Page 57 of 118

Gebruik en belan grijke rij-informatie
5-1
5
DAU15952
Lees de gebruikershandleiding zorgvuldig
door om u vertrouwd te maken met alle be-
dieningselementen. Als u de werking van
een functie of bedieningselement niet be-
grijpt, vraag dan uw Yamaha dealer om uit-
leg.
WAARSCHUWING
DWA10272
Een onvol doen de vertrouw dhei d met de
b ed ienin gselementen kan lei den tot ver-
lies van de controle, met mog elijk een
on geval of letsel tot gevol g.
DAU73451
OPMERKING
Dit model is uitgerust met:
een hellingshoeksensor die de motor
laat afslaan als de machine kantelt.
Zet het contactslot eenmaal uit alvo-
rens te proberen de motor opnieuw te
starten. Als u dat niet doet zal de mo-
tor niet starten, ondanks dat de motor
wel draait als u op de startknop drukt.
een automatische motorstop. De mo-
tor stopt automatisch als deze 20 mi-
nuten stationair draait. Druk in dat
geval eenvoudigweg op de startknop
om de motor weer te starten.
UBP8D1D0.book Page 1 Wednesday, September 12, 2018 9:20 AM
Page 58 of 118

Gebruik en belan grijke rij-informatie
5-2
5
DAU54174
De motor starten
Het startspersysteem (pagina 3-39) staat
starten alleen toe als aan een van de vol-
gende voorwaarden is voldaan:
de versnellingsbak staat in de vrij-
stand.
de koppelingshendel is ingeknepen en
de zijstandaard is omhoog geklapt.
Om de motor te starten
1. Draai het contactslot naar “ON” en zet de noodstopschakelaar op “ ”.
2. Controleer of de volgende lampjes en- kele seconden oplichten en dan uit-
gaan.
Waarschuwingslampje olieni-
veau
Waarschuwingslampje motor-
storing
Controlelampje TCS
Controlelampjes cruise control
Controlelampje startblokkering
ABS-waarschuwingslampje
Vrijstandcontrolelampje
OPMERKING
Het ABS-waarschuwingslampje dient
uit te gaan wanneer een rijsnelheid
van 10 km/h (6 mi/h) wordt bereikt.
Het vrijstandcontrolelampje dient te
branden wanneer de versnellingsbak
in de vrijstand staat.
LET OP
DCA24110
Als een waarschuwin gs- of controle-
lampje niet werkt zoals hierb oven be-
schreven, vraa g d an uw Yamaha dealer
om de machine te controleren.
3. Zet de versnellingsbak in de vrijstand.
4. Druk op de startknop en laat deze
weer los als de motor start. Als de motor niet binnen 5 seconden
start nadat op de startknop is gedrukt,
wacht dan 10 seconden alvorens op-
nieuw op de knop te drukken zodat de
accuspanning kan worden hersteld.
LET OP
DCA11043
Trek nooit snel op terwijl
de motor no g
kou d is, d it verkort de levens duur van d e
motor!
UBP8D1D0.book Page 2 Wednesday, September 12, 2018 9:20 AM
Page 59 of 118

