km x 1000 15 30 45 60 75 90 105 120 135 150
Jaren12345678910
Motorolie en oliefilter vervangen (2)●●●●●
Bougies vervangen (3)●●●●●
Remvloeistof verversen (4)●●●●●
Filter in de drukregelaar vervangen
(alleen LPG-versies)●
(2) Als het voertuig voornamelijk binnen de bebouwde kom gebruikt wordt of wanneer het aantal jaarlijks afgelegde kilometers minder dan 10.000 bedraagt, moeten
de motorolie en het oliefilter elk jaar vervangen worden.
(3) Voor de 0.9 TwinAir Turbo 105 pk versies zijn de volgende zaken van vitaal belang om de correcte werking te verzekeren en om ernstige schade aan de motor te
voorkomen: gebruik uitsluitend bougies die speciaal gecertificeerd zijn voor deze motoren; alle bougies moeten van hetzelfde type en merk zijn (ziede paragraaf
“Motor” in het hoofdstuk “Technische gegevens”); houd u strikt aan de vervangingsintervallen van de bougies die vermeld zijn in het Geprogrammeerde
Onderhoudsschema. Het wordt aanbevolen contact op te nemen met het FIAT Servicenetwerk om de bougies te laten vervangen.
(4) De remvloeistof moet iedere twee jaar worden vervangen, ongeacht de kilometerstand
163
VLOEISTOF VOOR
DUALOGIC-
VERSNELLINGSBAK
4)
Het transmissievloeistofniveau mag
uitsluitend gecontroleerd worden bij een
werkplaats van het Fiat Servicenetwerk.
ACCU
158) 159) 160) 161)5)74)
Het elektrolyt van de accu hoeft niet te
worden bijgevuld met gedestilleerd
water. Een periodieke controle bij het
Fiat Servicenetwerk is echter
noodzakelijk om de efficiëntie te
verifiëren.
BELANGRIJK Als de accu werd
losgekoppeld moet de
stuurbekrachtiging worden
geïnitialiseerd. Het lampje
op het
instrumentenpaneel gaat branden om
dit aan te geven. Draai voor deze
procedure het stuurwiel van het ene
uiteinde naar het andere terwijl op een
rechtlijnig traject van ongeveer honderd
meter wordt gereden.
BELANGRIJK Als het laadniveau
gedurende langere tijd onder 50% blijft,
raakt de accu door sulfatering
beschadigd. Hierdoor verminderen de
capaciteit en het startvermogen.ONDERHOUD
AIRCONDITIONING
SYSTEEM
Schakel in de winter de airconditioning
minstens eens per maand ongeveer
10 minuten in. Laat vóór het begin van
het zomerseizoen het systeem
controleren door het Fiat
Servicenetwerk.
BELANGRIJK
149)Rook nooit tijdens het uitvoeren van
werkzaamheden in de motorruimte: er
kunnen ontvlambare gassen en dampen
vrijkomen die brand kunnen veroorzaken.
150)Wees erg voorzichtig bij het uitvoeren
van werkzaamheden in de motorruimte
wanneer de motor nog warm is: gevaar
voor brandwonden. Vergeet niet dat bij een
warme motor de ventilator onverwacht
kan inschakelen: gevaar voor letsel. Sjaals,
dassen of andere loszittende kleding
kunnen door de bewegende onderdelen
worden meegetrokken.
151)Wees voorzichtig bij het bijvullen en
meng nooit verschillende soorten
vloeistoffen: alle vloeistoffen zijn specifiek
en het mengen ervan kan de auto ernstig
beschadigen.
152)Wacht voor het bijvullen van de
motorolie tot de motor is afgekoeld
alvorens de vuldop los te maken. Dit geldt
in het bijzonder voor voertuigen met een
aluminium vuldop (waar aanwezig).
WAARSCHUWING: gevaar voor
brandwonden!153)Het koelsysteem staat onder druk.
Vervang, indien nodig, de dop alleen door
een origineel exemplaar om de werking van
het systeem niet negatief te beïnvloeden.
Draai bij warme motor de dop van het
reservoir niet los: gevaar voor
brandwonden.
