De geheime code invoeren
Wanneer het systeem wordt
ingeschakeld, toont het display, als de
code wordt gevraagd, het opschrift
"Anti-diefstalcode invoeren", gevolgd
door een scherm met een toetsenbord
waarmee de geheime code kan worden
ingevoerd.
De geheime code bestaat uit vier cijfers
van 0 t/m 9: draai voor het invoeren
van de code aan de "BROWSE
ENTER" knop en druk deze in om te
bevestigen.
Na het invoeren van het vierde cijfer
begint het systeem te werken.
Als er een verkeerde code is ingevoerd,
geeft het systeem "Code verkeerd"
weer om de gebruiker te laten weten
dat de juiste code ingevoerd moet
worden.
Na 3 mislukte invoerpogingen,
verschijnt op het display "Code
verkeerd. Radio geblokkeerd. 30
minuten wachten a.u.b.". Als dit
opschrift is verdwenen, kan de code
opnieuw worden ingevoerd.
Paspoort autoradio
Dit document is het eigendomsbewijs
van het systeem. In het paspoort van
de autoradio staan het model, het
serienummer en de geheime code
aangegeven.Neem, in geval van zoekraken van het
paspoort van de autoradio, contact
op met het Fiat Servicenetwerk, neem
uw identiteitsbewijs en de
eigendomsdocumenten van uw auto
mee.
BELANGRIJK Bewaar dit
autoradiopaspoort op een veilige plek,
zodat bij diefstal van het systeem de
betreffende informatie aan de bevoegde
instanties gegeven kan worden.
BELANGRIJKE
OPMERKINGEN
In geval van een storing, mag het
systeem alleen gecontroleerd en
gerepareerd worden door het Fiat
Servicenetwerk.
Als de temperatuur erg laag is, kan het
even duren voordat het display de
optimale lichtsterkte heeft bereikt.
Als de auto enige tijd bij een hoge
buitentemperatuur wordt geparkeerd,
kan de "thermische beveiligingsfunctie"
van het systeem in werking treden tot
de temperatuur van de radio naar
een acceptabel niveau is teruggekeerd.
Kijk alleen naar het scherm wanneer
dit nodig en veilig is. Als u langere
tijd naar het scherm moet kijken, ga
dan de weg af en parkeer op een
veilige plek, zodat u niet tijdens het
rijden wordt afgeleid.Stop onmiddellijk met het gebruik van
het systeem in geval van een storing.
Anders kan het systeem beschadigd
raken. Neem zo snel mogelijk contact
op met het Fiat Servicenetwerk om het
systeem te laten repareren.
BELANGRIJK
165)Volg onderstaande
veiligheidsvoorschriften, want anders
kunnen de inzittenden ernstig gewond
raken of kan het systeem beschadigd
raken.
166)Als het volume te hoog staat, kan dat
gevaarlijk zijn. Stel het volume zo af dat
omgevingsgeluiden (bijv. claxons,
ambulances, politievoertuigen enz.) nog
hoorbaar zijn.
BELANGRIJK
76)Maak het frontpaneel en het display
alleen schoon met een zachte, schone,
droge, anti-statische doek. Reinigings- en
polijstmiddelen kunnen het oppervlak
beschadigen. Gebruik geen alcohol of
dergelijke producten om het
bedieningspaneel of het display schoon te
maken.
77)Gebruik het display niet als basis voor
steunen met zuignappen of kleefmiddelen
voor externe navigatiesystemen,
smartphones of dergelijke apparaten.
209
selecteer deBluetooth® Media-
bron;
druk op de knop "Toestel toev.";
zoekUconnect™op hetBlu-
etooth® audioapparaat (tijdens de
koppelingsfase verschijnt op het
scherm de voortgang van het proces);
voer, als het audioapparaat hierom
vraagt, de PIN-code in die wordt
getoond op het display van het
systeem of bevestig de op het apparaat
getoonde PIN;
als de koppelingsprocedure met
succes is afgesloten, wordt een scherm
getoond. Als "Ja" op de vraag wordt
geselecteerd, wordt hetBluetooth®
audioapparaat als favoriet gekoppeld
(het apparaat heeft voorrang op alle
andere apparaten die later worden
gekoppeld). Als "Nee" wordt gekozen,
wordt de prioriteit bepaald door de vol-
gorde waarin de apparaten werden
gekoppeld. Het laatst verbonden appa-
raat heeft de hoogste prioriteit;
een audioapparaat kan ook
gekoppeld worden door te drukken op
de toets PHONE op het voorpaneel
en door "Instellingen" te selecteren of
door, vanuit het menu "Instellingen",
"Telefoon/Bluetooth" te selecteren.BELANGRIJK Raadpleeg het
instructieboekje van de mobiele
telefoon als deBluetooth® verbinding
tussen mobiele telefoon en systeem
wordt verbroken.
