Inhoudsopgave
Afbeeldingenindex
Aanzichten van interieur, exterieur en identificatie van de onderdelen van uw
Mazda.1
Belangrijke veiligheidsuitrusting
Belangrijke informatie over de veiligheidsuitrusting, zoals zittingen,
veiligheidsgordelsysteem, kinderzitjes en SRS airbags.2
Alvorens te gaan rijden
Gebruik van diverse voorzieningen, zoals sleutels, portieren, spiegels en
ruiten.3
Tijdens het rijden
Informatie betreffende veilig rijden en stoppen4
Interieurvoorzieningen
Gebruik van de diverse uitrustingsonderdelen voor rijcomfort, zoals
klimaatregeling en audio-installatie.5
Onderhoud en verzorging
Hoe u uw Mazda in topconditie kunt houden.6
Als er zich een probleem voordoet
Nuttige informatie over wat u kunt doen als er zich een probleem voordoet
met de auto.7
Informatie voor de eigenaar
Belangrijke consumenteninformatie zoals garanties en aanvullende apparatuur8
Technische gegevens
Technische informatie over uw Mazda.9
Index10
2–1*Bepaalde modellen.2–1
2Belangrijke veiligheidsuitrusting
Belangrijke informatie over de veiligheidsuitrusting, zoals zittingen,
veiligheidsgordelsysteem, kinderzitjes en SRS-airbags.
Zittingen .............................................................................................. 2-2
Voorzorgsmaatregelen bij gebruik van de zittingen ...................... 2-2
Voorzitting ..................................................................................... 2-6
Achterzitting ............................................................................... 2-12
Hoofdsteunen .............................................................................. 2-21
Veiligheidsgordelsysteem ................................................................. 2-24
Voorzorgsmaatregelen bij gebruik van de veiligheidsgordels .... 2-24
Veiligheidsgordels ....................................................................... 2-28
Veiligheidsgordelwaarschuwingssystemen ................................. 2-29
Voorspanners van veiligheidsgordels en begrenzingsystemen ... 2-30
Kinderzitje ........................................................................................ 2-33
Voorzorgsmaatregelen bij gebruik van een kinderzitje ............... 2-33
Installatie van kinderzitjes .......................................................... 2-40
Tabel voor geschiktheid van kinderzitjes voor diverse
zitposities .................................................................................... 2-46
Installeren van kinderzitjes ......................................................... 2-50
SRS-airbags ...................................................................................... 2-54
Voorzorgsmaatregelen betreffende de aanvullende
beveiligingssystemen (SRS) ....................................................... 2-54
Onderdelen van het aanvullend beveiligingssysteem ................. 2-62
Werking van de SRS-airbags ...................................................... 2-64
Criteria voor SRS airbag activering ............................................ 2-70
Beperkingen van de SRS airbag ................................................. 2-72
Inzittende voorpassagier detectiesysteem
* .................................. 2-74
Constante controle ...................................................................... 2-80
2–2
Belangrijke veiligheidsuitrusting
Zittingen
Voorzorgsmaatregelen bij gebruik van de zittingen
WAARSCHUWING
Zorg er voor dat de afstelbare onderdelen van een zitting op hun plaats vergrendeld
zijn:
Niet goed vergrendelde afstelbare zittingen en rugleuningen zijn gevaarlijk. Bij
plotseling stoppen of een botsing kan de zitting of de rugleuning in beweging komen,
hetgeen letsel kan veroorzaken. Zorg er voor dat de afstelbare onderdelen van de
zittingen goed op hun plaats vergrendeld zijn door te proberen de zitting naar voren en
naar achteren te schuiven en de rugleuningen heen en weer te duwen.
Laat kinderen nooit een zitting afstellen:
Toestaan dat kinderen een zitting afstellen is gevaarlijk, aangezien dit ernstig letsel kan
veroorzaken wanneer de handen of voeten van het kind tussen de zitting beklemd raken.
