Page 140 of 540

3-56
Kenmerken van uw auto
Informatie
-Waarschuwingslampje EBD(Electronic Brake force
Distribution)
Als het waarschuwingslampje ABS al
dan niet in combinatie met het
waarschuwingslampje parkeerrem en
remvloeistofniveau brandt, werken de
snelheidsmeter, de kilometerteller en
de dagteller mogelijk niet. Bovendien
kan het waarschuwingslampje EPS
gaan branden en kan de benodigde
stuurkracht toe- of afnemen.
In dat geval adviseren we u de auto zo
snel mogelijk te laten controleren door
een officiële HYUNDAI-dealer.
Waarschuwingslampje elektronischestuurbekrachtiging (EPS)
Dit lampje gaat branden:
• Als het contact of de toets ENGINE START/STOP in de stand ON
wordt gezet.
- Het lampje blijft ongeveer 3seconden branden en gaat dan uit.
• In het geval van een storing in de elektronische stuurbekrachtiging.
In dat geval adviseren we u de auto te laten controleren door een
officiële HYUNDAI-dealer.
i
Waarschuwingslampje EBD
Als het waarschuwingslampje
ABS en het waarschu-wingslampje parkeerrem en
remvloeistofniveau gelijktijdig
branden, werkt het remsysteemniet normaal en kan er dus een
onverwachte en gevaarlijkesituatie ontstaan bij plotselingremmen.
Vermijd in dit geval hard rijden en plotseling remmen.
Wij adviseren u uw auto zo snel
mogelijk te laten controleren
door een officiële HYUNDAI-
dealer.
WAARSCHUWING
Page 151 of 540

3-67
Kenmerken van uw auto
3
ControlelampjeDownhill Brake Control(DBC) (indien van toepassing)
Dit lampje gaat branden:
• Als het contact of de toets ENGINE START/STOP in de stand ON
wordt gezet.
- Het lampje blijft ongeveer 3seconden branden en gaat dan uit.
• Als u het DBC-systeem inschakelt door op de toets DBC te drukken.
Dit lampje knippert:
• Als het DBC-systeem in werking is.
Dit lampje gaat geel branden:
• In het geval van een storing in hetDBC-systeem.
In dat geval adviseren we u de auto te laten controleren door een
officiële Hyundai-dealer.
Zie voor meer informatie "Downhill
Brake Control (DBC)" in hoofdstuk5.
Controlelampje SPORT-modus (indien van toepassing)
Dit controlelampje gaat branden:
• Wanneer de SPORT-modus wordt geselecteerd als de rijmodus.
Zie “Rijmodusregelsysteem” in
hoofdstuk 5 voor meer informatie.
Controlelampje ECO- modus
Dit controlelampje gaat branden :
• Wanneer de ECO-modus wordt geselecteerd als rijmodus.
Zie “Rijmodusregelsysteem” in
hoofdstuk 5 voor meer informatie.
Page 154 of 540

3-70
Kenmerken van uw auto
Sleutel niet in het voertuig(Smart Key-systeem)
Deze waarschuwingsmelding wordt
weergegeven als u met het contact in
stand ACC of ON het portier opent of
sluit terwijl de Smart Key zich niet in
de auto bevindt. Er klinkt een
waarschuwingsgeluid als u het
portier sluit terwijl de Smart Key zich
in de auto bevindt.
De melding attendeert u erop dat u
altijd de Smart Key bij u moet hebben.
Sleutel niet gevonden (Smart Key-systeem)
Deze waarschuwingsmelding wordt
weergegeven als u de startknop
indrukt terwijl de Smart Key niet isgedetecteerd.
Druk op de STARTknop met desleutel (Smart Key-systeem)
Deze waarschuwingsmelding wordt
weergegeven als u de startknop
indrukt terwijl de
waarschuwingsmelding "Key notdetected" (sleutel niet gedetecteerd)
wordt weergegeven. Het controlelampje startblok
-
keersysteem gaat dan knipperen.
Druk opnieuw op de START
knop (Smart Key-systeem)
Deze waarschuwingsmelding wordt
weergegeven als de motor niet
gestart wordt terwijl u de startknop
indrukt.
Probeer de motor in dat geval te
starten door nogmaals op de
startknop te drukken.
Als de waarschuwingsmelding
verschijnt telkens wanneer u de
startknop indrukt, raden wij u aan deauto te laten controleren door een
officiële HYUNDAI-dealer.
Controleer zekering "BRAKESWITCH" (auto's met SmartKey-systeem en Double clutch-
transmissie)
Deze waarschuwingsmelding wordt
weergegeven als de zekering
BRAKE SWITCH is doorgebrand. U moet de zekering door een nieuw
exemplaar vervangen. Als dat niet
mogelijk is, kunt u de motor starten
door de startknop 10 seconden
ingedrukt te houden in stand ACC.
Kies P of N voor starten (auto's
met Smart Key-systeem en Double clutch-transmissie)
Deze waarschuwingsmelding wordt
weergegeven als u probeert de
motor te starten terwijl deselectiehendel niet in stand P
(parkeren) of N (neutraal) staat.
Informatie
U kunt de motor starten als de
selectiehendel in stand N (Neutraal)
staat. Voor uw eigen veiligheid is het
echter raadzaam de motor te starten
als de selectiehendel in stand P
(parkeren) staat.
i
Page 320 of 540

