Page 81 of 102

Periodiek onderhoud en afstelling
6-35
6
DAUM3820
Koplampgloeilamp vervangen
De koplampen op dit model hebben halo-
geen gloeilampen. Vervang een koplamp-
gloeilamp als volgt als deze is
doorgebrand.
LET OP
DCA10651
Pas op en zorg dat de volgende onder-
delen niet worden beschadigd:
Koplampgloeilamp
Raak het glas van de koplampgloei-
lamp niet aan zodat dit vetvrij blijft,
anders kan de doorzichtigheid van
het glas, de lichtintensiteit en de le-
vensduur nadelig worden beïn-
vloed. Wrijf eventuele
verontreinigingen en vingerafdruk-
ken op het gloeilampglas weg met
een doekje gedrenkt in alcohol of
thinner.
Koplamplens
Plak g
een kleurfolie of stickers op
de koplamplens.
Gebruik geen koplampgloeilamp
met een hoger wattage dan is voor-
geschreven.
1. Verwijder de gloeilampkap door deze
linksom te draaien.2. Maak de koplampstekker los.
3. Haak de gloeilamphouder los en ver-
wijder dan de defecte gloeilamp.
4. Breng een nieuwe koplampgloeilamp
aan en zet deze dan vast met de gloei-
lamphouder.
5. Sluit de koplampstekker aan.
6. Monteer de gloeilampkap door deze
rechtsom te draaien.
OPMERKING
Zorg bij het monteren van de kop-
gloeilampkappen dat de breedste
borglip naar boven wijst.
Zorg dat de O-ring correct aanligt.
1. Raak het glas van de gloeilamp niet aan.
1. Gloeilampkap
1. Gloeilamphouder
2. Koplampstekker
1
ZAUM1419
2
1
ZAUM1420
UBC6D2D0.book Page 35 Wednesday, July 11, 2018 3:11 PM
Page 82 of 102
Periodiek onderhoud en afstelling
6-36
6
7. Vraag indien nodig een Yamaha dea-
ler de koplamplichtbundel af te stel-
len.
DAU54502
Parkeerlichten
Dit model heeft parkeerlichten van het LED-
type.
Als een parkeerlicht niet werkt, laat dan een
controle uitvoeren door een Yamaha-dea-
ler.
ZAUM1431
UBC6D2D0.book Page 36 Wednesday, July 11, 2018 3:11 PM
Page 83 of 102
Periodiek onderhoud en afstelling
6-37
6
DAU70540
Remlicht/achterlicht
Dit model is uitgerust met een rem-
licht/achterlicht van het LED-type.
Als het remlicht/achterlicht niet gaat bran-
den, vraag dan een Yamaha-dealer om het
na te kijken.
DAU24205
Gloeilamp in richtingaanwijzer
vervangen
1. Verwijder de lamplens van de richting-
aanwijzer door de schroeven te verwij-
deren.
2. Verwijder de defecte gloeilamp door
deze in te drukken en linksom te draai-
en.
3. Plaats een nieuwe gloeilamp in de fit-
ting, druk deze in en draai rechtsom
tot hij stuit.
4. Monteer de lamplens door de schroef
aan te brengen. LET OP: Draai de
schroef niet te vast, hierdoor kan de
lens breken.
[DCA11192]
1. Lamplens richtingaanwijzer
2. Schroef
1. Gloeilamp richtingaanwijzer
1
2
1
UBC6D2D0.book Page 37 Wednesday, July 11, 2018 3:11 PM
Page 84 of 102