154)Rijd nooit met een leeg
ruitensproeiervloeistofreservoir:
ruitensproeiers zijn van fundamenteel
belang voor een goed zicht. Herhaaldelijke
werking van het systeem zonder vloeistof
kan leiden tot schade aan of snelle
verslechtering van sommige
systeemcomponenten.
155)Sommige in de handel verkrijgbare
ruitensproeiervloeistoffen zijn licht
ontvlambaar. De motorruimte omvat warme
onderdelen die bij contact met de vloeistof
brand kunnen veroorzaken.
156)Remvloeistof is giftig en uiterst
corrosief. Als er per ongeluk remvloeistof
gemorst wordt, moeten de betrokken delen
onmiddellijk worden gewassen met water
en neutrale zeep. Vervolgens met veel
water afspoelen. In geval van inslikken
onmiddellijk een arts raadplegen.
157)Het symbool
, op het reservoir van
de remvloeistof geeft aan dat een
remvloeistof een synthetische of op
mineralen gebaseerde vloeistof is. Het
gebruik van minerale vloeistoffen kan de
speciale rubberen pakkingen in het
remsysteem onherstelbaar beschadigen.
158)Accuvloeistof is giftig en corrosief.
Vermijd contact met huid en ogen. Houd
open vuur en vonkvormende apparaten uit
de buurt van de accu: brand- en
explosiegevaar.
178
ONDERHOUD EN ZORG
159)Als de accu met onvoldoende
vloeistof werkt, kan dit de accu
onherstelbaar beschadigen en een explosie
veroorzaken.
160)Als de auto langdurig gestald moet
worden bij zeer lage temperaturen,
verwijder dan de accu en breng deze naar
een verwarmde plek, om bevriezing te
voorkomen.
161)Bij werkzaamheden aan de accu of in
de buurt van de accu, moeten de ogen
altijd met een speciale bril beschermd
worden.
BELANGRIJK
69)Let erop dat de verschillende types
vloeistoffen tijdens het bijvullen niet
verwisseld worden: ze mogen absoluut niet
onderling gemengd worden! Bijvullen met
een ongeschikte vloeistof kan leiden tot
ernstige schade aan de auto.
70)Het olieniveau mag nooit boven het
MAX-teken komen.
71)Vul geen olie bij met andere kenmerken
dan de olie waarmee de motor is gevuld.
72)PARAFLU
UPantivriesvloeistof wordt
gebruikt in het motorkoelsysteem; gebruik
voor het bijvullen hetzelfde vloeistoftype
als het type dat al in het koelsysteem
zit. PARAFLU
UPmag niet met andere typen
antivriesvloeistoffen worden gemengd. Als
er toch bijgevuld is met een ongeschikt
product, start dan in geen geval de motor
en neem contact op met het Fiat
Servicenetwerk.73)Vermijd elk contact tussen de uiterst
corrosieve remvloeistof en de gelakte
delen. Spoel bij contact onmiddellijk uit met
rijkelijk water.
74)Onjuiste installatie van elektrische en
elektronische apparatuur kan leiden tot
ernstige schade aan het voertuig. Als men
na aanschaf van het voertuig accessoires
wil monteren (diefstalbeveiliging, mobiele
telefoon enz.), ga dan naar een werkplaats
van het Fiat Servicenetwerk, die de meest
geschikte apparaten zal aanraden en zal
controleren of een accu met een grotere
capaciteit gemonteerd moet worden.
BELANGRIJK
3)De gebruikte motorolie en oliefilters
bevatten stoffen die schadelijk zijn voor het
milieu. Het verdient aanbeveling de olie
en de filters te laten vervangen door het
Fiat Servicenetwerk.
4)Gebruikte versnellingsbakolie bevat
stoffen die gevaarlijk kunnen zijn voor het
milieu. Het wordt geadviseerd contact
op te nemen met het Fiat Servicenetwerk
om de olie te laten verversen.
5)Accu’s bevatten stoffen die zeer
gevaarlijk zijn voor het milieu. Neem voor
het vervangen van de accu contact op met
het Fiat Servicenetwerk.
