44
Ergonomie en comfort
Achterruitverwarming en/of verwarmde buitenspiegels
► Druk op deze toets om
achterruitverwarming en verwarmde
buitenspiegels in of uit te schakelen. Het
controlelampje brandt als de functie is ingeschakeld.
Deze functie wordt automatisch uitgeschakeld om te
voorkomen dat de accu leeg loopt.
De achterruitverwarming werkt uitsluitend bij draaiende motor.
Bij auto's met een Stop & Start-systeem geldt dat zolang de achterruitverwarming in
werking is, de STOP-stand niet beschikbaar is.
Indeling van de cabine
Zorg ervoor dat u geen voorwerpen in het interieur laat liggen die in zonlicht als een
vergrootglas kunnen fungeren en brand kunnen
veroorzaken - kans op brand of schade aan
oppervlakken in de auto!
Zonneklep
► Klap de zonneklep omlaag om verblinding door
de zon te voorkomen. De zonnekleppen zijn voorzien van vakken voor het
opbergen van bijvoorbeeld tolkaarten en kaartjes.
Middelste opbergruimte
De open opbergruimte bevindt zich onder het paneel
van de middenconsole.
Hier vindt u extra aansluitingen (aansluiting en
USB) voor het overdragen van gegevens naar het
audiosysteem.
Afhankelijk van de uitrusting kan het voertuig ook
zijn voorzien van een dubbele bekerhouder en/of
een houder voor een smartphone.
Opbergruimte bij de voorstoel
Onder de bestuurdersstoel bevindt zich een vaste
opbergbak.
De stoel met instelbare schokdemping heeft
geen opbergruimte.
Onder de passagiersstoel bevindt zich een
gereedschapsset, met gereedschappen voor
bijvoorbeeld het verwisselen van een wiel, het
vervangen van een lamp en het slepen van een
voertuig.
170
Audiosysteem
Geeft algemene ondersteuning aan de gebruiker
door een aantal beschikbare commando's te geven.
Cancel
Sluit de huidige reeks gesproken commando's af.
Repeat
Herhaal het laatst gesproken bericht voor de
gebruiker.
Voice tutorial
Geeft een gedetailleerde beschrijving aan de
gebruiker over het gebruik van het spraaksysteem.
Gesproken commando's
"Telefoon"
Als er een telefoon is verbonden met het systeem, kunnen deze gesproken
commando's vanaf elke pagina van het hoofdscherm
worden gegeven nadat er op de stuurwieltoets
Telefoon wordt gedrukt, behalve als er een
telefoongesprek bezig is.
Als er geen telefoon is verbonden, zegt een
besproken bericht: "No telephone is connected.
Connect a phone and try again" (Geen telefoon
verbonden. Verbind een telefoon en probeer het nog
een keer); de spraaksessie wordt afgesloten.
U kunt het label "Mobiele telefoon" vervangen door drie andere labels: "Thuis",
"Kantoor" of "Overig".
* Deze functie is alleen beschikbaar als de telefoon die met het systeem is verbonden geschikt is voor het downloaden van contacten en de lijst met recente
oproepen, en als deze gegevens werkelijk zijn gedownload.
**
Deze functie is alleen beschikbaar als de telefoon die met het
systeem is verbonden de leesfunctie voor tekstberichten ondersteunt.
Bel* > Henk Jansen
Kies het telefoonnummer dat bij contactpersoon
Henk Jansen hoort.
Call* > Henk Jansen > Mobile phone
Kies het telefoonnummer met het label "Mobiele
telefoon" van het contact met de naam Henk
Jansen.
Call number > 0123456789
Bel nummer 0123456789.
Redial
Bel het nummer of de contactpersoon van de laatst
gemaakte oproep.
Call back
Bel het nummer of de contactpersoon van de laatst
ontvangen oproep.
Recent calls*
Bekijk de volledige lijst met de laatste oproepen:
uitgaand, gemist en ontvangen.
Outgoing calls*
Bekijk de lijst met uitgaande oproepen.
Missed calls*
Bekijk de lijst met gemiste oproepen.
Incoming calls*
Bekijk de lijst met inkomende oproepen.
Directory*
Bekijk het telefoonboek van de verbonden telefoon.
Search* > Henk Jansen
Bekijk de contactgegevens van Henk Jansen in het
telefoonboek met alle opgeslagen nummers.