Periodiek onderhoud en afstelling
6-38
6
DAU59890
Gloeilamp in kentekenverlichting
vervangen
1. Verwijder de kentekenverlichtingsunit
door de moeren, ringen en kragen te
verwijderen en verwijder vervolgens
de gloeilampfitting van de kenteken-
verlichting (samen met de gloeilamp)
door deze uit te trekken.
2. Verwijder de defecte gloeilamp door
deze uit te trekken.
3. Steek een nieuwe gloeilamp in de fit-
ting.
4. Monteer de fitting (samen met de
gloeilamp) door deze in te drukken en
monteer vervolgens de kentekenver-
lichtingsunit door de kragen, ringen en
moeren aan te brengen.
DAU67131
Ondersteunen van de motorfiets
Dit model is niet voorzien van een midden-
bok, gebruik daarom onderhoudsstan-
daards bij het verwijderen van het voor- of
achterwiel of bij het uitvoeren van ander on-
derhoud waarbij de motorfiets rechtop
moet staan.
Controleer of de motorfiets stabiel en vlak
staat alvorens onderhoud te verrichten.
1. Kentekenverlichtingsunit
2. Flensbus
3. Moer
4. Gloeilampfitting kentekenverlichting
1. Gloeilamp kentekenverlichting
1
2
2
4
3
3
1
1. Onderhoudsstandaard (voorbeeld)
1
UBC6D2D0.book Page 38 Wednesday, July 11, 2018 3:11 PM
Page 85 of 102

Periodiek onderhoud en afstelling
6-39
6
DAU25872
Problemen oplossen
Yamaha motorfietsen ondergaan een gron-
dige inspectie voordat ze vanaf de fabriek
op transport gaan, maar tijdens gebruik
kunnen toch storingen optreden. Proble-
men in de brandstof-, compressie- of ont-
stekingssystemen kunnen bijvoorbeeld de
oorzaak zijn van slecht starten of een afna-
me in motorvermogen.
In de volgende storingzoekschema’s is een
snelle en gemakkelijke werkwijze weerge-
geven om deze vitale systemen zelf te kun-
nen controleren. Ga met uw motorfiets
echter wel naar een Yamaha dealer als re-
paraties nodig zijn, hier zijn vakkundige
monteurs aanwezig die beschikken over
het benodigde gereedschap en de ervaring
en vakkennis om het nodige onderhoud
aan de motorfiets correct te verrichten.
Gebruik uitsluitend originele Yamaha ver-
vangingsonderdelen. Niet-originele onder-
delen lijken misschien op Yamaha
onderdelen maar zijn toch vaak van minde-
re kwaliteit en hebben een kortere levens-
duur, zodat dan later mogelijk toch dure
reparaties nodig zijn.
WAARSCHUWING
DWA15142
Rook niet tijdens het controleren van het
brandstofsysteem en let erop dat er
geen open vuur of vonken in de omge-
ving zijn, inclusief waakvlammen van
geisers of ovens. Benzine en benzine-
dampen kunnen vlam vatten of explode-
ren, met ernstig letsel of schade aan
eigendommen tot gevolg.
UBC6D2D0.book Page 39 Wednesday, July 11, 2018 3:11 PM
Page 86 of 102

Periodiek onderhoud en afstelling
6-40
6
DAU67970
Storingzoekschema’s
Startproblemen of slechte werking van de motor
1. BrandstofEr is voldoende
brandstof aanwezig.
Er is geen brandstof
aanwezig.
Controleer de accu.
Vul brandstof bij.
De motor draait snel
rond.
De motor draait
langzaam rond.
De motor start niet.
Controleer de accu.
Schoonvegen met een
droge doek. Stel de
elektrodenafstand van
de bougies af of
vervang de bougies.
Controleer de
aansluitingen van de
accukabels en vraag
indien nodig een Yamaha
dealer om de accu te laden.
2. AccuDe accu is in orde.
De motor start niet.
Controleer de
ontsteking.
3. OntstekingNatBedien de elektrische
startknop.
Droog
Er is compressie.
Er is geen
compressie.
De motor start niet.
Vraag een Yamaha dealer de machine te controleren.
Vraag een Yamaha dealer de machine te controleren.
De motor start niet.
Controleer de
compressie.Vraag een Yamaha
dealer de machine te
controleren.
Verwijder de bougies
en controleer de
elektroden.
Bedien de elektrische
startknop.
Bedien de elektrische
startknop.
Controleer het
brandstofniveau in de
brandstoftank.
4. Compressie
UBC6D2D0.book Page 40 Wednesday, July 11, 2018 3:11 PM
Page 87 of 102

