141
2
2-1. Instrumentenpaneel
Voertuigstatusinformatie en controlelampjes
Daarnaast kunnen in bepaalde situaties
pop-updisplays met waarschuwingen of sug-
gesties/tips worden weergegeven.
Menu-iconen (
→Blz. 141)
■Het multi-informatiedisplay wordt weer-
gegeven wanneer
Het contact AAN staat.
■Bij het wijzigen van de rijmodus
●De achtergrondkleur van het multi-informa-
tiedisplay wijzigt overeenkomstig de gese-
lecteerde rijmodus. (→ Blz. 420)
●AWD-uitvoeringen: De achtergrondkleur
van het multi-informatiedisplay wijzigt over-
eenkomstig de geselecteerde rijmodus of
wanneer de Trail-modus wordt ingescha-
keld. (→Blz. 420, 422)
■LCD-scherm
Op het scherm kunnen kleine vlekjes of lichte
puntjes verschijnen. Dit verschijnsel is ken-
merkend voor LCD-schermen en u kunt het
scherm zonder problemen blijven gebruiken.
Het multi-informatiedisplay wordt
bediend met de bedi eningstoetsen van
het instrumentenpaneel.
Scrol door het scherm
*/wijzig het
scherm
*/beweeg de cursor
Indrukken: Invoeren/instellen
Ingedrukt houden: Resetten/weer-
geven van de aan de persoonlijke
voorkeur aanpasbaar items
Terugkeren naar het vorige scherm Weergeven van verzonden/ontvan-
gen oproepen en oproepge-
schiedenis (indien aanwezig)
Wanneer het handsfree-systeem is
aangesloten, worden de verzonden
en ontvangen oproepen weergege-
ven. Raadpleeg de handleiding voor
het navigatie- en multimediasys-
teem of de handleiding voor het
multimediasysteem voor meer infor-
matie over het handsfree-systeem.
*: Op schermen waar doorheen kan worden
gescrold en waarvan de weergave kan
worden veranderd, wordt een scrollbar of
een rond icoon met het aantal geregis-
treerde schermen weergegeven.
Informatie met betrekking tot elk icoon
kan worden weergegeven door met de
bedieningstoetsen van het instrumen-
tenpaneel het icoon te selecteren.
Afhankelijk van de situatie wordt bepaalde
informatie mogelijk automatisch weergege-
ven.
Wijzigen van de weergave
C
A
B
C
: $ $ 5 6 &