ACCU OPLADEN
162) 163)
BELANGRIJK Wacht, nadat de
contactsleutel naar STOP is gedraaid
en het bestuurdersportier is gesloten,
minstens 1 minuut alvorens de
elektrische voeding van de accu te
ontkoppelen. Wanneer de elektrische
voeding weer op de accu wordt
aangesloten, controleer dan of de
startinrichting in de stand STOP staat
en of het bestuurdersportier gesloten is.
BELANGRIJK Het verdient aanbeveling
de accu langzaam en met een lage
stroomsterkte ongeveer 24 uur op te
laden. De accu langer opladen, kan de
accu beschadigen.
179
BELANGRIJK Controleer of de kabels
van de elektrische installatie correct zijn
aangesloten op de accu: de pluskabel
(+) op de plusklem en de minkabel
(-) op de minklem. De accuklemmen
zijn gemarkeerd met de symbolen plus
(+) en min (–), en zijn weergegeven
op het deksel van de accu. De
kabelklemmen moeten ook corrosievrij
zijn en stevig aan de klemmen
bevestigd worden. Als een acculader
van het "snelle" type wordt gebruikt
terwijl de accu in het is voertuig
gemonteerd, moeten eerst beide kabels
van de accu losgemaakt worden
alvorens de acculader aan te sluiten.
Gebruik geen "snellader" voor de
levering van startspanning.
BELANGRIJK De procedure voor het
opladen van de accu is uitsluitend
bedoeld ter informatie. Geadviseerd
wordt contact op te nemen met het Fiat
Servicenetwerk om deze
werkzaamheden te laten uitvoeren.
VERSIES ZONDER
Start&Stop SYSTEEM
(voor bepaalde versies/markten)
Ga als volgt te werk om de accu op te
laden:
maak de klem van de minpool van
de accu los;
sluit de kabels van de acculader aan
op de accupolen; let daarbij op de
polariteit;
schakel de acculader in;
schakel na het opladen eerst de
acculader uit voordat deze wordt
losgekoppeld van de accu;
sluit de klem weer op de minpool
van de accu aan.
VERSIES MET
Start&Stop SYSTEEM
(voor bepaalde versies/markten)
Ga als volgt te werk om de accu op te
laden:
maak stekker A fig. 170 los (door op
knop B te drukken) van de sensor C
voor controle van de accutoestand
(gemonteerd op de minklem D van de
accu);
sluit de pluskabel (+) van de
acculader aan op de pluspool (+) van
de accu;
sluit de minkabel (-) van de
acculader aan op de D-klem van de
minpool (-) van de accu;
schakel de acculader in. Schakel na
het opladen eerst de acculader uit
voordat deze wordt losgekoppeld van
de accu;
sluit de stekker A weer aan op de
sensor C van de accu.
BELANGRIJK
162)Accuvloeistof is giftig en corrosief:
vermijd contact met huid en ogen. Het
opladen van de accu moet worden
uitgevoerd in een goed geventileerde
ruimte, ver van open vuur en vonken:
brand- en ontploffingsgevaar.
163)Probeer geen bevroren accu op te
laden; laat de accu eerst ontdooien om het
risico van een ontploffing te vermijden.
Als de accu bevroren is geweest, moet
door vakbekwaam personeel worden
gecontroleerd of de cellen niet beschadigd
zijn en of de behuizing geen scheuren
vertoont, waardoor de giftige en corrosieve
vloeistof kan weglekken.
170F0Y0153C
180
ONDERHOUD EN ZORG
RICHTLIJNEN VOOR DE BEHANDELING VAN DE AUTO AAN HET
EINDE VAN DE LEVENSDUUR
(voor bepaalde versies/markten)
Al jaren zet FCA zich volledig in voor de bescherming van het milieu via de continue verbetering van de productieprocessen en
de realisatie van producten die steeds "eco-compatibeler" zijn. Om de klanten de best mogelijke service te garanderen in
overeenstemming met de milieuwetgeving en conform de Europese richtlijn 2000/53/EG inzake de behandeling van voertuigen
aan het einde van hun levensduur, biedt FCA haar klanten de mogelijkheid hun auto aan het einde van zijn levensduur zonder
extra kosten in te leveren. De Europese richtlijn bepaalt namelijk dat het voertuig kan worden ingeleverd zonder kosten voor de
laatste houder of eigenaar als het voertuig geen of een negatieve marktwaarde heeft.