Periodiek onderhoud en afstelling
6-41
6
Oververhitte motor
WAARSCHUWING
DWA10401
Verwijder de koelvloeistofradiatorvuldop niet terwijl de motor en de koelvloei-
stofradiator nog heet zijn. Hete vloeistof en stoom kan naar buiten spuiten en zo
ernstige brandwonden veroorzaken. Wacht tot de motor is afgekoeld.
Breng na verwijderen van de borgbout voor de radiatorvuldop een dikke doek,
bijvoorbeeld een handdoek, aan over de radiatorvuldop en draai deze dan lang-
zaam linksom tegen de aanslag zodat de nog aanwezige druk kan ontsnappen.
Druk de d
op omlaag zodra het sisgeluid stopt en draai deze linksom en verwijder
de dop.
OPMERKING
Als geen koelvloeistof beschikbaar is, kan tijdelijk leidingwater worden gebruikt, maar dit
moet wel zo snel mogelijk door de voorgeschreven koelvloeistof worden vervangen.
Wacht tot de
motor is afgekoeld.
Controleer het
koelvloeistofniveau in
het reservoir en in de
radiator.Vul koelvloeistof bij.
(Zie OPMERKING.)
Het koelvloeistofniveau
is in orde.
Er is geen lekkage.
Er is lekkage.
Het koelvloeistofniveau
is laag. Controleer het
koelsysteem op
lekkage.
Vraag een Yamaha
dealer het koelsysteem
te controleren en te
repareren.
Start de motor. Vraag een Yamaha dealer het
koelsysteem te controleren en te repareren als de
motor opnieuw oververhit raakt.
UBC6D2D0.book Page 41 Wednesday, July 11, 2018 3:11 PM
Page 88 of 102

Verzorging en stalling van de motorfiets
7-1
7
DAU37834
Matkleur, let op
LET OP
DCA15193
Sommige modellen zijn uitgerust met
matkleurige onderdelen. Raadpleeg een
Yamaha dealer voor advies over wat
voor producten gebruikt moeten worden
om het voertuig te reinigen. Het gebruik
van een borsteltje, chemische produc-
ten of reinigingsmiddelen tijdens het rei-
nigen van deze onderdelen kan het
oppervlak bekrassen of beschadigen.
Ook was moet niet worden aangebracht
op een van de matkleurige onderdelen.
DAU26015
Verzorging
De open constructie van een motorfiets
maakt de fraaie techniek beter zichtbaar,
maar de machine is hierdoor ook kwets-
baarder. Er kan roestvorming en corrosie
optreden, ook al zijn hoogwaardige com-
ponenten gebruikt. Een roestige uitlaatpijp
valt bij een auto niet zo op, maar doet bij
een motorfiets afbreuk aan het algehele ui-
terlijk. Regelmatige en correcte verzorging
is niet alleen vereist volgens de garantiebe-
palingen, maar zorgt ook dat de motorfiets
er langer mooi uit blijft zien, verlengt de le-
vensduur en verbetert de prestaties.
Alvorens te reinigen
1. Dek de uitlaatdemperopening af met
een plastic zak nadat de motor is af-
gekoeld.
2. Controleer of alle doppen en afdek-
pluggen, ook de bougiedoppen, en
alle elektrische stekkers en aansluitin-
gen stevig zijn bevestigd.
3. Verwijder hardnekkige vervuiling, zo-
als verbrande olie op het carter, met
een ontvetter en een borstel, maar ge-
bruik dergelijke producten nooit op af-
dichtingen, pakkingen, tandwielen, de
aandrijfketting en de wielassen. Spoel
vuil en ontvetter altijd af met water.
Reinigen
LET OP
DCA10773
Vermijd het gebruik van sterke en
bijtende wielreinigingsmiddelen,
vooral bij spaakwielen. Als dergelij-
ke producten toch worden gebruikt
om hardnekkig vuil los te maken,
laat het reinigingsmiddel dan niet
langer inwerken dan is vermeld in
de gebruiksinstructies. Spoel ver-
volgens grondig na met water, laat
direct drogen en breng daarna een
corrosiewerende spray aan.
UBC6D2D0.book Page 1 Wednesday, July 11, 2018 3:11 PM