Volg de instructies van de fabrikant en
houd het kinderzitje steeds op zijn
plaats verankerd:
Een kinderzitje dat niet is bevestigd, is
gevaarlijk. Bij plotseling stoppen of een
aanrijding zou het kinderzitje van zijn
plaats kunnen schuiven en ernstig
letsel, mogelijk met dodelijke afloop,
aan het kind of andere inzittenden
kunnen toebrengen. Zorg ervoor dat
het kinderzitje dat u gebruikt goed op
zijn plaats bevestigd wordt volgens de
instructies van de fabrikant van het
kinderzitje. Wanneer u het kinderzitje
niet gebruikt, dit uit de auto
verwijderen of met een
veiligheidsgordel bevestigen of dit aan
BEIDE Isofix-ankers en de
bijbehorende spanriemverankering
vastzetten.
Zet een kind steeds in een geschikt
kinderzitje vast:
Het in uw armen vasthouden van een
kind tijdens het rijden is buitengewoon
gevaarlijk. Ongeacht hoe sterk de
persoon is, zal hij of zij tijdens
plotseling afremmen of een botsing het
kind niet kunnen blijven vasthouden,
waardoor het kind of de overige
inzittenden ernstig of dodelijk letsel
zou kunnen oplopen. Zelfs bij een
gematigde botsing kan het kind
blootgesteld worden aan de kracht van
een airbag , waardoor het kind ernstig
of dodelijk letsel zou kunnen oplopen,
of het kind zou tegen een volwassene
kunnen slaan en zowel zelf letsel
kunnen oplopen als ook aan de
volwassene letsel kunnen toebrengen.Uiterst gevaarlijk! Gebruik nooit een
naar achteren gericht kinderzitje op
de voorpassagierszitting met een
airbag die geactiveerd zou kunnen
worden:
Gebruik NOOIT een naar achteren
gericht kinderzitje op een zitting die
aan de voorzijde door een ACTIEVE
AIRBAG beveiligd is. Dit kan DODELIJK
of ERNSTIG LETSEL aan het KIND
toebrengen.
Voertuigen met een
voorpassagiersairbag hebben het
volgende waarschuwingslabel. Het
waarschuwingslabel herinnert u er aan
onder geen enkele omstandigheid een
naar achteren gericht kinderzitje op de
voorpassagierszitting aan te brengen.
(Behalve Taiwan)
(Taiwan)
k0dS<ÙÔ&—F
¤'z
Belangrijke veiligheidsuitrusting
Kinderzitje
2-32
Laat een kind of iemand anders niet
op of tegen een zijruit leunen van een
auto met zij- en gordijn-airbags:
Toestaan dat iemand op of tegen de
zijruit leunt, tegen het gedeelte van de
voorpassagierszitting, de voorruit- en
achterruitstijlen en de dakrand van
waaruit langs beide zijden de zij- en
gordijn-airbags opgeblazen worden is
gevaarlijk, ook als er gebruik gemaakt
wordt van een kinderzitje. De schok
van een zij- of gordijn-airbag die wordt
opgeblazen kan ernstig of dodelijk
letsel toebrengen aan een kind dat niet
goed op zijn plaats zit. Bovendien
kunnen door het leunen op of tegen
het voorportier de zij- en
gordijn-airbags geblokkeerd worden,
waardoor de voordelen van de
aanvullende beveiliging ongedaan
gemaakt worden. Bij een voor-airbag
en de extra zij-airbag die uit de
voorstoelrugleuning komt, is de
achterzitting altijd de beste plaats voor
kinderen. Let er in het bijzonder op dat
een kind niet op of tegen de zijruit
leunt, ook niet als het kind zich in een
kinderzitje bevindt.Gebruik nooit meer dan één
veiligheidsgordel voor meer dan één
persoon tegelijkertijd:
Het gebruik van één veiligheidsgordel
voor meer dan één persoon
tegelijkertijd is gevaarlijk. Een
veiligheidsgordel die op deze wijze
wordt gebruikt kan de kracht van de
schok niet op de juiste manier
spreiden en de twee passagiers zouden
tegen elkaar aan gedrukt kunnen
worden en ernstig of mogelijk dodelijk
letsel kunnen oplopen. Gebruik nooit
meer dan één veiligheidsgordel voor
meer dan één persoon tegelijkertijd en
ga pas met de auto rijden wanneer alle
inzittenden hun veiligheidsgordels op
de juiste wijze hebben omgedaan.
Gebruik de spanriem en de
spanriemverankering uitsluitend voor
een kinderzitje:
Verankeringen voor kinderzitjes zijn
bestemd om enkel bestand te zijn
tegen de druk zoals die door correct
geïnstalleerde kinderzitjes wordt
uitgeoefend. Onder geen
omstandigheden mogen deze
verankeringen gebruikt worden voor
de bevestiging van veiligheidsgordels
voor volwassenen, tuigjes of voor de
bevestiging van andere voorwerpen of
uitrusting aan de auto.
