
1172. Instrumentenpaneel
2
Instrumentenpaneel
Waarschuwingslampjes informeren de bestuurder over storingen in
de aangegeven systemen van de auto.
*1: Deze lampjes gaan branden als het contact AAN wordt gezet om aan te
geven dat er een systeemcontrole wordt uitgevoerd. Ze gaan uit nadat het
hybridesysteem is ingeschakeld of na enkele seconden. Er kan ee n storing
in een systeem aanwezig zijn als een lampje niet gaat branden o f niet uit-
gaat. Laat de auto nakijken door een erkende Toyota-dealer of h ersteller/
reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitger uste des-
kundige.
*2: Het lampje knippert of brandt om een storing aan te geven.
*3: Dit lampje brandt in het centrale paneel.
Waarschuwingslampjes
*1
(rood)
Waarschuwingslampje
remsysteem
( →Blz. 571)*1Controlelampje Traction
Control ( →Blz. 573)
*1
(geel)
Waarschuwingslampje
remsysteem
(→Blz. 571)Waarschuwingslampje
laag brandstofniveau
(→Blz. 573)
*1Motorcontrolelampje
(→Blz. 572)Controlelampje
veiligheidsgordel
(→Blz. 573)
*1Waarschuwingslampje
SRS
(→Blz. 572)*3Controlelampjes
achterpassagiersgordels
(→Blz. 573)
*1Waarschuwingslampje
ABS
(→Blz. 572)*1Centraal
waarschuwingslampje
(→Blz. 578)
*1Waarschuwingslampje
elektrische
stuurbekrachtiging
(→Blz. 572)*1
(indien
aanwezig)
Waarschuwingslampje
lage bandenspanning
( →Blz. 574)
*1, 2
(indien
aanwezig)
Waarschuwingslampje
PCS
( →Blz. 572)
(oranje)
(indien
aanwezig)
Waarschuwingslampje
LDA
( →Blz. 574)

1182. Instrumentenpaneel
De controlelampjes informeren de bestuurder over de bedrijfsstatus
van de verschillende sy stemen van de auto.
Controlelampjes
Controlelampje richting-
aanwijzers
(→Blz. 325)*1Controlelampje
VSC OFF
(→Blz. 427)
Controlelampje
achterlicht ( →Blz. 327) Controlelampje READY
(
→Blz. 311)
Controlelampje
grootlicht ( →Blz. 328)
*1, 3
(indien
aanwezig)
Waarschuwingslampje
PCS
( →Blz. 363)
(indien
aanwezig)
Controlelampje
Automatic High Beam-
systeem ( →Blz. 332)*4Controlelampje
antidiefstalsysteem
(→Blz. 85, 108)
(indien
aanwezig)
Controlelampje
mistlampen voor
( →Blz. 336) Controlelampje SPORT
(
→Blz. 320)
Controlelampje
mistachterlicht
( →Blz. 336) Controlelampje
ECO MODE
(
→Blz. 320)
(indien
aanwezig)
Controlelampje
cruise control
( →Blz. 388, 400) Controlelampje
EV-modus (
→Blz. 78)
(indien
aanwezig)
Controlelampje Dynamic
Radar Cruise Control
( →Blz. 388) Controlelampje
EV MODE
(
→Blz. 317)
Controlelampje
cruise control SET
( →Blz. 388, 400)
(indien
aanwezig)
Controlelampje
Toyota Parking Assist-
sensor ( →Blz. 404)
*1, 2Controlelampje Traction
Control ( →Blz. 427)
(indien
aanwezig)
Controlelampje LDA
( →Blz. 378)

425
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
Ondersteunende systemen
◆ECB (Elektronisch geregeld remsysteem)
Het elektronisch geregelde remsysteem genereert remkracht over-
eenkomstig de bedie ning van de remmen.
◆ABS (antiblokkeersysteem)
Helpt het blokkeren van de wielen te voorkomen bij plotseling r em-
men of remmen op een glad wegdek
◆Brake Assist
Zorgt voor een grotere remkracht nadat het rempedaal is ingetra pt
als het systeem oordeelt dat er sprake is van een noodstop
◆VSC (Vehicle Stability Control)
Helpt de bestuurder de auto onder controle te houden bij uitwij kma-
noeuvres en het maken van bochten op een glad wegdek
◆TRC (Traction Control)
Zorgt ervoor dat de aandrijfkrac ht behouden blijft en voorkomt dat
de aandrijvende wielen gaan doorslippen bij het wegrijden met d e
auto of bij het accelereren op gladde wegen
◆Hill Start Assist Control
Helpt te voorkomen dat de auto achteruit rolt bij het wegrijden op
een helling
◆EPS (elektrische stuurbekrachtiging)
Maakt gebruik van een elektromo tor om de benodigde kracht voor
het ronddraaien van het stuu rwiel te verminderen
Om de veiligheid en de prestaties tijdens het rijden te verbete ren
is uw auto uitgerust met de volgende systemen die automatisch
in werking treden als de omsta ndigheden daar om vragen. Houd
er echter rekening mee dat dit aanvullende systemen zijn en ver -
trouw niet in al te sterke mate op deze systemen als u de auto
bedient.

