Page 403 of 796

4034-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10647E
Druk  de  hendel  omhoog  als  uw
voorligger begint te rijden.
Het volgen van uw voorligger wordt 
ook hervat als u het gaspedaal 
intrapt wanneer uw voorligger 
begint te rijden.Als  u  de  hendel  naar  u  toe  trekt,
wordt de snelheidsregeling uitge-
schakeld.
De  snelheidsregeling  wordt  even-
eens  uitgeschakeld  als  het  rempe-
daal wordt ingetrapt.
(Als de auto is stilgezet door het sys-
teem,  wordt  de  snelheidsinstelling
niet  geannuleerd  als  het  rempedaal
wordt ingetrapt.)
Als u de hendel omhoog drukt, wordt de cruise control hervat en  wordt
de ingestelde snelheid hervat.
Wanneer er echter geen voorligger wordt gesignaleerd, wordt de  cruise control
niet hervat wanneer de rijsnelhei d ongeveer 40 km/h of lager is.
Hervatten van het rijden met de volgregeling als de auto is sti lgezet
door het systeem (afstandsregelmodus)
Uitschakelen en hervatten van de snelheidsregeling
C-HR_HV_OM_Europe_OM10647E.b ook  Page 403  Tuesday, July 30, 2019  9:59 AM 
     
        
        Page 404 of 796
4044-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_HV_OM_Europe_OM10647E
Wanneer  uw  auto  een  voorligger  te
dicht nadert en automatisch decele-
reren  door  middel  van  de  cruise
control  niet  mogelijk  is,  zal  het
scherm gaan knipperen en een zoe-
mer  klinken  om  de  bestuurder  te
waarschuwen.  Dit  kan  bijvoorbeeld
gebeuren  als  een  andere  bestuur-
der  vóór  u  invoegt  terwijl  u  een
voorligger  volgt.  Trap  het  rempe-
daal in om voldoende afstand tot uw
voorligger te houden.
■Mogelijk worden geen waarschuwingen gegeven
In de volgende gevallen worden mogelijk geen waarschuwingen gege-
ven als de tussenafstand klein is.
● Als  de  snelheid  van  de  voorligger   gelijk  is  aan  of  hoger  is  dan de
snelheid van uw eigen auto
● Als de voorligger extreem langzaam rijdt
● Direct nadat de snelheid van de  cruise control is ingesteld
● Bij het intrappen  van het gaspedaal
Naderingswaarschuwing (afstandsregelmodus)
C-HR_HV_OM_Europe_OM10647E.b ook  Page 404  Tuesday, July 30, 2019  9:59 AM 
     
        
        Page 405 of 796

4054-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10647E
Wanneer  de  constante-snelheidsregelmodus  is  geselecteerd,  blijft  de
auto  met  een  ingestelde  snelheid  rijden,  zonder  de  tussenafstan d  te
regelen.  Selecteer  deze  modus  alle en  wanneer  de  afstandsregelmodus
niet goed werkt als gevolg van een vuile radarsensor, enz.
Houd  bij  uitgeschakelde  cruise
control  de  toets  ON-OFF  gedu-
rende  ten  minste  1,5  seconden
ingedrukt.
Direct  nadat  op  de  toets  ON-OFF  is
gedrukt,  gaat  het  controlelampje
Dynamic  Radar  Cruise  Control  bran-
den.  Vervolgens  gaat  het  controle-
lampje cruise control branden.
Overschakelen  naar   de  constante-
snelheidsregelmodus  is  alleen
mogelijk als de hendel wordt bediend
terwijl de cruise control uit staat.
Accelereer  of  decelereer  met
behulp  van  het  gaspedaal  naar
de  gewenste  rijsnelheid  (hoger
dan  ongeveer  40  km/h)  en  druk
de  hendel  naar  beneden  om  de
snelheid op te slaan.
Het  controlelampje  cruise  control
SET gaat branden.
De  rijsnelheid  op  het  moment  dat  de  hendel  wordt  losgelaten,  wo rdt  de  inge-
stelde snelheid.
Wijzigen van de geprogr ammeerde snelheid: →Blz. 401
Uitschakelen en hervatten v an de ingestelde snelheid: →Blz. 403
Selecteren van de constante-snelheidsregelmodus
1
2
C-HR_HV_OM_Europe_OM10647E.b ook  Page 405  Tuesday, July 30, 2019  9:59 AM 
     
