Uitschakelen
Druk op de schakelaar voor de actieve snel-
heidsbegrenzer aan de rechterkant van het
stuur, om de actieve snelheidsbegrenzer uit
te schakelen. Er verschijnt een melding op
het display van de instrumentengroep om te
bevestigen dat de functie is uitgeschakeld.
CRUISECONTROL — INDIEN
AANWEZIG
Indien ingeschakeld neemt de cruisecontrol
bij snelheden boven 40 km/u (25 mph) de
werking van het gaspedaal over.
De knoppen voor de cruisecontrol bevinden
zich aan de rechterzijde van het stuur.OPMERKING:
• Om de correcte werking te waarborgen, is
de cruisecontrol zodanig uitgevoerd dat het
systeem wordt uitgeschakeld als u gelijktij-
dig meerdere functies van de cruisecontrol
bedient. Als dit gebeurt, kan het systeem
opnieuw in werking worden gesteld door op
de aan/uit-knop van de cruisecontrol te
drukken en de gewenste snelheid opnieuw
in te stellen.
• Plaats de versnellingshendel niet in Neutral
wanneer de snelheidsregeling is ingescha-
keld. Als u dat wel doet, wordt het systeem
uitgeschakeld.
WAARSCHUWING!
De cruisecontrol kan gevaarlijk zijn in si-
tuaties waar het systeem geen constante
snelheid kan aanhouden. Uw auto kan
gezien de omstandigheden te snel gaan,
waardoor u de controle over de auto kunt
verliezen en mogelijk een ongeval veroor-
zaakt. Gebruik de cruisecontrol nooit in
druk verkeer of op bochtige, beijzelde,
besneeuwde of anderszins gladde wegen.
Cruisecontrol-schakelaars
1 — Druk op Set (+)/Accel
2 — Druk op On/Off
3 — Druk op Resume
4 — Druk op Set (-)/Decel
5 — Druk op Cancel
181
Activeren
Druk op de toets Aan/uit om de cruisecontrol
in te schakelen. Het controlelampje van de
cruisecontrol gaat branden in het display in
de instrumentengroep. Druk nogmaals op de
toets Aan/uit om het systeem uit te schake-
len. Het controlelampje van de cruisecontrol
gaat uit. Het systeem moet worden uitge-
schakeld wanneer het niet wordt gebruikt.
WAARSCHUWING!
Het is gevaarlijk om de cruisecontrol inge-
schakeld te laten wanneer u deze niet ge-
bruikt. U kunt het systeem dan per ongeluk
instellen en sneller rijden dan u wilt. U kunt
dan de controle over het stuur verliezen en
een ongeval veroorzaken. Laat het systeem
altijd uitgeschakeld als u het niet gebruikt.
De gewenste snelheid instellen
Schakel de cruisecontrol in.
OPMERKING:
U mag pas op de knop SET (+) of SET(-)
drukken als de auto met een gelijkmatige
snelheid op een vlakke weg rijdt.Wanneer de auto de gewenste snelheid heeft
bereikt, drukt u kort op de knop SET (+) of
SET (-). Laat het gaspedaal los. De auto zal
nu automatisch de gekozen snelheid handha-
ven.
Snelheid hervatten
Als u een eerder ingestelde snelheid opnieuw
wilt aanhouden, drukt u kort op de knop RES.
Deze functie kan worden gebruikt bij snelhe-
den hoger dan 32 km/u (20 mph).
Deactiveren
Als u het rempedaal licht intrapt, op de toets
CANC (annuleren) drukt of normale remdruk
uitoefent tijdens het afremmen, wordt de
cruisecontrol uitgeschakeld zonder dat de
ingestelde snelheid uit het geheugen wordt
gewist.
Wanneer u op de toets aan/uit drukt of het
contact in de stand OFF zet, wordt de inge-
stelde snelheid uit het geheugen gewist.
ADAPTIEVE
CRUISECONTROL (ACC) —
INDIEN AANWEZIG
Schakelaars van Adaptive Cruise Control
1 — Adaptieve cruisecontrol (ACC) aan/
uit
2 — Afstand instellen
3 — Actieve snelheidsbegrenzer
STARTEN EN RIJDEN
182
Met ACC kunt u de cruisecontrol ingescha-
keld houden in lichte tot matige verkeers-
drukte zonder dat u voortdurend uw cruise-
control opnieuw hoeft in te stellen. ACC
maakt gebruik van een radarsensor en een
naar voren gerichte camera ontworpen om
direct voor u rijdende voertuigen te detecte-
ren.
OPMERKING:
• Als de sensor geen voor u rijdend voertuig
detecteert, houdt ACC een vaste ingestelde
snelheid aan.
• Wanneer de ACC-sensor een voor u rijdend
voertuig detecteert, zorgt ACC dat uw auto
automatisch iets afremt of versnelt (maxi-
maal tot de oorspronkelijk ingestelde snel-
heid) om een vooraf ingestelde volgafstand
aan te houden, waarbij de snelheid wordt
aangepast aan de snelheid van uw
voorligger.
De functie in- of uitschakelen
Druk kort op de toets aan/uit van de adaptieve
cruise control (ACC). Het ACC-menu op het
display in de instrumentengroep geeft de
melding weer "ACC ready (ACC gereed)".Om het systeem uit te schakelen, drukt u
nogmaals kort op de toets aan/uit van de
adaptieve cruise control (ACC). Het systeem
wordt dan uitgeschakeld en op het display in
de instrumentengroep geeft de melding
"Adaptive Cruise Control (ACC) Off" (adap-
tieve cruisecontrol uitgeschakeld) weer.
WAARSCHUWING!
Het is gevaarlijk om de adaptieve cruise-
control (ACC) ingeschakeld te laten wan-
neer u deze niet gebruikt. U kunt het
systeem dan per ongeluk instellen en snel-
ler rijden dan u wilt. U zou de macht over
het stuur kunnen verliezen en een aanrij-
ding kunnen veroorzaken. Laat het sys-
teem altijd uitgeschakeld als u het niet
gebruikt.
Gewenste ACC-snelheid instellen
Wanneer het voertuig de gewenste snelheid
bereikt, drukt u kort op de knop SET(+)of op
knop de SET(-). Op het display in de instru-
mentengroep wordt de ingestelde snelheid
weergegeven.Als het systeem wordt ingesteld op een rij-
snelheid lager dan 19 mph (30 km/u), zal de
ingestelde snelheid automatisch veranderen
in 19 mph (30 km/u). Als het systeem wordt
ingesteld op een rijsnelheid hoger dan
19 mph (30 km/u), zal de ingestelde snelheid
overeenkomen met de huidige snelheid van
het voertuig.
OPMERKING:
ACC kan niet worden ingesteld als zich een
stilstaand voertuig vlak vóór uw voertuig be-
vindt.
Neem uw voet van het gaspedaal. Doet u dat
niet, dan kan de auto blijven versnellen tot
voorbij de ingestelde snelheid. Als dat ge-
beurt:
• Het bericht "DRIVER OVERRIDE" (ingreep
door de bestuurder) verschijnt in het dis-
play in de instrumentengroep.
• Regelt het systeem niet langer de afstand
tussen uw auto en uw voorligger. Wordt de
voertuigsnelheid alleen bepaald door de
stand van het gaspedaal.
183
Interieur, zekeringen
Het zekeringenpaneel in het interieur bevindt
zich in de passagiersruimte op het linker
dashboardpaneel onder het instrumentenpa-
neel.OPMERKING:
Zekeringen voor veiligheidssystemen (gemar-
keerd met *) moeten worden onderhouden
door een erkende dealer.
Locatie Meszekering Omschrijving
F31 7,5 A bruin Regelaar voor vasthouden inzittende
F33 20 A geel Motor elektrisch bediende ruit passagierskant
F34 20 A geel Motor elektrisch bediende ruit bestuurderskant
F36 20 A geelInbraakmodule/sirene, radio, UCI-/USB-poort, VSU, klimaatregeling, elektronisch stuur-
slot, elektrisch inklapbare spiegels, beveiligingsgateway/DTV
F37 10 A roodInstrumentenpaneel, regelmodule aandrijflijn, adaptieve cruise control, ECC-blower
(HVAC)
(*)
F38 20 A geel Portiervergrendeling/-ontgrendeling, ontgrendeling van de achterklep
F42 7,5 A bruinRemsysteemmodule, elektrische stuurbekrachtiging
(*)
F43 20 A geel Ruitensproeierpomp voor en achter
F47 20 A geel Ruitmechanisme linksachter
F48 20 A geel Ruitmechanisme rechtsachter
F49 7,5 A bruinParkeersensoren, dode hoek, spanningsstabilisator, vochtigheidssensor, elektronisch stuur-
slot, temperatuursensor, spiegel, stoelverwarming, licht- en regensensor, start/stop-
schakelaar
(*)
225
Aanhangergewicht..............209
Aanhangwagen trekken...........207
Aansluiting voor randapparatuur......62
ABS, waarschuwingslampje.........73
Accessoires..................312
Accessoires,
Mopar...................312
Accu...................71, 272
Accu,
laadsysteemlampje............71
Achterbank, neerklapbaar..........27
Achterklep...................59
Achterligger..................99
Achtermistlampen..............39
Achterruitwisser/-sproeier..........43
Actieve snelheidsbegrenzer........180
Activeringssysteem,
alarmsysteem...............21
Adaptieve cruisecontrol (ACC)
(cruisecontrol)..............182
Additieven, brandstof............301
Afstand-bediend sleutelloos
toegangssysteem,
het alarm inschakelen..........22
het alarm uitschakelen.........22Afstandsbediening,
startsysteem................20
Airbag.....................119
Airbagwaarschuwingslampje.....118
Airbag,
als een airbag wordt opgeblazen . . .132
Event Data Recoder (EDR)......253
kniebescherming............128
onderhoud................135
onderhoud van uw airbagsysteem . .135
redundant
airbagwaarschuwingslampje......119
uitgebreide
ongelukkenrespons........133, 253
Airbag
Vervoer van huisdieren.........151
Werking airbag..............121
Zijairbags.................128
Airbag Lampje..........70, 118, 153
Airbagsysteem................119
Airco, filter...............52, 274
Airco, koelmiddel.............
.273
Airconditioning................50
Aircosysteem.................273
Airco, tips voor gebruik...........51Alarm,
alarmsysteem.............21, 73
het systeem inschakelen........22
het systeem uitschakelen........22
Alarmsysteem...............21, 73
Alarmsysteem,
beveiligingsalarm.............21
het systeem inschakelen........22
het systeem uitschakelen........22
Algemene informatie............343
Android Auto.............326, 368
Antiblokkeersysteem (ABS).........86
Anti-ongevalsysteem FCW (Forward
Collision Warning)............100
Antivries (motorkoelvloeistof).......306
Apple CarPlay.............327, 369
Assmering..................310
Audio-aansluiting...........324, 333
Audiosystemen (radio)...........317
Automatische koplampen..........38
Automatische temperatuurregeling
(ATC).....................51
Automatische transaxle..........167
Automatische versnellingsbak.......169
INDEX
387
Do Not Disturb (niet storen). . . .357, 367
Door de klant programmeerbare
functies..................342
Driepuntsgordels..............111
Een vastzittende auto weer vrij krijgen. . .247
Elektrisch,
ramen....................53
spanningsomvormer...........64
voedingsuitgang (voor
randapparatuur)..............62
zonnedak..................54
Elektrisch bediende achterklep.......59
Elektrisch bediende ramen, automatisch
openen....................53
Elektrisch bediende ramen, automatisch
sluiten....................54
Elektrische aansluiting, voor
randapparatuur...............62
Elektrische handrem............161
Elektrisch remregelsysteem.........87
Elektrisch remregelsysteem,
antiblokkeersysteem...........86
tractieregelsysteem............87
Elektronische snelheidsregeling
(cruisecontrol)..............181Elektronisch stabiliteitsregelsysteem
(ESP).....................89
Emissieregelsysteem, onderhoud......84
Emissies...................312
Filters,
airco.................52, 274
motorolie.................308
Geheugenfunctie (geheugenstoelen)....29
Geluidsinstallatie (radio)......324, 333
Geventileerde stoelen............32
Gordelsystemen...............108
Grootlichtschakelaar/dimlichtschakelaar. . .37
Handgeschakelde versnellingsbak. .163, 278
Handgeschakelde versnellingsbak,
schakelmomenten............164
vloeistofpeil controleren........278
Handleiding voor het trekken van een
aanhangwagen..............209
Handrem...................161
Hill Start Assist................94
Hoofdsteunen.................33
Indicator olie verversen...........66
Indicator regeling afdaling..........93Inleiding.....................1
Inrijperiode nieuw voertuig........160
Instelbare stuurkolom............35
Instructies bij opkrikken..........230
Instrumentengroep..............66
Instrumentengroep,
beschrijvingen...............81
display...................65
menu-items................66
Instrumentenpaneel, reinigen.......292
Interieur, verzorging en onderhoud. . . .291
Interieur, zekeringen............225
Keuze van koelvloeistof (antivries). . . .308
Keyless Enter-N-Go...........15, 23
Kindersloten, vergrendeling.........26
Klantenservice................370
Klimaatregeling................43
Klimaatregeling,
automatisch................43
Klokinstellingen...............316
Knipperlichten,
richtingaanwijzer............155
richtingaanwijzers.......36, 39, 81
waarschuwingsknipperlichten.....213
Koelsysteem.................276
389
Koelsysteem,
dop ....................276
inhoud koelvloeistofreservoir.....306
keuze van de koelvloeistof
(antivries).............306, 308
koelvloeistofpeil.............276
radiateurdop...............276
Koelvloeistofdop (radiateurdop).....276
Koolstofmonoxide, waarschuwing .152, 303
Koplampen...................36
Koplampen,
automatisch................38
grootlichtschakelaar/
dimlichtschakelaar.........36, 37
lichtsignaal..............36, 38
lichtverklikker............36, 39
schakelaar.................36
uitschakelvertraging.........36, 38
verstellen..................40
vertraging..................38
Krik, gebruik..........228, 230, 279
Laden van het voertuig...........281
Lampen....................155
Lampen, verlichting.............155
Lampen vervangen.............213
Lampje cruisecontrol.....80, 81, 82, 83Lampje Motor controleren
(storingslampje)..............84
Lampje open portier...........71, 72
Lane Change Assist..............36
LaneSense..................196
Lekke band vervangen........228, 279
Lekken, vloeistof..............155
Levensduur van banden..........283
Lichtsignaal................36, 38
Lights (Verlichting).............155
Maximaal toelaatbaar totaalgewicht . . .207
Maximaal toelaatbare asbelasting. . . .207
Menu slepen en neerzetten........322
Mini-boordcomputer.............69
Mistlampen.............36, 39, 79
Mopar-accessoires..............312
Motor....................
