Druk twee keer op knop A, als de
cruisecontrolfunctie eerder werd
ingeschakeld. Met de eerste keer
indrukken wordt de eerder
ingeschakelde functie uitgeschakeld en
met de tweede keer indrukken wordt
de Speed Limiter ingeschakeld.
INSCHAKELING/
UITSCHAKELING VAN
HET SYSTEEM
Het systeem inschakelen
Het systeem kan op twee manieren
worden ingeschakeld:
door het indrukken van de knop
RES;
door het indrukken en loslaten van
de knoppen SET+/SET–
Als het systeem met de RES-knop
wordt ingeschakeld en de ingestelde
snelheid lager is dan de rijsnelheid,
wordt een visuele waarschuwing
gegeven en wordt de snelheid na
ongeveer 20 seconden beperkt.
Het systeem kan alleen met de
knoppen SET+/SET– worden
ingeschakeld, als de rijsnelheid tussen
30 en 130 km/h ligt. In dit geval wordt
het systeem op de huidige snelheid
ingeschakeld.
Uitschakeling van het systeem: druk
op de knop CANC.De inschakeling van het systeem wordt
aangegeven met het groene symbool
op het display. Als het daarentegen
wordt uitgeschakeld, wordt het
symbool
wit weergegeven.
Opnieuw inschakelen van het
systeem: druk op de knop RES.
UITSCHAKELING VAN
HET SYSTEEM
Druk op knop A fig. 99 om het systeem
uit te schakelen.
Automatische uitschakeling van het
systeem: het systeem wordt
automatisch uitgeschakeld als zich een
storing in het systeem voordoet. Ga
naar een Fiat Servicepunt als het
probleem aanhoudt.
BELANGRIJK Door de cruisecontrol in
te schakelen, wordt de Speed Limiter
uitgeschakeld.
MODUSSELECTIE
SYSTEEM
(voor bepaalde versies/markten)
Door aan de ring op de knop op de
tunnelconsole, vóór de
versnellingspook (zie afbeelding) te
draaien, kan de voorziening worden
gebruikt om drie verschillende rijmodi te
selecteren, naargelang rijstijl en
wegomstandigheden:
ring in stand A: Modus
“NORMAL”
ring in stand B: Modus
“TRACTION +”
ring in stand C: Modus “GRAVITY
CONTROL”
De gekozen rijmodus wordt
aangegeven door het aangaan van de
led in de buurt van de selectie en een
indicatie op het display.
100F0Y0600C
118
STARTEN EN RIJDEN
Uitschakelen
Om de modus “Traction +” uit te
schakelen en terug te gaan naar de
modus “Normal”, draait u de ring naar
links en houdt u deze gedurende een
halve seconde in deze stand. In dit
geval gaat de led van de modus
“Normal” branden en wordt een
melding op het scherm weergegeven
dat de modus “Traction +” is
uitgeschakeld.
BELANGRIJK Als de modus “Traction
+” of “Normal” wordt geselecteerd
wanneer de motor wordt afgezet, blijft
de modus behouden tot de motor weer
wordt gestart.
BELANGRIJK In de modus “Traction +”
wordt het Start&Stop-systeem tijdelijk
uitgeschakeld (led op de knop van
het Start&Stop-systeem gaat aan). Om
het Start&Stop-systeem weer in te
schakelen in de modus “Traction +”,
drukt u op de Start&Stop-knop op het
dashboard. Het Start&Stop-systeem
wordt weer ingeschakeld, zodra de
modus “Traction +” wordt
uitgeschakeld.BELANGRIJK Wanneer de modus
“Traction +” wordt ingeschakeld, wordt
het City Brake Control - “Collision
Mitigation”-systeem tijdelijk
uitgeschakeld. Tijdelijke uitschakeling
van het systeem wordt aangeduid door
het lampje
op het
instrumentenpaneel (en een bericht op
het display). Wanneer de modus
“Traction +” wordt uitgeschakeld, wordt
het City Brake Control - “Collision
Mitigation”-systeem weer ingeschakeld.
FUNCTIE “GRAVITY CONTROL”
Deze rijfunctie houdt de snelheid
constant als van een steile helling naar
beneden wordt gereden. Lawaai en
trillingen afkomstig van de zijkant van
de wielen (remmen) zijn normaal
wanneer deze functie is ingeschakeld.
BELANGRIJK De functie kan alleen
worden geselecteerd als de modus
“Traction +” is ingeschakeld, de motor
draait, de handrem is uitgeschakeld
en het bestuurdersportier goed dicht
zit.
