21
MistachterlichtenPermanent. De mistachterlichten zijn ingeschakeld. Draai de ring naar achteren om de mistachterlichten uit te
schakelen.
Voorgloeien
dieselmotor Permanent.
De sleutel staat in de tweede stand
(contact) van het contactslot. Wacht met starten tot het lampje uitgaat.
De wachttijd is afhankelijk van de weersomstandigheden
(in extreme gevallen 30
seconden).
Als de motor niet wil aanslaan, zet dan het contact af. Zet
het contact ver volgens weer aan en wacht opnieuw tot het
lampje uitgaat voordat u
de motor start.
Intrappen van het
rempedaal Permanent.
Het rempedaal moet worden ingetrapt. Trap bij een auto met elektronisch gestuurde
versnellingsbak het rempedaal in om de motor te starten
terwijl de selectiehendel in de stand N staat.
Bij een auto met automatische transmissie moet u
bij
draaiende motor en voordat u
de parkeerrem vrijzet het
rempedaal intrappen om de selectiehendel vanuit de stand
P in een andere stand te kunnen zetten.
Als u
de parkeerrem vrijzet zonder het rempedaal in te
trappen, zal dit lampje blijven branden.
Knippert. Als u
de auto met een elektronisch
gestuurde versnellingsbak op een helling
te lang probeert op zijn plaats te houden
door het gaspedaal in te trappen, raakt
de koppeling over verhit. Gebruik het rempedaal en/of de parkeerrem.
Waarschuwings- resp.
verklikkerlampje
Status
Oorzaak Acties/Opmerkingen
01
Instrumentenpaneel
22
Waarschuwings- resp.
verklikkerlampjeStatus
Oorzaak Acties/Opmerkingen
Passagiersairbag Permanent. De schakelaar in het dashboardkastje
staat in de stand "OFF".
De airbag vóór aan passagierszijde is
uitgeschakeld.
U kunt een kinderzitje met de "rug in de
rijrichting" plaatsen, behalve in het geval
van een storing in het airbagsysteem
(brandend lampje Airbags). Zet de schakelaar in de stand "
ON" om de airbag vóór aan
passagierszijde in te schakelen.
Bevestig in dit geval op deze zitplaats geen kinderzitje "met
de rug in de rijrichting".
Stop & Star t Permanent. Het Stop & Start-systeem heeft de motor
in de STOP-stand gezet (rood licht, file,
e n z .) . Het lampje gaat uit en de motor wordt automatisch gestart
(START-stand) als u
wilt wegrijden.
Knippert enkele
seconden en gaat
vervolgens uit. De STOP-stand is tijdelijk niet
beschikbaar.
of
De motor wordt automatisch in de
START-stand gezet. Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer informatie
over het Stop & Star t
-systeem.
Richtingaanwijzer
links Knippert, met
geluidssignaal. Als u
de lichtschakelaar omlaag
beweegt.
Richtingaanwijzer
rechts Knippert, met
geluidssignaal. Als u
de lichtschakelaar omhoog
beweegt.
Automatische
ruitenwissers
Permanent.
De ruitenwisserschakelaar is naar
beneden bewogen. De automatische stand van de ruitenwissers vóór is
geactiveerd.
01
Instrumentenpaneel
23
Waarschuwings- resp.
verklikkerlampjeStatus
Oorzaak Acties/Opmerkingen
AlarmknipperlichtenKnippert, met
geluidssignaal.De schakelaar voor de
alarmknipperlichten op het dashboard is
ingedrukt. De richtingaanwijzers links en rechts en de bijbehorende
lampjes knipperen tegelijkertijd.
Parkeerlichten Permanent. De lichtschakelaar staat in de stand
'Parkeerlichten'.
Mistlampen vóór Permanent. De mistlampen vóór zijn ingeschakeld
met de ring van de lichtschakelaar. Draai de ring van de lichtschakelaar twee standen naar
achteren om de mistlampen vóór uit te schakelen.
Dimlicht Permanent. De lichtschakelaar staat in de stand
" D imlic ht ".
Grootlicht Permanent. U hebt de lichtschakelaar naar u
toe
getrokken. Trek aan de lichtschakelaar om terug te schakelen naar
dimlicht.
