Page 57 of 199

Stoelen, veiligheidssystemen55werking treden van de airbags hetleven van het kind in gevaar bren‐ gen.
Dit is vooral van belang wanneer
naar achteren gerichte kindervei‐
ligheidssystemen op de passa‐
giersstoel voorin worden gebruikt.
Airbag deactiveren 3 52.
Airbaglabel 3 48.
Juiste systeem selecteren De achterbank is de beste plaats om
een kinderzitje vast te maken.
Kinderen zo lang mogelijk tegen de
rijrichting in vervoeren. Hierdoor
wordt de nog erg zwakke ruggengraat
van het kind bij een ongeval minder
belast.
Geschikt zijn veiligheidssystemen die voldoen aan geldige UN ECE veror‐
deningen. Raadpleeg de plaatselijke
wetgeving en richtlijnen voor het
verplichte gebruik van kinderveilig‐
heidssystemen.
Het kinderveiligheidssysteem dat u
gaat monteren, moet geschikt zijn
voor het autotype.
Het kinderveiligheidssysteem moet
op de correcte positie in de auto
worden gemonteerd.
Laat kinderen alleen aan de trottoir‐
kant van de auto uit- en instappen.
Wanneer het kinderveiligheidssys‐
teem niet wordt gebruikt, moet u vast‐
zetten met een veiligheidsgordel of
verwijderen.
Let op
Kinderveiligheidssystemen niet
beplakken of met andere materialen
afdekken.
Een kinderveiligheidssysteem dat
tijdens een aanrijding werd belast
moet worden vervangen.
Page 58 of 199

56Stoelen, veiligheidssystemenInbouwposities kinderveiligheidssystemenToegestane mogelijkheden voor de bevestiging van een kinderveiligheidssysteem
Gewichts- of leeftijdsgroep
Passagiersstoel voorTweede rijDerde rijgeactiveerde airbaggedeactiveerde
airbagbuitenste zitplaatsmiddelste zitplaatsGroep 0: tot 10 kg
of ca. 10 maandenXU 1U,
of ca. 2 jaarXU 1U,
of ca. 8 maanden tot 4 jaarXU 1U,
of ca. 3 tot 7 jaarXXUUXGroep III: 22 tot 36 kg
of ca. 6 tot 12 jaarXXUUX1:Zet de stoelhoogteverstelling bij het omdoen van een driepuntsgordel in de hoogste stand en zorg ervoor dat de
veiligheidsgordel vanaf de bovenste verankering naar voren loopt. Zet de rugleuning zo ver als noodzakelijk rechtop, zodat de gordel bij de gesp gespannen is.<:Autostoel met ISOFIX-bevestiging verkrijgbaar. Bij bevestiging met ISOFIX mogen alleen de voor de auto goedge‐
keurde ISOFIX-kinderveiligheidssystemen gebruikt worden.U:Universeel bruikbaar in combinatie met een driepuntsveiligheidsgordel.X:Kinderveiligheidssystemen zijn in deze gewichtsgroep niet toegestaan.
Page 59 of 199
Stoelen, veiligheidssystemen57Toegestane mogelijkheden voor de bevestiging van een ISOFIX-kinderveiligheidssysteem
GewichtsklasseMaatklasseBevestigingOp passagiers‐
stoelOp buitenste
zitplaatsen
tweede zitrijOp middelste
zitplaats tweede
zitrijOp zitplaatsen
derde zitrijGroep 0: tot 10 kgEISO/R1XILXXGroep 0+: tot 13 kgEISO/R1XILXXDISO/R2XILXXCISO/R3XIL 1)XXGroep I: 9 tot 18 kgDISO/R2XILXXCISO/R3XIL1)XXBISO/F2XIUFXXB1ISO/F2XXIUFXXAISO/F3XIUFXX1)
Zet de hoofdsteun geheel omhoog op het ISOFIX-kinderzitje aan te brengen.IL:Geschikt voor bepaalde ISOFIX veiligheidssystemen uit de categorieën 'specifieke auto', 'beperkt' of
'semi-universeel'. Het ISOFIX veiligheidssysteem moet goedgekeurd zijn voor het specifieke autotype.IUF:Geschikt voor voorwaarts gerichte ISOFIX kinderveiligheidssystemen uit de universele categorie, goedgekeurd
voor deze gewichtsklasse.X:Geen ISOFIX kinderveiligheidssysteem goedgekeurd voor deze gewichtsklasse.
Page 60 of 199
58Stoelen, veiligheidssystemenISOFIX-maatklasse en zitgelegenheidA - ISO/F3:voorwaarts gericht kinderveiligheidssysteem voor kinderen met max. lengte in de gewichtsklasse
9 tot 18 kgB - ISO/F2:voorwaarts gericht kinderveiligheidssysteem voor kleinere kinderen in de gewichtsklasse 9 tot 18 kgB1 - ISO/F2X:voorwaarts gericht kinderveiligheidssysteem voor kleinere kinderen in de gewichtsklasse 9 tot 18 kgC - ISO/R3:achterwaarts gericht kinderveiligheidssysteem voor kinderen met max. lengte in de gewichtsklasse tot
18 kgD - ISO/R2:achterwaarts gericht kinderveiligheidssysteem voor kleinere kinderen in de gewichtsklasse tot 18 kgE - ISO/R1:achterwaarts gericht kinderveiligheidssysteem voor jonge kinderen in de gewichtsklasse tot 13 kg
Page 61 of 199
Stoelen, veiligheidssystemen59ISOFIX-
kinderveiligheidssystemen
Bevestig de voor de auto goedge‐
keurde ISOFIX-kinderveiligheidssys‐
temen aan de ISOFIX bevestigings‐
beugels. ISOFIX veiligheidssyste‐
men voor specifieke auto's worden in de tabel aangeduid met IL.
ISOFIX-bevestigingsbeugels zijn
aangeduid met een label op de
rugleuning.
Zet voor het bevestigen van een kinderzitje de hoofdsteun in de stand
3 34.
Top-Tether-
bevestigingsogen
Aanvullend op de ISOFIX-bevesti‐
ging zet u de Top-Tether-band vast
aan de Top-Tether-bevestigings‐
ogen. Daarbij moet de bijbehorende
gordel tussen de glijstangen van de
hoofdsteun lopen.
ISOFIX kinderveiligheidssystemen uit de universele categorie worden in
de tabel aangeduid met IUF.
Page 62 of 199

