3INHOUDSOPGAVE
1
6 5
4
3
2
8
7
9
Rijden met een aanhangwagen (behalve
Armenië, Azerbeidzjan,
Georgië, Tadzjikistan en
Turkmenistan) ................... 262
4-2. Rijprocedures Contactslot (auto's zonder Smart entry-systeem en
startknop).......................... 272
Startknop (auto's met Smart entry-systeem en
startknop).......................... 274
Automatische transmissie ... 278
Multidrive CVT .................... 282
Handgeschakelde transmissie ....................... 287
Richtingaanwijzer- schakelaar ........................ 290
Parkeerrem ......................... 291
Brake Hold .......................... 294
4-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
Lichtschakelaar ................... 296
Automatic High Beam ......... 299
Schakelaar mistlampen ...... 302
Ruitenwissers en -sproeiers.......................... 303
Achterruitenwisser en -sproeier ........................... 306
4-4. Tanken Openen van de tankdop ..... 308
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Toyota Safety Sense ........... 310
PCS (Pre-Crash Safety-systeem)................ 322
LTA (Lane Tracing Assist) ... 330
LDA (Lane Departure Alert met stuurregeling)............. 339
RSA (Road Sign Assist) ...... 347
Dynamic Radar Cruise Control met volledig
snelheidsbereik................. 352
Dynamic Radar Cruise Control .............................. 364Cruise control......................
375
Snelheidsbegrenzer ............ 378
BSM (Blind Spot Monitor) ... 380
Toyota Parking Assist- sensor ............................... 395
PKSB (Parking Support Brake) ... 403
Parking Support Brake-functie (voor
stilstaande objecten)......... 407
Parking Support Brake- functie (voor voertuigen die
achterlangs rijden) ............ 413
Stop & Start-systeem .......... 417
Rijmodusselectie- schakelaar ........................ 425
Multi-terrain Select (AWD-uitvoeringen) .......... 427
Schakelaar SNOW.............. 430
Downhill Assist Control ....... 431
Uitlaatgasfiltersysteem........ 433
Ondersteunende systemen .......................... 434
4-6. Rijtips Rijden in de winter .............. 44
1
Voorzorgsmaatregelen bij terreinauto's ................. 444
5-1. Basishandelingen Soorten audiosystemen ...... 448
Gebruik van de audiotoetsen op het
stuurwiel ........................... 449
AUX-aansluiting/ USB-aansluiting ................ 450
5-2. Gebruik van het audiosysteem
Optimaal gebruikmaken van het audiosysteem....... 451
5-3. Gebruik van de radio Bediening radio ................... 453
5Audiosysteem
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book P age 3 Wednesday, March 20, 2019 2:08 PM
17Overzicht
Bedieningstoetsen instrumentenpaneel................................. Blz. 130
Paddle shift-s chakelaars
*2............................................... Blz. 280, 285
Telefoontoets
*1............................................................... ........... Blz. 475
Toets LTA (Lane Tracing Assist)
*2........................................... Blz. 330
Toets LDA (Lane Departure Alert met stuurregeling)*2......... Blz. 339
Afstandsschakelaar
*2....................................................... Blz. 357, 369
Cruise control-schakelaars
*2
Dynamic Radar Cruise Control met
volledig snelheidsbereik*2............................................................Blz .352
Dynamic Radar Cruise Control
*2..................................................Blz. 364
Cruise control
*2............................................................... .............Blz. 375
Schakelaars afstandsbediening audiosysteem
*1................... Blz. 449
Spraaktoets
*1, 2
*1
: Raadpleeg bij auto's me t een navigatiesysteem of multimediasys teem de hand-
leiding voor het navigatie- en multimediasysteem of de handleid ing voor het mul-
timediasysteem.
*2: Indien aanwezig
A
B
C
D
E
F
G
H
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book P age 17 Wednesday, March 20, 2019 2:08 PM
129
2
2-1. Instrumentenpaneel
Voertuigstatusinformatie en controlelampjes
De onderstaande informatie wordt op
het multi-informatiedisplay weergege-
ven.
■Auto's met 4,2 inch display
Informatie ondersteunend sys-
teem
Geeft herkende verkeersborden weer ter-
wijl het RSA-systeem
in werking is.
(
→Blz. 347)
Geeft een afbeeldi ng weer wanneer de
onderstaande systemen in werking zijn
en een ander menu-icoon dan
wordt geselecteerd:
• LTA (Lane Tracing Assist) (indien aan-
wezig) (
→Blz. 330)
• LDA (Lane Departure Alert met stuurre- geling) (indien aanwezig) (
→Blz. 339)
• Dynamic Radar Cruise Control met vol- ledig snelheidsbereik (indien aanwezig) (
→Blz. 352)
• Dynamic Radar Cruise Control (indien aanwezig) (
→Blz. 364)
• Cruise control (indien aanwezig) (
→Blz. 375)
• Snelheidsbegrenzer (indien aanwezig) (
→Blz. 378)
Menu-iconen (→Blz. 131)
Informatiedisplayzone
Er kunnen verschillende soorten informa-
tie worden weergegeven door een menu-
icoon te selecteren.