TELEFOONMODUS
Telefoonmodus inschakelen:
Druk op de knop PHONE op het
voorpaneel om de Telefoonmodus in te
schakelen.
Met de knoppen op het display kan
men:
het telefoonnummer kiezen (met
behulp van het grafische toetsenbord
op het display);
de contacten in het telefoonboek
van de mobiele telefoon weergeven en
bellen;
de contacten uit de registers van
vorige gesprekken weergeven en
bellen;
een maximum van 10 telefoons/
audioapparaten koppelen om de
toegang en de verbinding eenvoudiger
en sneller te maken;
gesprekken van het systeem naar
de mobiele telefoon en andersom
overzetten en het geluid van de
microfoon uitschakelen bij
privégesprekken.Het geluid van de mobiele telefoon
wordt over het audiosysteem van de
auto uitgezonden: het systeem schakelt
automatisch het geluid van het
Uconnect™-systeem uit wanneer de
Telefoonfunctie wordt gebruikt.
OPMERKING Ga, om de lijst met
mobiele telefoons en ondersteunde
functies te raadplegen, naar de website
www.driveuconnect.eu
Mobiele telefoon koppelen
Ga als volgt te werk:
schakel de functieBluetooth®in
op de mobiele telefoon;
druk op de knop PHONE op het
voorpaneel;
als er nog geen telefoon aan het
systeem gekoppeld is, toont het display
een speciaal scherm;
selecteer "Ja" om de
koppelingsprocedure te starten en zoek
vervolgens hetUconnect™-apparaat
op de mobiele telefoon (als "Nee" wordt
geselecteerd, wordt het hoofdscherm
van de Telefoon getoond);
voer, als de mobiele telefoon hierom
vraagt, de PIN-code getoond op het
display van het systeem in op het
toetsenbord van uw telefoon of
bevestig de op de mobiele telefoon
getoonde PIN;
216
MULTIMEDIA
SMS-berichtopties
Er zijn standaard SMS-berichten in het
systeemgeheugen opgeslagen die
als antwoord op een ontvangen bericht
of als nieuw bericht verzonden kunnen
worden.
Ja
Nee
OK
Ik kan nu niet praten
Bel me
Ik bel je straks
Ik ben onderweg
Bedankt
Ik ben te laat
Ik zit vast in het verkeer
Begin zonder mij
Waar ben je?
Ben je er al?
Ik heb aanwijzingen nodig
Ik ben de weg kwijt
Tot straks
Ik kom 5 (of 10, 15, 20, 25, 30, 45,
60) (*) minuten later
Tot over 5 (of 10, 15, 20, 25, 30, 45,
60) (*) minuten
(*) Gebruik alleen de kiesbare getallen,
anders neemt het systeem het bericht
niet aan.Het systeem staat tevens toe dat een
ontvangen SMS wordt doorgezonden.
OPMERKING Raadpleeg de
desbetreffende paragraaf voor meer
informatie over het verzenden van
tekstberichten met gebruik van
spraakopdrachten.
Door tekstberichten bladeren
(voor bepaalde versies/markten)
Door middel van de bedieningsorganen
op het stuurwiel kunt u de laatste 10
ontvangen SMS-berichten op het
display van het instrumentenpaneel
weergeven en beheren. Om deze
functie te gebruiken, moet de mobiele
telefoon de uitwisseling van SMS via
Bluetooth® ondersteunen.
