Page 60 of 690
591-1. Voor een veilig gebruik
1
Veiligheid en beveiliging
In deze tabel wordt aangegeven in hoeverre een baby- of kinderzitje
in verschillende zitposit ies kan worden geplaatst.
Geschiktheid baby- en kinderzit jes voor diverse zitposities
(met ISOfix-bevestigingssysteem)
GewichtsgroepenGrootte- klasseBevestiging
ISOfix-posities auto
Buitenste zitplaats achter
Reiswieg F ISO/L1 X
G ISO/L2 X
0
Minder dan 10 kg
(0 - 9 maanden) EISO/R1 IL
0
+
Minder dan 13 kg
(0 - 2 jaar) EISO/R1 IL
DISO/R2 IL
CISO/R3 IL
I
9 - 18 kg
(9 maanden - 4 jaar) DISO/R2 IL
CISO/R3 IL
B ISO/F2 IUF, IL*
B1 ISO/F2X IUF, IL*
A ISO/F3 IUF, IL*
Page 61 of 690

601-1. Voor een veilig gebruik
Verklaring van lettercodes in de bovenstaande tabel:
IUF: Geschikt voor een universeel, in de rijrichting geplaatst ISOfix
baby- of kinderzitje dat is goedgekeurd voor gebruik in deze
gewichtsgroep.
IL: Geschikt voor een ISOfix-baby- of kinderzitje uit de categor ie
“specifiek”, “beperkt” of “sem i-universeel” dat is goedgekeurd
voor gebruik in deze gewichtsgroep.
Wanneer een TOYOTA MINI- of TOYOTA MIDI-zitje wordt gebruikt,
past u de steunpoot en de ISOf ix-koppelingen als volgt aan:
Vergrendel de ISOfix-koppelin-
gen bij nr. 4 en 5.
Vergrendel de steunpoot bij
opening nr. 4.
X: ISOfix-positie niet geschikt voor ISOfix-baby- of kinderzitjes in deze gewichtsgroep en/of grootteklasse.
*: Verwijder indien mogelijk de hoofdsteun indien deze de werking van het
baby- of kinderzitje hindert.
Bij het vastzetten van sommige typen baby- of kinderzitjes op de achterstoel
kunnen de veiligheidsgordels op de plaatsen naast het zitje mog elijk niet
goed worden gebruikt en komen ze mogelijk in aanraking met het zitje. Ook
kan de werking van de veiligheidsgordel negatief worden beïnvlo ed. Draag
uw veiligheidsgordel goed aansluitend over uw schouder en laag over uw
heupen. Wanneer dit niet het geval is of wanneer hij in aanraki ng komt met
het zitje, ga dan ergens anders zitten. Het niet in acht nemen van de voor-
zorgsmaatregelen kan ernstig letsel tot gevolg hebben.
De in de tabel genoemde baby- en kinderzitjes zijn mogelijk nie t ver-
krijgbaar buiten de EU.
Controleer bij baby- of kinderzitjes die niet worden genoemd in de
tabel zorgvuldig of ze geschikt zijn voor gebruik in deze auto. Raad-
pleeg hiervoor de fabrikant of de leverancier van het baby- of kinder-
zitje.
1
2
Page 62 of 690
611-1. Voor een veilig gebruik
1
Veiligheid en beveiliging
■Lijst ISOfix-baby- of kinderzitje
GewichtsgroepenGrootte-
klasseBevesti- gingISOfix-baby- of kinderzitjesCategorie
0
Minder dan 10 kg
(0 - 9 maanden)EISO/R1TOYOTA MINISemi-
universeel
EISO/R1TOYOTA MIDISemi-
universeel
0+
Minder dan 13 kg
(0 - 2 jaar)
EISO/R1TOYOTA MINISemi-
universeel
EISO/R1TOYOTA MIDISemi-
universeel
DISO/R2TOYOTA MINISemi-
universeel
DISO/R2TOYOTA MIDISemi-
universeel
CISO/R3TOYOTA MINISemi-
universeel
CISO/R3TOYOTA MIDISemi-
universeel
I
9 - 18 kg
(9 maanden - 4 jaar)
BISO/F2TOYOTA MIDISemi-
universeel
B1ISO/F2XTOYOTA MIDISemi-
universeel
AISO/F3TOYOTA MIDISemi-
universeel
Page 66 of 690
651-1. Voor een veilig gebruik
1
Veiligheid en beveiliging
Plaatsen van baby- en kinderzitjes
Veiligheidsgordels (bij een drie-
puntsveiligheidsgordel met blok-
keerautomaat (ELR) is een
blokkeerclip noodzakelijk)
ISOfix-bevestigingssysteem (ISO-
fix-baby- of kinderzitje)
Voor de buitenste zitplaatsen ach-
ter zijn lage bevestigingspunten
aanwezig. (Labels geven aan waar
de bevestigingspunten zich in de
stoelen bevinden.)