Daarnaast kunnen in bepaalde situaties
pop-updisplays met waarschuwingen of
suggesties/tips worden weergegeven.
■Auto's met 7 inch display
Informatie ondersteunend sys-
teem
Geeft herkende verkeersborden weer ter-
wijl het RSA-systeem in werking is.
(
→Blz. 347)
Geeft een afbeeldi ng weer wanneer de
onderstaande systemen in werking zijn
en een ander menu-icoon dan
wordt geselecteerd:
• LTA (Lane Tracing Assist) (indien aan- wezig) (
→Blz. 330)
• LDA (Lane Departure Alert met stuurre- geling) (indien aanwezig) (
→Blz. 339)
• Dynamic Radar Cruise Control met vol- ledig snelheidsbereik (indien aanwezig)
(
→Blz. 352)
Multi-informatiedisplay
Het multi-informatiedisplay
wordt gebruikt om informatie
met betrekking tot het brand-
stofverbruik en verschillende
soorten rijgerelateerde infor-
matie weer te geven. Het multi-
informatiedisplay kan ook wor-
den gebruikt voor het wijzigen
van de display-instellingen en
andere instellingen.
Informatie op display
A
B
C
A
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book P age 129 Wednesday, March 20, 2019 2:08 PM
133
2
2-1. Instrumentenpaneel
Voertuigstatusinformatie en controlelampjes
●Als er een kleine hoeveelheid brandstof
wordt getankt, wordt de weergave moge-
lijk niet bijgewerkt. Zet bij het tanken het
contact UIT. Als brandstof wordt getankt
terwijl het contact ni
et UIT staat, wordt
het display mogelijk niet bijgewerkt.
●Wanneer “Refuel” (tanken) wordt weerge-
geven, kunnen de resterende hoeveel-
heid brandstof en de afstand die met de
resterende brandstof kan worden gere-
den niet worden berekend.
Ga direct tanken.
■De ECO-indicator werkt niet wanneer
In de volgende gevallen werkt de ECO-indi-
cator niet:
●De selectiehendel staat in een andere
stand dan D.
●De paddle shift-schakelaar (indien aan-
wezig) wordt bediend.
●Noch de normale modus, noch de ECO-
rijmodus is geselecteerd.
●De rijsnelheid is ongeveer 130 km/h of
hoger.
■Weergave informatie ondersteu-
nend systeem
Hiermee kan de werkingsstatus van de
volgende systemen worden weergege-
ven:
LTA (Lane Tracing Assist)*
(
→Blz. 330)
LDA (Lane Departure Alert met
stuurregeling)
* (→Blz. 339)
Dynamic Radar Cruise Control met
volledig snelheidsbereik
*
(
→Blz. 352)
Dynamic Radar Cruise Control*
(
→Blz. 364)
Cruise control* (→Blz. 375)
Snelheidsbegrenzer* (→Blz. 378)*: Indien aanwezig
■Aan navigatiesysteem gekop-
pelde weergave (indien aanwe-
zig)
Hiermee kan de volgende aan het
navigatiesysteem gekoppelde informa-
tie worden weergegeven.
Routebegeleiding
Kompasdisplay (weergave noorden
boven/weergave rijrichting boven)
Hiermee kunt u een audiobron of
nummer selecteren op het display.
■Rij-informatie
2 items die worden geselecteerd met
behulp van de instelli ng van de “Drive
Info Items” (rij-informatie-items)
(gemiddelde rijsnelheid, afstand en
totale tijd) kunnen verticaal worden
weergegeven.
De weergegeven informatie wijzigt
overeenkomstig de instelling van
“Drive Info Type” (rij-informatietype)
(sinds het starten van het systeem of
tussen resets). (
→Blz. 134)
Gebruik de weergegeven informatie
slechts ter referentie.
De volgende items worden weergegeven.
“Trip” (rit)
• “Average Speed” (gemiddelde rijsnel- heid): Geeft de gemiddelde rijsnelheid
sinds het starten van de motor weer
*
• “Distance” (afstand): Geeft de gereden afstand sinds het starten van de motor
weer
*
Weergave informatie
ondersteunend systeem
Aan audiosysteem
gekoppelde weergave
(indien aanwezig)
Weergave
voertuiginformatie
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book P age 133 Wednesday, March 20, 2019 2:08 PM
135
2
2-1. Instrumentenpaneel
Voertuigstatusinformatie en controlelampjes
display, enz. van een functie kan
worden geselecteerd. Selecteer, als
het instelscherm wordt weergege-
ven, de instelling of de gewenste
waarde (tijd, enz.) met behulp van
.