Gebruik en belan grijke rij-informatie
5-3
5
DAU16674
Schakelen
Door de versnellingen te schakelen kunt u
het beschikbare motorvermogen doseren
bij het wegrijden, optrekken, tegen een hel-
ling oprijden etc.
De schakelstanden worden getoond in de
afbeelding.
OPMERKING
Om de versnellingsbak in de vrijstand ( )
te schakelen, drukt u het schakelpedaal en-
kele malen in totdat het einde van de slag is
bereikt, en trekt u het vervolgens iets om-
hoog.
LET OP
DCA10261
Rijd niet lan ge tij d met afg ezette
motor, ook niet met de versnel-
lin gsb ak in d e vrijstan d, en sleep de
motorfiets niet over lan ge afstan-
d en. De versnellin gsb ak wor dt al-
leen af doen de gesmeer d terwijl d e
motor draait. Door onvol doen de
smerin g kan d e versnellin gsb ak
wor den bescha digd.
Gebruik altij d d e koppelin g om d e
versnellin gsb ak te schakelen om zo
scha de aan d e motor, d e versnel-
lin gsb ak en de aan dri
jvin g te voor-
komen; door hun constructie zijn d
eze niet bestan d te gen de schok-
ken die optred en bij belast schake-
len.
DAU85370We grij den en optrekken
1. Trek de koppelingshendel in om de koppeling te ontkoppelen.
2. Schakel de versne llingsbak in de eer-
ste versnelling. Het vrijstandcontrole-
lampje moet uitgaan.
3. Draai geleidelijk de gasgreep open en
laat tegelijkertijd langzaam de koppe-
lingshendel los.
4. Sluit zodra de machine rijdt de gas-
greep en trek tegelijkertijd snel de
koppelingshendel in.
5. Schakel de versnellingsbak in de
tweede versnelling. (Let erop dat u de
versnellingsbak niet in de vrijstand
zet.)
6. Draai de gasgreep gedeeltelijk open
en laat de koppelingshendel los.
7. Volg dezelfde procedure om naar de volgende hogere versnelling te scha-
kelen.
DAU85380Afremmen1. Laat de gasgreep los en bekrachtig
zowel de voor- als de achterrem gelei-
delijk om de motorfiets af te remmen.
2. Schakel naar een lagere versnelling
naarmate de machine vertraagt.
3. Als de motor dreigt af te slaan o f onre- gelmatig loopt, trek dan de koppe-
lingshendel in, bekrachtig de remmen
om de motorfiets af te remmen en ga
verder met terugschakelen zoals ver-
eist.
4. Zodra de motorfiets tot stilstand is ge- komen, kan de versnellingsbak in de
vrijstand worden geschakeld. Het vrij-
standcontrolelampje moet gaan bran-
den, waarna de koppelingshendel kan
worden losgelaten.
1. Schakelstanden
2. Schakelpedaal
2
1
1
N 2 3 4
5
6
UBP8D1D0.book Page 3 Wednesday, September 12, 2018 9:20 AM
Page 60 of 118

Gebruik en belan grijke rij-informatie
5-4
5
WAARSCHUWING
DWA17380
Bij onjuist geb ruik van d e remmen
kunt u de controle over d e machine
verliezen of gaan slippen. Geb ruik
altij d b ei de remmen en bekrachti g
ze gelei delijk.
Zor g d at de motorfiets en de motor
vol doen de zijn vertraa gd voordat u
naar een lag ere versnellin g scha-
kelt. Teru gschakelen terwijl d e rij-
snelhei d of het motortoerental te
hoo g is kan leid en tot slippen van
het achterwiel of overtoeren van de
motor. Dit kan resulteren in verlies
van de controle over de machine,
een on geval en letsel. Het kan ook
resulteren in scha de aan d e motor
of de aan drijflijn.
DAU16811
Tips voor een zuini g b ran dstof-
ver bruik
Het brandstofverbruik is vooral afhankelijk
van uw rijstijl. Hierna volgen enkele tips om
het brandstofverbruik te verlagen:
Schakel snel en soepel door en ver-
mijd hoge toerentallen terwijl u accele-
reert.
Geef geen gas tijdens het terugscha-
kelen en voorkom dat de motor onbe-
last met een hoog toerental draait.
Laat de motor niet langdurig stationair
draaien maar zet hem af (bijvoorbeeld
in files, bij stoplichten of bij spoorweg-
overgangen).
UBP8D1D0.book Page 4 Wednesday, September 12, 2018 9:20 AM
Page 61 of 118