        
        Page 406 of 796

4064-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_HV_OM_Europe_OM10647E
■De Dynamic Radar  Cruise  Control  met  volledig  snelheidsbereik  ka n  worden
gebruikt als
● De selectiehendel in stand D staat.
● De rijsnelheid is ongev eer 50 km/h of hoger.
Als  echter  een  voorligger  wordt  gesignaleerd,  kan  de  Dynamic  Ra dar  Cruise
Control  met  volledig  snelheidsbereik  zelfs  worden  ingeschakeld  als  de  rijsnel-
heid lager is dan ongeveer 50 km/h.
■ Accelereren na het instel len van de rijsnelheid
Bedien  het  gaspedaal  om  te  accelereren.  Na  het  accelereren  gaat   de  auto  weer
rijden  met  de  ingestelde  snelheid.  Als  de  afstandsregelmodus  is   ingeschakeld,
neemt de rijsnelheid ec hter mogelijk af tot onder de ingestelde snelheid, zodat de
afstand tot de  voorligger gehandhaafd blijft.
■ Als de auto stopt tijdens rijden met de volgregeling
●Door hendel omhoog te drukken terwijl de voorligger stopt, wordt, als de voorlig-
ger  begint  te  rijden,  binnen  on geveer  3  seconden  nadat  de  hendel  omhoog  is
gedrukt het rijden met de volgregeling hervat.
● Als  de  voorligger  binnen  3  seconden  nadat  uw  auto  is  gestopt  be gint  te  rijden,
wordt het rijden met de volgregeling hervat.
■ Automatisch uitschakelen van de afstandsregelmodus
De  afstandsregelmodus  wordt  automatisch  uitgeschakeld  in  de  vol gende  situa-
ties:
● De  werkelijke  rijsnelheid zakt t ot ongeveer 40 km/h of  lager en  er  worden geen
voorliggers gesignaleerd.
● De  voorligger  verlaat  de  rijstrook  terwijl  uw  auto  rijdt  met  ee n  rijsnelheid  van
ongeveer  40  km/h  of  lager.  Anders  kan  de  sensor  de  auto  niet  op  de juiste
manier signaleren.
● De VSC is geactiveerd.
● De TRC is gedurende een bepaalde periode geactiveerd.
● Wanneer de VSC of TRC wordt uitgeschakeld.
● De sensor kan niet goed signaler en omdat hij ergens door bedekt is.
● Pre Crash Brake-func tie is geactiveerd.
● De parkeerrem is geactiveerd.
● De auto wordt door h et systeem stilgezet op een stei le helling.
● Als de auto door het systeem is stilgezet, wordt het volgen van  de voorligger in
de volgende gevallen niet hervat:
• De bestuurder draagt  geen veiligheidsgordel.
• Het bestuurdersportier wordt geopend.
• De auto staat langer dan 3 minuten stil.
Als de afstandsregelmodus om een  andere dan de hierboven genoemde redenen
automatisch  uitgeschakeld  word t,  kan  er  een  storing  in  het  syst eem  aanwezig
zijn.  Neem  contact  op  met  een  erkende  Toyota-dealer  of  herstell er/reparateur  of
een andere naar behoren  gekwalificeerde en uitgeruste deskundig e.
C-HR_HV_OM_Europe_OM10647E.book  Page 406  Tuesday, July 30, 2019  9:59 AM 
     
        
        Page 410 of 796
4104-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_HV_OM_Europe_OM10647E
Cruise control*
Met de cruise control kan een ingestelde snelheid worden vastgehouden
zonder dat hiervoor het gaspedaal hoeft te worden ingetrapt.
Controlelampjes
Ingestelde snelheid
Cruise control-schakelaar
∗: Indien aanwezig
Overzicht van functies
C-HR_HV_OM_Europe_OM10647E.b ook  Page 410  Tuesday, July 30, 2019  9:59 AM 
     
