bestuurder kan altijd het rempedaal
intrappen als dat nodig mocht zijn.
BELANGRIJK Wanneer het systeem
voorziet dat de toegepaste remkracht
niet voldoende is voor het handhaven
van de ingestelde afstand, wordt op
het display, tijdens het benaderen van
het voorgaande voertuig, het
waarschuwingsbericht “REM!”
knipperend weergegeven. Er klinkt ook
een geluidssignaal. In dit geval is het
raadzaam om direct het rempedaal in
te trappen om een veilige afstand tot
de voorligger te behouden.
BELANGRIJK De bestuurder moet erop
toezien dat er zich geen voetgangers,
andere voertuigen of voorwerpen in de
directe omgeving van het voertuig
bevinden. Het niet in acht nemen van
deze voorzorgsmaatregelen kan leiden
tot ernstige ongelukken en lichamelijk
letsel.
BELANGRIJK Het is de
verantwoordelijkheid van de bestuurder
om voldoende afstand te houden op
voorliggers en zich hierbij te houden
aan de geldende verkeersregels.UITSCHAKELEN
In de volgende gevallen wordt de functie
uitgeschakeld en de ingestelde snelheid
geannuleerd:
de knopvan de adaptive
cruisecontrol wordt ingedrukt;
de knopvan de elektronische
cruisecontrol wordt ingedrukt;
de knop voor de Speed Limiter wordt
ingedrukt;
de startinrichting bevindt zich in de
stand STOP;
de modus 4WD LOW is geactiveerd.
In de volgende gevallen wordt de functie
geannuleerd (de ingestelde snelheid en
afstand worden opgeslagen):
de knop CANC wordt ingedrukt;als de voorwaarden uit de paragraaf
“De gewenste snelheid instellen” van
toepassing zijn;
als de rijsnelheid lager is dan de
minimale snelheid waarbij de
cruisecontrol werkt (bijvoorbeeld bij een
file).
Als deze voorwaarden optreden terwijl het
systeem de auto langzamer laat tijden om
afstand te houden met een voorganger,
bestaat de kans dat de auto indien nodig
verder wordt afgeremd, ook nadat het
systeem is geannuleerd of uitgeschakeld
vanwege het bereiken van de minimale
snelheid voor de cruisecontrol.
ELEKTRONISCHE CRUISE
CONTROL-MODUS
Naast de Adaptive Cruise Controlmodus
(ACC) is de elektronische Cruise
Control-modus beschikbaar voor het
rijden met een constant snelheid.
Als op het voertuig de Adaptive Cruise
Control (ACC) aanwezig is, werkt de
elektronische Cruise Control op dezelfde
manier als de ACC (door op de knop
van de Cruise Control te drukken) met
het verschil dat:
het geen afstand houdt van het
voertuig dat zich voor de auto bevindt;
bij belemmerde radarsensor blijft het
systeem voortdurend werken.
Alvorens de eerder ingestelde snelheid op
te roepen, benader deze voordat u de
RES-knop indrukt en loslaat.
BELANGRIJK
134)Let tijdens het rijden altijd goed op,
zodat u altijd klaar bent om te remmen als
dat nodig is.
172
STARTEN EN RIJDEN
ALFABETISCH REGISTER
4WD LOW modus
(inschakelen/uitschakelen). . . .162
Aanhangers trekken..........192
Aanvullend veiligheidssysteem
(SRS) Airbags............141
ABS (systeem).............104
Accu opladen..............263
Achterruitwisser
wisserblad vervangen.......265
Achteruitkijkspiegels..........31
Achteruitrijcamera (ParkView®
rear backup camera)........187
Actieve veiligheidssystemen.....104
Actieve veiligheidssystemen
buiten werking stellen.......106
Active ParkSense (systeem).....178
Adaptive Cruise Control (ACC) . . .168
Afmetingen................281
Afsluiter van de brandstoftoevoer.....................229
Alarmknipperlichten..........198
Automatische dual-zone
klimaatregeling............43
Automatische inschakeling
grootlicht................34
Automatische versnellingsbak. . . .156Automatische versnellingsbak
met dubbele koppeling......158
Automatische wisregeling
(voorruitwisser)............38
Auxiliary driving systems.......110
Bagageruimte...............55
Bedieningselementen
Overzichtstabel
display-knoppen..........344
Bedieningspaneel en
boordinstrumenten..........65
Belangrijke informtie en
aanbevelingen............362
Beschermingssystemen
inzittenden..............119
Brandstofverbruik...........302
BSM-systeem..............110
Buitenverlichting.............32
Carrosserie (reiniging en
onderhoud)..............269
CO2-emissie...............304
Contactslot.................17
Cornering Lights (flanklichten)....33
Cybersecurity-apparaten.........5
Dagrijlichten (DRL)...........33De auto parkeren............152
De sleutels.................16
Diefstalalarm...............20
Dimlicht..................33
Display...................67
DST (systeem)..............105
DTC (systeem)..............104
Een lamp vervangen..........199
Een wiel vervangen...........217
Elektrisch schuifdak...........48
Elektrische buitenspiegels.......31
Elektrische parkeerrem (EPB). . . .152
Elektrische ruitbediening........46
Elektrische verwarming stuurwiel......................30
Elektronische Cruise-Control. . . .167
EOBD....................64
ERM (systeem).............105
ESC (systeem)..............104
Extra Verwarming.............42
Forward Collision Warning Plus
Systeem
................113
Frontairbags...............141
Gebruik van het Instructieboek.....6
Geprogrammeerd onderhoud. . . .238