Gebruik en belan grijke rij-informatie
5-5
5
DAU16842
Inrijperio de
De belangrijkste periode in de levensduur
van het motorblok is de tijd tussen 0 en
1600 km (1000 mi). Lees daarom de vol-
gende informatie aandachtig door.
Omdat het motorblok gloednieuw is, mag
dit de eerste 1600 km (1000 mi) niet te
zwaar worden belast. De verschillende on-
derdelen van de motor slijten op elkaar in
totdat de juiste bedrijfsspelingen zijn be-
reikt. Rijd tijdens deze periode nooit lang-
durig volgas en vermijd ook andere
manoeuvres die tot oververhitting van de
motor kunnen leiden.
DAU58991
0–1000 km (0–600 mi)
Laat de motor niet langer dan 3900 tpm
achtereen draaien. LET OP: Na 1000 km
(600 mi) moeten de motorolie en de ein d-
over bren gin gsolie wor den ververst en
moet de oliefilterpatroon of het oliefilte-
relement wor den vervan gen.
[DCA10333]
1000–1600 km (600–1000 mi)
Laat de motor niet langer dan 4700 tpm
achtereen draaien.
1600 km (1000 mi) en ver der
De machine kan nu normaal worden ge-
bruikt.
LET OP
DCA23060
Voer het toerental niet zover op dat
d e toerenteller in de ho getoerenzo-
ne wijst.
Als er tij dens de inrijperio de van de
motor een motorstorin g optree dt,
laat de machine dan onmi ddellijk
nazien door een Yamaha dealer.
DAU17214
Parkeren
Zet om te parkeren de motor af en neem
dan de sleutel uit het contactslot.
WAARSCHUWING
DWA10312
De motor en het uitlaatsysteem
kunnen zeer heet wor den, parkeer
d us op een plek waar voet gan gers
of kin deren niet gemakkelijk met
d eze on der delen in aanrakin g kun-
nen komen en b randwon den kun-
nen oplopen.
Parkeer nooit op een hellin g of een
zachte on der gron d, hier door kan
d e machine kantelen met mo gelijk
b ran dstoflekka ge en b rand tot g e-
vol g.
Parkeer niet na bij gras of an dere
b ran dbare materialen die vlam zou-
d en kunnen vatten.
UBP8D1D0.book Page 5 Wednesday, September 12, 2018 9:20 AM
Page 62 of 118

Periodiek on derhou d en afstelling
6-1
6
DAU17246
Door periodiek inspecties, afstellingen en
smeerbeurten uit te laten voeren, zorgt u
ervoor dat uw machine in zo veilig en effi-
ciënt mogelijke conditie blijft. De eige-
naar/bestuurder van de machine is
verplicht de optimale veiligheid te waarbor-
gen. Op de volgende pagina’s wordt de be-
langrijkste informatie met betrekking tot
inspecties, afstellingen en smeerbeurten
gegeven.
De intervalperioden vermeld in de periodie-
ke onderhoudsschema’s moeten worden
beschouwd als een algemene richtlijn on-
der normale rijcondities. Het is echter mo-
gelijk dat de intervalperioden voor
onderhoud moeten worden verkort afhan-
kelijk van het weer, het terrein, de geografi-
sche locatie en individueel gebruik.
WAARSCHUWING
DWA10322
Het niet of onjuist uitvoeren van on der-
hou d aan d e machine ver groot het risico
op letsel of overlij den tij dens het uitvoe-
ren van on derhou d of het rij den met de
machine. Als u niet beken d b ent met
voertui gon derhou d, laat het on derhou d
d an uitvoeren d oor uw Yamaha dealer.
WAARSCHUWING
DWA15123
Zet voor het uitvoeren van on derhou d d e
motor af tenzij an ders aan geg even.
Een draaien de motor heeft bewe-
g en de delen die lichaams delen of
kled ing kunnen grijpen en elektri-
sche on der delen die schokken of
b ran d kunnen veroorzaken.
Het laten d raaien van d e motor tij-
d ens het uitvoeren van on derhou d
kan lei den tot oo gletsel, bran dwon-
d en, bran d of koolmonoxi dever gif- ti
g in g, mo gelijk met de dood tot
g evol g. Zie pa gina 1-2 voor meer in-
formatie over koolmonoxi de.
WAARSCHUWING
DWA15461
Remschijven, -klauwen, -trommels en
-voerin gen kunnen tij dens het geb ruik
zeer heet wor den. Laat on der delen van
het remsysteem afkoelen alvorens deze
aan te raken.
UBP8D1D0.book Page 1 Wednesday, September 12, 2018 9:20 AM
Page 63 of 118

