2304-2. Rijprocedures
PRIUS +_OM_OM47D30E_(EE)
WAARSCHUWING
■Starten van het hybridesysteem
Ga altijd op de bestuurdersstoel zitten alvorens het hybridesys teem te star-
ten. Trap onder geen enkele voorwaarde het gaspedaal in bij het starten
van het hybridesysteem.
Als u dat wel doet, kan dat leiden tot een ongeval waarbij erns tig letsel kan
ontstaan.
■ Uitschakelen van het hyb ridesysteem in noodgevallen
Als u in een noodgeval het hybridesysteem tijdens het rijden wi lt stoppen,
houdt u de startknop langer dan 2 seconden ingedrukt of drukt u deze min-
stens 3 keer kort achter elkaar in. ( Blz. 435)
Raak de startknop echter tijdens het rijden niet aan, behalve i n geval van
nood. Door het uitschakelen van het hybridesysteem tijdens het rijden ver-
liest u niet de controle over het stuurwiel of de remmen. De stuurbekrachti-
ging werkt echter niet meer. Hierdoor zal het sturen veel zwaar der gaan dan
normaal. Zet in dat geval de auto aan de kant zodra dit veilig kan.
OPMERKING
■ Voorkomen van ontlading van de 12V-accu
● Laat het contact niet gedurende een langere periode in stand AC C of AAN
staan terwijl het hybridesysteem niet is ingeschakeld.
● Als het controlelampje van het Smart entry-systeem met startknop (groen)
brandt (auto's zonder multi-informatiedisplay) of als POWER ON (contact
AAN) wordt weergegeven op het multi-informatiedisplay (auto's m et multi-
informatiedisplay), is het hybridesysteem niet uitgeschakeld. C ontroleer
voordat u uitstapt altijd of het contact UIT is.
■ Starten van het hybridesysteem
Indien het hybridesysteem moeilijk start, laat uw auto dan onmi ddellijk con-
troleren door een erkende Toyota -dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
■ Symptomen die kunnen duiden op een defect in de startknop
Als de startknop anders lijkt te werken dan normaal, bijvoorbee ld als de
knop iets blijft hangen, kan de startknop defect zijn. Neem onm iddellijk con-
tact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
PRIUS +_OM_OM47D30E_(EE).book Page 230 Friday, February 8, 20 19 4:01 PM
231
4
4-2. Rijprocedures
Rijden
PRIUS +_OM_OM47D30E_(EE)
EV-modus
Schakelt EV-modus in/uit
Als de EV-modus wordt ingescha-
keld, gaat het controlelampje
EV MODE branden. Door in de EV-
modus de schakelaar in te druk-
ken, wordt teruggekeerd naar nor-
maal rijden (aandrijving door de
benzinemotor en de elektromotor
[tractiemotor]).
■Omstandigheden waarin de EV-mo dus niet kan worden ingeschakeld
In de volgende gevallen kan de EV-modus mogelijk niet worden ingescha-
keld. Als de stand niet ingeschakeld kan worden, klinkt er een zoemer en ver-
schijnt er een melding op het multi-informatiedisplay.
● De temperatuur van het hybridesysteem is te hoog.
De auto heeft lang in de zon gestaan of na het oprijden van een helling, het
rijden met hoge snelheid, enz.
● De temperatuur van het hybridesysteem is te laag.
De auto heeft bijvoorbeeld lang in een omgeving met een tempera tuur lager
dan ongeveer 0 C gestaan.
● De benzinemotor is aan het opwarmen.
● Het batterijpakket (tractiebatterij) is bijna leeg.
De resterende capaciteit van het batterijpakket die op de energiemonitor
wordt aangegeven, is laag. ( Blz. 118, 134)
● Rijsnelheid is hoog.
● Het gaspedaal wordt stevig ingetrapt of de auto rijdt op een he lling, enz.
● De voorruitverwarming is ingeschakeld.
In de EV-modus wordt er elektrisch vermogen geleverd door het
batterijpakket (tractiebatterij) en wordt alleen de elektromoto r
(tractiemotor) gebruikt voor de aandrijving van de auto.
Deze modus is geschikt voor het 's nachts of in de vroege mor-
gen door woonwijken rijden of het rijden in een parkeergarage,
enz. zonder dat u zich zorgen hoeft te maken over geluidsover-
last of uitlaatgassen.
PRIUS +_OM_OM47D30E_(EE).book Page 231 Friday, February 8, 20 19 4:01 PM
2324-2. Rijprocedures
PRIUS +_OM_OM47D30E_(EE)■
De EV-modus inschakelen wanneer de benzinemotor koud is
Als de benzinemotor nog koud is en het hybridesysteem wordt ges tart, wordt
na korte tijd automatisch de benzinemotor gestart, zodat deze o p tempera-
tuur kan komen. In dat geval kan de EV-modus niet worden ingesc hakeld.