3Druk na het wijzigen van de instel-
lingen op van de bedie-
ningstoetsen van het
instrumentenpaneel.
■“Clock :00” (klok :00) (indien aan-
wezig) (
→Blz. 122, 127)
Hiermee kunt u de klok instellen.
■ LTA (Lane Tracing Assist)
(indien aanwezig) (
→Blz. 330)
Hiermee kunt u de volgende zaken
instellen.
“Lane Center” (midden rijstrook)
Hiermee kunt u de Lane Centering-functie
in- of uitschakelen.
“Steering Assist” (stuurassistentie)
Hiermee kan de stuurassistentie worden
in- of uitgeschakeld.
“Sensitivity” (gevoeligheid)
Hiermee kunt u de gevoeligheid van de
Lane Departure Alert instellen.
“Sway Warning” (waarschuwing
voor slingeren)
Hiermee kunt u de waarschuwing voor slin-
geren in- of uitschakelen.
“Sway Sensitivity” (gevoeligheid
waarschuwing voor slingeren)
Hiermee kunt u de gevoeligheid van de
waarschuwing voor slingeren instellen.
■ LDA (Lane Departure Alert
met stuurregeling) (indien aan-
wezig) (
→Blz. 339)
Hiermee kunt u de volgende zaken
instellen.
“Steering Assist” (stuurassistentie)
Hiermee kan de stuurassistentie worden
in- of uitgeschakeld.
“Sensitivity” (gevoeligheid)
Hiermee kunt u de gevoeligheid van de
waarschuwing instellen.
“Sway Warning” (waarschuwing
voor slingeren)
Hiermee kunt u de waarschuwing voor slin-
geren in- of uitschakelen.
“Sway Sensitivity” (gevoeligheid
waarschuwing voor slingeren)
Hiermee kunt u de gevoeligheid van de
waarschuwing voor slingeren instellen.
■ PCS (Pre-Crash Safety-sys-
teem) (indien aanwezig)
(
→Blz. 322)
Hiermee kunt u de volgende zaken
instellen.
PCS aan/uit
Hiermee kunt u het Pre-Collision-systeem
in- of uitschakelen.
“Sensitivity” (gevoeligheid)
Hiermee kunt u het waarschuwingstijdstip
van het Pre-Crash Safety-systeem wijzi-
gen.
■ BSM (Blind Spot Monitor)
(indien aanwezig) (
→Blz. 380)
Hiermee kunt u de volgende zaken
instellen.
BSM (Blind Spot Monitor) aan/uit
Hiermee kunt u het BSM-systeem in- of uit-
schakelen.
“Brightness” (helderheid)
Hiermee kunt u de helderheid van de indi-
catoren in de buitenspiegels wijzigen.
(
→Blz. 380)
“Sensitivity” (gevoeligheid)
Hiermee kunt u de timing van de waar-
schuwing voor een naderend voertuig wijzi-
gen.
■ (Toyota Parking Assist-
sensor) (indien aanwezig)
(
→Blz. 395)
Hiermee kunt u de volgende zaken
instellen.
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book P age 135 Wednesday, March 20, 2019 2:08 PM
4
251
4
Rijden
Rijden
4-1. Voordat u gaat rijdenRijden met de auto ........... 253
Lading en bagage ............. 260
Rijden met een aanhangwagen (Armenië, Azerbeidzjan,
Georgië, Tadzjikistan en Turk-
menistan) ........................ 262
Rijden met een aanhangwagen (behalve Armenië, Azerbei-
dzjan, Georgië, Tadzjikistan
en Turkmenistan) ............ 262
4-2. Rijprocedures Contactslot (auto's zonder Smart entry-systeem en start-
knop) .............................. 272
Startknop (auto's met Smart entry-systeem
en startknop) .................. 274
Automatische transmissie ..................... 278
Multidrive CVT .................. 282
Handgeschakelde transmissie ..................... 287
Richtingaanwijzer- schakelaar ...................... 290
Parkeerrem ....................... 291
Brake Hold ........................ 2944-3. Bedienen van verlichting
en ruitenwissers
Lichtschakelaar ................. 296
Automatic High Beam ....... 299
Schakelaar mistlampen ....302
Ruitenwissers en -sproeiers........................ 303
Achterruitenwisser en -sproeier ......................... 306
4-4. Tanken
Openen van de tankdop ...308
4-5. Gebruik van de ondersteunende
systemen
Toyota Safety Sense ......... 310
PCS (Pre-Crash Safety-systeem).............. 322
LTA (Lane Tracing Assist) . 330
LDA (Lane Departure Alert met stuurregeling) .. 339
RSA (Road Sign Assist) ....347
Dynamic Radar Cruise Control met volledig
snelheidsbereik............... 352
Dynamic Radar Cruise Control ............................ 364
Cruise control.................... 375
Snelheidsbegrenzer .......... 378
BSM (Blind Spot Monitor) . 380
Toyota Parking Assist-sensor .................. 395
PKSB (Parking Support Brake) ............... 403
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book P age 251 Wednesday, March 20, 2019 2:08 PM
3104-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4-5.Gebruik van de ondersteunende systemen
*: Indien aanwezig
■PCS (Pre-Crash Safety-sys-
teem)
→ Blz. 322
■LTA (Lane Tracing Assist)
(indien aanwezig)
→ Blz. 330
■LDA (Lane Departure Alert met
stuurregeling) (indien aanwe-
zig)
→ Blz. 339
■Automatic High Beam-sys-
teem
→ Blz. 299
■RSA (Road Sign Assist)
(indien aanwezig)
→ Blz. 347
■Dynamic Radar Cruise Con-
trol met volledig snelheidsbe-
reik (indien aanwezig)
→ Blz. 352
■Dynamic Radar Cruise Con-
trol (indien aanwezig)
→ Blz. 364 Twee soorten sensoren, die zich
achter de grille en de voorruit
bevinden, signaleren informatie die
nodig is voor de werking van de
ondersteunende systemen.