Niet rijden met ontgrendelde rugleuning:
Alle rugleuningen spelen een belangrijke rol bij uw bescherming in een auto. Het niet
vergrendelen van de rugleuning is gevaarlijk, aangezien tijdens plotseling afremmen of
een botsing passagiers van hun plaats geslingerd kunnen worden en inzittenden door
bagage geraakt kunnen worden, hetgeen ernstig letsel kan veroorzaken. Duw telkens na
het afstellen van de rugleuning, ook als er geen overige passagiers zijn, de rugleuning
even heen en weer om te controleren of deze goed op zijn plaats vergrendeld is.
De bestuurdersstoel uitsluitend afstellen wanneer de auto tot stilstand gebracht is:
Afstellen van de bestuurdersstoel tijdens het rijden is gevaarlijk. De kans bestaat dat de
bestuurder de macht over het stuur verliest en een ongeluk veroorzaakt.
De voorzittingen niet wijzigen of vervangen:
Het aanbrengen van wijzigingen of het vernieuwen van de voorzittingen zoals
het vernieuwen van de bekleding of het losdraaien van bouten is gevaarlijk. De
voorzittingen bevatten airbagonderdelen die van essentieel belang zijn voor het
aanvullend beveiligingssysteem. Het aanvullend beveiligingssysteem kan door
dergelijke wijzigingen beschadigd worden, hetgeen tot ernstig letsel kan leiden.
Raadpleeg een of ¿ ciële Mazda reparateur als uitbouwen of opnieuw inbouwen van de
voorzittingen om een of andere reden noodzakelijk is.
2–3
Belangrijke veiligheidsuitrusting
Zittingen
WAARSCHUWING
Rijd niet met beschadigde voorzittingen:
Rijden met beschadigde voorzittingen, zoals zitkussens die gescheurd of tot op
het urethaan beschadigd zijn, is gevaarlijk. De voorzittingen die belangrijke
airbagonderdelen bevatten kunnen door een botsing beschadigd worden, ook als het
een botsing is die voor het activeren van de airbags niet krachtig genoeg is. Bij een
eventuele volgende botsing zal een airbag mogelijk niet geactiveerd worden, hetgeen
tot letsel kan leiden. Laat na een botsing de voorzittingen, de voorspanners van de
veiligheidsgordels van de voorzittingen en de airbags altijd door een of ¿ ciële Mazda
reparateur inspecteren.
Rijd niet met de rugleuningen van de voorzittingen in achterover geleunde positie:
Tijdens het rijden in achterover geleunde positie zitten is gevaarlijk, aangezien de
veiligheidsgordels dan niet de optimale bescherming bieden. Tijdens een aanrijding of
bij plotseling afremmen, zou u onder de heupgordel kunnen glijden en ernstig inwendig
letsel kunnen oplopen. Voor een maximale bescherming, steeds goed achter op de
zitting plaatsnemen en rechtop zitten.
Plaats geen voorwerp zoals een kussen tussen de rugleuning en uw rug:
Het plaatsen van een voorwerp zoals een kussen tussen de rugleuning en uw rug is
gevaarlijk omdat u geen veilige rijhouding kunt aanhouden en de veiligheidsgordel
bij een botsing niet de volledige bescherming kan bieden, wat een ernstig ongeval met
mogelijk dodelijk letsel kan veroorzaken.
Plaats geen voorwerpen onder de zitting:
Het voorwerp kan beklemd raken en tot gevolg hebben dat de zitting niet goed
vergrendeld wordt waardoor een ongeluk veroorzaakt kan worden.
Nooit lading hoger dan de rugleuningen opstapelen:
Bagage of overige lading die hoger wordt opgestapeld dan de rugleuningen is
gevaarlijk. In het geval van een botsing of plotseling afremmen kunnen deze
voorwerpen naar voren geslingerd worden waardoor passagiers geraakt kunnen worden
en letsel kunnen oplopen.
Zorg er voor dat bagage en lading alvorens te gaan rijden goed wordt vastgemaakt:
Lading die tijdens het rijden niet is vastgemaakt is gevaarlijk aangezien deze bij
plotseling afremmen of een botsing kan gaan schuiven of in elkaar gedrukt kan worden
en letsel kan veroorzaken.