Search* > Henk Jansen > Mobile phone
Bekijk het telefoonnummer met het label "Mobiele
telefoon" van de contactpersoon met de naam Henk
Jansen.
View messages**
Bekijk de lijst met tekstberichten die door de
verbonden telefoon zijn ontvangen.
Als de telefoon de voornaam (Henk) en
achternaam (Jansen) in twee aparte velden
ondersteunt, geef de volgende gesproken
commando's:
–
"Call" > "Henk" > "Jansen" of "Call" > "Jansen"
> "Henk".
–
"Search" > "Henk" > "Jansen" of "Search" >
"Jansen" > "Henk".
Gesproken commando's voor
de AM/FM-radio
Deze commando's kunnen vanaf elke pagina van het hoofdscherm worden gegeven door
op de stuurwieltoets "Gesproken commando's" te
drukken, behalve als er een telefoongesprek bezig
is.
Stem af op > 105,5 > FM
Stem de radio af op de frequentie van 105,5 van de
FM-band.
Stem af op > 940 > AM
172
Audio- en telematicasysteem op het touchscreen
Audio- en telematicasysteem op het
touchscreen
Multimedia-autoradio
- Bluetooth
®-telefoon
- GPS-navigatie
Het systeem is zodanig beveiligd dat het
uitsluitend in uw auto functioneert.
Uit veiligheidsoverwegingen moet de bestuurder handelingen die veel aandacht
vergen altijd uitvoeren als het voertuig stilstaat.
Als de motor is afgezet, schakelt het systeem
zichzelf uit nadat de eco-mode is ingeschakeld
om te voorkomen dat de accu leeg raakt.
De eerste stappen
Gebruik de toetsen onder het touchscreen om de
hoofdmenu's te openen en druk vervolgens op de op
het touchscreen weergegeven toetsen.
Het is een "resistief" scherm dat voelbaar aangeraakt moet worden, met name bij
bewegingen (door een lijst bladeren, scrollen
over de kaart, enz.). Lichtjes aanraken is niet
voldoende. Als het scherm met meerdere vingers
wordt aangeraakt, worden de commando's niet
opgevolgd.
Het scherm kan ook worden bediend met
handschoenen. Deze technologie werkt bij elke
temperatuur.
Gebruik voor het schoonmaken van het scherm een zacht, niet-schurend doekje
(bijvoorbeeld een brillendoekje) zonder
schoonmaakmiddel.
Raak het scherm niet aan met scherpe
voorwerpen.
Raak het scherm niet aan met natte handen.
Als het zeer warm is in het interieur, kan het geluidsvolume worden beperkt om het
systeem te beschermen. Zodra de temperatuur in
het interieur is gezakt, zal de oorspronkelijke
instelling weer worden gebruikt.
Het systeem kan ook gedurende minimaal 5
minuten overgaan in de waakstand (volledig
uitschakelen van het scherm en het geluid).
Drukken: aan/uit. Draaien: volume aanpassen (voor elke bron
apart).
Het scherm in-/uitschakelen.
Volume in-/uitschakelen (geluid uit /
onderbreken).
Radio, draaien: naar een radiozender zoeken.
Media, draaien: de vorige/volgende track selecteren.
Drukken: optie op het scherm bevestigen.
Bepaalde bedieningsfuncties van het systeem en het voertuig inschakelen,
uitschakelen en configureren.
Huidige bewerking annuleren. Eén niveau omhooggaan in een structuur
(menu of map).
Termenlijst
VOLUME
Het volume aanpassen door draaien.
RADIO
Toegang tot het radiomenu.
MEDIA
Toegang tot het mediamenu en de verschillende
muziekbronnen.
N AV
Toegang tot het navigatiemenu.
PHONE
Toegang tot het telefoonmenu.
MORE
Toegang tot de voertuiginformatie.
BROWSE, TUNE, SCROLL
181
Audio- en telematicasysteem op het touchscreen
12
Kies het telefoonnummer met het virtueel
toetsenbord op het scherm.
Overbrengen.
–
Overbrengen.
–
Breng oproepen over van het systeem naar de
mobiele telefoon en omgekeerd.
–
Gedempt
.
–
Schakel het geluid van de microfoon van het
systeem uit voor privégesprekken.
Een Bluetooth®-telefoon
koppelen
Het koppelen van de Bluetooth-telefoon aan
de handsfree set mag om
veiligheidsredenen en vanwege het feit dat deze
handeling de volledige aandacht van de
bestuurder vraagt uitsluitend worden uitgevoerd
als het voertuig stilstaat.