Voor de kosteloze inlevering van het voertuig aan het einde van zijn levensduur kunt u als u een andere auto gaat aanschaffen,
zich tot een van onze dealers of tot een door FCA goedgekeurd inzamelings- en verwerkingsbedrijf wenden. Deze bedrijven zijn
zorgvuldig geselecteerd en bieden kwaliteitsservice voor de inzameling, verwerking en recycling van afgedankte auto’s met
respect voor het milieu.
Voor meer informatie over deze inzamelings- en verwerkingsbedrijven kunt u zich wenden tot een FCA Servicepunt, het
telefoonnummer in het garantieboekje bellen of naar de websites van de verschillende merken van FCA gaan.
230
TECHNISCHE GEGEVENS
De geheime code invoeren
Wanneer het systeem wordt
ingeschakeld, toont het display, als de
code wordt gevraagd, het opschrift
"Anti-diefstalcode invoeren", gevolgd
door een scherm met een toetsenbord
waarmee de geheime code kan worden
ingevoerd.
De geheime code bestaat uit vier cijfers
van 0 t/m 9: draai voor het invoeren
van de code aan de "BROWSE
ENTER" knop en druk deze in om te
bevestigen.
Na het invoeren van het vierde cijfer
begint het systeem te werken.
Als er een verkeerde code is ingevoerd,
geeft het systeem "Code verkeerd"
weer om de gebruiker te laten weten
dat de juiste code ingevoerd moet
worden.
Na 3 mislukte invoerpogingen,
verschijnt op het display "Code
verkeerd. Radio geblokkeerd. 30
minuten wachten a.u.b.". Als dit
opschrift is verdwenen, kan de code
opnieuw worden ingevoerd.
Paspoort autoradio
Dit document is het eigendomsbewijs
van het systeem. In het paspoort van
de autoradio staan het model, het
serienummer en de geheime code
aangegeven.Neem, in geval van zoekraken van het
paspoort van de autoradio, contact
op met het Fiat Servicenetwerk, neem
uw identiteitsbewijs en de
eigendomsdocumenten van uw auto
mee.
BELANGRIJK Bewaar dit
autoradiopaspoort op een veilige plek,
zodat bij diefstal van het systeem de
betreffende informatie aan de bevoegde
instanties gegeven kan worden.
BELANGRIJKE
OPMERKINGEN
In geval van een storing, mag het
systeem alleen gecontroleerd en
gerepareerd worden door het Fiat
Servicenetwerk.
Als de temperatuur erg laag is, kan het
even duren voordat het display de
optimale lichtsterkte heeft bereikt.
Als de auto enige tijd bij een hoge
buitentemperatuur wordt geparkeerd,
kan de "thermische beveiligingsfunctie"
van het systeem in werking treden tot
de temperatuur van de radio naar
een acceptabel niveau is teruggekeerd.
Kijk alleen naar het scherm wanneer
dit nodig en veilig is. Als u langere
tijd naar het scherm moet kijken, ga
dan de weg af en parkeer op een
veilige plek, zodat u niet tijdens het
rijden wordt afgeleid.Stop onmiddellijk met het gebruik van
het systeem in geval van een storing.
Anders kan het systeem beschadigd
raken. Neem zo snel mogelijk contact
op met het Fiat Servicenetwerk om het
systeem te laten repareren.
BELANGRIJK
169)Volg onderstaande
veiligheidsvoorschriften, want anders
kunnen de inzittenden ernstig gewond
raken of kan het systeem beschadigd
raken.
170)Als het volume te hoog staat, kan dat
gevaarlijk zijn. Stel het volume zo af dat
omgevingsgeluiden (bijv. claxons,
ambulances, politievoertuigen enz.) nog
hoorbaar zijn.
BELANGRIJK
85)Maak het frontpaneel en het display
alleen schoon met een zachte, schone,
droge, anti-statische doek. Reinigings- en
polijstmiddelen kunnen het oppervlak
beschadigen. Gebruik geen alcohol of
dergelijke producten om het
bedieningspaneel of het display schoon te
maken.
86)Gebruik het display niet als basis voor
steunen met zuignappen of kleefmiddelen
voor externe navigatiesystemen,
smartphones of dergelijke apparaten.