60OpbergenOpbergenOpbergruimten............................. 60
Opbergvakken ........................... 60
Opbergvakken instrumentenpaneel ..................60
Handschoenenkastje .................61
Bekerhouders ............................ 61
Opbergruimte voor ....................61
Dakconsole ................................ 61
Opbergvak onder passagiersstoel ........................62
Bagageruimte .............................. 62
Opbergruimte achter .................62
Bagageruimte-afdekking ...........63
Sjorogen .................................... 65
Scheidingsrooster bagageruimte ........................... 65
Dakdragersysteem .......................66
Dakdrager .................................. 66
Beladingsinformatie .....................67Opbergruimten
Opbergvakken9 Waarschuwing
Berg geen zware of scherpe
objecten in de opbergruimten op.
Anders kunnen de inzittenden bij
krachtig remmen, plotseling
afslaan of een ongeval letsel door
rondslingerende voorwerpen
oplopen.
Opbergvakken
instrumentenpaneel
Er zitten opbergvakken aan beide
zijden van het instrumentenpaneel.
Documenthouder
Trek de achterkant van de document‐
houder omhoog uit het instrumenten‐
bord en laat deze gekanteld staan.
Klap de documenthouder weg door
deze in het instrumentenbord te laten zakken en deze hoorbaar omlaag
vast te drukken.
Page 63 of 199
Opbergen61Handschoenenkastje
Open de klep van het handschoenen‐
kastje door aan de hendel te trekken.
Afhankelijk van de versie kan het
handschoenenkastje met de contact‐
sleutel worden afgesloten.
Het handschoenenkastje tijdens het
rijden gesloten houden.
Bekerhouders
De bekerhouders bevinden zich in de console tussen de voorstoelen.
De bekerhouders kunnen ook worden gebruikt als houder voor de draag‐
bare asbak 3 75.
Opbergruimte voor Er zitten opbergvakken in de voorpor‐tierholtes.
Op het kopschot van de cabine (mits
aangebracht) zitten kledinghaken.
Dakconsole
Bewaar in de dakconsole alleen lichte voorwerpen, zoals papierwerk ofkaarten.
Page 64 of 199

62OpbergenOpbergvak onder
passagiersstoel
Trek aan de lus op het zittingkussen
voor toegang tot het opbergvak.
Bagageruimte
Opbergruimte achter Er zitten opbergvakken in de achter‐
deurholtes en in de zijwanden van de bagageruimte.
Dakbalken
Overschrijd de maximale last (inclu‐
sief het gewicht van de balken van)
25 kg niet. Verdeel de last gelijkelijk
over de dakbalken. Voorkom dat de
deuren door de last niet kunnen
worden gesloten.
Trek de bevestigingsschroeven op de
vier steunen van tijd tot tijd na.Voorzichtig
Gebruik geen elastische sjorogen,
bijv. van elastiek. Wij adviseren
het stoffen banden te gebruiken.
Dakbalken zijn ontworpen om te
worden aangebracht op een speci‐
fieke positie. Bij het aanbrengen op
een andere positie zitten de dakbal‐
ken niet gegarandeerd goed vast.
Leg voor een goede bevestiging geen materialen (bijv. rubber, kunststof)tussen de voeten van de balken en de carrosserie van de auto.9 Waarschuwing
Het gebruik van dakbalken kan het
stuur- en rijgedrag van de auto
nadelig beïnvloeden.
Verwijderen
Dakbalken wegnemen wanneer deze
niet worden gebruikt: