21
Instellingen
VR A AGANTWOORDOPLOSSING
Na het instellen van de bassen en hoge tonen zijn de
instellingen van de equalizer uitgeschakeld.
Na het veranderen van de instellingen van de
equalizer zijn de instellingen van de bassen en hoge
tonen gereset. De instellingen van de equalizer zijn gekoppeld aan
de instellingen van de bassen en hoge tonen.
Het is niet mogelijk deze afzonderlijk van elkaar in
te stellen.
Wijzig de instellingen van de bassen en de hoge
tonen of de instellingen van de equalizer om de
gewenste klankkleur te verkrijgen.
Bij het veranderen van de instellingen van de balans worden
de instellingen van de geluidsverdeling uitgeschakeld.
Bij het veranderen van de instellingen van de
geluidsverdeling worden de instellingen van de balans
uitgeschakeld.De instellingen van de geluidsverdeling zijn
gekoppeld aan een bepaalde instelling van de
balans.
Het is niet mogelijk deze afzonderlijk van elkaar in
te stellen.Verander de instellingen van de balans of van de
geluidsverdeling om de gewenste geluidskwaliteit
te verkrijgen.
Als de modus "Alle inzittenden" is geselecteerd, is
de geluidsverdeling anders dan verwacht. De keuze voor de instelling van de geluidsverdeling
"Alle inzittenden" kan zijn geprogrammeerd.Wijzig de instelling van de geluidsverdeling met de
schuifbalk op het touchscreen.
Er is een verschil in geluidskwaliteit tussen de
verschillende geluidsbronnen. Voor een optimaal luistergenot kunt u
de audio-
instellingen ( Volume:, Bass:, Treble:, Geluid,
Loudness) voor elke geluidsbron afzonderlijk
instellen. Hierdoor kunnen bij het selecteren
van een andere geluidsbron verschillen in de
geluidskwaliteit hoorbaar zijn. Controleer of de audio-instellingen (Volume:, Bass:,
Treble:, Geluid, Loudness) zijn afgestemd op de
verschillende geluidsbronnen. Het is raadzaam
de audiofuncties (Bass:, Treble:, Balans) in de
middelste stand te zetten, de klankkleur "Geen"
te selecteren en de functie Loudness in de stand
"Inactief " te zetten als de radio is geselecteerd.
Na het afzetten van de motor wordt het systeem na
enkele minuten uitgeschakeld. Als de motor is afgezet, blijft het systeem nog
werken zolang de laadtoestand van de accu dat
toestaat.
Het automatisch uitschakelen duidt erop dat de
eco-mode van het systeem is geactiveerd om te
voorkomen dat de accu van de auto ontladen raakt.Start de motor om de accu bij te laden.
Touchscreen 7 inch
205
N
Niveau brandstofadditief diesel ~ Brandstofaddititiefniveau .............................157-15 8
Niveau koelvloeistof ~ Koelvloeistofniveau
...............................24, 15 6 -157
Niveau remvloeistof ~ Remvloeistofniveau
.......... 15
6
Niveau ruitensproeiervloeistof ~ Ruitensproeiervloeistofniveau
............................157
Niveaus controleren
....................................... 15
5 -157
Niveaus en controles
..................................... 15 4 -157
Noodbediening achterklep
................................ 5
7, 5 9
Noodbediening portieren
................................... 5
0 - 51
Noodoproep ~ Urgence-oproep
.......................93-96
Noodprocedure starten
......................................... 189
Noodremassistentie ~ Brake Assist System (BAS)
....................................... 96 -97
NRA
.................................................................... 96 -97
Nulstelling dagteller ~ Dagteller resetten
...............30
Nulstelling onderhoudsindicator ~ Onderhoudsintervalindicator resetten
.................27
O
Oliefilter ................................................................... 15 8
Oliefilter (vervangen) ............................................. 15 8
Olieniveau
............................................ 2
7-28, 15 5 -15 6
Oliepeilstok
.......................................... 27-28, 15 5 -15 6
Olieverbruik
.................................................... 15 5 -15 6
Onder de motorkap ~ Motorruimte
.......................15 4
Onderhoud (adviezen)
........................................... 162
Onderhoudsadviezen
............................................ 162
Onderhoudsbeurten
................................................ 25
Onderhoudsindicator ~ Onderhoudsintervalindicator
................................25
Ontdooien
........................................................... 71, 75
Ontgrendelen
........................................................... 43
Ontgrendelen van binnenuit ~ Interieur ontgrendelen
........................................... 49
Ontluchten brandstofsysteem ~ Brandstofsysteem ontluchten
.............................165Ontwasemen
.......................................................
