20
Instrumentenpaneel
– "Headlamp sensor" (Koplampsensor)
selecteren om de gevoeligheid aan te passen
(1, 2, 3).
In het submenu "Doors & locking" (Portieren &
vergrendeling) kunt u het volgende doen:
– "Autoclose" (Automatische sluiten) selecteren
om deze functie in of uit te schakelen (aan, uit).
Datum en tijd instellen
Met het bedieningspaneel MODE
► Druk op de toets "MODE".
► Selecteer het menu "Time setting" (Tijd
instellen) om het formaat voor de tijd en datum
(24 uur of 12 uur) in te stellen of het menu "Date
setting" (Datum instellen) om de dag, maand en
jaar in te stellen.
Zie het betreffende hoofdstuk voor meer
informatie over de configuratie van het
voertuig (MODE).
Het audio- en telematicasysteem op het
touchscreen gebruiken
In het submenu "Clock and Date" (Klok en
datum) kunt u:
► "Time setting and format" (Tijd en formaat
instellen) selecteren om de uren, minuten en
seconden in te stellen en het formaat (24 uur, 12
uur met am of pm) te kiezen.
► "Date setting" (Datum instellen) selecteren
om dag, maand en jaar in te stellen.
Als u de tijd handmatig wilt instellen, moet "Time Synchro" (Tijd
synchroniseren) worden uitgeschakeld (uit).
Boordcomputer
Geeft informatie over de actuele rit ( actieradius,
actueel brandstofverbruik, gemiddeld
brandstofverbruik enz.).
► Druk op de toets TRIP op het uiteinde van
de ruitenwisserhendel voor toegang tot de
informatie van de boordcomputer.
Actieradius
Dit is de afstand die u nog met de resterende
hoeveelheid brandstof kunt afleggen, afhankelijk
van het gemiddelde verbruik over de laatste
afgelegde kilometers.
Afstand A
Dit is de afstand die is afgelegd sinds de laatste
keer dat de waarde in de boordcomputer op nul
is gezet.
Gemiddeld verbruik A Dit is het gemiddelde verbruik sinds de laatste
keer dat de waarde in de boordcomputer op nul
is gezet.
Huidig verbruik A
Dit is het gemiddelde verbruik van de laatste
seconden.
Gemiddelde snelheid A
Dit is de gemiddelde snelheid sinds de laatste
keer dat de waarde in de boordcomputer op nul
is gezet (met het contact ingeschakeld).
Duur rit A
Dit is de totale tijd sinds de laatste keer dat de
waarde in de boordcomputer op nul is gezet.
Als TRIP B is geactiveerd in het menu MODE:
– Afstand B
– Gemiddeld verbruik B
– Gemiddelde snelheid B
– Duur rit B
Tachograaf
Als uw voertuig is voorzien van dit systeem, dan
worden alle gegevens over het voertuig op dit
apparaat en op een geplaatste geheugenkaart
opgeslagen.
Bijvoorbeeld aan het begin van elke rit of
schakelen.
178
Audio- en telematicasysteem op het touchscreen
– Sla het geselecteerde mobiele apparaat op in
de favorieten.
– Stel de parameters in.
– Apparaat toevoegen.
– Voeg een nieuw mobiel apparaat toe.
– Verbonden audio.
– Maak alleen verbinding met het mobiele
apparaat voor audio.
Radio-instelling
– DAB-meldingen.
– Activeer of deactiveer meldingen.
– Activeer of deactiveer de opties:
Alarm, Aankondiging evenement, Nieuws
aandelenmarkt, Nieuws, Programma-informatie,
Speciaal evenement, Sportberichten, Info over
openbaar vervoer. Alarmmeldingen, Weerbericht.
Instellingen herstellen
Herstel de standaardinstellingen van het scherm,
de klok, het geluid en de radio.
Persoonsgegevens verwijderen
Verwijder persoonsgegevens, Bluetooth
®-
apparaten en vooraf ingestelde instellingen.
Gesproken commando's
Informatie - het systeem
gebruiken
U kunt het systeem in plaats van met de
toetsen van het scherm ook bedienen via
gesproken commando's.
Toont de klok.
Kompas
Toont de richting waarin u rijdt.
Traject
– Huidige informatie, Traject A, Traject B.
Toont de boordcomputer.
Houd de toets "Traject A" of "Traject B" ingedrukt
om de gegevens van het betreffende traject te
resetten.
Configuratie
Druk op deze toets om het menu
Instellingen weer te geven:
Display (Weergave)
– Brightness (Helderheid).
– Stel de lichtsterkte van het scherm in.
– Display mode (Weergavemodus).
– Stel de weergavemodus in.
– Language (Taal).
– Kies de taal voor het display.
– Unit of measurement (Maateenheid).
– Stel de meeteenheden voor het verbruik,
afstand en temperatuur in.
– Touch screen beep (Pieptoon touchscreen).
– Activeer of deactiveer het geluidssignaal
wanneer er een toets op het scherm wordt
aangeraakt.
– Display Trip B (Weergave traject B).
– Geef Traject B op het scherm voor de
bestuurder weer.
Voice commands (Gesproken commando's) –
Voice response time (Reactietijd systeem
gesproken commando's).
– Stel de lengte van de reactie van het
spraaksysteem in.
– Display list of commands (Een lijst met
commando's weergeven).
– Geef suggesties voor verschillende opties
weer tijdens een spraaksessie.
Clock and Date (Tijd en datum)
– Time setting and format (Tijd en formaat
instellen).
– De tijd instellen.
– Display time mode (Tijd weergeven).
– Activeer of deactiveer de weergave van de
digitale klok op de statusbalk.
– Synchro time (Tijd synchroniseren).
– Activeer of deactiveer de automatische
tijdweergave.
– Date setting (Datum instellen).
– De datum instellen.
Safety/Assistance (Veiligheid/Assistentie)
– Reversing camera (Achteruitrijcamera).
– Toont de achteruitrijcamera in de
achteruitversnelling.
– Camera delay (Vertraging camera).
– Laat het beeld van de achteruitrijcamera
maximaal 10 seconden of tot een snelheid van
18 km/u zien.
Lighting (Verlichting)
– Daytime running lamps (Dagrijverlichting).
– Activeer of deactiveer de automatische
verlichting van de koplampen bij het starten.
Doors & locking (Portieren en vergrendeling) –
Autoclose (Automatisch sluiten).
– Activeer of deactiveer het automatisch
vergrendelen van de portieren wanneer het
voertuig rijdt.
Audio
– Equalizer.
– Stel de lage, middelhoge en hoge tonen in.
– Balance/Fade (Balans/fader).
– Stel de balans van de luidsprekers voor en
achter, en links en rechts in.
– Druk op de toets in het midden van de pijlen
voor een evenwichtige instelling.
– Volume/Speed (Volume/Snelheid).
– Selecteer de gewenste parameter; de optie
wordt gemarkeerd weergegeven.
– Volume.
– Optimaliseer de kwaliteit van de audio bij laag
volume.
– Automatic radio (Automatische radio).
– Stel de radio in bij het opstarten of gebruik de
laatste instelling toen de contactsleutel in STOP
werd gezet.
– Radio switch-off delay (Vertraging
uitschakeling radio).
– Stel de parameter in.
– AUX vol. Setting (Volume-instelling AUX).
– Stel de parameters in.
Telephone (Telefoon)/Bluetooth
®
– Connected tels (Verbonden telefoons).
– Start de Bluetooth®-verbinding van het
geselecteerde mobiele apparaat.
– Verwijder het geselecteerde apparaat.