Verwijder altijd de hoofdsteun en
installeer het kinderzitje (behalve bij
het installeren van een
verstevigingszitje):
Het installeren van een kinderzitje
zonder de hoofdsteun te verwijderen is
gevaarlijk. Het kinderzitje kan dan niet
correct geïnstalleerd worden waardoor
het kind bij een botsing letsel kan
oplopen, mogelijk met dodelijke
afloop.
Belangrijke veiligheidsuitrusting
Kinderzitje
2-34
Tabel voor geschiktheid van kinderzitjes voor diverse
zittingposities
▼Tabel voor geschiktheid van kinderzitjes voor diverse zittingposities
(Europa en landen die voldoen aan de UN-R 16-bepaling)
De informatie aangegeven in de tabel geeft de geschiktheid aan van uw kinderzitje
voor de diverse zittingposities. Voor de geschiktheid van installatie van kinderzitjes
van overige fabrikanten wordt u verzocht de instructies van de fabrikant behorend
bij het betreffende kinderzitje nauwkeurig te raadplegen.
Neem bij het installeren van een kinderzitje de volgende punten in acht:
xVerwijder alvorens een kinderzitje te installeren altijd de hoofdsteun. Echter bij het
installeren van een verstevigingszitje, altijd de hoofdsteun van de auto aanbrengen
op de zitting waarop het verstevigingszitje wordt geïnstalleerd. Gebruik bovendien
altijd een spanriem en maak deze stevig vast. Zie Hoofdsteun op pagina 2-17.
xWanneer een kinderzitje op de voorpassagierszitting wordt geïnstalleerd, de
zittingverstelling zo ver mogelijk naar achteren afstellen. Zet het zitkussen
(hoogte-afstelbaar zitkussen) in de hoogste stand zodat het kinderzitje stevig met
de veiligheidsgordel kan worden vastgemaakt.
Zie “Afstellen van de voorpassagierszitting” op pagina 2-13.
xWanneer het moeilijk is om een kinderzitje op de voorpassagierszitting te
installeren, of veiligheidsgordel niet aan het kinderzitje kan worden vastgemaakt,
voer dan de volgende handelingen uit om de zitting met het kinderzitje zo te
verstellen dat de veiligheidsgordel er volledig aan kan worden vastgemaakt.
xVerplaats de zitting naar voren of naar achteren. xVerplaats de rugleuning naar voren of naar achteren. xVerplaats de zitting omhoog of omlaag. (Auto’s met functie voor
hoogteafstelling)
xBij het installeren van een kinderzitje op de achterzitting, de positie van de
voorzitting zodanig afstellen dat de voorzitting niet in aanraking komt met het
kinderzitje.
Zie “Afstellen van de bestuurdersstoel” op pagina 2-5.
Zie “Afstellen van de voorpassagierszitting” op pagina 2-13.
xEen kinderzitje dat is voorzien van een steunpoot, kan niet op de middelste
zittingpositie van de achterzitting geplaatst worden.
xWanneer het kinderzitje dat u gaat installeren uitgerust is met een spanriem, de
hoofdsteun verwijderen.
Zie Hoofdsteun op pagina 2-17.
xMet een i-Size kinderzitje wordt een kinderzitje bedoeld dat voldoet aan de
UN-R
129-bepaling voor de i-Size categorie.
Volg bij het installeren van een kinderzitje op de achterzitting de instructies van de
fabrikant van het kinderzitje en Gebruik van ISOFIX-ankers op pagina 2-49.
Belangrijke veiligheidsuitrusting
Kinderzitje
2-42
Behalve Taiwan
ZitpositiePassagier
Achter (links)Achter (mid-
den)Achter (rechts)
Airbag geacti-
veerdAirbag gedeac-
tiveerd
Zitpositie ge-
schikt voor uni-
versele riem
(Ja/Nee)Ja (UF) Ja (U) Ja (U) Ja (U) Ja (U)
i-Size zitpositie
(Ja/Nee)Nee Nee Ja (i-U) Nee Ja (i-U)
Grootste ge-
schikte naar
achteren gerich-
te
profiel (R1)Nee Nee Ja (IL) Nee Ja (IL)
Grootste ge-
schikte naar
achteren gerich-
te profiel (R2)Nee Nee Ja (IL) Nee Ja (IL)
Grootste ge-
schikte naar
achteren gerich-
te
profiel (R2X)Nee Nee Ja (IL) Nee Ja (IL)
Grootste ge-
schikte naar
achteren gerich-
te
profiel (R3)Nee Nee Ja (IL) Nee Ja (IL)
Grootste ge-
schikte naar vo-
ren gerichte
profiel (F2)Nee Nee Ja (IUF) Nee Ja (IUF)
Grootste ge-
schikte naar vo-
ren gerichte
profiel (F2X)Nee Nee Ja (IUF) Nee Ja (IUF)
Grootste ge-
schikte naar vo-
ren gerichte
profiel (F3)Nee Nee Ja (IUF) Nee Ja (IUF)
Belangrijke veiligheidsuitrusting
Kinderzitje
2-43
ZitpositiePassagier
Achter (links)Achter (mid-
den)Achter (rechts)
Airbag geacti-
veerdAirbag gedeac-
tiveerd
Grootste ge-
schikte zijde-
lings gerichte
profiel (L1)Nee Nee Nee Nee Nee
Grootste ge-
schikte zijde-
lings gerichte
profiel (L2)Nee Nee Nee Nee Nee
Grootste ge-
schikte profiel
voor zitverhoger
(B2)Nee Nee Ja (IUF) Nee Ja (IUF)
Grootste ge-
schikte
profiel
voor zitverhoger
(B3)Nee Nee Ja (IUF) Nee Ja (IUF)
Niet compatibel
met i-Size-zitje
met een steun-
poot (Ja/Nee)Ja
*1Ja Ja Nee Ja
Lagere Iso-
fix-ankers maar
zonder boven-
spanriem (Ja/
Nee)Nee Nee Nee Nee Nee
U = Geschikt voor universeel, categorie kinderzitjes goedgekeurd voor gebruik in deze gewichtsgroep.