Activeer de Bluetooth-functie van uw telefoon en
zorg ervoor dat deze "zichtbaar is voor iedereen"
(configuratie van de telefoon).
Druk op "PHONE". Als er nog geen mobiele telefoon aan het
systeem is gekoppeld, wordt een speciale pagina op
het scherm weergegeven.
Selecteer "Ja" om het apparaat te koppelen en zoek
daarna de naam van het systeem op de mobiele
telefoon (als u "Nee" kiest, wordt het hoofdscherm
van de telefoon weergegeven).
Selecteer de naam van het systeem en voer
vervolgens, afhankelijk van de telefoon, via het
toetsenbord van uw telefoon de pincode op
het scherm van het systeem in of bevestig de
weergegeven pincode op de mobiele telefoon.
Tijdens het koppelen wordt er een pagina
weergegeven waarop de voortgang wordt
weergegeven.
Als het koppelen niet is gelukt, is het raadzaam de Bluetooth-functie van uw
telefoon even uit te zetten en opnieuw te activeren.
Als de koppelprocedure succesvol is voltooid, wordt een schermpagina
weergegeven:
–
Antwoord "Ja" op de vraag; de mobiele telefoon
wordt als favoriet opgeslagen (de mobiele telefoon
heeft prioriteit over andere mobiele telefoons die
later kunnen worden gekoppeld).
–
Als er geen ander apparaat is gekoppeld, ziet het
systeem het eerste apparaat dat is gekoppeld als
favoriet.
Bij mobiele telefoons die niet als favoriet zijn ingesteld, wordt de prioriteit bepaald door de
volgorde van koppelen. De laatst gekoppelde
telefoon heeft de hoogste prioriteit.
De beschikbaarheid van de diensten is afhankelijk
van het netwerk, de simkaart en de compatibiliteit
van de gebruikte Bluetooth-apparaten. Raadpleeg
de handleiding van uw telefoon en uw provider om
te zien welke diensten u kunt gebruiken.
Wanneer u weer in het voertuig stapt, maakt de
laatst gekoppelde telefoon automatisch verbinding,
binnen ongeveer 30 seconden na het aanzetten van
het contact (met
Bluetooth
® geactiveerd).
Als u het profiel voor automatische koppeling wilt
aanpassen, selecteert u de telefoon in de lijst en
selecteert u de gewenste parameters.
Het systeem is compatibel met de volgende
profielen: HFP, OPP, PBAP, A2DP, AVRCP, MAP.
Automatisch opnieuw verbinden
Bij het aanzetten van het contact wordt de telefoon
die bij het afzetten van het contact met het systeem
was verbonden automatisch opnieuw verbonden.
Voorwaarde is dat deze verbindingswijze tijdens
de koppelingsprocedure is geactiveerd (zie vorige
pagina's).
De verbinding wordt bevestigd door de weergave
van een melding en de naam van de telefoon.
Beheer van
telefoonverbindingen
Met behulp van deze functie kan een apparaat met het systeem worden
verbonden of de verbinding worden verbroken,
en kan een koppeling ongedaan worden
gemaakt.
Druk op "Instellingen".
182
Audio- en telematicasysteem op het touchscreen
Selecteer "Telefoon/Bluetooth®" en selecteer
vervolgens de telefoon in de lijst van gekoppelde
apparaten.
Selecteer "Verbinden" of "Verbinding verbreken",
" Apparaat verwijderen" of "Apparaat toevoegen",
" Opslaan onder favorieten", "Tekstberichten
Aan", "Downloaden" in de lijst van opties.
Een gesprek aannemen
Als u gebeld wordt, klinkt een beltoon en verschijnt
een pop-upvenster op het scherm.
Druk kort op deze stuurwieltoets om het gesprek aan te nemen.
of
Druk op de toets "Aannemen" die op het scherm
wordt weergegeven.
Wanneer u een telefoongesprek voert terwijl
een ander gesprek in de wacht staat, kunt u
overschakelen van het ene naar het andere gesprek
met de toets "Schak. tussen gesprekken" of kunt u
beide gesprekken samenvoegen in een "conference
call" met de toets "Confer.".
Een gesprek beëindigen
Druk op deze stuurwieltoets om een gesprek te weigeren.
of
Druk op de toets "Negeren" die op het scherm wordt
weergegeven.