        
        Page 411 of 796
4114-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10647E
Druk op de toets ON-OFF om de
cruise control in te schakelen. 
Het  controlelampje  cruise  control
wordt  weergegeven  op  het  multi-
informatiedisplay.
Druk  nogmaals  op  de  toets  om  de
cruise control uit te schakelen. 
Accelereer  of  decelereer  met
behulp  van  het  gaspedaal  naar
de  gewenste  rijsnelheid  (hoger
dan  ongeveer  40 km/h)  en  druk
de  hendel  naar  beneden  om  de
snelheid op te slaan.
Het  controlelampje  cruise  control
SET  en  de  ingestelde  snelheid  wor-
den  weergegeven  op  het  multi-infor-
matiedisplay.
De  rijsnelheid  op  het  moment  dat  de
hendel  wordt  losgelaten,  wordt  de
ingestelde snelheid.
Instellen van de rijsnelheid
1
2
C-HR_HV_OM_Europe_OM10647E.b ook  Page 411  Tuesday, July 30, 2019  9:59 AM 
     
        
        Page 413 of 796

4134-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10647E
■De cruise control kan worden gebruikt als
●De selectiehendel in stand D staat.
● De rijsnelheid hoger is dan ongeveer 40 km/h. 
■ Accelereren na het instel len van de rijsnelheid
● Bedien het gaspedaal om te accelereren. Na het accelereren gaat  de auto weer
rijden met de ingestelde snelheid.
● De  ingestelde  snelheid  kan  zelfs  worden  verhoogd  zonder  de  crui se  control  uit
te  schakelen,  door  eerst  naar  de  gewenste  snelheid  te  accelerer en  en  vervol-
gens de hendel omlaag te drukken  om de nieuwe snelheid in te stellen.
■ Automatisch uitschakelen van de cruise control
De cruise control wordt automatisch uitgeschakeld in een van de  volgende situa-
ties:
● De  werkelijke  rijsnelheid  zakt  tot  meer  dan  ongeveer  16  km/h  on der  de  inge-
stelde snelheid.
In dit geval blijft de geprogr ammeerde snelheid niet bewaard.
● Werkelijke rijsnelheid is l ager dan ongeveer 40 km/h.
● De VSC is geactiveerd.
● De TRC is gedurende een bepaalde periode geactiveerd.
● Wanneer  de  VSC  of TRC  wordt  uitgeschakeld  door  de  schakelaar  VS C OFF in
te drukken.
● Snelheidsbegrenzer is geactiveerd. (indien aanwezig)
■ Als “Check Cruise Control System Visit Your Dealer” (Controleer  cruise con-
trol-systeem. Ga naar uw dealer) wordt weergegeven op het multi -informatie-
display
Druk eenmaal op de toets ON-OFF  om het systeem uit te schakelen en druk ver-
volgens opnieuw op de toets om  het systeem in te schakelen. 
Als  er  geen  snelheid  kan  worden  geprogrammeerd  of  de  cruise  con trol direct  na
het  activeren  weer  wordt  uitgeschakeld,  is  er  mogelijk  een  defe ct  in  het  cruise
control-systeem aanwezig. Laat d e auto nakijken door een erkende Toyota-dealer
of hersteller/reparateur of e en andere naar behoren gekwalifice erde en uitgeruste
deskundige.
C-HR_HV_OM_Europe_OM10647E.b ook  Page 413  Tuesday, July 30, 2019  9:59 AM 
     
        
        Page 414 of 796
4144-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_HV_OM_Europe_OM10647E
WAARSCHUWING
■Onbedoeld inschakelen van de  cruise control voorkomen
Schakel de cruise control uit me t de toets ON-OFF als deze niet wordt gebruikt.
■ Situaties die niet geschikt zijn voor gebruik van de cruise con trol
Gebruik de cruise control ni et in de volgende situaties.
Als  u  dat  wel  doet,  verliest  u  mogelijk  de  controle  waardoor  ee n  ongeval  met
ernstig letsel kan ontstaan.
● In druk verkeer
● Op wegen met scherpe bochten
● Op slingerende wegen
● Op wegen die door regen , ijs of sneeuw glad zijn
● Op steile afdalingen
Bij het afdalen van een steile helling kan de rijsnelheid de in gestelde snelheid
overschrijden.
● Bij het rijden met een aanhangwag en of tijdens het slepen in een noodgeval
C-HR_HV_OM_Europe_OM10647E.b ook  Page 414  Tuesday, July 30, 2019  9:59 AM