451-1. Voor een veilig gebruik
1
Veiligheid en beveiliging
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E
De belangrijkste onderdelen van het SRS-airbagsysteem zijn hierbo-
ven afgebeeld. Het SRS -airbagsysteem wordt aangestuurd door de
airbag-ECU. Bij het activeren v an de airbags zorgt een chemisch e
reactie in de ontstekingsmechanismen ervoor dat de airbags snel
gevuld worden met niet-giftig gas om de beweging van de inzitte nden
te helpen beperken. Sensoren frontale aanrijding
Aan/uit-schakelaar airbag
(indien aanwezig)
Voorpassagiersairbag
Controlelampje PASSENGER
AIRBAG (indien aanwezig)
Sensoren aanrijding opzij
(voor)
Sensoren aanrijding opzij
(voorportier)
Gordelspanners en span-
krachtbegrenzers (voor)
Side airbags
Curtain airbags
Sensoren aanrijding opzij
(achter)
Positiesensor bestuurders-
stoel (indien aanwezig)
Bestuurdersairbag
Knie-airbag (indien aanwezig)
Waarschuwingslampje SRS
Airbag-ECU
Gordelspanners en span-
krachtbegrenzers (buitenste
zitplaatsen achter) (indien
aanwezig)
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.book
Page 45 Friday, September 9, 2016 12:21 PM
4565-6. Gebruik van Bluetooth®-apparaten
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E
Registreren van een Bluetooth®-apparaat
Druk op de knop tune/scroll en selecteer “Bluetooth*” met de knop.
Druk op de knop en selecteer “Pa iring” (koppelen) met de knop.
Er wordt een toegangscode weergegeven.
Niet SSP (Secure Simple Pairing) compatibele Bluetooth
®-appara-
ten: Voer de toegangsc ode in in het apparaat.
SSP (Secure Simple Pairing) compatibele Bluetooth
®-apparaten:
Selecteer YES (ja) om het appar aat te registreren. Afhankelijk van
het type apparaat wordt het mogelijk automatisch geregistreerd.
Als een Bluetooth
®-apparaat zowel muziek kan afspelen en als
mobiele telefoon kan worden gebruikt, worden beide functies teg elij-
kertijd in het systeem geregistreerd. Wanneer het apparaat word t ver-
wijderd, worden beide functi es tegelijkertijd verwijderd.
Als de toets gesprek aannemen wordt ingedrukt en de PHONE-
modus wordt geselect eerd terwijl er geen telefoons zijn geregistreerd,
wordt het registratiescherm automatisch weergegeven.
*: Bluetooth is een geregistreerd handelsmerk van Bluetooth SIG. Inc.
Alvorens Bluetooth®-audio/telefoon te gebruiken, moet een
Bluetooth®-apparaat in het systeem worden geregistreerd. U
kunt maximaal 5 Bluetooth®-apparaten registreren.
Registreren van een Bluetooth®-apparaat
1
2
3
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.b ook Page 456 Friday, September 9, 2016 12:21 PM
5437-3. Zelf uit te voeren onderhoud
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E
7
Onderhoud en verzorging
Uw auto is uitgerust met een bandenspanningswaarschuwingssys-
teem dat gebruikmaakt van bandenspanningssensoren en -zenders
om een lage bandenspanning te signaleren voordat deze tot probl e-
men leidt.
Als de bandenspanning onder een bepaalde waarde komt, wordt de
bestuurder door middel van een waarschuwingslampje gewaar-
schuwd. ( →Blz. 599)
◆Plaatsen van bandenspanni ngssensoren en -zenders
Bij het vervangen van banden of velgen moeten de bandenspan-
ningssensoren en -zenders ook worden geplaatst.
Als er nieuwe bandenspanningss ensoren en -zenders geplaatst
worden, moeten de identificatiecodes van deze componenten wor-
den geregistreerd in de bandensp anningswaarschuwingssysteem-
ECU en moet het bandenspanni ngswaarschuwingssysteem wor-
den geïnitialiseerd. Laat de identificatiecodes van de bandensp an-
ningssensoren en -zenders registreren door een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekw ali-
ficeerde en uitgeruste deskundige. ( →Blz. 545)
◆Initialiseren van het bandens panningswaarschuwingssysteem
Wanneer van bandenmaat wordt gewisseld, moet het bandenspan-
ningswaarschuwingssysteem worden geïnitialiseerd.