5-42
Rijden met uw auto
Noodstopsignaal
(Emergency Stop Signal-ESS)
(indien van toepassing)
Het Emergency Stop Signal-systeem
waarschuwt achteropkomendebestuurders door de remlichten te
laten knipperen wanneer de auto
plotseling sterk afremt.
Het systeem wordt geactiveerd als:
• De auto plotseling afremt. (Deremvertraging is hoger dan 7 m/s 2
en de rijsnelheid is hoger dan 55 km/h)
• Het ABS is geactiveerd en de rijsnelheid is hoger dan 55 km/h.
De alarmknipperlichten worden
automatisch ingeschakeld nadat deremlichten zijn gaan knipperen als:
• De rijsnelheid lager is dan 40 km/h,
• Het ABS gedeactiveerd is, en
• De auto niet meer sterk afremt.
De alarmknipperlichten gaan UIT:
• Als de auto gedurende een bepaalde periode met lage snelheid
rijdt. De bestuurder kan de alarmknip-
perlichten handmatig uitschakelen
door op de toets voor de
alarmknipperlichten te drukken.
Informatie
Het ESS-systeem (Emergency Stop
Signal) wordt niet geactiveerd als de
alarmknipperlichten al knipperen.
Downhill Brake Control (DBC)
(indien van toepassing)
De Downhill Brake Control (DBC)
assisteert de bestuurder bij het
afrijden van een steile helling zonderdat de bestuurder het rempedaal
hoeft in te trappen. Het systeem vermindert de snelheidtot lager dan 8 km/h (auto's met
Double clutch-transmissie) of tot 8
km/h (auto's met handgeschakelde
transmissie) zodat de bestuurderzich kan concentreren op het
besturen van de auto.
• De standaardinstelling voor de
DBC is UIT als het contact in
stand ON wordt gezet.
• Wanneer het DBC-systeem wordt geactiveerd, kunnen de
remmen geluid maken of trillen.
• De remlichten gaan branden als de DBC geactiveerd is.
AANWIJZING
i
OOS057058 Schakel de DBC altijd uit op
normale wegen. De DBC kan
onbedoeld geactiveerd worden
vanuit de stand-bymodus bij het
rijden over verkeersdrempels of
het maken van een scherpe
bocht.
WAARSCHUWING
Page 492 of 540
7-44
Onderhoud
Zekeringkast bestuurderszijde
Naam zekeringSymboolStroomsterkte zekeringBeschermd circuit
REMSCHAKELAARBRAKE
SWITCH7,5ARemlichtschakelaar, Smart Key-module
START7,5ATransmissiestandschakelaar (AT), Smart Key-regeling (met Smart Key),
relaiskast interieur (relais alarmsysteem), ECM
INSTR.PANEELCLUSTER7,5AHead-up display, instrumentenpaneel
PORTIERSLOT20ARelais vergrendelen portier, relais ontgrendelen portier,
ICM-relaiskast (relais supervergrendeling)
PDM227,5AStart/stoptoets, startblokkeringsmodule
FCA10AForward Collision-Avoidance Assist-unit
S/HTR20AModule voorstoelverwarming, module voorstoelventilatiesysteem
A/CON220AModule klimaatregeling
A/CON17,5AModule klimaatregeling, verbindingsblok motorruimte (RLY.10)
PDM1115ASmart Key-module
RESERVESpare10AReserve
A/BAG15AAirbagmodule
IG1IG125ARelaiskast PCB (zekering: F9, F10, F11, F12)