men:
●Verwijder stof en vuil onmiddellijk van
de bekleding.
●Stel de auto niet langdurig bloot aan
direct zonlicht. Parkeer uw auto in de
schaduw, vooral bij warm weer.
●Leg geen vinyl of plastic voorwerpen of
artikelen die was bevatten op de bekle-
ding, aangezien ze bij hoge temperatu-
ren in het interieur mogelijk aan het leer
vast blijven kleven.
■Water op de vloerbedekking
Was de vloerbedekking van de auto niet
met water.
Water dat in contact komt met elektrische
onderdelen boven of onder de vloerbedek-
king, kan schade aan de verschillende
systemen van de auto veroorzaken, bij-
voorbeeld aan het audiosysteem. Water
kan bovendien roest aan de carrosserie
veroorzaken.
■Bij het reinigen van de binnenzijde
van de voorruit (auto's met Toyota
Safety Sense)
Zorg ervoor dat er geen glasreiniger op de
lens terechtkomt. Raak de lens ook niet
aan. ( Blz. 320)
■Schoonmaken van de binnenzijde
van de achterruit
●Gebruik geen ruitenreiniger om de ach-
terruit schoon te maken. Anders kunnen
de verwarmingsdraden beschadigd
raken. Veeg de ruit voorzichtig schoon
met een doek en lauw water. Maak de
ruit in horizontale richting schoon, even-
wijdig aan de verwarmingsdraden.
●Voorkom beschadiging van de verwar-
mingsdraden.
Schoonmaken van lederen
bekleding
Schoonmaken van kunstleder
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book Page 464 Wednesday, July 29, 2020 9:01 AM