233
OVERZICHTSTABEL BEDIENINGSELEMENTEN FRONTPANEEL
Knop Functies Modus
Netvoeding aan/uit Knop kort indrukken
Volumeregeling Knop naar links/rechts draaien
Volume in-/uitschakelen (Mute/Pauze) Knop kort indrukken
Scherm aan/uit Knop kort indrukken
Toegang tot het menu voertuiginstellingen Knop kort indrukken
Selectie afsluiten/naar vorige scherm
terugkerenKnop kort indrukken
BROWSE ENTERLijst doorbladeren of op een radiostation
afstemmenKnop naar links/rechts draaien
Op display weergegeven optie bevestigen Knop kort indrukken
APPSToegang tot extra functies (bijv. Tijdweergave,
buitentemperatuur, Media, Radio, eco:
rijgegevensfunctie,UConnect™LIVE-services,
indien aanwezig)Knop kort indrukken
TELEFOONWeergave telefoongegevens Knop kort indrukken
TRIPToegang tot het TRIP menu Knop kort indrukken
MEDIA
Bronselectie: USB/iPod, AUX of
Bluetooth®Knop kort indrukken
RADIOToegang tot de radio-modus Knop kort indrukken
235
SMS-berichtopties
Er zijn standaard SMS-berichten in het
systeemgeheugen opgeslagen die
als antwoord op een ontvangen bericht
of als nieuw bericht verzonden kunnen
worden.
Ja
Nee
OK
Ik kan nu niet praten
Bel me
Ik bel je straks
Ik ben onderweg
Bedankt
Ik ben te laat
Ik zit vast in het verkeer
Begin zonder mij
Waar ben je?
Ben je er al?
Ik heb aanwijzingen nodig
Ik ben de weg kwijt
Tot straks
Ik kom 5 (of 10, 15, 20, 25, 30, 45,
60) (*) minuten later
Tot over 5 (of 10, 15, 20, 25, 30, 45,
60) (*) minuten
(*) Gebruik alleen de kiesbare getallen,
anders neemt het systeem het bericht
niet aan.Het systeem staat tevens toe dat een
ontvangen SMS wordt doorgezonden.
OPMERKING Raadpleeg de
desbetreffende paragraaf voor meer
informatie over het verzenden van
tekstberichten met gebruik van
spraakopdrachten.
Door tekstberichten bladeren
(voor bepaalde versies/markten)
Met gebruik van de
stuurwielcommando's kunt u de laatste
10 ontvangen SMS-berichten op het
display op het instrumentenpaneel
weergeven en beheren. Om deze
functie te gebruiken, moet de mobiele
telefoon de uitwisseling van SMS via
Bluetooth® ondersteunen.
Selecteer “Telefoon” in het
instellingenmenu op het
instrumentenpaneel en selecteer
vervolgens “SMS-lezer” met de
stuurwielbedieningen
/. Met het
submenu "SMS-lezer" kunnen de
laatste 10 SMS-berichten worden
weergegeven.Uconnect™ LIVE
SERVICES
(waar aanwezig)
Druk op de APPS-toets om het menu
met alle applicatiefuncties van het
systeem te openen, zoals:
tijdsweergave, functiegegevens van
eco:Drive™, Trip Computer,
Buitentemperatuur, Instellingen,
Uconnect™LIVE-toepassingen.
Als een pictogram vanUconnect™
LIVEaanwezig is, dan is het systeem
voorbereid voor de aangesloten
services en kunnen de toepassingen
direct worden gebruikt vanaf het
radiomenu voor een efficiënter en
geavanceerd gebruik van de auto.
De applicatiefuncties zijn beschikbaar
volgens de voertuigconfiguratie en
de markt.
Om deUconnect™ LIVEservices te
kunnen gebruiken, is het volgende
noodzakelijk:
deUconnect™ LIVEApp van de
"App Store" of "Google Play" op uw
compatibele smartphone downloaden
en er daarbij voor zorgen dat de
gegevensverbinding is ingeschakeld;
u registreren, via deUconnect™™
LIVE Appop de website
www.driveuconnect.eu of www.fiat.it
242
MULTIMEDIA