4274-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
Het controlelampje Traction Con-
trol knippert wanneer de TRC/
VSC/ABS/Trailer Sway Control in
werking is.
Als u met uw auto vast komt te zitten in modder of sneeuw, kan het
TRC-systeem het aandrijfvermogen van het hybridesysteem naar de
wielen beperken. Als u dan op drukt, kunt u de auto waarschijn -
lijk makkelijker los krijgen door te ‘schommelen’.
Schakel het TRC-systeem uit door
snel in te drukken en weer
los te laten.
“Traction Control Turned Off”
(Traction Control uitgeschakeld)
wordt op het multi-informatiedis-
play weergegeven.
Druk nogmaals op om het sys-
teem weer in te schakelen.
Als de TRC/VSC/ABS/Trailer Sway Control in werking is
Uitschakelen van het TRC-systeem

4284-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
■Uitschakelen van de TRC, VSC en Trailer Sway Control
Schakel de TRC, VSC en Trailer Sway Control uit door langer da n 3
seconden ingedrukt te houden terwijl de auto stilstaat.
“Traction Control Turned Off” (Traction Control uitgeschakeld) wordt weerge-
geven en het controlelampje VSC OFF gaat branden.
*
Druk nogmaals op om de systemen weer in te schakelen.
*: Bij auto's met het Pre-Crash Safety-systeem worden ook het Pre -Crash
Brake Assist-systeem en het Pre-Crash Brake-systeem uitgeschakeld. Het
waarschuwingslampje PCS gaat branden en de melding wordt op het multi-
informatiedisplay weergegeven. ( →Blz. 358)
■ Wanneer de melding wordt weergeg even op het multi-informatiedisplay
dat de TRC is uitgeschakeld, zelfs al is de schakelaar VSC OFF niet inge-
drukt
De TRC en Hill Start Assist Control kunnen niet worden bediend. Neem con-
tact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
■ Bijgeluiden en trillingen die ver oorzaakt worden door de ABS-, Brake
Assist-, VSC-, Trailer Sway Control-, TRC- en Hill Start Assist Control-
systemen
De volgende verschijnselen kunnen zich voordoen als bovenstaand e syste-
men in werking zijn. Geen van deze verschijnselen duidt op een storing.
● Er kunnen trillingen gevoeld worden in de carrosserie en de stuurinrichting.
● Nadat de auto tot stilstand is gekomen, kan het geluid van een elektromotor
hoorbaar zijn.
● Er kan een lichte trilling in het rempedaal voelbaar zijn als h et antiblokkeer-
systeem geactiveerd is.
● Het rempedaal kan iets verder naar beneden bewegen als het anti blokkeer-
systeem geactiveerd is.
■ Werkingsgeluiden ECB
In de volgende gevallen zijn mogelijk werkingsgeluiden van de E CB te horen.
Dit duidt echter niet op een storing.
● Werkingsgeluiden vanuit de motorruimte die zich voordoen wannee r het
rempedaal wordt bediend.
● Wanneer het bestuurdersportier wordt geopend, kan aan de voorzijde van
de auto een geluid hoorbaar zijn dat afkomstig is van het remsy steem.
● Werkingsgeluiden vanuit de motorruimte die hoorbaar zijn wannee r na het
uitschakelen van het hybridesysteem 1 of 2 minuten zijn verstre ken.

4304-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
WAARSCHUWING
■Het ABS werkt niet effectief als
● De maximale grip van de banden overschreden wordt (bijvoorbeeld ver-
sleten banden op een weg die bedekt is met sneeuw).
● Er sprake is van aquaplaning bij hoge snelheid op een nat of gl ad wegdek.
■ De remweg met ABS in werking kan langer zijn dan onder normale
omstandigheden
Het ABS is niet ontworpen om de remweg van de auto te verkorten . Houd
altijd voldoende afstand tot uw voorligger, met name in de volgende geval-
len:
● Als wordt gereden op wegen met grind, zand en dergelijke, of op
besneeuwde wegen
● Als wordt gereden met sneeuwkettingen
● Als wordt gereden op slechte wegen
● Als wordt gereden over wegen met diepe gaten of andere grote oneffen-
heden
■ De TRC werkt mogelijk niet effectief als
Het insturen van de juiste richting en het overbrengen van de aandrijfkracht
kunnen op een gladde weg niet onder alle omstandigheden gereali seerd
worden, zelfs niet als het TRC-systeem in werking is.
Rijd voorzichtig met de auto onder omstandigheden waarbij de st abiliteit en
de aandrijfkracht verloren kunnen gaan.
■ Hill Start Assist Control werkt niet effectief als
● Vertrouw niet uitsluitend op de Hill Start Assist Control. De H ill Start Assist
Control werkt mogelijk niet effectief op steile hellingen en op met ijs
bedekte wegen.
● In tegenstelling tot de parkeerrem is de Hill Start Assist Cont rol niet
bedoeld om de auto gedurende langere tijd op zijn plaats te hou den.
Gebruik de Hill Start Assist Control niet om de auto op een hel ling op zijn
plaats te houden omdat dat kan leiden tot een ongeval.
■ Als de TRC/de VSC/het ABS/de Trailer Sway Control is geactiveer d
Het controlelampje Traction Control knippert. Rijd altijd voorz ichtig. Roeke-
loos rijgedrag kan leiden tot ongevallen. Wees bijzonder voorzichtig als het
controlelampje knippert.