UF = Geschikt voor naar voren gerichte kinderzitjes van de categorie “universeel” die goedgekeurd zijn
voor gebruik in deze gewichtsgroep.
IUF = Geschikt voor naar voren gerichte Isofix-kinderzitjes van de categorie “universeel” die goedgekeurd
zijn voor gebruik in de gewichtsgroep.
L = Geschikt voor bepaalde kinderzitjes zoals aangegeven in de bijgevoegde lijst. Deze kinderzitjes
kunnen van de categorieën “voertuigspecifiek”, “beperkt” of “semi-universeel” zijn.
IL = Geschikt voor bepaalde Isofix-kinderzitjes (CRS) zoals aangegeven in de bijgevoegde lijst. Deze
Isofix-kinderzitjes (CRS) zijn die in de categorieën “voertuigspecifiek”, “beperkt” of “semi-universeel”.
i-U = Geschikt voor i-Size “universele” naar voren en naar achteren gerichte kinderzitjes.
i-UF = Alleen geschikt voor i-Size “universele” naar voren gerichte kinderzitjes.
Ja = Kinderzitje kan op de zitting worden bevestigd.
Nee = Kinderzitje kan niet aan de zitting worden bevestigd of er is geen profiel aanwezig.
X = Kinderzitje kan niet worden geplaatst.
*1 Een kinderzitje kan alleen in de naar voren gerichte positie geïnstalleerd worden.
Belangrijke veiligheidsuitrusting
Kinderzitje
2-44
Installeren van
kinderzitjes
▼Ankersteun
De auto is uitgerust met ankersteunen
voor de bevestiging van kinderzitjes.
Bepaal de plaats van de ankersteunen
aan de hand van de afbeelding.
Voor het plaatsen van een kinderzitje,
de hoofdsteun verwijderen. Volg altijd
de aanwijzingen in de
gebruiksaanwijzing van het kinderzitje.
Plaats van ankersteun
Gebruik bij het plaatsen van een
kinderzitje uitgerust met een spanriem
de aangegeven plaatsen van de
ankersteunen.
WAARSCHUWING
Bevestig de spanriem altijd aan het
juiste spanriemverankeringspunt:
Bevestigen van de spanriem aan het
verkeerde spanriemverankeringspunt is
gevaarlijk. Bij een botsing zou de
spanriem los kunnen schieten
waardoor het kinderzitje zou kunnen
losraken. Als het kinderzitje van zijn
plaats schuift, zou dit aan het kind
letsel mogelijk met dodelijke afloop
kunnen toebrengen.
Verwijder bij het installeren van een
kinderzitje altijd de hoofdsteun:
Het installeren van een kinderzitje
zonder de hoofdsteun te verwijderen is
gevaarlijk. Het kinderzitje kan dan niet
correct geïnstalleerd worden waardoor
het kind bij een botsing letsel kan
oplopen, mogelijk met dodelijke
afloop.
1. Spanriem
2. Ankersteun
3. Voorwaarts
Installeer altijd de hoofdsteun en stel
deze nadat het kinderzitje is
verwijderd in de juiste positie af:
Rijden zonder de hoofdsteun is
gevaarlijk, aangezien tijdens plotseling
afremmen of een botsing het hoofd
van de inzittende dan niet tegen
schokken is beschermd, wat ernstig of
dodelijk letsel tot gevolg kan hebben.
Zie Hoofdsteun op pagina 2-17.
▼Gebruik van de veiligheidsgordel
Volg bij het plaatsen van een
kinderzitje de gebruiksaanwijzing die
bij het product wordt geleverd.
Verwijder bovendien de hoofdsteun.
Echter bij het installeren van een
verstevigingszitje, altijd de hoofdsteun
van de auto aanbrengen op de zitting
waarop het verstevigingszitje wordt
geïnstalleerd.
Belangrijke veiligheidsuitrusting
Kinderzitje
2-48