Druk zodra het hybridesysteem is gestart en het controlelampje READY
brandt en voordat de benzinemotor start op de schakelaar EV MOD E om de
EV-modus in te schakelen.
■ Automatische uitschake ling van de EV-modus
Tijdens het rijden in de EV-modus, kan in de volgende gevallen automatisch
de benzinemotor worden gestart. Als de EV-modus wordt uitgescha keld,
klinkt een zoemer en knippert het controlelampje EV MODE, waarn a het uit-
gaat.
● Het batterijpakket (tractiebatterij) raakt leeg.
De resterende capaciteit van het batterijpakket die op de energiemonitor
wordt aangegeven, is laag. ( Blz. 118, 134)
● Rijsnelheid is hoog.
● Het gaspedaal wordt stevig ingetrapt of de auto rijdt op een he lling, enz.
Als het mogelijk is om de bestuurder vooraf over het automatisc h uitschake-
len te informeren, gebeurt dit met een melding op het multi-informatiedisplay.
■ Maximale rijafstand in EV-modus
De maximale rijafstand in de EV-modus varieert van een paar hon derd meter
tot ongeveer 1 km. Er zijn afhankelijk van de omstandigheden van de auto
echter situaties waarbij de EV-modus niet kan worden gebruikt. (De maxi-
male rijafstand is afhankelijk van de laadtoestand van het batt erijpakket [trac-
tiebatterij] en de rijomstandigheden.)
■ Wijzigen van de rijmodus vanuit de EV-modus
De EV-modus kan worden gebruikt in combinatie met de ECO-modus en de
POWER-modus.
De EV-modus kan echter automatisch uitgeschakeld worden wanneer deze
gebruikt wordt in combinatie met de POWER-modus.
■ Brandstofverbruik
Het hybridesysteem is ontworpen voor een zo laag mogelijk brand stofver-
bruik onder normale rijomstandigheden (aandrijving door benzine motor en
elektromotor [tractiemotor]). Als de EV-modus vaker wordt gebru ikt dan nodig
is, zal het brandstofverbruik hoger zijn.
WAARSCHUWING
■ Wees voorzichtig tijdens het rijden
Controleer tijdens het rijden in de EV-modus zorgvuldig de omge ving van
de auto. Omdat er geen motorgeluiden zijn, merken voetgangers, fietsers of
andere verkeersdeelnemers en voertuigen in de omgeving mogelijk niet dat
de auto wegrijdt of hen nadert. Wees dus tijdens het rijden ext ra alert.
PRIUS +_OM_OM47D30E_(EE).book Page 232 Friday, February 8, 20 19 4:01 PM
2384-2. Rijprocedures
PRIUS +_OM_OM47D30E_(EE)
OPMERKING
■Lading batterijpakket (tractiebatterij)
Als de selectiehendel in stand N staat, wordt het batterijpakket (tractiebatte-
rij) niet geladen. Houd stand N niet gedurende langere tijd ing eschakeld,
om te voorkomen dat het batterijpakket leegraakt.
■ Situaties waarbij storingen in de schakelregeling mogelijk zijn
Als een van de volgende situaties zich voordoet, zijn storingen in de scha-
kelregeling mogelijk.
Breng de auto onmiddellijk op een veilige plaats met een vlakke ondergrond
tot stilstand, activeer de parkeerrem en neem vervolgens contac t op met
een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een ander e naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
● Auto's zonder multi-informatiedisplay:
Wanneer de waarschuwingsmelding WHEN PARKING, APPLY PARKING
BRAKE SECURELY (activeer de parkeerrem bij het parkeren) op het
instrumentenpaneel verschijnt. ( Blz. 448)
● Auto's zonder multi-informatiedisplay:
Wanneer het waarschuwingslampje van het parkeerblokkeersysteem
brandt.
● Auto's met multi-informatiedisplay:
Als de waarschuwingsmelding met betrekking tot het regelsysteem op het
multi-informatiedisplay verschijnt. ( Blz. 460)
● Wanneer de schakelstandindicator uit blijft.
■ Aanwijzingen met betrekking tot het bedienen van de selectiehen del en
de schakelaar voor stand P
Bedien de selectiehendel en de schakelaar voor stand P niet her haaldelijk
en snel achter elkaar.
De systeembeveiligingsfunctie kan worden ingeschakeld en het ka n tijdelijk
niet mogelijk zijn om een andere stand dan stand P in te schake len. Wacht
in dit geval ongeveer 20 seconden voordat u opnieuw probeert te schake-
len.
