Page 402 of 882

4014-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_OM_Europe_OM10571E
WAARSCHUWING
■Voorkomen van onbedoeld activeren van de Dynamic Radar Cruise
Control
Schakel het Dynamic Radar Cruise Control-systeem uit met de toe ts ON-
OFF als het niet wordt gebruikt.
■ Situaties die niet geschikt zijn voor gebruik van de Dynamic Ra dar
Cruise Control
Gebruik de Dynamic Radar Cruise Control niet in de volgende sit uaties.
Als u dat wel doet, wordt de snelheid mogelijk niet goed geregeld, waardoor
een ongeval met ernstig letsel kan ontstaan.
● Op wegen met voetgangers, fietsers, enz.
● In druk verkeer
● Op wegen met scherpe bochten
● Op slingerende wegen
● Op wegen die door regen, ijs of sneeuw glad zijn
● Op steile afdalingen of bij afwisselend sterk dalende en sterk stijgende
wegen
Bij het afdalen van een helling kan de rijsnelheid de geprogram meerde
snelheid overschrijden.
● Op invoegstroken van autowegen en snelwegen
● Als de weersomstandigheden zo slecht zijn dat ze een juiste sig nalering
door de sensoren onmogelijk zouden kunnen maken (mist, sneeuw, zand-
storm, zware regenval, enz.)
● Als er regen, sneeuw, enz. op de voorzijde van de radarsensor of de
camerasensor zit
● In verkeersomstandigheden waarbij herhaaldelijk accelereren en decele-
reren noodzakelijk is
● Bij het rijden met een aanhangwagen of tijdens het slepen in ee n noodge-
val
● Als er vaak een naderingswaarschuwing hoorbaar is
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 401 Monday, March 19, 2018 4:17 PM
Page 403 of 882
4024-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_OM_Europe_OM10571E
In deze modus registreert een radarsensor of er binnen ongeveer 100
meter voor u een voertuig rijdt. Deze sensor wordt tevens gebru ikt om
de afstand tussen uw auto en de voorligger te berekenen en een
geschikte afstand tussen uw aut o en de voorligger te handhaven.
Let erop dat de afstand tot uw voorligger kleiner wordt als u e en lange hel-
ling afrijdt.
Rijden in de afstandsregelmodus
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 402 Monday, March 19, 2018 4:17 PM
Page 411 of 882

4104-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_OM_Europe_OM10571E
Wanneer de constante-snelheidsregelmodus is geselecteerd, blijft de
auto met een ingestelde snelheid rijden, zonder de tussenafstand te
regelen. Selecteer deze modus alleen wanneer de afstandsregelmo -
dus niet goed werkt als gevolg van een vuile radarsensor, enz.
Monochroomdisplay
Houd bij uitgeschakelde cruise
control de toets ON-OFF gedu-
rende ten minste 1,5 seconden
ingedrukt.
Direct nadat op de toets ON-OFF
is gedrukt, gaat het controlelampje
Dynamic Radar Cruise Control
branden. Vervolgens gaat het con-
trolelampje cruise control branden.
Overschakelen naar de constante-snelheidsregelmodus is alleen m ogelijk
als de hendel wordt bediend terwijl de cruise control uit staat.
Accelereer of decelereer met
behulp van het gaspedaal naar
de gewenste rijsnelheid (hoger
dan ongeveer 40 km/h) en druk
de hendel naar beneden om de
snelheid op te slaan.
Het controlelampje cruise control
SET gaat branden.
De rijsnelheid op het moment dat de hendel wordt losgelaten, wo rdt de
ingestelde snelheid.
Wijzigen van de ingestelde snelheid: →Blz. 406
Uitschakelen en hervatten van de snelheidsregeling: →Blz. 408
Selecteren van de constante-snelheidsregelmodus
1
2
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 410 Monday, March 19, 2018 4:17 PM
Page 413 of 882

4124-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_OM_Europe_OM10571E
■De Dynamic Radar Cruise Control kan worden gebruikt als
De rijsnelheid is ongeveer 50 km/h of hoger.
■ Accelereren na het instellen van de rijsnelheid
Bedien het gaspedaal om te accelereren. Na het accelereren gaat de auto
weer rijden met de ingestelde snelheid. Als de afstandsregelmod us is inge-
schakeld, neemt de rijsnelheid echter mogelijk af tot onder de ingestelde
snelheid, zodat de afstand tot de voorligger gehandhaafd blijft .
■ Automatisch uitschakelen van de afstandsregelmodus
De afstandsregelmodus wordt automatisch uitgeschakeld in de vol gende situ-
aties:
● Werkelijke rijsnelheid zakt onder ongeveer 40 km/h.
● De VSC is geactiveerd.
● De TRC is gedurende een bepaalde periode geactiveerd.
● Wanneer de VSC of TRC wordt uitgeschakeld.
● De sensor kan niet goed signaleren omdat hij ergens door bedekt is.
● Pre Crash Brake-functie is geactiveerd.
Als de afstandsregelmodus om een andere dan de hierboven genoem de
redenen automatisch uitgeschakeld wordt, kan er een storing in het systeem
aanwezig zijn. Neem contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige.
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 412 Monday, March 19, 2018 4:17 PM
Page 415 of 882