2–25
Belangrijke veiligheidsuitrusting
Veiligheidsgordelsysteem
WAARSCHUWING
Rijd niet met een auto met een beschadigde veiligheidsgordel:
Gebruik van een beschadigde veiligheidsgordel is gevaarlijk. Bij een ongeluk kan het
gordelmateriaal van de veiligheidsgordel die op dat moment werd gedragen beschadigd
raken. Een beschadigde veiligheidsgordel kan tijdens een aanrijding geen voldoende
bescherming bieden. Laat een deskundige reparateur, bij voorkeur een of ¿ ciële Mazda
reparateur alle veiligheidsgordelsystemen die tijdens een aanrijding in gebruik waren
inspecteren alvorens deze weer in gebruik te nemen.
Laat uw veiligheidsgordels onmiddellijk vernieuwen als de voorspanner of
drukbegrenzer geactiveerd werd:
Laat na een botsing altijd onmiddellijk een deskundige reparateur, bij voorkeur een
of ¿ ciële Mazda reparateur de voorspanners van de veiligheidsgordels en de airbags
inspecteren. Juist zoals de airbags functioneren de voorspanners en drukbegrenzers
van de veiligheidsgordels slechts eenmaal en moeten deze na elke botsing waarbij deze
geactiveerd werden worden vernieuwd. Als de voorspanners van de veiligheidsgordels
en drukbegrenzers niet vernieuwd worden, zal het risico van letsel bij een botsing
toenemen.
Dragen van de schoudergordel:
Een schoudergordel die op verkeerde wijze wordt gedragen is gevaarlijk. Zorg er steeds
voor dat de schoudergordel over uw schouder en in de nabijheid van uw nek wordt
geplaatst, maar nooit onder de arm, op de nek zelf of op de bovenarm.
Dragen van de heupgordel:
Een heupgordel die te hoog wordt gedragen is gevaarlijk. Bij een aanrijding wordt de
schok van de botsing dan rechtstreeks op de onderbuik overgebracht, hetgeen ernstig
letsel kan veroorzaken. Zorg er voor dat de heupgordel nauwsluitend past en draag deze
zo laag mogelijk om de heupen.
Bij een botsing waarbij de auto over de kop slaat is er bij een persoon die geen
veiligheidsgordel draagt een beduidend grotere kans op overlijden dan bij een persoon
die wel een veiligheidsgordel draagt.
2–30
Belangrijke veiligheidsuitrusting
Veiligheidsgordelsysteem
*Bepaalde modellen.
Voorspanners van
veiligheidsgordels en
begrenzingsystemen
Voor een optimale bescherming zijn de
veiligheidsgordels van de voorzittingen
en van de buitenste zitplaatsen van de
achterzitting
* uitgerust met voorspanner-
en begrenzingsystemen. Om deze
beide systemen correct te kunnen laten
functioneren dient u de veiligheidsgordel
op de juiste wijze te dragen.
Voorspanners:
Wanneer een botsing wordt bespeurd,
worden de voorspanners gelijktijdig met
de airbags geactiveerd.
(Rusland)
Wanneer tevens een kanteling (over de
kop slaan) wordt bespeurd, worden de
voorspanners gelijktijdig met de airbags
geactiveerd.
Zie voor bijzonderheden over activering,
Criteria voor SRS airbag activering
(pagina 2-70 ).
Wanneer de airbags worden opgeblazen,
trekken de oprolautomaten van de
veiligheidsgordels de gordels snel
strak aan. Nadat de airbags en de
veiligheidsgordelvoorspanners geactiveerd
werden dienen deze steeds vernieuwd te
worden.
Systeemdefecten of bedrijfstoestanden
worden aangeduid door een
waarschuwing.
Zie Waarschuwings-/indicatielampjes op
pagina 4-53 .
Zie Waarschuwingszoemer voor
systeem van airbag/voorspanners van
veiligheidsgordels op pagina 7-71 . (Met Inzittende voorpassagier
detectiesysteem)
Verder is het voorspannersysteem voor de
voorpassagier, evenals de voor- en zij-
airbag van de passagierszitting, ingericht
om enkel te worden geactiveerd wanneer
de inzittende voorpassagier detectiesensor
bespeurt dat een passagier op de
voorpassagiersstoel heeft plaatsgenomen.
Zie voor bijzonderheden, Inzittende
voorpassagier detectiesensor (pagina
2-74 ).
Drukbegrenzer:
Het begrenzingsysteem zorgt ervoor dat
de gordel op een gecontroleerde manier
losser gemaakt wordt om de druk die door
de gordel op het bovenlichaam van de
inzittende wordt uitgeoefend te reduceren.
Alhoewel de grootste druk op een
veiligheidsgordel bij frontale botsingen
wordt uitgeoefend, heeft de drukbegrenzer
een automatische mechanische functie
en kan bij voldoende beweging van de
inzittende bij elk soort ongeval geactiveerd
worden.
Ook wanneer de voorspanners
niet geactiveerd werden, dient de
drukbegrenzingsfunctie door een
deskundige reparateur, bij voorkeur een
of ¿ ciële Mazda reparateur gecontroleerd
te worden.
2–31
Belangrijke veiligheidsuitrusting
Veiligheidsgordelsysteem
WAARSCHUWING
Maak enkel gebruik van de
veiligheidsgordels op de wijze zoals in
dit instructieboekje wordt aangegeven:
Verkeerde plaatsing van de
veiligheidsgordels is gevaarlijk. Als
deze niet op de juiste wijze worden
gedragen, kunnen de voorspanner-
en begrenzingsystemen van de
veiligheidsgordels tijdens een
ongeval geen adequate bescherming
bieden, hetgeen ernstig letsel tot
gevolg kan hebben. Zie voor meer
bijzonderheden over het dragen van de
veiligheidsgordels, “Vastmaken van de
veiligheidsgordels” (pagina 2-28 ).
Laat uw veiligheidsgordels onmiddellijk
vernieuwen als de voorspanner of
drukbegrenzer geactiveerd werd:
Laat na een botsing altijd onmiddellijk
een deskundige reparateur, bij
voorkeur een of ¿ ciële Mazda
reparateur de voorspanners van
de veiligheidsgordels en de airbags
inspecteren. Juist zoals de airbags
functioneren de voorspanners
en drukbegrenzers van de
veiligheidsgordels slechts eenmaal en
moeten deze na elke botsing waarbij
deze geactiveerd werden worden
vernieuwd. Als de voorspanners van de
veiligheidsgordels en drukbegrenzers
niet vernieuwd worden, zal het risico
van letsel bij een botsing toenemen.
WAARSCHUWING
Breng nooit wijzigingen aan de
onderdelen of de bedrading aan
en gebruik nooit elektronische
testapparatuur op het
voorspannersysteem:
Het aanbrengen van wijzigingen aan
onderdelen of de bedrading van het
voorspannersysteem, zoals bijvoorbeeld
het gebruik van elektronische
testapparatuur is gevaarlijk. De
kans bestaat dat het systeem dan per
ongeluk geactiveerd of onbruikbaar
gemaakt wordt, waardoor dit tijdens
een ongeval niet in werking kan treden.
De kans bestaat dan dat bestuurder,
voorpassagier of monteurs ernstig letsel
oplopen.
Ruim het voorspannersysteem op de
juiste wijze op:
Het op verkeerde wijze opruimen
van het voorspannersysteem of het
slopen van een auto waarvan het
voorspannersysteem niet eerst onklaar
is gemaakt, is gevaarlijk. Ernstig
letsel kan het gevolg zijn wanneer
niet alle veiligheidsmaatregelen in
acht worden genomen. Laat een
deskundige reparateur, bij voorkeur
een of ¿ ciële Mazda reparateur het
voorspannersysteem veilig opruimen
of een auto uitgerust met een
voorspannersysteem slopen.