Page 49 of 207

Stoelen, veiligheidssystemen47Er moet een bevestigingsriem aan de
bovenkant of een steunpoot ter
aanvulling op de ISOFIX-bevesti‐
gingsbeugels worden gebruikt.
Verwijder vóór het aanbrengen van
een kinderveiligheidssysteem zo
nodig de hoofdsteun achter 3 33.
Bevestigingsriemogen
Bevestigingsriemogen worden
aangeduid met het symbool : van
een kinderzitje.
Aanvullend op de ISOFIX-beugels zet
u de bevestigingsriem aan de boven‐
kant vast aan de desbetreffende
bevestigingsriemogen.
ISOFIX kinderveiligheidssystemen
uit de universele categorie worden in
de tabel aangeduid met IUF 3 49.
Verwijder vóór het aanbrengen van
een kinderveiligheidssysteem zo
nodig de hoofdsteun achter 3 33.
Juiste systeem selecteren De achterbank is de beste plaats om
een kinderzitje vast te maken.
Vervoer kinderen zo lang mogelijk
tegen de rijrichting in. Hierdoor wordt
de nog erg zwakke ruggengraat van
het kind bij een ongeval minder
belast.
Geschikt zijn veiligheidssystemen die
voldoen aan de geldende UN ECE-
regelgeving. Raadpleeg de plaatse‐
lijke wetgeving en richtlijnen voor het
verplichte gebruik van kinderveilig‐
heidssystemen.
Het kinderveiligheidssysteem dat u
gaat monteren, moet geschikt zijn
voor het autotype.
Raadpleeg de tabellen op de
volgende pagina's, de instructies die bij het kinderveiligheidssysteemworden geleverd en de voertuigtype‐lijst van niet-universele kinderveilig‐
heidssystemen.
De volgende kinderveiligheidssyste‐
men worden aanbevolen voor de
volgende gewichtsklassen:
● Groep 0, groep 0+
Maxi-Cosi Cabriofix met ISOFIX-
base, voor kinderen tot 13 kg
● Groep I
Duo Plus met ISOFIX en Top
tether, voor kinderen van 9 kg tot
18 kg in deze groep
● Groep II, groep III
Kidfix XP met of zonder ISOFIX
voor kinderen van 15 tot 36 kg
Nania/OSANN Dream Booster
met of zonder ISOFIX voor kinde‐ ren van 22 kg tot 36 kg
Het kinderveiligheidssysteem moet
op de correcte positie in de auto
worden gemonteerd, zie de onder‐
staande tabellen.
Laat kinderen alleen aan de trottoir‐ kant van de auto uit- en instappen.
Page 50 of 207
48Stoelen, veiligheidssystemenWanneer het kinderveiligheidssys‐
teem niet wordt gebruikt, moet u vast‐
zetten met een veiligheidsgordel of
verwijderen.
Let op
Kinderveiligheidssystemen niet
beplakken of met andere materialen
afdekken.
Een kinderveiligheidssysteem dat
tijdens een aanrijding werd belast
moet worden vervangen.
Page 51 of 207
Stoelen, veiligheidssystemen49Inbouwposities kinderveiligheidssystemen
Toegestane opties voor het bevestigen van een kinderveiligheidssysteem met een driepuntsgordel
Gewichtsklasse
Op passagiersstoel
Op buitenste zitplaatsen achterinOp middelste zitplaatsachteringeactiveerde airbaggedeactiveerdeairbagGroep 0: tot 10 kgXU1U 2XGroep 0+: tot 13 kgXU1U2XGroep I: 9 tot 18 kgXU1U2, 3XGroep II: 15 tot 25 kgXXU2, 3XGroep III: 22 tot 36 kgXXU2, 3XU:universeel bruikbaar in combinatie met een driepuntsgordelX:kinderveiligheidssystemen zijn in deze gewichtsgroep niet toegestaan1:zet de rugleuning zo ver als noodzakelijk rechtop, zodat de gordel naar voren loopt vanaf het bovenste veranke‐
ringspunt2:zet de bestuurders- en/of passagiersstoel naar voren en zet de rugleuning zo ver als noodzakelijk rechtop om er zeker
van te zijn dat het kinderveiligheidssysteem geen hinder ondervindt van de rugleuning van de voorstoel.3:de betreffende hoofdsteun verstellen of verwijderen, indien nodig.
Page 52 of 207

50Stoelen, veiligheidssystemenToegestane mogelijkheden voor de bevestiging van een ISOFIX-kinderveiligheidssysteemGewichtsklasseMaatklasseBevestigingOp passagiersstoelOp buitenste zitplaatsenachterinOp middelste zitplaatsachterinGroep 0: tot 10 kgFISO/L1XXXGISO/L2XXXEISO/R1XIL1XGroep 0+: tot 13 kgEISO/R1XIL1XDISO/R2XIL 1XCISO/R3XIL1XGroep I: 9 tot 18 kgDISO/R2XIL1,2XCISO/R3XIL1,2XBISO/F2XIL, IUF 1,2XB1ISO/F2XXIL, IUF1,2XAISO/F3XIL, IUF1,2XGroep II: 15 tot 25 kgXIL1,2XGroep III: 22 tot 36 kgXIL 1,2XIL:geschikt voor bepaalde ISOFIX veiligheidssystemen uit de categorieën 'specifieke auto', 'beperkt' of 'semi-univer‐
seel'. Het ISOFIX -veiligheidssysteem moet voor het specifieke voertuigtype zijn goedgekeurd (raadpleeg de voer‐
tuigtypelijst van het kinderveiligheidssysteem)IUF:geschikt voor voorwaarts gerichte ISOFIX kinderveiligheidssystemen uit de universele categorie, goedgekeurd voor
deze gewichtsklasseX:geen ISOFIX kinderveiligheidssysteem goedgekeurd voor deze gewichtsklasse
Page 53 of 207