5737-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
7
Bij problemen
Controlelampje Traction Control
Geeft aan dat er een storing is in:
• Het VSC-systeem;
• De Trailer Sway Control;
•De TRC; of
• De Hill Start Assist Control
Het lampje gaat knipperen wanneer de TRC, de VSC, het
ABS of de Trailer Sway Control in werking is.
→Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Waarschuwingslampje laag brandstofniveauGeeft aan dat de resterende hoeveelheid brandstof onge-
veer 8,4 liter of minder is
→ Vul de brandstoftank.
Controlelampje (waarschuwi ngszoemer) veiligheidsgor-
del
*2
Waarschuwt de bestuurder en/of voorpassagier dat de
veiligheidsgordel vastgemaakt dient te worden.
→ Doe de veiligheidsgordel om.
Als er iemand op de voorpassagiersstoel zit, moet
ook de veiligheidsgordel voor de voorpassagier wor-
den vastgemaakt, waarna het waarschuwingslampje
(de waarschuwingszoemer) uitgaat.
(In het
middelste dash- boardpaneel)
Controlelampjes (waarschuw ingszoemer) veiligheids-
gordel achterpassagiers
*2
Waarschuwt de achterpassagiers om de veiligheidsgordel
om te doen
→ Doe de veiligheidsgordel om.
Centraal waarschuwingslampje
Een zoemer klinkt en het waarschuwingslampje gaat
branden en knippert om aan te geven dat het centrale
waarschuwingssysteem een storing heeft gesignaleerd.
→ Blz. 578
Waarschu-
wingslampjeWaarschuwingslampje/details/handelingen

683Alfabetische index
Taal (multi-informatiedisplay) ...... 126
Tankdopklep............................. 343 Tanken .................................. 343
Tanken ...................................... 343
Brandstofsoorten................... 646
Inhoud ................................... 646
Openen van de tankdop........ 345
Tashaken .................................. 463
Telefoontoetsen
*
Toets Afstandsbediening
audiosysteem
*
Bedieningstoetsen instrumentenpaneel ............ 125
Blokkeerschakelaar ruitbediening ....................... 280
Centrale vergrendeling,
schakelaar .......................... 188
Contact (contactslot) ............. 311
Cruise control-schakelaar ..... 400
Ergonomisch geheugen ........ 268
LDA (Lane Departure Alert met stuurregeling)............... 378
Lichtschakelaars ................... 327
Resetknop bandenspannings- waarschuwingssysteem...... 515
Rijmodusselectieschakelaar . 320
Schakelaar achterruit- en buitenspiegelverwarming .... 446
Schakelaar achterruitenwisser en -sproeier ........................ 341
Schakelaar
alarmknipperlichten ............ 562
Schakelaar centrale vergrendeling ...................... 188
Schakelaar Dynamic Radar Cruise Control..................... 388
Schakelaar EV-modus .......... 317
Schakelaar mistlampen......... 336 Schakelaar openings- en
sluitsysteem elektrisch
bedienbare achterklep ........ 191
Schakelaar ruitbediening ...... 280
Schakelaar ruitenwissers en -sproeiers ...................... 338
Schakelaar stuurwielverwarming........... 453
Schakelaar VSC OFF ........... 427
Schakelaars buitenspiegels .. 277
Schakelaars stoelverwarming ................. 453
Schuifdakschakelaars ........... 283
Spraaktoets
*
Startknop .............................. 311
Telefoontoetsen
*
Toets ECO MODE ................ 320
Toets SPORT ....................... 320
Toets voorruitontwaseming... 447
Toyota Parking Assist Monitor
*
Toyota Parking Assist-sensor.. 404
Toyota Safety Sense ............... 346
Trailer Sway Control................ 426
Transmissie Als de selectiehendel niet in een andere stand dan P
kan worden gezet ............... 323
Hybridetransmissie ............... 319
Selecteren van de rijmodus .. 320
TRC (Traction Control) ............ 425
T
*: Raadpleeg de handleiding voor het navigatie- en multimediasys teem.