01
Instrumentenpaneel
25
Onderhoudsindicatoren
Waarschuwings- resp.
verklikkerlampjeStatus
Oorzaak Acties/Opmerkingen
Onderhoudssleutel Brandt permanent,
tijdelijk bij het aanzetten
van het contact. De afstand tot de eerstvolgende beurt is
3000
tot 1000
km.De onderhoudsindicator wordt enkele seconden
weergegeven op het instrumentenpaneel. Afhankelijk van
de uitvoering:
-
d
e kilometerteller geeft de resterende afstand (in
kilometers) tot de eerstvolgende onderhoudsbeurt aan.
-
e
en waarschuwing geeft de resterende afstand
(in kilometers) en de tijd tot de eerstvolgende
onderhoudsbeurt aan.
De onderhoudssleutel gaat na een paar seconden uit.
De waarschuwing kan worden weergegeven als het einde
van het onderhoudsinterval in tijd nadert.
Brandt permanent, bij
het aanzetten van het
contact. De afstand tot de eerstvolgende
onderhoudsbeurt is kleiner dan
1000
km.De onderhoudsindicator wordt enkele seconden
weergegeven op het instrumentenpaneel. Afhankelijk van
de uitvoering:
-
d
e kilometerteller geeft de resterende kilometers tot de
eerstvolgende onderhoudsbeurt aan.
-
e
en waarschuwingsmelding geeft de resterende
kilometers en de tijd tot de eerstvolgende
onderhoudsbeurt aan.
De onderhoudssleutel blijft branden om aan te geven dat
uw auto zeer binnenkort aan een onderhoudsbeurt toe is.
De waarschuwing kan worden weergegeven als het einde
van het onderhoudsinterval in tijd nadert.
01
Instrumentenpaneel
26
Waarschuwings- resp.
verklikkerlampjeStatus
Oorzaak Acties/Opmerkingen
Onderhoudssleutel Knippert en brandt
vervolgens permanent,
bij het aanzetten van
het contact. Het onderhoudsinterval is overschreden.
De onderhoudsindicator wordt enkele seconden weergegeven
op het instrumentenpaneel. Afhankelijk van de uitvoering:
-
d
e kilometerteller geeft het aantal afgelegde kilometers
aan sinds het inter val voor de onderhoudsbeurt is
overschreden. De waarde wordt voorafgegaan door het
teken "-".
-
e
en waarschuwing geeft aan dat het inter val voor de
onderhoudsbeurt is overschreden.
De onderhoudssleutel blijft branden zolang de
onderhoudsbeurt niet is uitgevoerd.
De waarschuwing wordt gegeven wanneer het inter val in tijd
voor de onderhoudsbeurt is overschreden.
+ Knippert en brandt
vervolgens permanent,
bij het aanzetten
van het contact, in
combinatie met het
lampje SERVICE.Het onderhoudsinterval voor de
uitvoeringen met een BlueHDi-
dieselmotor is overschreden.
De onderhoudsindicator wordt enkele seconden weergegeven
op het instrumentenpaneel. Afhankelijk van de uitvoering:
-
d
e kilometerteller geeft het aantal afgelegde kilometers
aan sinds het inter val voor de onderhoudsbeurt is
overschreden. De waarde wordt voorafgegaan door het
teken "-".
-
e
en waarschuwing geeft aan dat het inter val voor de
onderhoudsbeurt is overschreden.
De onderhoudssleutel blijft branden zolang de
onderhoudsbeurt niet is uitgevoerd.
De waarschuwing wordt gegeven wanneer het inter val in tijd
voor de onderhoudsbeurt is overschreden.
De weergegeven afstand (in kilometers) wordt
berekend op basis van het aantal afgelegde
kilometers en de verstreken tijd sinds de
laatste onderhoudsbeurt.
01
Instrumentenpaneel
28
AdBlue®-
actieradiusindicatoren
Deze actieradiusindicatoren zijn uitsluitend
aanwezig bij auto's met een BlueHDi-dieselmotor.
Zodra de reser vevoorraad van het AdBlue
®-
reser voir is aangesproken of een storing in het
SCR-systeem is gedetecteerd, verschijnt bij
het aanzetten van het contact een indicator die
aangeeft hoeveel kilometer u
nog ongeveer kunt
rijden voordat het opnieuw starten van de motor
automatisch wordt geblokkeerd.