Radarsensor
Camera voor
Toyota Safety Sense*
Toyota Safety Sense bestaat
uit de volgende ondersteu-
nende systemen en draagt bij
aan een veilige en comforta-
bele rijervaring:
Ondersteunend systeem
WAARSCHUWING
■Toyota Safety Sense
Toyota Safety Se nse is ontworpen
om te werken met als uitgangspunt
dat de bestuurder voorzichtig rijdt om
te helpen de gevolg en van een aanrij-
ding voor de inzittenden en de auto te
beperken of de bestuurder te assiste-
ren onder normale rijomstandighe-
den.
Vertrouw niet blindelings op het sys-
teem, aangezien er een grens is aan
de mate van nauwkeurigheid bij de
herkenning en de ondersteunende
mogelijkheden die dit systeem kan
bieden. Het is altijd de verantwoorde-
lijkheid van de bestuurder om de
omgeving van de auto in de gaten te
houden en veilig te rijden.
Sensoren
A
B
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book P age 310 Wednesday, March 20, 2019 2:08 PM
3304-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
*: Indien aanwezig
LTA (Lane Tracing
Assist)*
Als wordt gereden op autowe-
gen en snelwegen met witte
(gele) rijstrookmarkeringen,
waarschuwt deze functie de
bestuurder als de auto de rij-
strook of rijbaan
* dreigt te ver-
laten en helpt h ij om de auto
op de rijstrook of rijbaan
* te
houden door het stuurwiel te
bedienen. Daarnaast biedt het
systeem stuurassistentie om
de auto in de rijstrook te hou-
den als de Dynamic Radar
Cruise Control met volledig
snelheidsbereik is ingescha-
keld.
Het LTA-systeem herkent witte
(gele) rijstrookmarkeringen of
de rijbaan
* met behulp van de
camera voor. Het detecteert
ook voorliggers met behulp
van de camera voor en de
radar.
*: De grens tussen as falt en de kant
van de weg, zoals gras, grond of
een stoeprand
WAARSCHUWING
■Voordat u het LTA-systeem
gebruikt
●Vertrouw niet uitsluitend op het
LTA-systeem. Het LTA-systeem is
geen systeem dat de auto automa-
tisch bestuurt of de hoeveelheid
aandacht die moet worden besteed
aan het gebied v óór de auto
beperkt. De bestuurder dient altijd
volledige verantwoordelijkheid te
nemen voor een veilig rijgedrag
door de omgeving steeds goed in
de gaten te houden en het stuurwiel
te bedienen om de rijrichting van de
auto te corrigeren. De bestuurder
moet ook zorgen voor voldoende
pauzes als hij moe is, bijvoorbeeld
als hij langere ti jd heeft gereden.
●Als u niet op de j uiste manier rijdt
en niet goed oplet, kunt u een
ongeval veroorzaken, waardoor
ernstig letsel kan ontstaan.
●Als u het LTA-systeem niet
gebruikt, zet het systeem dan uit
met de toets LTA.
■Situaties die ni et geschikt zijn
voor gebruik van het LTA-sys-
teem
Gebruik in de vo lgende gevallen de
toets LTA om het systeem uit te scha-
kelen. Als u dat wel doet, kan dat lei-
den tot een ongeval, met ernstig letsel
tot gevolg.
●Er wordt gereden op een wegdek
dat glad is door regenachtig weer,
sneeuwval, vorst, enz.
●Er wordt gerede n op een met
sneeuw bedekte weg.
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book P age 330 Wednesday, March 20, 2019 2:08 PM