4144-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_OM_Europe_OM10571E■
Omstandigheden waarin de sensor voorliggers mogelijk niet op de juiste
manier signaleert
Bedien in onderstaande gevallen en afhankelijk van de omstandig heden het
rempedaal wanneer het systeem onvoldoende decelereert of bedien het gas-
pedaal wanneer moet worden geaccelereerd.
Omdat de sensor deze voertuigen wellicht niet op de juiste manier signaleert,
wordt er mogelijk geen naderingswaarschuwing ( →Blz. 409) gegeven.
● Auto's die plotseling voor u invoegen
● Auto's die met lage snelheden rijden
● Auto's die niet op dezelfde rijstrook rijden
● Voertuigen met een relatief kleine achterzijde (aanhangwagens z onder
lading, enz.)
● Motorfietsen die op dezelfde rijstrook rijden
● Als door omringend verkeer opgeworpen water of sneeuw de signal ering
door de sensor hindert
● Als de achterzijde van de auto ver inge-
zakt is
(omdat er zware lading in de bagage-
ruimte vervoerd wordt, enz.)
● De voorligger heeft een extreem grote
bodemvrijheid
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 414 Monday, March 19, 2018 4:17 PM
Page 416 of 882
4154-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_OM_Europe_OM10571E■
Omstandigheden waaronder de afst andsregelmodus mogelijk niet goed
werkt
Bedien indien nodig in onderstaande gevallen het rempedaal (of, afhankelijk
van de situatie, het gaspedaal).
Doordat de sensor voorliggers mogelijk niet op de juiste manier signaleert,
werkt het systeem mogelijk niet goed.
● Als uw voorligger plotseling decelereert
● Als u op een weg rijdt die wordt omgeven door een constructie, zoals in een
tunnel of op een ijzeren brug
● Als de rijsnelheid afneemt tot de ingestelde snelheid na accele ratie van de
auto door intrappen van het gaspedaal.
●
Als de weg erg bochtig is of de rijstroken
erg smal zijn
● Als u veelvuldig stuurcorrecties moet uit-
voeren of frequent van rijstrook wisselt
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 415 Monday, March 19, 2018 4:17 PM
Page 440 of 882

439
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
C-HR_OM_Europe_OM10571E
BSM (Blind Spot Monitor)∗
De Blind Spot Monitor is een systeem met 2 functies;
● De BSM-functie (Bli nd Spot Monitor)
Helpt de bestuurder bij het nemen van de beslissing wanneer van
rijstrook te wisselen
● De RCTA (Rear Crossing Traffic Alert)
Helpt de bestuurder bij het achteruitrijden
Deze functies maken gebrui k van dezelfde sensoren.
Indicatoren in buitenspiegel
BSM-functie:
Wanneer een auto wordt gesignaleerd in de dode hoek van de buit enspie-
gels of van achteren snel de dode hoek nadert, gaat de indicato r in de bui-
tenspiegel aan die zijde branden. Als de richtingaanwijzerschakelaar wordt
bediend in de richting van de zijde waar een auto wordt gesigna leerd, gaat
de indicator in de buitenspiegel knipperen.
RCTA:
Wanneer een auto wordt gesignaleerd die van rechts of links ach ter
nadert, gaan de indicatoren in beide buitenspiegels knipperen.
∗: Indien aanwezig
Overzicht van de B lind Spot Monitor
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 439 Monday, March 19, 2018 4:17 PM
Page 442 of 882

4414-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_OM_Europe_OM10571E
■De zichtbaarheid van de indi catoren in de buitenspiegels
Mogelijk zijn de indicatoren in de buitenspiegels bij fel zonli cht niet goed te
zien.
■ Hoorbaarheid van de RCTA-zoemer
De RCTA-zoemer komt mogelijk moeilijk boven harde geluiden uit, zoals
wanneer het volume van het audiosysteem hoog staat.
■ Wanneer “Blind Spot Monitor Unavailable.” (Blind Spot Monitor n iet
beschikbaar) wordt weergegeven o p het multi-informatiedisplay
Water, sneeuw, modder, enz. hopen zich mogelijk op in de buurt rondom de
sensor in de bumper ( →Blz. 446).
Wanneer het water, de sneeuw, de modder, enz. rondom de sensor in de
bumper wordt verwijderd, moet het systeem weer normaal gaan werken.
Ook werkt mogelijk de sensor niet normaal bij extreem warm of k oud weer.
■ Wanneer “Blind Spot Monitor System Malfunction Visit Your Deale r. ”
(Storing in Blind Spot Monitor- systeem. Ga naar uw dealer) op h et multi-
informatiedisplay wordt weergegeven
Er zit mogelijk een storing in de sensor of de sensor is niet g oed uitgelijnd.
Laat de auto nakijken door een erkende Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste d eskundige.
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 441 Monday, March 19, 2018 4:17 PM