Bellen
Een nieuw nummer bellen
Het is raadzaam de telefoon NIET tijdens het rijden te gebruiken. Stop op een veilige
plaats of gebruik bij voorkeur de
stuurkolomschakelaars.
Druk op "PHONE".
Druk op de toets Toetsenbord.
Toets het telefoonnummer in op het toetsenbord
en druk vervolgens op de toets "Bellen" om het
nummer te bellen.
Een contact bellen
Druk op "PHONE".
Druk op de toets "Telefoonboek" of op de
toets "Recente oproepen".
Selecteer het contact in de weergegeven lijst om het
desbetreffende nummer te bellen.
Gegevens auto
Druk op "MEER" om menu's met informatie over het voertuig weer te geven:
Buitentemperatuur
Toont de buitentemperatuur.
Klok
Toont de klok. Kompas
Toont de richting waarin u rijdt.
Traject
–
Huidige informatie, T
raject A, Traject B.
Toont de boordcomputer.
Houd de toets "Traject A" of "Traject B" ingedrukt om
de gegevens van het betreffende traject te resetten.
Configuratie
Druk op deze toets om het menu Instellingen weer te geven:
Display (Weergave)
–
Brightness
(Helderheid).
–
Stel de lichtsterkte van het scherm in.
–
Display mode
(Weergavemodus).
–
Stel de weergavemodus in.
–
Language
(Taal).
–
Kies de taal voor het display
.
–
Unit of measurement
(Maateenheid).
–
Stel de meeteenheden voor het verbruik, afstand
en temperatuur in.
–
T
ouch screen beep (Pieptoon touchscreen).
–
Activeer of deactiveer het geluidssignaal wanneer
er een toets op het scherm wordt aangeraakt.
–
Display T
rip B (Weergave traject B).
–
Geef
Traject B op het scherm voor de bestuurder
weer.
Voice commands (Gesproken commando's)
–
V
oice response time (Reactietijd systeem
gesproken commando's).
–
Stel de lengte van de reactie van het
spraaksysteem in.
183
Audio- en telematicasysteem op het touchscreen
12– Display list of commands (Een lijst met
commando's weergeven).
–
Geef suggesties voor verschillende opties weer
tijdens een spraaksessie.
Clock and Date (Tijd en datum)
–
T
ime setting and format (Tijd en formaat
instellen).
–
De tijd instellen.
–
Display time mode
(Tijd weergeven).
–
Activeer of deactiveer de weergave van de digitale
klok op de statusbalk.
–
Synchro time
(Tijd synchroniseren).
–
Activeer of deactiveer de automatische
tijdweergave.
–
Date setting
(Datum instellen).
–
De datum instellen.
Safety/Assistance
(Veiligheid / Assistentie)
–
Reversing camera
(Achteruitrijcamera).
–
T
oont de achteruitrijcamera in de
achteruitversnelling.
–
Camera delay
(Vertraging camera).
–
Laat het beeld van de achteruitrijcamera
maximaal 10 seconden of tot een snelheid van 18
km/h zien.
Lighting (Verlichting)
–
Daytime running lamps
(Dagrijverlichting).
–
Activeer of deactiveer de automatische verlichting
van de koplampen bij het starten.
Doors & locking (Portieren en vergrendeling)
–
Autoclose
(Automatisch sluiten).
–
Activeer of deactiveer het automatisch
vergrendelen van de portieren wanneer het voertuig
rijdt. Audio
–
Equalizer .
–
Stel de lage, middelhoge en hoge tonen in.
–
Balance/Fade
(Balans/fader).
–
Stel de balans van de luidsprekers voor en achter
,
en links en rechts in.
–
Druk op de toets in het midden van de pijlen voor
een evenwichtige instelling.
–
V
olume/Speed (Volume/Snelheid).
–
Selecteer de gewenste parameter; de optie wordt
gemarkeerd weergegeven.
–
V
olume.
–
Optimaliseer de kwaliteit van de audio bij laag
volume.
–
Automatic radio
(Automatische radio).
–
Stel de radio in bij het opstarten of gebruik de
laatste instelling toen de contactsleutel in STOP
werd gezet.
–
Radio switch-off delay
(Vertraging uitschakeling
radio).
–
Stel de parameter in.
–
AUX vol. Setting
(Volume-instelling AUX).
–
Stel de parameters in.