Stoelen, veiligheidssystemen511:alleen van toepassing op buitenste zitplaats aan passagierszijde achterin met stoel in de voorste stand en recht‐opstaande rugleuning.2:de betreffende hoofdsteun verstellen of verwijderen, indien nodig.
Let op
Zet de bestuurders- en/of passagiersstoel naar voren en zet de rugleuning zo ver als noodzakelijk rechtop om er zeker van te zijn dat het kinderveiligheidssysteem geen hinder ondervindt van de rugleuning van de voorstoel.
ISOFIX-maatklasse en zitgelegenheid
A - ISO/F3:voorwaarts gericht kinderveiligheidssysteem voor kinderen met max. lengte in de gewichtsklasse
9 tot 18 kgB - ISO/F2:voorwaarts gericht kinderveiligheidssysteem voor kleinere kinderen in de gewichtsklasse 9 tot 18 kgB1 - ISO/F2X:voorwaarts gericht kinderveiligheidssysteem voor kleinere kinderen in de gewichtsklasse 9 tot 18 kgC - ISO/R3:achterwaarts gericht kinderveiligheidssysteem voor kinderen met max. lengte in de gewichtsklasse tot 18 kgD - ISO/R2:achterwaarts gericht kinderveiligheidssysteem voor kleinere kinderen in de gewichtsklasse tot 18 kgE - ISO/R1:achterwaarts gericht kinderveiligheidssysteem voor jonge kinderen in de gewichtsklasse tot 13 kgF - ISO/L1:in de dwarsrichting met hoofd naar links gericht kinderveiligheidssysteem (reiswieg) voor kleinere
kinderen in de gewichtsklasse tot 10 kgG - ISO/L2:in de dwarsrichting met hoofd naar rechts gericht kinderveiligheidssysteem (reiswieg) voor kleinere kinderen in de gewichtsklasse tot 10 kg.
Toegestane mogelijkheden voor de bevestiging van een i-size-kinderveiligheidssysteem met ISOFIX-beugels
Op passagiersstoel
Op buitenste
zitplaatsen achterinOp middelste
zitplaats achteringeactiveerde airbaggedeactiveerde
airbagi-size-
kinderveiligheidssystemenXXXX
Page 54 of 207
52Stoelen, veiligheidssystemeni - U:geschikt voor 'universele' i-size voorwaarts of achterwaarts gerichte kinderveiligheidssystemenX:stoelpositie niet geschikt voor 'universele' i-size kinderveiligheidssystemen
Page 55 of 207

Opbergen53OpbergenOpbergruimten............................. 53
Opbergvakken ........................... 53
Handschoenenkastje .................53
Bekerhouders ............................ 53
Opbergvak middenconsole ........54
Bagageruimte .............................. 54
Bagageruimte-afdekking ...........56
Vloerplaat bagageruimte ...........57
Gevarendriehoek .......................57
Verbanddoos ............................. 58
Dakdragersysteem .......................58
Dakdrager .................................. 58
Beladingsinformatie .....................59Opbergruimten
Opbergvakken9 Waarschuwing
Berg geen zware of scherpe
objecten in de opbergruimten op.
Anders kan de klep van de
opbergruimte open gaan en
kunnen de inzittenden bij krachtig
remmen, plotseling afslaan of een ongeval letsel door rondslinge‐
rende voorwerpen oplopen.
Handschoenenkastje
Open de klep van het handschoenen‐
kastje door aan de hendel te trekken.
Het handschoenenkastje bevat een
adapter voor de wielborgbouten.
Het handschoenenkastje tijdens het
rijden gesloten houden.
Bekerhouders
De bekerhouders zitten in de midden‐
console.
Page 56 of 207
54OpbergenOpbergvak middenconsole
Het opbergvak wordt gebruikt voor
kleine voorwerpen.
Bagageruimte
Bagageruimte vergrotenVoorzichtig
Klap eerst de achterbankzitting
omhoog voordat u de rugleuning
van de achterbank neerklapt.
Doet u dit niet, dan kan de achter‐ bank beschadigd raken.
Let op
Om voldoende ruimte te hebben
voor handelingen aan de achter‐
bankzittingen, schuift u de voorstoel
naar voren en zet u de rugleuning
van de voorstoel rechtop.
1. Trek aan de voorkant van de achterbankzitting om deze los te
maken.
2. Zet de achterkant van de achter‐ bankzitting rechtop.
3. Verwijder de hoofdsteunen van de achterbank 3 33.