Als de motor mogelijk niet opnieuw
kan worden gestart door een te laag
AdBlue
®-niveau
Het wettelijk verplichte
startblokkeringssysteem wordt automatisch
geactiveerd zodra het AdBlue
®-reservoir
leeg is.
Actieradius groter dan 2400
km
Als het contact wordt aangezet, wordt er geen
informatie over de actieradius weergegeven op het
instrumentenpaneel.
Actieradius tussen 2400
en 600
km Ga naar het dealernetwerk of een gekwalificeerde
werkplaats om AdBlue
® te laten bijvullen.
U kunt het bijvullen ook zelf uitvoeren.
Actieradius kleiner dan 600
kmStoring motorolieniveaumeter
Als de aanduiding " OIL - -" knippert, duidt dit op een
storing in de motorolieniveaumeter.
Neem contact op met het dealernetwerk of met een
gekwalificeerde werkplaats.
Als de motorolieniveaumeter niet werkt, wordt het
motorolieniveau niet meer gecontroleerd.
Zolang het systeem niet werkt, moet u
het
motorolieniveau controleren met de peilstok in de
motorruimte.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer
informatie over het controleren van de niveaus .
Tijdens het rijden wordt de melding elke
30
seconden herhaald zolang er geen AdBlue is
bijgevuld.
Ga naar het dealernetwerk of een gekwalificeerde
werkplaats om AdBlue
® te laten bijvullen.
U kunt het bijvullen ook zelf uitvoeren.
Als u
dit niet doet, kan de motor niet meer worden
gestart.
Zodra het contact wordt aangezet, gaat het lampje
branden in combinatie met een geluidssignaal en
een melding (bijvoorbeeld: "Vul brandstofadditief
bij: Starten geblokkeerd over 1500
km") die
aangeeft hoeveel kilometer u
nog kunt rijden met de
resterende hoeveelheid additief.
Tijdens het rijden wordt de melding elke 300
km
herhaald zolang er geen additief is bijgevuld. Zodra het contact wordt aangezet, gaat dit lampje
knipperen en gaat het lampje Service branden in
combinatie met een geluidssignaal en een melding
(bijv.: "Vul brandstofadditief bij: Starten geblokkeerd
over 600
km") die aangeeft hoeveel kilometer u nog
kunt rijden met de resterende hoeveelheid additief.
01
Instrumentenpaneel
32
Hoofdmenu
F Druk op de toets "MENU" om het hoofdmenu
weer te geven en ver volgens op de toets " 5" of
" 6 " om door de verschillende menu's te scrollen:
-
R
adio - CD,
-
C
onfiguratie van de auto,
-
O
pties,
-
I
nstellingen display,
-
Ta
a l ,
-
E
enheden.
F
D
ruk op de toets " OK" om het gewenste menu te
selecteren.
Radio-CD
Als het audiosysteem is ingeschakeld en het menu
"Radio- CD" is geselecteerd, kunnen de functies
van de radio (RDS, REG -modus) en de CD-speler
(introscan, willekeurig afspelen, herhalen van CD)
worden geactiveerd of gedeactiveerd.
Configuratie van de autoF de toets " 7" of " 8" om de waarde van een
instelling te wijzigen,
F
d
e toets " OK" om te bevestigen,
of
F
d
e toets " Te r u g" om de uitgevoerde handeling af
te breken. Als het menu "Config. auto" is geselecteerd,
kunnen de volgende functies worden geactiveerd of
gedeactiveerd:
-
i
nschakelen ruitenwisser achter bij inschakelen
van de achteruitversnelling,
-
fo
llow me home-verlichting,
-
parkeerhulp.
Via dit menu kunt u
ook het
bandenspanningscontrolesysteem resetten.
Raadpleeg de desbetreffende
rubriek voor meer informatie over het
bandenspanningscontrolesysteem.
Opties
Als het menu "Opties" is geselecteerd, kan de status
van de verschillende functies worden weergegeven
(geactiveerd, gedeactiveerd, storing).
Instellingen display
F Selecteer een parameter en druk op de toets "7 " of " 8" om de waarde er van te wijzigen.