T
elephone (Telefoon)/Bluetooth
®
– Connected tels (Verbonden telefoons).
– Start de Bluetooth®-verbinding van het
geselecteerde mobiele apparaat.
–
V
erwijder het geselecteerde apparaat.
–
Sla het geselecteerde mobiele apparaat op in de
favorieten.
–
Stel de parameters in.
–
Apparaat toevoegen
.
–
V
oeg een nieuw mobiel apparaat toe.
– Verbonden audio.
– Maak alleen verbinding met het mobiele apparaat
voor audio.
Radio-instelling
–
DAB-meldingen
.
–
Activeer of deactiveer meldingen.
–
Activeer of deactiveer de opties:
Alarm,
Aankondiging evenement, Nieuws aandelenmarkt,
Nieuws, Programma-informatie, Speciaal
evenement, Sportberichten, Info over openbaar
vervoer. Alarmmeldingen, Weerbericht.
Instellingen herstellen
Herstel de standaardinstellingen van het scherm, de
klok, het geluid en de radio.
Persoonsgegevens verwijderen
Verwijder persoonsgegevens, Bluetooth
®-apparaten
en vooraf ingestelde instellingen.
Gesproken commando's
Informatie - het systeem
gebruiken
U kunt het systeem in plaats van met de toetsen van het scherm ook bedienen via
gesproken commando's.
Neem de volgende aanwijzingen in acht om ervoor te zorgen dat het systeem uw
gesproken commando's altijd herkent:
–
spreek op een normale manier
,
184
Audio- en telematicasysteem op het touchscreen
– wacht voordat u spreekt altijd op de "piep"
(geluidssignaal),
–
het systeem kan gesproken commando's
herkennen ongeacht of ze worden uitgesproken
door een man of een vrouw en ongeacht de toon
en de klankkleur van de stem,
–
beperk zo veel mogelijk de bijgeluiden in het
interieur,
–
vraag alvorens een commando uit te
spreken of de andere passagiers een moment
willen zwijgen. Het systeem herkent namelijk
commando's ongeacht door wie ze worden
uitgesproken; als meerdere personen gelijktijdig
praten, kan het systeem andere of meerdere,
niet-bedoelde commando's herkennen,
–
voor een optimale werking is het raadzaam
de ruiten en eventueel het schuif-/kanteldak
(indien aanwezig) te sluiten om verstoringen van
buitenaf te voorkomen.
Schakelflippers aan de
stuurkolom
Met deze toets kan de spraakherkenningsmodus "Telefoon" worden
geactiveerd waarmee u kunt bellen, recente/
ontvangen/verstuurde oproepen kunt laten
weergeven, het telefoonboek kunt bekijken enz.
Met deze toets kan de spraakherkenningsmodus "Radio/media"
worden geactiveerd waarmee u kunt afstemmen op
een specifieke radiozender of een specifieke AF/
FM-frequentie, en waarmee u een track of een
album op een USB-stick/iPod/MP3-CD kunt laten
afspelen.
De communicatie kan versneld plaatsvinden door deze toetsen tijdens een gesproken
bericht van het systeem ingedrukt te houden. U
kunt dan direct een gesproken commando
geven.
Bijvoorbeeld: als het systeem bezig is een
hulpbericht uit te spreken en u weet welk
commando u het systeem wilt geven, dan kunt
u door op deze toetsen te drukken het bericht
onderbreken en direct het commando uitspreken
(om te voorkomen dat u het volledige hulpbericht
moet beluisteren).
Als het systeem wacht op een gesproken
commando van de gebruiker, kunt u door
op deze toetsen te drukken de sessie van
gesproken commando's afsluiten.
Elke keer dat een toets wordt ingedrukt, klinkt er een geluidssignaal en wordt een
schermpagina met suggesties voor gesproken
commando's weergegeven.
Algemene gesproken commando's
Deze commando's kunnen vanaf elke
schermpagina worden gegeven
nadat er op de stuurwieltoets "Spraakherkenning" of
"Telefoon" wordt gedrukt, behalve als er een
telefoongesprek bezig is.
Help
Geeft algemene ondersteuning aan de gebruiker
door een aantal beschikbare commando's te geven.
Cancel
Sluit de huidige reeks gesproken commando's af.
Repeat
Herhaal het laatst gesproken bericht voor de
gebruiker.
Voice tutorial
Geeft een gedetailleerde beschrijving aan de
gebruiker over het gebruik van het spraaksysteem.