Inschakeling
Verlaag uw snelheid tot minder dan 25
km/h om de functie in te schakelen.Laat, zodra de gewenste snelheid is
bereikt, het gas- en rempedaal volledig
los. Als u de snelheid wilt verhogen/
verlagen, trapt u het gas-/rempedaal
weer in.
Inschakeling
Draai de ring naar rechts (stand C fig.
100) en houd hem gedurende een
halve seconde, of tenminste tot de
bijbehorende led gaat branden en de
inschakelingsindicatie "Gravity Control”
op het display weergegeven wordt
fig. 103, in deze stand.
Na het loslaten keert de ring terug naar
de middelste stand. “Gravity Control”
is klaar om te werken, wanneer de
“Gravity Control”-functie wordt
geselecteerd.
Uitschakelen
Om de modus “Gravity Control” uit te
schakelen, draait u de ring naar links en
houdt u deze gedurende een halve
seconde in deze stand.
In dit geval gaat de led van de modus
“Traction +” branden en wordt een
melding op het scherm weergegeven
dat de functie “Gravity Control” is
uitgeschakeld.
De functie “Gravity Control” is altijd
uitgeschakeld wanneer de motor
gestart wordt.
120
STARTEN EN RIJDEN
ALFABETISCH
REGISTER
"
Cargo Magic Space"
................... 38
“Traction +”-systeem
..................... 119
Aanvullend veiligheidssysteem
(SRS) - Airbags
............................ 100
ABS (systeem) ............................... 74
Accu (elektrolytpeil controleren) ...... 178
Accu (opladen) ............................... 179
Achterbank .................................... 15
Achterruitwisser / -sproeier ............ 28
Achterstoelen derde rij ................... 15
Achteruitkijkspiegels ....................... 18
Achteruitrijcamera .......................... 124
Actieve veiligheidssystemen ........... 74
Afmetingen..................................... 199
Alarmknipperlichten........................ 131
ASR (systeem) ............................... 75
Automatische dual-zone
klimaatregeling ............................. 22
Bagageruimte
............................... 37
Bandendruk ................................... 196
Bedieningstoetsen (display) ............ 48
Belangrijke informatie en
aanbevelingen .............................. 266
Beschermingssystemen
inzittenden ................................... 82
Bochtverlichting (inschakeling)........ 26
Brandstofafsluitsysteem ................. 153Brandstofverbruik........................... 222
Buitenverlichting ............................. 24
Carrosserie (reiniging en
onderhoud)
.................................. 183
centrale portiervergrendeling; ......... 32
City Brake Control - Collision
Mitigation-systeem ....................... 77
CO2-emissie .................................. 226
Contactslot .................................... 12
Cruisecontrol (constante
snelheidsregeling)......................... 116
Dagrijverlichting (DRL)
(inschakeling)
............................... 24
Dak met vast glaspaneel ................ 30
Dashboard ..................................... 9
Dashboard en
instrumentenpaneel...................... 47
DE AUTO OPKRIKKEN .................. 182
De motor starten ............................ 109
Derde remlicht (lamp vervangen) .... 145
Dimlicht (lamp vervangen) .............. 141
DST (systeem)................................ 75
Dualdrive (elektrische
stuurbekrachtiging)....................... 39
Dualogic (versnellingsbak) .............. 112
Een aanhanger trekken
................. 125
Elektrisch schuifdak ....................... 31
Elektrische ruitbediening ................ 34
ERM (systeem) ............................... 75
ESC (systeem) ............................... 74
Fiat CODE (systeem)
..................... 10
Fix&Go Automatic (kit) .................... 136
Follow Me Home (systeem) ............ 26
Frontairbag bestuurderszijde .......... 101
Frontairbag passagierszijde ............ 102
Frontairbags ................................... 100
Gear Shift Indicator (systeem)
....... 48
Gebruik van het Instructieboek ....... 4
Geprogrammeerd onderhoud......... 157
Geprogrammeerd
onderhoudsschema ..................... 159
Gewichten...................................... 205
Gordelspanners ............................. 85
Gravity Control (functie) .................. 74
Grootlicht (inschakeling) ................. 25
Grootlicht (lamp vervangen) ............ 142
Grootlichtsignaal (inschakeling)....... 25
Handbediende klimaatregeling
...... 21
Handgeschakelde
versnellingsbak ............................ 111
Handrem ........................................ 111
Hill Holder-systeem ........................ 75
Hoofdairbag ................................... 105
Hoofdsteunen ................................ 17
i-Size kinderzitjes ........................... 95
Identificatiegegevens
..................... 186
Instellingenmenu ............................ 49
Interieurverlichting .......................... 26.......................... 27
ISOFIX-kinderzitje (montage) .......... 92