Stoelen, veiligheidssystemen459Waarschuwing
Lichaamsdelen of voorwerpen uit
het werkingsgebied van de airbag
houden.
De haken aan de handgrepen van het dakframe zijn alleen geschikt
om lichte kledingstukken, zonder
kleerhangers, aan op te hangen.
Geen voorwerpen in de kleding‐
stukken bewaren.
Airbag deactiveren
Het passagiersairbagsysteem vóór moet voor een kinderveiligheidssys‐
teem op de passagiersstoel worden
gedeactiveerd volgens de instructies
in de tabel 3 49. Het zijairbag- en
het gordijnairbagsysteem, de gordel‐
voorspanners en alle airbagsystemen van de bestuurder blijven actief.U deactiveert het airbagsysteem vande voorpassagier met een slot aan de passagierszijde van het instrumen‐
tenpaneel.
Gebruik de contactsleutel om de
schakelaarstand te kiezen:
*
OFF:airbag van voorpassagier is
gedeactiveerd en gaat niet
af bij een aanrijding. Contro‐
lelampje *OFF brandt
voortdurend in de midden‐
consoleV
ON:airbag van voorpassagier is
actief9 Gevaar
Deactiveer de passagiersairbag
uitsluitend bij gebruik van een
kinderveiligheidssystemen,
volgens de instructies en beper‐
kingen in de tabel 3 49.
Anders is er kans op dodelijk letsel voor een persoon op de passa‐
giersstoel met een gedeacti‐
veerde airbag.
228TrefwoordenlijstAAanbevolen vloeistoffen en smeermiddelen ..............204, 209
Aanduidingen op banden ..........176
Aansteker .................................... 69
Accessoires en modificaties van auto ........................................ 154
Accu ........................................... 159
Achterlichten .............................. 165
Achterruitverwarming ................... 30
Achteruitrijlichten .......................105
Afmetingen auto ........................214
Airbag deactiveren ....................... 45 Airbag-deactivering ...................... 77
Airbag en gordelspanners ...........77
Airbaglabel.................................... 40
Airbagsysteem ............................. 40
Airconditioning ........................... 110
Airconditioning regelmatig aanzetten ............................... 118
Alarmknipperlichten ...................103
Algemene richtlijnen voor het rijden ....................................... 119
Antiblokkeersysteem .................128
Antiblokkeersysteem (ABS) .........79
Asbakken ..................................... 69
Autogegevens ............................ 209
Autokrik....................................... 175 Automatische dimfunctie .............28
Automatische verlichting ............ 102Automatisch vergrendelen ...........24
Auto ontgrendelen .........................6
Auto slepen ................................ 197 Auto stallen ................................. 155
Autostop ..................................... 122
B Bagageruimte ........................ 25, 54
Bagageruimte-afdekking .............55
Bandenreparatieset ...................183
Bandenspanning .......................177
Bandenspanningscontrolesys‐ teem .................................. 80, 178
Bandenspanningswaarden ........215
Batterijspanning ........................... 91
Bedieningsorganen ......................63
Bekerhouders .............................. 52
Bekleding .................................... 201
Beladingsinformatie .....................60
Beslagen lampglazen ................105
Bestuurdersondersteuningssys‐ temen ...................................... 133
Beveiliging van de auto ................26
Binnenspiegels ............................. 28
Binnenverlichting ...............105, 170
Blindehoeksysteem ....................146
Bolle vorm .................................... 27
Boordgereedschap .....................175
Boordinformatie ........................... 89
Brandstof .................................... 148