Selecteer “Telefoon” in het
instellingenmenu op het
instrumentenpaneel en selecteer
vervolgens “SMS-lezer” met de
stuurwielbedieningen
/. Door
middel van het submenu "SMS-lezer"
kunnen de laatste 10 SMS-berichten
worden weergegeven.Uconnect™ LIVE
SERVICES
(indien aanwezig)
Druk op de APPS-toets om het menu
met alle applicatiefuncties van het
systeem te openen, zoals:
tijdsweergave, functiegegevens van
eco:Drive™, Trip Computer,
Buitentemperatuur, Instellingen,
Uconnect™LIVE-toepassingen.
Als een pictogram vanUconnect™
LIVEaanwezig is, dan is het systeem
voorbereid voor de aangesloten
services en kunnen de toepassingen
direct worden gebruikt vanaf het
radiomenu voor een efficiënter en
geavanceerd gebruik van de auto.
De applicatiefuncties zijn beschikbaar
volgens de voertuigconfiguratie en
de markt.
Om deUconnect™ LIVEservices te
kunnen gebruiken, is het volgende
noodzakelijk:
deUconnect™ LIVEApp van de
"App Store" of "Google Play" op uw
compatibele smartphone downloaden
en er daarbij voor zorgen dat de
gegevensverbinding is ingeschakeld;
u registreren, via deUconnect™™
LIVE Appop de website
www.driveuconnect.eu of www.fiat.it
218
MULTIMEDIA
Uconnect™LIVEApp op uw
smartphone starten en uw gegevens
invoeren.
Raadpleeg voor meer informatie over
de op de markt beschikbare diensten,
de website www.driveucoinnect.eu.
Eerste toegang tot het voertuig
Om, na het starten van de
Uconnect™LIVEApp en het invoeren
van uw gegevens, toegang te krijgen
tot deUconnect™LIVEApp-services
in de auto, moet er eenBluetooth®-
verbinding zijn tussen uw smartphone
en hetUconnect™-systeem zoals
beschreven in het hoofdstuk "Uw
mobiele telefoon koppelen". De lijst met
ondersteunde mobiele telefoons is bes-
chikbaar op www.driveuconnect.eu.
Druk na het koppelen op de
Uconnect™ LIVE-knop op het scherm
om toegang te krijgen tot de verbonden
services.
Wanneer de activering is voltooid,
verschijnt een speciaal bericht op het
display. In het geval van diensten
waarvoor een persoonlijk profiel vereist
is, kunt u uw eigen account via de
Uconnect™LIVEApp koppelen of in
de gereserveerde zone op de website
www.driveuconnect.eu.Gebruiker niet aangesloten
Indien het apparaat niet aan de
Bluetooth®-telefoon wordt gekoppeld,
als op deUconnect™ LIVE-knop is
gedrukt, wordt het pictogram van het
systeemmenu uitgeschakeld, met uit-
zondering vaneco:Drive™.
Raadpleeg voor nadere informatie over
de functieeco:Drive™de
desbetreffende paragraaf.
Instelling van Uconnect™ LIVE-
services via het bijbehorende menu
In het systeemmenu vanUconnect™
van deUconnect™LIVE-services
kan het gedeelte “Instellingen” worden
geopend door op het pictogram
te
drukken. In dit gedeelte kunt u de
systeemopties controleren en naar
voorkeur aanpassen.
Systeem updaten
Als er een update beschikbaar is voor
hetUconnect™-systeem tijdens
het gebruik van deUconnect™
LIVE-services, verschijnt er een
speciaal bericht op het display.De update omvat het downloaden van
de nieuwe softwareversie voor het
beheer van deUconnect™LIVE
services. De update wordt uitgevoerd
met behulp van het dataverkeer van de
aangesloten smartphone: de
hoeveelheid uitgewisselde gegevens
wordt meegedeeld aan de bestuurder.
BELANGRIJK Om de goede werking
van deUconnect™tijdens de
installatie niet in gevaar te brengen,
geen andere handelingen verrichten
maar wachten tot de installatie is
voltooid.
App Uconnect™ LIVE
DeUconnect™ LIVE-app moet op uw
smartphone worden geïnstalleerd om
de verbonden services vanuit uw auto
te kunnen openen. Dit kan worden
gebruikt om uw profiel te beheren en
uwUconnect™ LIVEervaring aan
te passen. De App kan worden
gedownload via de "App Store" of
"Google Play".
Om veiligheidsredenen kan de App niet
worden geopend wanneer de telefoon
gekoppeld is aan hetUconnect™
system.
219
Opslag en overdracht van
routegegevens
De tripgegevens kunnen worden
opgeslagen in het systeemgeheugen en
overgedragen via een goed
geconfigureerde USB-geheugenstick of
deUconnect™ LIVE App.
Op die manier kunt u de geschiedenis
van de verzamelde gegevens, met
een volledige analyse van de
routegegevens en van uw rijstijl,
weergeven.
Ga voor nadere informatie naar de
website www.driveuconnect.eu.
BELANGRIJK De USB-geheugenstick
niet verwijderen of de verbinding van de
smartphone met de appUconnect™
LIVEverbreken, voordat het systeem
de gegevens heeft gedownload, want
anders kunnen de gegevens verloren
gaan. Tijdens de gegevensoverdracht
naar de apparaten kunnen er
Uconnect™berichten op het scherm
van de autoradio verschijnen om de
gebruiker op de juiste wijze door deze
handeling te leiden; volg deze
aanwijzingen op. Deze berichten
worden alleen weergegeven als de
contactsleutel naar STOP is gedraaid
en als een uitschakelvertraging van het
Uconnect™-systeem is ingesteld.De gegevens worden bij het afzetten
van de motor automatisch naar de
apparaten verzonden. Overgedragen
gegevens worden op deze manier
verwijderd uit het systeem geheugen. U
kunt kiezen om de routegegevens al
dan niet op te slaan, door op de toets
"Instellingen" te drukken en door de
activering van de opslag en de
overdracht naar USB of Cloud in te
stellen.
Als de USB-geheugenstick vol is,
worden waarschuwingsberichten op
het display van hetUconnect™-
systeem weergegeven.
Als deeco:Drive™-gegevens
gedurende enige tijd niet overgezet zijn
naar de USB-stick, kan het interne
geheugen van hetUconnect™-
systeem verzadigd raken: volg in dat
geval de aanbevelingen gegeven in de
berichten op het display op.
my:Car
Met my:Car kunt u de "toestand" van
uw auto altijd onder controle houden.
my:Car kan in real time fouten
waarnemen en de bestuurder
informeren over naderende service-
intervallen.Om te communiceren met de
toepassing, drukt u op de "my:Car"
knop: er verschijnt een scherm op het
display en de "care:Index"-sectie wordt
weergegeven, die gedetailleerde
informatie bevat over de status van de
auto. Druk op de knop "Actieve
waarschuwingen" om de informatie
over eventuele storingen van het
voertuig te tonen die de activering van
een waarschuwingslampje tot gevolg
hadden.
De status van het voertuig kan worden
geraadpleegd op
www.driveuconnect.eu of via de
Uconnect™ LIVEApp.
MENU "INSTELLINGEN"
Weergave menu "Instellingen"
Druk op de toets
op het frontpaneel
om het menu "Instellingen" te openen.
Het menu omvat, als richtlijn, de
volgende opties:
Taal
Weergave
Meeteenheid (voor bepaalde
versies/markten)
Stembesturing
Klok en Datum
Veiligheid/hulp bij rijden (voor
bepaalde versies/markten)
Lichten
221
Als de optie "Telefoon" is geselecteerd
terwijl de telefoon niet is verbonden,
kan de lijst met favoriete nummers niet
worden weergegeven.
Siri Ogen Vrij
(alleen beschikbaar met de iPhone 4S
en eropvolgende versies en
compatibele iOS-versies)
Met Siri kunt u uw stem gebruiken om
een bericht te sturen, mediabronnen en
telefoonoproepen te beheren en nog
veel meer. U kunt uw ogen op de weg
houden en uw handen op het stuur,
terwijl Siri andere nuttige handelingen
verricht.
Siri inschakelen: houd de knop
op
het stuurwiel ingedrukt. Wanneer u
een dubbele piep hoort, kunt u
beginnen met communiceren met Siri.
OPMERKING het apparaat met Siri
moet worden gekoppeld aan het
Uconnect™-systeem met de
koppelingsprocedure (zie de
betreffende paragraaf). Spreek duidelijk
met een normaal ritme en volume.
Uconnect™
LIVE-SERVICES
Druk op de knopUconnect™om
toegang te krijgen tot de services van
Uconnect™ LIVE.
De applicatiefuncties zijn beschikbaar
volgens de voertuigconfiguratie en
de markt.Om de services vanUconnect ™ LIVE
te gebruiken, moet u deUconnect
™LIVEApp downloaden van Google
Play of de Apple Store en registreren
met gebruik van de app of op
www.driveuconnect.eu.
Eerste toegang tot het voertuig
Om, na het starten van de
Uconnect™LIVEApp en het invoeren
van uw gegevens, toegang te krijgen
tot deUconnect™LIVEApp-services
in de auto, moet er eenBluetooth®-
verbinding zijn tussen uw smartphone
en hetUconnect™-systeem zoals
beschreven in het hoofdstuk "Uw
mobiele telefoon koppelen". De lijst met
ondersteunde mobiele telefoons is bes-
chikbaar op www.driveuconnect.eu.
Druk na het koppelen op de
Uconnect™ LIVE-knop op het scherm
om toegang te krijgen tot de verbonden
services.
Alvorens de aangesloten services te
gebruiken, moet u de
activeringsprocedure voltooien door de
instructies op te volgen die in de
Uconnect™ LIVEApp verschijnen
zodra deBluetooth®-koppeling vol-
tooid isUconnect™ LIVE-services instellen
met behulp van het Uconnect™-
systeem.
Met behulp van het systeemmenu van
Uconnect™van deUconnect™
LIVE-services kan het gedeelte
“Instellingen” worden geopend door op
het pictogram
op het display te
drukken. Hier kunt u de systeemopties
controleren en naar voorkeur
aanpassen.
Systeemupdates
Als een update voor hetUconnect™-
systeem beschikbaar is terwijl de
Uconnect™ LIVE-services worden
gebruikt, dan wordt de bestuurder
hiervan op de hoogte gebracht via een
bericht op het display van het systeem.
Verbonden services die op het
voertuig geopend kunnen worden
Deeco:Drive™-enmy:Car-
applicaties zijn ontwikkeld om de
rijervaring van de klant te verbeteren, en
zijn daarom verkrijgbaar op alle
markten waar toegang tot de
Uconnect™ LIVE-services mogelijk is.
Op versiesUconnect™7" HD Nav
LIVE maakt de toegang tot de
Uconnect™ LIVE-services het gebruik
van "LIVE"-services mogelijk.
235
eco:Drive™
Met deeco:Drive™applicatie kan uw
rijgedrag in realtime worden weergeven,
zodat u uw rijstijl kunt verbeteren voor
wat betreft brandstofverbruik en
uitstoot.
Daarnaast kunnen de gegevens worden
opgeslagen op een USB-apparaat of
met behulp van deUconnect™LIVE
App en gegevens op uw computer
worden verwerkt met behulp van de
eco:Drive™-applicatie die kan worden
gedownload van www.fiat.it (voor
Italië), www.fiat.com (voor andere
landen), of www.driveuconnect.eu
Het rijgedrag wordt geëvalueerd door
middel van vier indexen die de
volgende parameters controleren:
Acceleratie
Deceleratie
Transmissie
Snelheid
eco:Drive™ display
Druk op de toetseco:Drive™om van
deze functie gebruik te maken. Er wordt
een scherm weergegeven met de 4
hierboven beschreven indexen. Deze
indexen zijn grijs totdat het systeem
genoeg gegevens heeft om de rijstijl te
analyseren.Zodra voldoende gegevens
beschikbaar zijn, nemen de indexen op
basis van de beoordeling 5 kleuren
aan: donkergroen (zeer goed),
lichtgroen, geel, oranje en rood (zeer
slecht).
In geval van een langdurige inactiviteit
geeft het display het gemiddelde van de
indexen tot dat moment weer
("Gemiddelde index") en zodra het
voertuig opnieuw wordt gestart, worden
de indexen weer in kleur en in realtime
weergegeven.
Opslag en overdracht van
routegegevens
De reisgegevens worden opgeslagen in
het systeemgeheugen en overgebracht
door middel van een geschikt
geconfigureerde USB-geheugenstick of
door deUconnect™ LIVEApp.
Op die manier kunt u de geschiedenis
van de verzamelde gegevens, met
een volledige analyse van de
routegegevens en van uw rijstijl,
weergeven. Ga voor nadere informatie
naar de website
www.driveuconnect.eu.BELANGRIJK De USB-geheugenstick
niet verwijderen of de verbinding van de
smartphone met de appUconnect™
LIVEverbreken, voordat het systeem
de gegevens heeft gedownload, want
anders kunnen de gegevens verloren
gaan. Tijdens de gegevensoverdracht
naar de apparaten kunnen er
Uconnect™berichten op het scherm
van de autoradio verschijnen om de
gebruiker op de juiste wijze door deze
handeling te leiden; volg deze
aanwijzingen op. Deze berichten
worden alleen weergegeven als de
contactsleutel naar STOP is gedraaid
en als een uitschakelvertraging van het
Uconnect™-systeem is ingesteld.
De gegevens worden bij het afzetten
van de motor automatisch naar de
apparaten verzonden. Overgedragen
gegevens worden op deze manier
verwijderd uit het systeem geheugen. U
kunt kiezen om de tripgegevens al
dan niet op te slaan, door op de toets
"Instellingen" te drukken en door de
activering van de opslag en de
overdrachtsmodus (USB of Cloud) in te
stellen.
Als de USB-geheugenstick vol is,
worden waarschuwingsberichten op
het display van hetUconnect™-
systeem weergegeven.
236
MULTIMEDIA
Als deeco:Drive™-gegevens
gedurende enige tijd niet overgezet zijn
naar de USB-stick, kan het interne
geheugen van hetUconnect™-
systeem verzadigd raken: volg in dat
geval de aanbevelingen gegeven in de
berichten op het display op.
my:Car
Met my:Car kunt u de toestand van uw
auto altijd onder controle houden.
my:Car kan in real time fouten
waarnemen en de bestuurder
informeren over naderende service-
intervallen.
Om te communiceren met de
toepassing, drukt u op de "my:Car"
knop: er verschijnt een scherm op het
display en de "care:Index"-sectie wordt
weergegeven, die gedetailleerde
informatie bevat over de status van de
auto. Druk op de knop "Actieve
waarschuwingen" om de informatie
over eventuele storingen van het
voertuig te tonen die de activering van
een waarschuwingslampje tot gevolg
hadden.
De status van het voertuig kan worden
geraadpleegd op
www.driveuconnect.eu of via de
Uconnect™ LIVEApp.Apple CarPlay en
Android Auto
(voor bepaalde versies/markten)
Met de applicaties Apple CarPlay en
Android Auto kunt u uw smartphone
veilig en intuïtief in de auto gebruiken. U
kunt deze gebruiken door een
compatibele smartphone op de
USB-aansluiting aan te sluiten, waarna
de inhoud van de telefoon automatisch
op hetUconnect™-display verschijnt.
Informatie over de compatibiliteit van
uw smartphone is te vinden op de
volgende websites: https://
www.android.com/intl/it_it/auto/ and
http://www.apple.com/it/ios/carplay/.
Als de smartphone correct via de
USB-aansluiting met de auto is
verbonden, zal het symbool van Apple
CarPlay of Android Auto getoond
worden in plaats van de knop
in het
hoofdmenu.
Instelling Android Auto-APP
Download eerst de applicatie Android
Auto op uw smartphone vanuit de
Google Play Store.
De applicatie is compatibel met Android
5.0 (Lollipop) en latere versies. Om
Android Auto te kunnen gebruiken,
moet de smartphone via een
USB-kabel met de auto zijn verbonden.Bij de eerste verbinding die tot stand
wordt gebracht, moet u de
instellingsprocedure op de smartphone
doorlopen. Deze procedure kan alleen
worden uitgevoerd als de auto stilstaat.
Zodra het toestel op de USB-
aansluiting is aangesloten, maakt de
Android Auto-app een parallelle
Bluetooth®-verbinding.
Instelling Apple CarPlay-app
Apple CarPlay is compatibel met de
iPhone 5 of recentere modellen en het
besturingssysteem iOS 7.1 of nieuwere
versies hiervan. Voordat Apple CarPlay
kan worden gebruikt, moet Siri worden
ingeschakeld via Instellingen >
Algemeen > Siri op de smartphone.
Om Apple CarPlay te kunnen
gebruiken, moet de smartphone via een
USB-kabel met de auto zijn verbonden.
237