22
Instrumentenpaneel
Datum en tijd instellen
Met het bedieningspaneel MODE
► Druk op de toets "MODE".
►
Selecteer het menu "T
ime setting" (Tijd instellen)
om het formaat voor de tijd en datum (24 uur of 12
uur) in te stellen of het menu "Date setting" (Datum
instellen) om de dag, maand en jaar in te stellen.
Zie het betreffende hoofdstuk voor meer informatie
over de configuratie van het voertuig (MODE).
Het audio- en telematicasysteem op het
touchscreen gebruiken
In het submenu "Clock and Date" (Klok en datum)
kunt u:
►
"T
ime setting and format" (Tijd en formaat
instellen) selecteren om de uren, minuten en
seconden in te stellen en het formaat (24 uur, 12 uur
met am of pm) te kiezen.
►
"Date setting" (Datum instellen) selecteren om
dag, maand en jaar in te stellen.
Als u de tijd handmatig wilt instellen, moet "Time Synchro" (Tijd synchroniseren)
worden uitgeschakeld (uit).
Boordcomputer
Geeft informatie over de actuele rit (zoals
actieradius, actueel brandstofverbruik en gemiddeld
brandstofverbruik).
Deze functie is niet beschikbaar bij elektrische voertuigen.
► Druk op de toets TRIP op het uiteinde van de
ruitenwisserhendel voor toegang tot de informatie
van de boordcomputer.
Actieradius
Dit is de afstand die u nog met de resterende
hoeveelheid brandstof kunt afleggen, afhankelijk van
het gemiddelde verbruik over de laatste afgelegde
kilometers.
Afstand A
Dit is de afstand die is afgelegd sinds de laatste keer
dat de waarde in de boordcomputer op nul is gezet.
Gemiddeld verbruik A
Dit is het gemiddelde verbruik sinds de laatste keer
dat de waarde in de boordcomputer op nul is gezet.
Huidig verbruik A
Dit is het gemiddelde verbruik van de laatste
seconden.
Gemiddelde snelheid A
Dit is de gemiddelde snelheid sinds de laatste keer
dat de waarde in de boordcomputer op nul is gezet
(met het contact ingeschakeld).
Duur rit A Dit is de totale tijd sinds de laatste keer dat de
waarde in de boordcomputer op nul is gezet.
Als TRIP B is geactiveerd in het menu MODE:
–
Afstand B
–
Gemiddeld verbruik B
–
Gemiddelde snelheid B
–
Duur rit B
Tachograaf
Als uw voertuig is voorzien van dit systeem, dan
worden alle gegevens over het voertuig op dit
apparaat en op een geplaatste geheugenkaart
opgeslagen.
Bijvoorbeeld aan het begin van elke rit of schakelen.
Wanneer er een geheugenkaart is geplaatst, dan
kunnen alle gegevens:
–
Op het scherm van de tachograaf worden
weergegeven;
–
W
orden afgedrukt;
–
V
ia een interface naar externe opslagmedia
worden overgebracht.
Zie voor meer informatie de documentatie van de
fabrikant van de tachograaf.
183
Audio- en telematicasysteem op het touchscreen
12– Display list of commands (Een lijst met
commando's weergeven).
–
Geef suggesties voor verschillende opties weer
tijdens een spraaksessie.
Clock and Date (Tijd en datum)
–
T
ime setting and format (Tijd en formaat
instellen).
–
De tijd instellen.
–
Display time mode
(Tijd weergeven).
–
Activeer of deactiveer de weergave van de digitale
klok op de statusbalk.
–
Synchro time
(Tijd synchroniseren).
–
Activeer of deactiveer de automatische
tijdweergave.
–
Date setting
(Datum instellen).
–
De datum instellen.
Safety/Assistance
(Veiligheid / Assistentie)
–
Reversing camera
(Achteruitrijcamera).
–
T
oont de achteruitrijcamera in de
achteruitversnelling.
–
Camera delay
(Vertraging camera).
–
Laat het beeld van de achteruitrijcamera
maximaal 10 seconden of tot een snelheid van 18
km/h zien.
Lighting (Verlichting)
–
Daytime running lamps
(Dagrijverlichting).
–
Activeer of deactiveer de automatische verlichting
van de koplampen bij het starten.
Doors & locking (Portieren en vergrendeling)
–
Autoclose
(Automatisch sluiten).
–
Activeer of deactiveer het automatisch
vergrendelen van de portieren wanneer het voertuig
rijdt. Audio
–
Equalizer .
–
Stel de lage, middelhoge en hoge tonen in.
–
Balance/Fade
(Balans/fader).
–
Stel de balans van de luidsprekers voor en achter
,
en links en rechts in.
–
Druk op de toets in het midden van de pijlen voor
een evenwichtige instelling.
–
V
olume/Speed (Volume/Snelheid).
–
Selecteer de gewenste parameter; de optie wordt
gemarkeerd weergegeven.
–
V
olume.
–
Optimaliseer de kwaliteit van de audio bij laag
volume.
–
Automatic radio
(Automatische radio).
–
Stel de radio in bij het opstarten of gebruik de
laatste instelling toen de contactsleutel in STOP
werd gezet.
–
Radio switch-off delay
(Vertraging uitschakeling
radio).
–
Stel de parameter in.
–
AUX vol. Setting
(Volume-instelling AUX).
–
Stel de parameters in.
T
elephone (Telefoon)/Bluetooth
®
– Connected tels (Verbonden telefoons).
– Start de Bluetooth®-verbinding van het
geselecteerde mobiele apparaat.
–
V
erwijder het geselecteerde apparaat.
–
Sla het geselecteerde mobiele apparaat op in de
favorieten.
–
Stel de parameters in.
–
Apparaat toevoegen
.
–
V
oeg een nieuw mobiel apparaat toe.
– Verbonden audio.
– Maak alleen verbinding met het mobiele apparaat
voor audio.
Radio-instelling
–
DAB-meldingen
.
–
Activeer of deactiveer meldingen.
–
Activeer of deactiveer de opties:
Alarm,
Aankondiging evenement, Nieuws aandelenmarkt,
Nieuws, Programma-informatie, Speciaal
evenement, Sportberichten, Info over openbaar
vervoer. Alarmmeldingen, Weerbericht.
Instellingen herstellen
Herstel de standaardinstellingen van het scherm, de
klok, het geluid en de radio.
Persoonsgegevens verwijderen
Verwijder persoonsgegevens, Bluetooth
®-apparaten
en vooraf ingestelde instellingen.
Gesproken commando's
Informatie - het systeem
gebruiken
U kunt het systeem in plaats van met de toetsen van het scherm ook bedienen via
gesproken commando's.
Neem de volgende aanwijzingen in acht om ervoor te zorgen dat het systeem uw
gesproken commando's altijd herkent:
–
spreek op een normale manier
,