Als het bandenspanningswaarschu wingssysteem wordt geïnitiali-
seerd, wordt de actuele bandenspanning als referentiespanning
beschouwd.
Bandenspanningswaarschuwingssysteem
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.b ook Page 543 Friday, September 9, 2016 12:21 PM
5467-3. Zelf uit te voeren onderhoud
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E■
Situaties waarin het bandenspa nningswaarschuwingssysteem mogelijk
niet goed werkt
● Onder de volgende omstandigheden werkt het bandenspanningswaarschu-
wingssysteem mogelijk niet goed.
• Als er niet-originele Toyota-velgen zijn gemonteerd.
• Er is een band vervangen door een exemplaar dat niet overeenko mt met
de OE-specificaties (Original Equipment).
• Er is een band vervangen door een exemplaar dat niet de voorge schre-
ven maat heeft.
• Er zijn sneeuwkettingen gemonteerd.
• Er is een run-flat band met ondersteunende ring gemonteerd.
• Als de ruiten zijn voorzien van een coating die de ontvangst v an de radio-
grafische signalen nadelig beïnvloedt.
• Als de auto bedekt is met sneeuw of ijs, vooral bij de wielen of de wiel-
kasten.
• Als de bandenspanning aanzienlijk hoger is dan de voorgeschrev en
waarde.
• Als er banden zonder bandenspanningssensor en -zender zijn geb ruikt.
• Als de identificatiecode op de bandenspanningssensoren en -zenders niet is geregistreerd in de bandenspanningswaarschuwingssysteem -
ECU.
● In de volgende situaties kunnen de prestaties worden beïnvloed.
• In de buurt van een televisiezendmast, elektriciteitscentrale, tankstation,
radiozender, videowall, luchthaven of andere locatie waar sterke radio-
golven of elektromagnetische velden aanwezig zijn
• Als u een draagbare radio, mobiele telefoon, draadloze telefoo n of een
ander draadloos communicatiemiddel bij u draagt
● Wanneer de auto geparkeerd is, kan het langer duren voordat de waarschu-
wing verschijnt of verdwijnt.
● Wanneer de bandenspanning snel daalt, zoals bij een klapband, d an ver-
schijnt de waarschuwing mogelijk niet.
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.b ook Page 546 Friday, September 9, 2016 12:21 PM
6538-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E
8
Bij problemen
Verwijder de startkabels als het hybridesysteem gestart is in exact
de omgekeerde volgorde van aansluiten.
Laat, nadat het hybridesysteem is gestart, de auto zo snel moge lijk
nakijken door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateu r of
een andere naar behoren gekwalif iceerde en uitgeruste deskundige.
■Starten van het hybridesysteem wanneer de 12V-accu ontladen is
Het hybridesysteem kan niet worden gestart door de auto aan te duwen.
■ Voorkomen van ontlading van de 12V-accu
●Zet de koplampen en het audiosysteem uit als het hybridesysteem is uitge-
schakeld.
● Schakel niet-noodzakelijke elektrische verbruikers uit als er g edurende lan-
gere tijd met lage snelheden gereden wordt, bijvoorbeeld in een file.
■ Als de 12V-accu verwijd erd of ontladen is
● De in de ECU opgeslagen informatie wordt gewist. Laat wanneer de 12V-
accu volledig is ontladen de auto nakijken door een erkende Toy ota-dealer
of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalifice erde en uit-
geruste deskundige.
● Sommige systemen moeten mogelijk worden geïnitialiseerd. ( →Blz. 689)
■ Bij het losnemen van de 12V-accuklemmen
Wanneer de 12V-accuklemmen worden losgenomen, wordt de in de EC U
opgeslagen informatie gewist. Neem voordat u de 12V-accuklemmen los-
neemt contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/re parateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
■ Opladen van de 12V-accu
De 12V-accu zal geleidelijk aan ontladen, zelfs wanneer de auto niet in
gebruik is. Dit wordt veroorzaakt door natuurlijke ontlading en het effect van
bepaalde elektrische apparatuur. Als de auto langere tijd niet gebruikt wordt,
kan de 12V-accu ontladen en kan het hybridesysteem mogelijk nie t meer
worden gestart. (De 12V-accu laadt automatisch op wanneer het h ybridesys-
teem in werking is.)
7
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.b ook Page 653 Friday, September 9, 2016 12:21 PM