Bevestigingssteunen
(voor de bovenste gordel)
Voor de buitenste achterstoelen
zijn bovenste bevestigingspunten
aanwezig. (Labels geven de plaats
van de bevestigingssteun aan.)
Volg de aanwijzingen van de fabrikant van het zitje. Zet het ba by- of
kinderzitje stevig vast op de zitplaatsen met de veiligheidsgor del of
het ISOfix-bevestigingssysteem. Zet het baby- of kinderzitje me t de
bovenste gordel vast.
Page 71 of 690
701-1. Voor een veilig gebruik
Zet de rugleuning in de 3e ver-
grendelstand vanaf de meest
rechte stand. (→Blz. 265)
Helemaal rechtop
3e vergrendelstand
Wanneer het vergrendelen van een tegen de rijrichting in geplaa tst
baby- of kinderzitje met ISOfix moeilijk gaat, stel de rugleuni ng dan
af door deze achterover te zetten.
Als het baby- of kinderzitje niet kan worden geplaatst omdat er een
hoofdsteun in de weg zit, verw ijdert u de hoofdsteun en plaatst u
vervolgens het zitje. ( →Blz. 270)
Maak de opening tussen de zitti ng en de rugleuning iets groter.
Bevestig de gespen aan de
speciale stangen.
Als het zitje een bovenste gordel
heeft, moet deze worden vastgezet
aan de bevestigingssteun.
Plaatsen met het ISOfix-bevestigingssysteem
1
1
2
2
3
Page 72 of 690
711-1. Voor een veilig gebruik
1
Veiligheid en beveiliging
Verwijder de hoofdsteun.
Maak het baby- of kinderzitje
vast met de veiligheidsgordel of
met het ISOfix-bevestigingssys-
teem.
Maak de haak vast aan de
bevestigingssteun en maak de
bovenste riem vast.
Controleer of de bovenste gordel
goed vastzit.
Baby- of kinderzitjes met een bovenste gordel
1
2
3
Page 674 of 690

673Alfabetische index
Airconditioning ........................ 444Automatische
airconditioning .................... 444
Interieurfilter .......................... 541
Alarm......................................... 108
Alarm..................................... 108
Waarschuwingszoemer......... 571
Alarmknipperlichten ................ 562
Antennes (Smart entry-systeem
met startknop) ....................... 207
Antiblokkeersysteem (ABS).... 425 Functie .................................. 425
Waarschuwingslampje .......... 572
Antidiefstalsysteem Alarm..................................... 108
Startblokkering ........................ 85
Supervergrendeling............... 107
Armsteun .................................. 478
Asbak ........................................ 476
Audio-ingang
*
Audiosysteem*
Automatic High Beam-
systeem .................................. 332 Waarschuwingsmelding ........ 589
Automatische airconditioning ...................... 444 Automatische
airconditioning .................... 444
Interieurfilter .......................... 541
Automatische verticale
koplampverstelling................ 331
AUX-aansluiting
*
Baby- of kinderzitje ................... 54 Baby- of kinderzitje met
ISOfix-bevestigingssysteem
plaatsen ................................ 70
Baby- of kinderzitje plaatsen
met bovenste gordel ............. 71
Baby- of kinderzitje plaatsen met veiligheidsgordels .......... 66
Babyzitjes, definitie ................. 55
Babyzitjes, plaatsen ................ 66
Kinderzitjes, definitie ............... 55
Kinderzitjes, plaatsen........ 66, 67
Zitkussens, definitie ................ 55
Zitkussens, plaatsen ............... 68
Bagagehaken ........................... 463
Banden ..................................... 514
Als uw auto een lekke band heeft ........................... 599, 611
Bandenmaat ......................... 653
Bandenspanning ................... 653
Bandenspannings- waarschuwingssysteem ..... 515
Controle ................................ 514
Reservewiel .......................... 599
Sneeuwkettingen .................. 435
Vervangen .................... 599, 611
Waarschuwingslampje .......... 574
Winterbanden ....................... 437
Wisselen van wielen ............. 515
Bandenspanning ..................... 536
Onderhoudsgegevens .......... 653
Waarschuwingslampje .......... 574
B
*: Raadpleeg de handleiding voor het navigatie- en multimediasys teem.