Periodiek on derhou d en afstellin g
6-2
6
DAU17303
Emissiecontroles zorgen niet alleen voor
een betere luchtkwaliteit, maar zijn ook zeer
belangrijk voor een juiste werking van de
motor en om maximale prestaties te beha-
len. In de volgende periodieke onderhouds-
schema’s is het emissiecontrole-
onderhoud apart gegroepeerd. Dit onder-
houd vereist gespecialiseerde gegevens,
kennis en gereedschap. Onderhoud, ver-
vanging, of reparatie van emissiecontrole-
apparatuur en -systemen kan door elke
gecertificeerde reparateur worden uitge-
voerd (indien van toepassing). Yamaha
dealers beschikken over de training en het
gereedschap om dit onderhoud uit te voe-
ren.
DAU85230
Gereedschapsset
De gereedschapsset bevindt zich op de
aangegeven plaats.
De informatie in deze handleiding en het
gereedschap in de gereedschapsset zijn
bedoeld om u te ondersteunen bij het uit-
voeren van preventief onderhoud en kleine-
re reparaties. Voor de correcte uitvoering
van bepaalde onderhoudswerkzaamheden
is echter het gebruik van een momentsleu-
tel en ander gereedschap vereist.
OPMERKING
Laat werkzaamheden uitvoeren door een
Yamaha dealer als u niet beschikt over de
daarvoor vereiste gereedschappen of erva-
ring.
1. Gereedschapsset
1. Zeskantsleutel
1
1
UBP8D1D0.book Page 2 Wednesday, September 12, 2018 9:20 AM
Page 64 of 118

Periodiek on derhou d en afstelling
6-3
6
DAU71033
Perio dieke on derhou dsschema’s
OPMERKING
Items die met een sterretje zijn gemarkeerd, moeten worden uitgevoerd door uw
Yamaha-dealer omdat hiervoor speciale gereedschappen, informatie en technische vaardigheden nodig zijn.
Herhaal de onderhoudsintervallen vanaf 50000 km (30000 mi), beginnend vanaf
10000 km (6000 mi).
De jaarlijkse controles moeten elk jaar wor den uit gevoer d, b ehalve wanneer in
plaats daarvan een on derhou dsb eurt op afstan dsb asis wor dt verricht.
DAU71071Perio diek on derhou dsschema van het uitstootcontrolesysteem
NR. ITEM
1 *Bran dstoflei din g • Controleer de brandstofslangen
op scheurtjes of beschadigin-
gen.
• Vervang indien nodig. √√√√√
2 *Bou gies • Controleer de conditie.
• Reinig en stel elektrodenaf-
stand af. √√
• Vervangen. √√
3 *Klepspelin g • Controleren en afstellen. Elke 40000 km (24000 mi)
4 *Bran dstofinjectie • Controleer het stationaire toe-
rental van de motor. √√√√√√
• Controleer de synchronisatie en stel deze af. √√√√√
5 *Uitlaatsysteem • Controleer op lekkage.
• Zet indien nodig vast.
• Vervang pakkingen indien no-
dig. √√√√√
6 *Uitstootcontrole-
systeem voor
ben-
zine dampen • Controleer het controlesy-
steem op beschadiging.
• Vervang indien nodig. √√X 1000 km
CONTROLE OF
ONDERHOUDSBEURT
X 1000 mi KILOMETERSTAND
JAARLIJKSE
CONTROLE
1 10203040
0.6 6 12 18 24
UBP8D1D0.book Page 3 Wednesday, September 12, 2018 9:20 AM