.267
Motor,
aanbevelingen voor inrijden......160
keuze van de motorolie.........306
koeling..................276
koelvloeistof (antivries).........308
olie.................306, 308
oliepeil controleren...........271
olievuldop................267
oververhitting..............246starten..................156
starten met startkabels.........243
waarschuwing uitlaatgassen . .152, 303
Motorkapontgrendeling............58
Motorkapsteun.................58
Motorolie,
aanbevelingen..............306
controleren................271
filter....................308
peilstok..................271
viscositeit.................306
vulhoeveelheid..............306
waarschuwingslampje oliedruk.....72
Multifunctionele bedieningshendel....36
Navigatie...................344
Neerklapbare rugleuningdelen.......27
Neerklapbare stoelen.............27
Noodgevallen,
opkrikken.............228, 279
sleepogen.................251
slepen...................249
starten met startkabels.........243
waarschuwingsknipperlichten.....213
Octaangetal, benzine (brandstof) .300, 308
Olie, motor..................308
INDEX
390
Sleephaken..................251
Sleepogen..................252
Slepen.....................207
Slepen,
handleiding...............209
trekgewicht................209
voertuig met pech............249
vouwwagen of caravan.........211
Slepen achter een camper.........211
Slepen, achter een camper........211
Slepen achter een camper.........211
Slepen van een voertuig met pech. . . .249
Sleutelhouder,
het alarm inschakelen..........22
het alarm uitschakelen.........22
portiervergrendeling met
afstandsbediening............15
Sleutels.....................15
Sleutels,
vervangen.................17
Sloten,
kindersloten................26
Sloten
Stuurslot..................19
Sneeuwkettingen..............287
Snelheidsbegrenzer, actief.........180Snelheidsregeling,
annuleren.................182
modusinstelling (alleen ACC).....182
volgafstand (alleen ACC)........182
voortzetten................182
Snelheidsregeling (cruisecontrol).....181
Specificaties,
brandstof (benzine)...........308
olie.....................308
Spraakbedieningsopdracht.....356, 357
Spraakherkenningssysteem
(VR)..............356, 357, 360
Stabilisatie-inrichting aanhanger (TSC) . .96
Stabilisatieregeling, aanhanger (TSC) . . .96
Stallen van het voertuig...........52
Starten..................20, 156
Starten,
automatische versnellingsbak.....156
knop.....................17
met afstandsbediening..........20
Starten en rijden
..............156
Starten met startkabels..........243
Startprocedures...............156
Startsysteem met afstandsbediening . . .20
Steunen, hoofdsteun.............33
Stoelen.....................27Stoelen,
geheugen..................29
gekoeld...................32
hoofdsteunen...............33
instaphulp.................31
kantelen..................27
neerklapbare achterbank........27
ontgrendeling rugleuning........27
verstellen..................27
verwarmd..................31
Stoelen met systeem voor gemakkelijk in-
en uitstappen................31
Stoel met geheugenfunctie.........29
Stopcontact (voor randapparatuur).....62
Storingslampje (motorcontrole).......75
Sturen,
bedieningselementen stuurkolom . . .36
stuurkolom verstellen..........35
Sturen
stuurslot..................19
Sturen,
stuur verstellen..............35
verwarmd stuur...........35, 36
Stuurbediening audiosysteem.......343
Tanken....................203
Telefoon (Uconnect)............349
INDEX
392