71
-75
Opbergvak
................................................................ 81
O
pbergvakken
....................................................
7
8 -79
Opbergvakken portieren .......................................... 78
Openen bagageruimte ~ Bagageruimte openen
..............................
4 3 , 57- 5 8
Openen brandstofvulklep ~ Brandstoftanklep openen
................................... 14
8
Openen motorkap ~ Motorkap, openen .......
15 3 -15 4
Openen portieren ~ Portieren openen
.......
4 3 , 4 9 - 51
Overzicht motoren ~ Motorenoverzicht ........
195, 198
Overzicht zekeringen ~ Zekeringentabel
...................
181-183, 185 -18 6, 188
Par fumeur
.................................................................
76
Parfumeur (element)
................................................
76
Parkeerhulp achter
................................................ 14
3
Parkeerhulp vóór
............................................
143 -14 4
Parkeerlichten
..........................................
8 4, 175 -179
Parkeerrem ............................................ 1 20, 15 8 -159
Passagiersairbag .....................................................22
Plafonnier
.................................................................77
Plafonniers
.............................................................18 0
Portieren
...................................................................49
Portieren sluiten
.................................................43, 49
Pyrotechnische gordelspanners
........................... 10
0
P
Radio ............................................................. 7- 8, 10, 3
Radiozender ........................................................ 7- 8 , 3
RDS
........................................................................\
.... 8
R
egeling luchtopbrengst ~ Aanjager, regeling
....... 73
R
egeling luchtverdeling ~ Luchtverdeling
..............73
Regelmatige controles ~ Controles
...............157-159
Regeneratie roetfilter
............................................. 15 8
R
Reinigen (adviezen) ............................................... 162
Remblokken ................................................... 15
8 -159
Remlichten ....................................................... 176 -179
Remmen
................................................... 14, 15 8 -159
Remschijven
................................................... 15 8 -159
Reservewiel
.................................... 16 9 -170, 173 , 2 01
Reservoir ruitensproeiers ~ Ruitensproeierreservoir
...................................... 15
7
Resetten van de ruitbediening ~ Ruitbediening resetten
....................................47- 4 8
Richtingaanwijzers
.................................................. 22
R
ichtingaanwijzers
............................. 2
2 , 8 6 , 176 -179
Riem
.................................................................... 81- 82
Rijadviezen
...................................................... 11
6 -117
Risicozones (update)
................................................. 6
R
oetfilter
.......................................................... 15
7-15 8
Ruitbediening
..................................................... 47- 4 8
Ruitensproeier achter
........................................ 88-89
Ruitensproeiers
........................................................ 89
Ruitenwisser achter
........................................... 88-89
Ruitenwisserbladen (vervangen)
.................... 9
0, 15 3
Ruitenwisserbladen vervangen
......................9 0, 15 3
Ruitenwissers
..................................................... 88-89
Ruitenwisserschakelaar
....................................88-89
Schakelaars stoelverwarming ~ Stoelverwarming, schakelaars
.......................62- 63
Schakelindicator
..................................................... 13 0
SCR (Selective Catalytic Reduction)
.................... 15
9
SCR-systeem
........................................................... 20
Sel
ectiehendel
....................................................... 12
7
Selectiehendel automatische transmissie ~ Schakelen
automatische versnellingsbak
.....................124 -13 0
Selectiehendel elektronisch gestuurde versnellingsbak
..................120 -124, 15 8
S
Trefwoordenregister