PRIUS +_OM_OM47D30E_(EE).book Page 238 Friday, February 8, 20 19 4:01 PM
271
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
PRIUS +_OM_OM47D30E_(EE)
PCS (Pre-Crash Safety-systeem)*
◆Pre-Crash-waarschuwing
Wanneer het systeem oordeelt
dat een aanrijding aan de voor-
zijde waarschijnlijk is, klinkt er
een zoemer en wordt er een
waarschuwingsmelding weer-
gegeven op het multi-informa-
tiedisplay om de bestuurder
aan te sporen om uit te wijken.
: Indien aanwezig
Het Pre-Crash Safety-systeem maakt gebruik van een radarsen-
sor en een camerasensor om voertuigen en voetgangers voor
uw auto te signaleren. Wanneer het systeem oordeelt dat een
aanrijding aan de voorzijde met een voertuig of een voetganger
waarschijnlijk is, wordt een waarschuwing geactiveerd om de
bestuurder aan te sporen om uit te wijken en wordt de potentiël e
remdruk verhoogd om de bestuurder te helpen een aanrijding te
voorkomen. Wanneer het systeem oordeelt dat een aanrijding
aan de voorzijde met een voertuig of een voetganger zeer waar-
schijnlijk is, worden de remmen automatisch bekrachtigd om te
helpen een aanrijding te voorkomen of om de impact van een
aanrijding te hel pen verminderen.
Het Pre-Crash Safety-systeem kan worden in-/uitgeschakeld en he t
waarschuwingstijdstip k an worden gewijzigd. (Blz. 275)
PRIUS +_OM_OM47D30E_(EE).book Page 271 Friday, February 8, 20 19 4:01 PM
2754-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
PRIUS +_OM_OM47D30E_(EE)■
In-/uitschakelen van het Pre-Crash Safety-systeem
Het Pre-Crash Safety-systeem k
an worden ingeschakeld/uitge-
schakeld via ( Blz. 126) van het mult i-informatiedisplay.
Het systeem wordt automatisch ingeschakeld telkens wanneer het con-
tact AAN wordt gezet.
Als het systeem wordt uitge-
schakeld, gaat het waarschu-
wingslampje PCS branden en
wordt er een melding weerge-
geven op het multi-informatie-
display.
Wijzigen van de instellingen va n het Pre-Crash Safety-systeem
PRIUS +_OM_OM47D30E_(EE).book Page 275 Friday, February 8, 20 19 4:01 PM
2764-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
PRIUS +_OM_OM47D30E_(EE)■
Wijzigen van de timing van de Pre-Crash-waarschuwing
De timing van de Pre-Crash-waarschuwing kan worden gewijzigd
via (
Blz. 126) van het multi-informatiedisplay.
De instelling van de timing blijft behouden als het contact UIT wordt
gezet.
Ve r w e g
De waarschuwing treedt eerder in werking dan bij de standaardti ming.
Gemiddeld
Dit is de standaardinstelling.
Dichtbij
De waarschuwing treedt later in werking dan bij de standaardtiming.
Auto's met linkse besturingAuto's met rechtse besturing
1
2
3
PRIUS +_OM_OM47D30E_(EE).book Page 276 Friday, February 8, 20 19 4:01 PM
2854-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
PRIUS +_OM_OM47D30E_(EE)
◆Lane Departure Alert-functie
Wanneer het systeem vaststelt
dat de auto de rijstrook dreigt te
verlaten, wordt een waarschu-
wing weergegeven op het multi-
informatiedisplay en klinkt de
waarschuwingszoemer om de
bestuurder te waarschuwen.
Wanneer de waarschuwings-
zoemer klinkt, controleer dan de
situatie op de weg en bedien het
stuurwiel voorzichtig om weer
naar het midden van de rijstrook
terug te keren.
◆Stuurregelingsfunctie
Wanneer het systeem vaststelt
dat de auto de rijstrook dreigt te
verlaten, helpt het voor zover
nodig om de auto in de rijstrook
te houden door kortstondig het
stuurwiel licht te bedienen.
Als het systeem signaleert dat
het stuurwiel een bepaalde peri-
ode niet bediend is of dat het
stuurwiel niet stevig wordt vast-
gehouden, wordt een waarschu-
wing weergegeven op het multi-
informatiedisplay en wordt de
functie tijdelijk uitgeschakeld.
Functies die zijn opgenomen in het LDA-systeem
PRIUS +_OM_OM47D30E_(EE).book Page 285 Friday, February 8, 20 19 4:01 PM