F
D
ruk op de toets " 5" of " 6" om de vorige of
volgende parameter te selecteren.
F
D
ruk op de toets OK om de gewijzigde waarde
op te slaan en terug te keren naar de normale
weergave of druk op de toets Te r u g om de
uitgevoerde handeling af te breken.
Ta a l
Als het menu "Talen" is geselecteerd, kan de taal
van de weergave van het display worden gewijzigd
door een keuze te maken uit de lijst van beschikbare
talen.
Eenheden
Als het menu "Eenheden" is geselecteerd, kunnen
de eenheden van de volgende parameters worden
gewijzigd:
-
t
emperatuur (°C of °F),
-
b
randstofverbruik (l/100 km, mpg of km/l).
Als het menu "Instellingen display" is geselecteerd,
kunnen de volgende instellingen worden gewijzigd:
-
j a a r,
-
maand,
-
dag,
-
uren,
-
minuten,
-
t
ijdsaanduiding in 12
of 24
uur. Wanneer het brandstofverbruik in mpg
wordt weergegeven, wordt de op het display
getoonde informatie met betrekking tot de
snelheid en de afstand in respectievelijk mph
en mijlen weergegeven.
01
Instrumentenpaneel
34
Logboek waarschuwingen
Deze functie geeft een overzicht van de
actieve waarschuwingsmeldingen door ze
achtereenvolgend op het multifunctionele display
weer te geven.
Status van functies
Geeft aan welke functies van de auto actief of
inactief zijn.
Invoeren van de afstand tot de
bestemming
Hiermee kunt u een door u geschatte afstand tot de
p laats van bestemming invoeren.
Menu "Persoonlijke instellingen –
configuratie "
Als dit menu is geselecteerd, kunnen de volgende
functies worden geselecteerd:
-
par
ameters van de auto instellen,
-
c
onfiguratie display,
-
taalkeuze.
Parameters van de auto instellen
Via dit menu kunnen verschillende voorzieningen
van de auto geactiveerd of gedeactiveerd worden:
-
i
nschakelen ruitenwisser achter bij inschakelen
van de achteruitversnelling,
-
f
ollow me home-verlichting en duur,
Configuratie display
Als dit menu is geselecteerd, kunnen de volgende
instellingen worden geselecteerd:
-
r
egelen van de lichtsterkte van de weergave,
-
i
nstellen datum en tijd,
-
k
iezen van de eenheden.
Taalkeuze
Als dit menu is geselecteerd, kan de taal van de
weergave van het display worden geselecteerd uit
een lijst van talen. Uit veiligheidsoverwegingen mag de
bestuurder de instellingen van het
multifunctionele display uitsluitend bij
stilstaande auto veranderen.
Wanneer het brandstofverbruik in mpg
wordt weergegeven, wordt de op het display
getoonde informatie met betrekking tot de
snelheid en de afstand in respectievelijk mph
en mijlen weergegeven.
-
parkeerhulp.
-
a
utomatisch noodremsysteem.
Via dit menu kunt u ook het
bandenspanningscontrolesysteem resetten.
Raadpleeg de desbetreffende
rubriek voor meer informatie over het
bandenspanningscontrolesysteem.
Menu "Telefoon "
Als het audiosysteem is ingeschakeld
en dit menu is geselecteerd, kunt
u
een Bluetooth-apparaat verbinden
(paren) of loskoppelen, de verschillende
telefoonindexen (gesprekkenlijst,
diensten enz.) raadplegen en uw
telefoongesprekken beheren (gesprek
aannemen, gesprek beëindigen, duo-
gesprek, privacy-modus enz.).
Touchscreen
Dit systeem heeft de volgende functies:
- t oegang tot de configuratiemenu's van de
functies en de systemen van de auto,
-
t
oegang tot de configuratiemenu's van het
audiosysteem en de weergave,
-
b
ediening van het audiosysteem, de telefoon en
weergave van de bijbehorende informatie,
-
w
eergave van de waarschuwingsmeldingen,
-
w
eergave van de buitentemperatuur (er wordt
een blauwe sneeuwvlok weergegeven bij kans
op bevriezing/ijzel),
-
w
eergave van de informatie van de
boordcomputer.
01
Instrumentenpaneel