Gesproken commando's
"Telefoon"
Als er een telefoon is verbonden met het systeem, kunnen deze gesproken
commando's vanaf elke pagina van het hoofdscherm
worden gegeven nadat er op de stuurwieltoets
Telefoon wordt gedrukt, behalve als er een
telefoongesprek bezig is.
Als er geen telefoon is verbonden, zegt een
besproken bericht: "No telephone is connected.
Connect a phone and try again" (Geen telefoon
verbonden. Verbind een telefoon en probeer het nog
een keer); de spraaksessie wordt afgesloten.
U kunt het label "Mobiele telefoon" vervangen door drie andere labels: "Thuis",
"Kantoor" of "Overig".
185
Audio- en telematicasysteem op het touchscreen
12Bel* > Henk Jansen
Kies het telefoonnummer dat bij contactpersoon
Henk Jansen hoort.
Call* > Henk Jansen > Mobile phone
Kies het telefoonnummer met het label "Mobiele
telefoon" van het contact met de naam Henk
Jansen.
Call number > 0123456789
Bel nummer 0123456789.
Redial
Bel het nummer of de contactpersoon van de laatst
gemaakte oproep.
Call back
Bel het nummer of de contactpersoon van de laatst
ontvangen oproep.
Recent calls*
Bekijk de volledige lijst met de laatste oproepen:
uitgaand, gemist en ontvangen.
Outgoing calls*
Bekijk de lijst met uitgaande oproepen.
Missed calls*
Bekijk de lijst met gemiste oproepen.
Incoming calls*
Bekijk de lijst met inkomende oproepen.
Directory*
Bekijk het telefoonboek van de verbonden telefoon.
Search* > Henk Jansen
* Deze functie is alleen beschikbaar als de telefoon die met het systeem is verbonden geschikt is voor het downloaden van contacten en de lijst met recente
oproepen, en als deze gegevens werkelijk zijn gedownload.
**
Deze functie is alleen beschikbaar als de telefoon die met het
systeem is verbonden de leesfunctie voor tekstberichten ondersteunt.
***
U kunt "Magic" door de naam van elke andere FM-zender vervangen
die door de radio wordt ontvangen. Maar niet alle radiozenders leveren deze dienst.
****
U kunt "Absolute radio" door de naam van elke andere DAB-zender
vervangen die door de radio wordt ontvangen. Niet alle DAB-zenders leveren deze dienst.
Bekijk de contactgegevens van Henk Jansen in het
telefoonboek met alle opgeslagen nummers.
Search* > Henk Jansen > Mobile phone
Bekijk het telefoonnummer met het label "Mobiele
telefoon" van de contactpersoon met de naam Henk
Jansen.
View messages**
Bekijk de lijst met tekstberichten die door de
verbonden telefoon zijn ontvangen.
Als de telefoon de voornaam (Henk) en achternaam (Jansen) in twee aparte velden
ondersteunt, geef de volgende gesproken
commando's:
–
"Call" > "Henk" > "Jansen" of "Call" > "Jansen"
> "Henk".
–
"Search" > "Henk" > "Jansen" of "Search" >
"Jansen" > "Henk".
Gesproken commando's voor
Autoradio AM/FM/DAB
Deze commando's kunnen vanaf elke pagina van het hoofdscherm worden gegeven door
op de stuurwieltoets "Gesproken commando's" te
drukken, behalve als er een telefoongesprek bezig
is. Stem af op > 105,5 > FM
Stem de radio af op de frequentie van 105,5 van de
FM-band.
Stem af op > 940 > AM
Stem de radio af op de frequentie van 940 van de
AM-band.
Stem af op*** > Magic > FM
Stem de radio af op de zender Magic.
Stem af op een DAB-zender**** > Absolute Radio
Stem de DAB-radio af op de zender Absolute Radio.
Gesproken commando's
"Multimedia"
Deze commando's kunnen vanaf elke pagina
van het hoofdscherm worden gegeven door
op de stuurwieltoets "Gesproken commando's" te
drukken, behalve als er een telefoongesprek bezig
is.
Listen to track > "Track 1" (Luister naar nummer >
"Nummer 1")
Speel Nummer 1 af.
Listen to album > "Album 1" (Luister naar album >
"Album 1")
Speel de nummers van "Album 1" af.
Listen to artist > "Artist 1" (Luister naar artiest >
"Artiest 1")